100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting: Nectar biologie: Hoofdstuk 6; Voortplanting (VWO 4) $3.25   Add to cart

Summary

Samenvatting: Nectar biologie: Hoofdstuk 6; Voortplanting (VWO 4)

1 review
 57 views  2 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting Nectar 3e editie VWO 4 Hoofdstuk 6: Voortplanting. In de samenvatting zijn de volgende paragrafen samengevat: 6.1 Embryonale ontwikkeling (CE) 6.2 Vorming geslachtscellen (CE) 6.3 Hormonale regeling (CE) 6.4 Prenatale diagnostiek 6.5 Voorkomen is beter dan genezen Alle begrippen zijn g...

[Show more]

Preview 4 out of 8  pages

  • No
  • Hoofdstuk 6
  • July 6, 2020
  • 8
  • 2019/2020
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: JudithVWO • 3 year ago

avatar-seller
VWO 4

Samenvatting




Nectar biologie: Hoofdstuk 6;
Voortplanting




Judith Vuijst
CSVVG Vincent van Gogh

, Biologie samenvatting Hs 6; Voortplanting
6.1 Embryonale ontwikkeling
Bevruchting
1. Ovulatie: tijdens eisprong komt een eicel vrij uit één van beide ovaria (eierstokken).
o De eicel komt, omringd met cellen uit het ovarium, in een eileider terecht
o Een vd zaadcellen, die tocht vanuit vagina naar eileider afgelegd hebben, kan die eicel bevruchten
2. Bevruchting: het versmelten vd kern vd eicel met die vd zaadcel. Aan eigenlijke bevruchting gaat aantal stappen vooraf:
o Aantal zaadcellen dringt door follikelcellen heen
o Zaadcellen maken contact met eischil (eiwitlaag om de eicel)
o Zaadcellen geven enzymen af die eischil ter plekke afbreken. Eén zaadcel dringt dan door tot celmembraan vd eicel
o Zaadcel geeft z’n kern af aan de eicel. DNA van vader komt id celkern vd eicel bij dat vd moeder. De bevruchting vd
eicel is afgerond, er is een zygote (bevruchte eicel) gevormd.
3. Klievingsdelingen: de eerste delingen waarbij geen plasmagroei optreedt: de cellen groeien niet
o Vindt zo’n 30 uur ná bevruchting plaats; ong. 3 dagen later is er een klompje van 16 cellen gevormd
o Trilharen aan binnenkant eileiders vervoeren klompje cellen in ong. 5 dagen naar baarmoeder
Innesteling en ontwikkeling
Ontwikkeling embryo in baarmoeder:
 Na 5 dagen: embryo bestaat uit ong 100 cellen.
 Na 1-2 dagen: klompje cellen zet zich vast in baarmoederslijmvlies  innesteling.
 Meeste cellen hebben zich gerangschikt rond de blastulaholte.
o Buitenste laag cellen heet de trofoblast. Die cellen vormen begin vd placenta.
o Uit cellen vd kiemschijf ontwikkelt zich het embryo.
 Cellen vd kiemschijf delen. Tussen nieuwe cellen vormen zich twee holtes gevuld met vocht:
o Een kleine, het dooierblaasje
o Een grote die meegroeit met ‘t embryo, de amnionholte; In dit stadium is de blastulaholte nog de grootste holte
 Trofoblast vormt uitstulpingen: vlokken die tussen cellen vh baarmoederslijmvlies ingroeien en later embryonale deel
vd placenta vormen. De vlokken:
o Nemen voedingsstoffen en zuurstof op uit bloedvaten vd moeder
o Geven koolstofdioxide en andere afvalstoffen terug
 Trofoblast produceert verschillende stoffen, zoals hormoon HCG (zwangerschapshormoon):
o Wanneer vrouw zwanger is, bevat haar urine HCG. Met een zwangerschapstest is deze stof aan te tonen.
 Tussen trofoblast en kiemschijf ontstaat de hechtsteel: begin vd navelstreng:
o Vormt transportroute tussen embryo en placenta  Cellen rond amnionholte komen tegen trofoblast te liggen.
o Dooierblaasje vormt eerste bloedcellen. Later doet de lever dit en uiteindelijk vormt rode beenmerg bloedcellen.
 Amnionholte groeit en vult ten slotte hele blastulaholte; hij is gevuld met vruchtwater
o Vruchtwater is omgeven door twee vruchtvliezen:
 Amnion: wand van amnion vormt binnenste vruchtvlies
 Chorion: buitenste vruchtvlies en is gevormd door trofoblast; vruchtvliezen groeien met embryo mee
Ontwikkeling geslachtsorganen
Ontwikkeling geslachtsorganen begint al vroeg. Bij beide seksen ontstaan eerst: gangen van Wolff en Müller, de genitale
knop en groeve. Id eerste weken is er geen verschil te zien tussen jongens en meisjes:
 Jongens hebben in celkernen X- én Y-chromosoom
o Op Y-chromosoom ligt SRY-gen; die activeert en remt een hele reeks andere genen. Daardoor ontwikkelen zich
rond de 6e week bij embryo’s met het SRY-gen de testes (zaadballen). Embryo’s groeien dan verder uit tot jongens.
o Gangen van Wolff groeien uit tot zaadleiders. Genitale knop groeit uit tot eikel vd penis. Randen genitale groeve
groeien aaneen en vormen balzak
 Meisjes hebben in celkernen 2x X-chromosoom
o Zonder SRY-gen ontwikkelt embryo zich tot meisje.
o Gangen van Müller groeien uit tot eileiders. Genitale knop groeit uit tot clitoris. Randen genitale groeve groeien uit
tot grote schaamlippen

