Samenvatting Hoofdstuk 7 : Der erfgenamen van de Chicago School

Hoofdstuk 7 : De erfgenamen van de Chicago
School
1. Inleiding
 = nieuwe theorieën over buurtkenmerken en criminaliteit
 Voortrekkersrol : Robert J. Sampson (dynamic contextualism)
o Doctoraat : ‘Neighborhood context of personal victimization’
 (Her)ontdekking van een sterk en stabiel heilzaam effect van residentiële stabiliteit
 Paradigma : wetenschappelijk realisme
o En niet langer in het sociologisch positivisme van de oude Chicago School

2. De context van de heropleving van sociaal-ecologische
theorieën
 Toegenomen gettovorming in oude industriële buurten rond stedelijke centra
 Goedkopen arbeid vlucht weg uit de stad
 Structurele werkloosheid voor armste groepen
 White flight  welgestelde blanke middenklasse vlucht weg uit de stad
o Gevolg : Afro-Amerikaanse en Latino onderklasse blijft achter
o Segregatiethese (Wilson)
 Parallelle evolutie :
o Nieuwe ideeën rond architectuur en de stad
o Stedenbouwkundige ingrepen en ‘social engineering’

3. Afrekening met de ecologische fout
 Dankzij methodologische vooruitgang
o Buurtonderzoek (surveymethodologie)  via …
 Zelfrapportagesurveys (zelfgerapporteerd daderschap te bestuderen)
 Slachtofferenquêtes (zelfgerapporteerd slachtofferschap & onveiligheidsbeleving te
bestuderen)
o Onderzoek naar & verbetering van officiële registraties
o Multilevel analyse
 Koppeling survey-gegevens met buurtkenmerken
 Nieuwe methodologie : ecometrie (ecometrics)
o Van Sampson en Raudenbush
o Methode om betrouwbaarheid & geldigheid van gemeten buurtkenmerken in te
schatten
 Systematische sociale observatie
o Kwalitatief, etnografisch onderzoek als aanvulling van kwantitatieve analyses

4. Ruth Kornhauser en de evaluatie van de sociale
desorganisatietheorie
 Beïnvloed door Hirschi
 Kritiek op het principe van culturele transmissie


1
Etiologische Criminologie

, o Weigerde culturele transmissie te aanvaarden als mechanisme in
verklaringsmodellen voor regelovertredend gedrag


 Kritiek op Shaw & McKay: desorganisatiemodel = mengvorm met onverzoenbare
mensbeelden
o Mengeling van culturele deviantietheorie & controletheorie
 Boek : ‘Social Sources of Delinquency : An Appraisal of Analytical Models’




sociale desorganisatiemodel van Kornhauser

 Schema
o Sociale structurele buurtkenmerken hebben een invloed op de informele controle
 (Economische) deprivatie
 Residentiële mobiliteit
 Etnische heterogeniteit
o De verminderde informele controle is de oorzaak van
 Georganiseerde misdaad
 Culturele transmissie van criminele waarden
 De concentratie jeugdige regelovertreders in gedesorganiseerde buurten

5. Koerswijzigingen in de sociaal-ecologische theorie
 Vier grote verschillen met klassiek sociaal-ecologisch onderzoek
o (1) Van woonplaats delinquent naar pleegplaats criminele feit
o (2) Zowel intrastedelijke als interstedelijke studies
 Interstedelijk : de stad/gemeente staat centraal als analyseniveau en niet enkel de
stedelijke buurt
o (3) Er zijn meerdere oorzaken vd geografische concentratie van regelovertredend
handelen, dan voorheen werd aangenomen
 Deprivatie, etnische heterogeniteit & verhuismobiliteit
 Bijkomende buurtkenmerken
 Opportuniteitsstructuur

2
Etiologische Criminologie