- Mensen veranderen, ontwikkelen, innoveren.
- Soms is het belangrijk dat iemand meedenkt en je ondersteunt = werkgebied van de agogiek.
- Iedereen kijkt anders aan tegen veranderingen. De een ziet het als uitdaging en de ander
word er onzeker van
- Je moet je nieuwe gedachtes, technieken en gewoontes eigen maken. Gaat niet vanzelf
Veranderen: twee betekenissen
1. het onderwerp word zelf anders / veranderd (het weer veranderd)
2. zelf doen veranderen (zelf iets doen waardoor iets anders veranderd, kamer opruimen)
anders maken = overgankelijk
het gaat om: De wijze waarop je mensen kan helpen, begeleiden of beïnvloeden bij hun verandering
- het gaat hierbij om professionele beïnvloeding dat mensen het beter gaan krijgen.
> dus niet reclame die je koopgedrag wil beïnvloeden, of toeteren om je van rijbaan te laten
veranderen.
het betreft dan: maatschappelijk werkers, verpleegkundigen, psychotherapeuten,
reclasseringswerkers, couches, en voorlichters
agogie = een verzamelnaam voor al dit werk
agein: betekend in het Grieks, leiden/voeren
agogische beroepen / werkvelden: zie boven
agogiek: de leer van de principes van deze werkvelden
agoog: mensen die dit werk verrichten
- Agogiek = de leer van het doen veranderen van mensen (het leren omgaan met mensen met
bepaalde problemen.
kenmerken van agogie
Het gaat om ‘mensen in verandering’
Voorbeeld:
- een sociaal werker helpt iemand veranderen dat hij geen grote schulden meer maakt
- een verpleegkundige helpt iemand zijn leefstijl te wijzigen op hartinfarct te voorkomen
beïnvloeden en veranderen = kernbegrip in de agogiek
maar! Een chirurg brengt ook veranderingen aan, maar dit is geen agogie.
Het is agogie als:
, het gaat om een psychosociale verandering
psycho staat voor je ziel en je geest en sociaal voor onderlinge verhoudingen met mensen. Het
psychische is niet goed te onderscheiden van het sociale: je sociale (hoe je tegen mensen doet) hangt
af van hoe je je voelt, je psychische. En je psychische hangt weer af van bv hoe je bent opgevoed (je
sociale).
Psychosociaal functioneren kan ook in groepsverband.
Let op! Verandering van kennis (dus bv leren) is geen agogie. Het agogische leerproces gaat verder da
alleen weten.
beïnvloeding vind beroepsmatig plaats
wanneer de agoog je helpt omdat dit zijn taak is en hiervoor aanspreekbaar is. kan ook om
vrijwilligerswerk gaan hoeft niet betaald.
beïnvloeding is doelgericht
er gaat een verandering plaats vinden die van te voren ook bedacht en geplant is. het is dus de
bedoeling te veranderen.
let op! Je kan ook veranderen door invloed van menen om je heen, niet doelgericht. Geen agogie
de veranderaar werk systematisch
de agoog werkt met een plan en werkt zorgvuldig naar het doel toe waarbij hij zijn vakkennis en
ervaring gebruikt.
de beïnvloeding vind bewust plaats
de beïnvloeding vind open en eerlijk plaats. (in tegenstelling tot manipulatie en indoctrinatie)
de verandering word door de betrokkenen gewenst
het gaat om het belang van degene die wil veranderen. De betrokken persoon wenst de verandering.
Let op! Dus bij een reclame gaat het om het belang van de verkoop, geen agogie.
de beïnvloeding word vrijwillig ondergaan
degene die beïnvloed wil worden moet zich hier vrijwillig aan onderwerpen
let op! Hier is vaak over te discussiëren want vaak is het niet alleen de keuze van diegene zelf.
de beïnvloeding is niet wederzijds
de beïnvloeding is eenzijdig; van de agoog naar de ander.
Let op! De agoog kan beïnvloed worden door zijn cliënt, maar deze beïnvloeding is toevallig!
het gaat om (jong) volwassenen
kinderen is psychologie
Aan deze voorwaarden moeten voldaan zijn om te spreken van agogiek
Algemenen kenmerken agogiek (niet uit boek)
- Het bevorderen van het zelfregulerende vermogens van mensen: ze client zal zelf moeten
veranderen. De hulpverlener zorgt er alleen voor dat de client dit zelf kan doen.
- Agoog helpt mensen om zich kennis, waarden, normen en gedragingen eigen te maken door
te internaliseren. De hulpverlener moet zorgen dat de client zich dit eigen maakt.