,Van embryo tot foetus
1. Drie weken na bevruchting is het bloedvatenstelsel vh embryo gevormd:
o Embryo is afhankelijk van moeder voor zuurstof, voedingsstoffen en ‘t afvoeren van afvalstoffen die embryo maakt
2. De aan- en afvoer vinden, aan kant vh embryo, plaats via navelstreng
o Bloedvaten id navelstreng zijn afkomstig van deel vd bloedvaten vd hechtsteel naar de trofoblast
o Navelstreng bevat één ader en twee slagaders; bloed id slagaders krijgt zijn druk vh hart vh embryo
3. De navelstrengslagaders vervoederen bloed, rijk aan CO2 en andere afvalstoffen, vanuit embryo naar placenta
o Stoffen gaan in placenta naar bloedsomloop vd moeder, maar blijven strikt gescheiden van elkaar.
 Uitwisseling stoffen tussen beide bloedsomlopen vindt plaats via celmembranen vd vlokken
o Placenta bevat bloedvaten van zowel moeder als embryo
 Bloed vd moeder omspoelt de met embryonaal bloed gevulde vlokken vh embryo
4. Na acht weken zijn alle organen gelegd; vanaf nu heet embryo een foetus
o Foetus is dan ong. 3 cm lang. Beide vruchtvliezen vormen buitenwand van een kussen van vruchtwater dat de
foetus beschermd tegen schokken
Vrouwelijke geslachtsorganen
Id puberteit groeien, onder invloed van hormonen, de geslachtsorganen uit tot hun ‘volwassen’ bouw.
– Ovaria (eierstokken): hierin vindt ontwikkeling eicellen plaats vanaf puberteit tot overgang
– Eileider: vangt eicel op die vrijkomt bij ovulatie.
o Trilhaartjes in eileider en peristaltische spierbewegingen vervoeren eicel richting baarmoeder
o Onbevruchte eicel sterft na 24 uur af. Wand vd eileider neemt resten vd eicel op
– Baarmoeder: bestaat uit dikke spierlaag, binnenbekleding is’t baarmoederslijmvlies:
o Elke maand gevormd voor mogelijke zwangerschap en afgestoten bij menstruatie
– Vagina: bekleed met slijmvlies (pH van 3,8 – 4,5 voorkomt ontwikkeling ongewenste bacteriën)
– Maagdenvlies: randje weefsel dat kraagje rond ingang vd vagina aanwezig is.
o Bij eerste geslachtsgemeenschap gaat dit stuk (kan in combi met bloedverlies)
– Schaamlippen: grote en kleine bedekken vagina aan buitenzijde.
– Clitoris: ligt vooraan tussen kleine schaamlippen. Prikkeling kan tot orgasme leiden
Mannelijke geslachtsorganen
Id puberteit verandert onder andere de grootte vd balzak, zaadballen en penis
– Zaadballen: bestaan uit sterk gekronkelde zaadbuisjes, bijeengehouden door bindweefsel
– Scrotum (balzak): hierin zijn de zaadballen vóór de geboorte in afgedaald
o Bij kou trekken onderhuidse spiertjes id balzak de zaadballen tegen het warme lichaam
o Bij hoge temp ontspannen de spiertjes, hierdoor blijft temp vd zaadballen ong. 2°C lager dan de lichaamstemp 
noodzakelijk voor optimale productie zaadcellen
– Bijbal: slaat zaadcellen op tot een zaadlozing optreedt
o hierin monden zaadbuisjes die vanaf de puberteit zaadcellen maken.
– Eikel: gevoeligste deel penis, ligt onder de voorhuid
– Zaadlozing (ejaculatie): spiertjes rond bijballen en zaadleiders duwen zaadcellen naar penis
o Zaadblaasjes en prostaatklier voegen vocht toe aan passerende zaadcellen
Leefstijl
In eerste 12 weken ontwikkelen de organen vd foetus zich, vooral in deze periode is foetus kwetsbaar voor medicijnen etc.
 Moeders die rookt, medicijnen of drugs gebruiken: lichaamsvreemde stoffen komen in foetus terecht
 Moeders die roken: kinderen hebben lager gewicht dan niet-rokende moeders (hetzelfde geldt bij stress)
 Moeders die drugs gebruiken: kinderen komen verslaafd ter wereld
 Moeders die goede voeding eten (bijv kalk): houdt botten en tanden van moeder sterk, extra foliumzuur verlaagt
kans op open rug bij baby

