Answers
Werkgroep 3 Vennootschapsrecht en rechtspersonenrecht
- Course
- Institution
Werkgroep 3 Vennootschapsrecht en rechtspersonenrecht. Onderwerp: Kapitaalvennootschappen (NV/BV). Rode tekst zijn de antwoorden van de docent.
[Show more]
Seller
Follow
jantxx_1999
Reviews received
Content preview
Casus week 3De vrienden Robert en Aziz kennen elkaar van de Amsterdamse Vereniging van Financieel Adviseurs. Zij
zien in advies en begeleiding bij bitcoin-transacties een gat in de markt en menen dat het verstandig is
voor hun activiteiten een NV (SmartMoney NV) op te richten. Omdat ze in de bitcoin-gekte geen tijd
willen verliezen, gaan ze alvast aan de slag met SmartMoney NV i.o. Voor oprichting heeft Robert
namens SmartMoney NV i.o. een contract gesloten met grafisch ontwerper Niek voor het ontwerp van
een huisstijl en bedrijfslogo. Aziz huurt per 1 oktober 2018 namens de NV i.o. een bedrijfsruimte aan de
Zuidas.
SmartMoney NV wordt op 1 december 2018 opgericht; dezelfde dag trekt het bedrijf in de gehuurde
bedrijfsruimte. Wanneer Robert en Aziz het voorstel van de ontwerper ontvangen zijn zij hier niet
gelukkig mee; het contract wordt dan ook niet door SmartMoney NV bekrachtigd.
Vraag 1
Wie kan tot betaling worden aangesproken:
a. door de verhuurder van de bedrijfsruimte?
Het gaat hier om de aansprakelijkheid van een rechtshandeling die is gedaan vóór de oprichting
van de nv à art. 2:93 lid 1 BW. Hierin staat dat er slechts rechten en plichten voor de
vennootschap ontstaan wanneer zij de rechtshandeling na oprichting uitdrukkelijk of
stilzwijgend bekrachtigd. In dit geval is de huurovereenkomst stilzwijgend bekrachtigd na de
oprichting, doordat het bedrijf intrekt in de gehuurde ruimte. De nv kan dus op grond van art.
2:93 lid 1 BW worden aangesproken worden tot betaling. Op grond van art. 2:93 lid 2 na de
bekrachtiging is de handelende persoon niet langer meer aan te spreken.
b. door grafisch ontwerper Niek?
Het gaat hier om de aansprakelijkheid van een rechtshandeling die is gedaan vóór de oprichting
van de nv à art. 2:93 lid 2 BW. Hierin staat dat de handelende personen hoofdelijk verbonden
zijn tot aan de bekrachtiging. Er wordt hier niet bekrachtigd dus op grond van art. 2:93 lid 2 BW
kan Robert, die het contract gesloten heeft en dus de handelende persoon is, aangesproken
worden tot betaling.
Als de overeenkomst niet wordt nagekomen, moet er gekeken worden naar art. 2:93 lid 3 BW.
De handelende persoon is dan hoofdelijk verbonden.
Robert en Aziz hebben hoge verwachtingen van hun onderneming. Bij oprichting kent de vennootschap
een maatschappelijk kapitaal van €250.000, verdeeld in 8.000 gewone aandelen en 2.000 preferente
aandelen, alle met een nominale waarde van €25. In totaal zijn 1600 gewone aandelen en 200
preferente aandelen geplaatst; op de aandelen is de nominale waarde gestort.
Vraag 2
Voldoet SmartMoney NV aan alle eisen omtrent het maatschappelijk, geplaatst en gestort kapitaal?
Op grond van art. 2:67 lid 1 BW de aandelen zijn voor de nominale waarde uitgegeven. €250.000
euro/10.000 aandelen = €25 euro.
, Op grond van art. 2:67 lid 3 BW moet er minimaal €45.000 euro worden gestort. 1800*25 = €45.000
euro. Hier is dus aan voldaan.
Op grond van art. 2:67 lid 4 BW moet er minimaal een vijfde gedeelte van het maatschappelijk kapitaal
geplaatst zijn à 1/5 van €250.000 euro = €50.000 euro. 1800*25 = €45.000 euro. Hier is dus niet aan
voldaan. Dit zal dan alsnog moeten gebeuren. Er is dus niet voldaan aan de eisen omtrent het geplaats
kapitaal.
Robert en Aziz maken het op de aandelen te storten bedrag over op een rekening die op naam van de
NV i.o. is gesteld. De bank geeft ter zake van deze rekening een zogenaamde b-verklaring af. Stel dat de
notaris bij de oprichting vergeet de b-verklaring aan de akte van oprichting te hechten. De storting
wordt in de akte van oprichting aanvaard.
Vraag 3
Welke gevolgen heeft dit voor:
a. de storting op de aandelen?
De bankverklaring is een bewijs van storting. Dit is een oprichtingseis op grond van art. 2:93a
BW. Dit heeft geen effect (gevolgen) voor de storting, want het heeft directe binding op grond
van art. 2:93a lid 4 BW.
b. de oprichting van de NV?
In art. 2:93a lid 1 BW staat dat de bankverklaring moet worden aangehecht. Als de wet iets
voorschrijft en dit gebeurd niet, dan leidt dit tot een oprichtingsgebrek wat kan leiden tot een
mogelijke ontbinding van de vennootschap (art. 2:21 lid 1 sub a BW). Het heeft dus wel gevolgen
voor de oprichting van de NV op grond van art. 2:21 lid 1 sub a BW jo. 2:93 lid 1 BW.
c. de storting op de aandelen en de oprichting indien het geen NV maar een BV betreft?
Een BV vereist niet zo’n verklaring. Er zijn dus geen gevolgen als het gaat om een BV. Dit komt
door de flexwerking van de BV. Er waren bij een NV heel veel gedetailleerde regels, ze wilden de
BV makkelijker maken in belang van de samenwerking. Er is nog steeds bescherming van het
vermogen/crediteuren, maar dit heeft een hele andere vorm dan bij een NV. Er is geen
minimumkapitaal meer, etc.
Aziz en Robert zijn zich bewust van de risico’s die aan de bitcoin-handel kleven. Zij spreiden hun
investeringen en hebben hun beleggingen in vastgoed ondergebracht in Harde Stenen BV. Zij houden
beiden ieder de helft van de aandelen. Ter uitbreiding van het eigen vermogen van Harde Stenen BV
dienen nieuwe aandelen te worden uitgegeven. De rijke investeerder Donald is bereid aandelen te
nemen. Aziz en Robert zien in deelname van Donald een uitgelezen groeimogelijkheid, maar willen niet
dat hij zeggenschap in de BV krijgt.
Vraag 4
Kunnen Aziz en Robert besluiten tot uitgifte van stemrechtloze aandelen aan Donald? Wat is voor deze
uitgifte nodig?
Dit kan op grond van art. 2:228 lid 5 BW. Hiervoor is nodig dat de aandelen als stemrechtloos worden
aangeduid in de statuten. De statuten moeten dus worden gewijzigd en er moet een
notariële akte worden opgemaakt. Vervolgens moeten ze nog worden uitgegeven à 2:206 BW. Ze zijn
dan nog niet bij Donald à art. 2:196 BW.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jantxx_1999. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
67474 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now