100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Kennisbasistoets Geschiedenis (samenvatting) $7.03   Add to cart

Summary

Kennisbasistoets Geschiedenis (samenvatting)

1 review
 54 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting voor de kennisbasistoets Geschiedenis op de PABO. Alle tien de tijdvakken komen aan bod.

Preview 3 out of 18  pages

  • Yes
  • June 30, 2020
  • 18
  • 2019/2020
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: jacco_101 • 3 year ago

avatar-seller
SAMENVATTING KENNISBASISTOETS GESCHIEDENIS

TIJD VAN DE JAGERS EN DE BOEREN (TOT 3000 V. CHR.)
De oudste levensvorm op aarde is de plantengroei. Later ook vissen en amfibieën.
In Oost-Afrika leefden 4 tot 5 miljoen jaar geleden al mensachtigen.
Ongeveer 1,5 miljoen jaar geleden kwam de menssoort ‘homo erectus’ vanuit Afrika
naar andere werelddelen.
In Europa ontwikkelde de ‘homo erectus’ zich tot de ‘Neanderthaler’.
Tegenwoordig bestaat er nog 1 soort mensen: de ‘homo sapiens’.

De ontwikkeling van de mens: Mensapen (Australopithecus)  Handige mens
(Homo Habilis)  Rechtstaande mens (Homo Erectus)  Denkende mens (Homo
Sapiens)

Nomadisch bestaan (nomaden): Jagers en verzamelaars worden zo genoemd omdat
ze steeds rondtrekken opzoek naar voedsel.

Jagers en verzamelaars uit Europa hadden het moeilijker dan jagers en
verzamelaars uit Afrika, omdat in Europa het klimaat steeds verandert en dit zorgt er
voor dat het voedsel moeilijker te vinden is.

IJstijd: Tot 13.000 geleden, ijs bedekte het hele noorden van Europa.
Rendierjagers: Leefden in de ijstijd. Gebruikten vuur en gereedschappen van
vuursteen, botten en hout.

Na de ijstijd werd het klimaat warmer en raakte het land begroeit met bos. Vele
dieren trokken nu naar het Noorden.

Eerste boeren: Leefden circa 9000 jaar geleden in het Midden-Oosten.
Agrarische revolutie: De overgang van verzamelaar naar producent.
Bandkeramiekcultuur: De eerste landbouwcultuur in West-Europa (maakten
opvallende figuren op aardewerk/potten)  bevonden zich op Lössgrond in Zuid-
Limburg).
Trechterbekercultuur: Maakten trechtervormige potten, bekers en schalen. Dezen
gaven ze mee aan overledenen in Hunebedden.
Hunebedden: Grafkelders die werden gebouwd van grote zwerfstenen die door
gletsjers in de ijstijd hierheen zijn geschoven.

Het belangrijkste materiaal voor gereedschappen en wapens was steen (steentijd),
later werd dit brons en ijzer.

Waarschijnlijk hadden de jagers en de boeren religieuze uitingen, omdat ze
grottekeningen, beeldjes en grafgiften hebben gevonden.

Prehistorie: De tijd waarover geen geschreven bronnen zijn. Deze eindigde niet
overal tegelijk.
Archeologische vondsten: Bodemsporen, opgravingen en andere vondsten. Hierop is
de kennis over de prehistorie gebaseerd.

,TIJD VAN DE GRIEKEN EN DE ROMEINEN (3000 V. CHR. – 500 NA CHR.)
Niet iedereen hoefde meer op de landbouw te werken. Er werden tempels gebouwd
en er kwamen priesters.
Landbouwers moesten hun grond bewaken of er werden gronden veroverd. Hiervoor
waren gewapende soldaten nodig.
Ook slaven van landbouwers werden veroverd. Dit moest georganiseerd en geleid
worden door ambtenaren en bestuurders. Deze werden weer geleid door de koning.
Belastingen werden geheven om al deze mensen te kunnen voeden. Hiervoor
werden voorraadadministraties bijgehouden, het ontstaan van de eerste geschreven
tekst.
De eerste geschreven wetten.
Er ontstonden grote rijken (bijv. Egyptische rijk).

Grieks-Romeinse cultuur: Groot Romeins rijk rondom Rome, veel Griekse cultuur
zoals religie, wetenschap en bouwstijlen.
Julius Caesar: Leidde de Romeinse legers.
Caesar Augustus: Eerste keizer van het Romeinse rijk (opvolger van Julius Caesar).
Pax Romana: De Romeinse vrede, hier zorgde Augustus voor door stabiliteit en
welvaart te brengen in het rijk.