, 6.2 Vorming geslachtscellen
Het aantal chromosomen in een cel
Lichaamscellen bevatten een diploïd aantal chromosomen: elk chromosoom is in tweevoud aanwezig. Je kunt de
chromosomen in paren rangschikken (homologe chromosomen). Voor elk vd 23 paren geldt:
 Eén vd chromosomen vh paar is van je moeder, de andere van je vader
 Ze bevatten info over dezelfde erfelijke eigenschappen
Geslachtscellen (gameten) bevatten een haploïd aantal chromosomen: een cel bevat van elk vd chromosoom slechts één
exemplaar. De gameten hebben dus 23 chromosomen die ieder info bevat voor andere erfelijke eigenschappen.
Een bevruchte eicel bevat chromosomen die in paren voorkomen (diploïd).
Meiose
Geslachtscellen ontstaan door meiose in twee stappen:
Meiose I  chromosomen van elk paar gaan Meiose II  chromatiden van elk chromosoom
uit elkaar (belangrijk: beide cellen moeten gaan uit elkaar
complete set erfelijke eigenschappen)
1. Interfase I (voorbereiding) 1. Profase II
 Chromosomen zijn niet zichtbaar terwijl DNA  Chromosomen komen ih midden vd cel en nieuwe
verdubbelt kernspoel doet zijn werk
 Chromosoom bestaat uit 2 chromatiden  Elke haploïde set chromosomen bestaat nu uit
2. Profase I (meiose begint) enkele chromosomen
 Homologe chromosomen gaan tegen elkaar liggen 2. Metafase II
(4 chromatiden, van ieder chromosoom 2)  Chromosomen liggen ih equatorvlak
 Chromosomen spiraliseren en kernmembraan valt 3. Anafase II
uiteen  Chromatiden van elk chromosoom gaan van elkaar af
3. Metafase I  De chromosomen delen
 Chromosomen liggen paarsgewijs in equatorvlak 4. Telofase II
(midden vd cel)  Er zijn 4 haploïde cellen gevormd
4. Anafase I  Elke cel heeft complete set erfelijke info, maar nu
 Chromosomen van een paar worden verdeeld door in enkelvoud
spoelfiguur (2 chromatiden van 1 chromosoom)
 Van elk paar chromosomen gaat één naar de ene
pool en het andere naar de andere pool
5. Telofase I en celdeling
 2 haploïde cellen zijn nu gevormd
 Elk chromosoom heeft twee chromatiden

Vrouwelijke geslachtscellen
Vorming vrouwelijke geslachtscellen begint al haverwege zwangerschap. Door mitosen ontstaan id ovaria paar miljoen
diploïde oögonia:
 Deel vd oögonia begint aan meiose, maar stopt in profase I. Zij vormen de diploïde primaire oöcyten.
o Groot aantal oöcyten sterft af; aantal daalt van miljoen per eierstok bij geboorte tot 250k aan begin puberteit
 Oöcyten zijn omgeven door cellen afkomstig vh ovarium. Deze follikelcellen vormen samen met oöcyt een follikel.
Vanaf puberteit gaat, onder invloed vh hormoon FSH, de meiose verder. Maar niet met alle follikels tegelijk. Pauze id meiose
duur minimaal twaalf tot max 50 jaar.
 Aan begin van iedere menstruatiecyclus nemen 5-12 follikels sterk toe in volume en hervatten de meiose.
 Meestal maakt één follikel meiose af en sterft de rest. Soms ontwikkelen twee follikels verder: kans twee-eiige tweeling
 In haar leven rijpen bij een vrouw 400-500 follikels.
Meiose I eindigt met ongelijke verdeling cytoplasma
 Eén cel krijgt vrijwel alles: de secundaire oöcyt
o Deze begint aan meiose II, maar stopt in metafase II. In dat stadium komt oöcyt (eicel) vrij uit follikel: ovulatie
o Bij bevruchting voltooit secundaire oöcyt meiose II voordat de kernen van eicel en zaadcel versmelten. Hierbij
ontstaat de eicel en een tweede poollichaampje.
 Andere cel verschrompelt tot een poollichaampje (kan nog delen, maar speelt verder geen rol meer)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller JudithVWO. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.25  2x  sold
  • (1)
  Add to cart