, - Dwang en disciplinering zijn tegenstrijdig met agogisch werk. Je moet voorkomen dat je
mensen dwingt te veranderen en dingen aan te leren die niet bij ze passen.
Disciplinering = normalisering, aanpassen zodat de veranderen
- Speciale verhouding aangaan voor beperkte tijd
- Dialoog staat centraal, je zult samen met de client tot een oplossing moeten komen.
- Oplossen van problemen op sociaal gebied
- Cliënt niet altijd onderwerp van bemoeienis kan ook gaan om veranderen van
omstandigheden bv: mensen met veel stres over toetsen hoeft niet meteen te gaan over de
cliënt zelf maar kan ook over het testsysteem gaan.
Je kunt dus ook sociaal technologisch te werk gaan dus de situatie veranderen.
Cliënt
Degene die een verandering ondergaat mag geen patiënt genoemd worden, dit wordt geassioseerd
met een passieve, afhankelijke en onzelfstandige rol.
Cliënt is het goede woord
Cliëntsysteem: verandering van verschillende personen tegelijk
Deelnemers: bij cursussen of trainingen
Bewoners: in inrichtingen
Pupillen: mensen met verstandelijke beperking
Met of zonder k?
Andragogiek is het veranderen van de volwassen mens, is overgenomen door het woord agogiek
Beroepen en velden
Beroepen waarin agogisch werk centraal staat:
- Sociaal werker, maatschappelijk werker, opbouwwerker, psychotherapeut, metal couch,
geestelijk verzorger etc.
Beroepen die belangrijk agogisch aspect in zich dragen
- Verpleegkundige, arts, leraar, praktijkbegeleider etc.
niveaus van psychosociaal functioneren
cliëntensystemen zijn op basis van hun omvang te verdelen in categorieën. Het gaat daarbij om de
sequenties die de omvang heeft voor de aard van het psychosociale functioneren.
, Individuele personen
Aspecten van psychosociaal functioneren van een individu kan zijn; gevoel, houding, ervaringen,
gedrag, zelfbeeld, ambitie, behoeften.
De psychosociale verandering kan dan zijn; iets accepteren, meer open gaan staan voor problemen
van groepsgenoten.
Groepen
Een verzameling van mensen die elkaar kennen en bij elkaar horen; echtparen, gezinnen, teams,
klassen of leergroepen.
Bij een groep speelt psychosociaal functioneren van het individu een rol + andere psychosociale
verschijnselen die bij een groep horen; jaloezie, communicatie, vriendschap, vertrouwen,
besluitvorming.
De psychosociale verandering kan zijn; meer groepsgevoel en samenwerking, echtparen geven elkaar
meer vrijheid, een gezin leert ruzies te beperken.
Organisaties
Een organisatie bestaat uit individuen en groepen. Ze kennen elkaar op een formele manier.
Het functioneren van beide niveaus speelt mee.
Voorbeelden van organisaties zijn; scholen, ziekenhuizen, fabrieken, sport verenigingen.
Psychosociale zaken; hiërarchie, belangrentegenstellingen, besluitvormingsprocedures, geschreven
regels
Psychosociale veranderingen; een hogenschool stelt studentenraad in, een gewijzigde taakverdeling
tussen twee afdelingen bij de brandweer, nieuwe verpleegprotocollen in een ziekenhuis
Grotere samenlevingsverbanden
Grote anonieme verzameling mensen die een gemeenschappelijk kenmerk hebben. Vaak niet
duidelijk wie er wel en niet tot behoort. Samenstelling wisselt.
De psychosociale aspecten van de vorige niveaus kunnen hierin teruggevonden worden
Voorbeelden samenlevingsverbanden; bewoners van Amsterdam, Nederlandse diabetes patiënt,
rokers, bejaarden, alleenstaanden, turken.
Er is een (sub)cultuur en waarden en normen spelen hierbij een rol.
Communicatie verloopt anoniem en voornamelijk via massamedia en gedrag word gestuurd door
(politieke en overheid) regels.
Psychosociale veranderingen; toenemend milieubewustzijn, op gang komen van vrijwilligers, scholing
van vrouwen in een ontwikkelingsland.
- Microniveau: individu, (kleine) groep.
- Mesoniveau: organisatie, kleine samenlevingsverbanden
- Macroniveau: maatschappij, grote samenlevingsverbanden
Verandering nader bekeken
Verandering is dus het verschil tussen een nieuwe en oude situatie.
Verschil tussen vervangen en toevoegen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller meikehellings. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.66. You're not tied to anything after your purchase.