Latijns was de gemeenschappelijke taal in het Romeinse rijk.
Het Romeinse schrift bevorderde de communicatie.
Het Romeinse muntenstelsel werd in het hele rijk gebruikt.
Een kwart van de totale bevolking waren slaven. De slaven deden al het zware werk
of werkten als huisslaaf in het huishouden, opvoeding of kinderen onderwijzen.
De Romeinen bouwden nieuwe steden. Buiten de stad bouwden ze arena’s en
badhuizen.

Romeinse rijk werd opgedeeld in het West-Romeinse rijk en het Oost-Romeinse rijk.
Germanen: Woonden in Noord-Europa. Er waren verschillende Germaanse
stammen: de Friezen, de Bataven en de Kananefaten.
Bataven en Germanen werden door de Romeinen gebruikt als hulpsoldaten. De
Bataven en Germanen kwamen in opstand tegen de Romeinen.
Julius Civilis: Leider van de Bataafse opstand.

Romeinen geloofden in een uitgebreide godenwereld, uiteindelijk werd het
Christendom de enige godsdienst die was toegestaan bij de Romeinen.
Keizer Constantijn de Grote: Bekeerde zich tot het Christendom.

, TIJD VAN DE MONNIKEN EN RIDDERS (500 – 1000)
Horigen: Boeren en hun landerijen, gebouwen en vee die het bezit werden van een
landheer.
Van de landheer kregen deze boeren (horigen) bescherming, maar in ruil hiervoor
moesten ze een deel van hun oogst aan hen geven.

De maatschappij was verdeeld in drie standen: Adel, geestelijkheid en vrije boeren.
Bij de geboorte werd al vastgesteld bij welke stand je hoorde.

Terpen: Heuvels die de boeren bouwden, waar ze hun huizen op bouwden en later
hele dorpen. Deze bouwden ze omdat de gebieden regelmatig onder water stonden.

Leenstelsel: De koning (of leenheer) gaf aan trouwe dienaren (of leenmannen)
stukken land in “leen”. In ruil hiervoor moesten de leenmannen adviezen geven en
militaire dienst verrichten voor de koning.
Het leenstelsel werd ingevoerd omdat er geen goedwerkend geldsysteem meer was.
Er was dan vaak geen geld meer om de mensen voor hun diensten te betalen.

Volksverhuizing: De Romeinen vertrekken en de Germanen kwamen.
In de lage landen woonden drie groepen: De Friezen (kustgebied), de Franken
(zuiden) en de Saksen (noordoosten).

Frankisch rijk: De Franken veroverden grote delen van West-Europa, zodat er
uiteindelijk sprake was van een Frankisch rijk.
Karel de Grote: De bekendste keizer van het Frankisch rijk.
Het Frankische rijk werd verdeeld onder de drie kleinzonen van Karel de Grote via
het verdrag van Verdum: het west-, midden- en oost Frankische rijk .
Na de dood van Karel de Grote, viel het Frankisch rijk al snel uit elkaar.

De rooftochten van de Noormannen (Vikingen) begonnen (800 tot 1000). Dit zorgde
voor grote angst bij de kustgebieden.

Het Christendom verdween bijna geheel uit West-Europa na het vertrek van de
Romeinen.
Koning Clovis: De Frankische koning koos, rond 500, voor het Christendom. Hij wilde
dat het Christendom de enige godsdienst van hun rijk was.
Monnik Willibrord: Kwam naar Utrecht om de plaatselijke bewoners tot het
Christendom te bekeren.
Bonifatius: Hij probeert het Christendom naar de Friezen te brengen. Maar de
Friezen vermoorden hem.
De kerk ging een centrale rol spelen, het was vaak het enige stenen gebouw.
Kloosters: Monniken leefden hierin. Ze hadden vaak grote stukken grond. Ze
verrichten verschillende werkzaamheden. Monniken waren vaak de enigen die
konden schrijven en speelden daardoor een grote rol in het bestuur van het land.

Naast het Christendom verspreidde ook de godsdienst Islam zich.
Profeet Mohammed: De stichter van de Islam.
De Arabieren veroverden een groot gebied en hierdoor verspreidde de Islam zich.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mariskatuinenga1998. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.03. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67866 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.03
  • (1)
  Add to cart