Dit document bevat alle casussen en schaduwcasussen van blok 1.1 Groei en Ontwikkeling I. Het bevat veel plaatjes waardoor de leerstof veel duidelijker wordt. Met dit document heb ik zelf een 'Goed' behaald.
Groei en Ontwikkeling I: Casus 1: Excursie naar het
Familiemuseum
1. Welke organellen bestaan er en wat zijn hun functies?
1. Nucleolus
2. Celkern
3. Ribosoom (blauwe puntjes)
4. Vesikel
5. Ruw endoplasmatisch reticulum
6. Golgicomplex
7. Cytoskelet
8. Glad endoplasmatisch reticulum
9. Mitochondrion
10. Vacuole
11. Cytoplasma
12. Lysosoom
13. Centrosoom
14. Celmembraan
• Endoplasmatisch reticulum (ER)
o Bestaat uit:
▪ Ruw Endoplasmatisch Reticulum (RER) → bevat ribosomen
▪ Glad (Smooth) Endoplasmatisch Reticulum (SER) → bevat geen
ribosomen
o Opbouw:
▪ Netwerk van membranaire tubes en zakken (cisternae)
▪ Dubbel membraan is continu met kernmembraan
▪ Werkt samen met golgi-apparaat en lysosomen
o Functie:
▪ Actief in de membraansynthese en andere synthese -en
metabolische processen
• RER: productie membranen
• SER: synthese van lipiden
• Flagella en cilia
o Opbouw:
▪ Cluster van microtubuli in een verlenging van het
plasmamembraan
o Functie:
▪ Motiliteit
• Centrosoom
o Opbouw:
▪ Bevat een paar centriolen
o Functie:
▪ Vorming spoelfiguur bij celdeling
1
,Jaar 1 GNK GEN1101 Groei en Ontwikkeling I
• Cytoskelet
o Opbouw: (van dun naar dik)
▪ Microfilamenten (= actine filamenten) → contractie
▪ Intermediaire filamenten → structuur
▪ Microtubuli → beweging
o Functie:
▪ Onderhoud de vorm van de cel
▪ Functioneert in celbeweging
• Lysosoom
o Opbouw:
▪ Ontstaan uit uitstulping van Golgi-apparaat
o Functie:
▪ Vertering
▪ Fagocytose
• Peroxisoom
o Opbouw:
▪ Enkel membraan
o Functie:
▪ Afbraak
▪ Detoxificatie
▪ Produceert waterstofperoxide als bijproduct
• Mitochondrium
o Opbouw:
▪ Dubbel membraan (fosfolipiden bilayer)
• Buitenste permeabel
• Binnenste niet permeabel
▪ Binnenste membraan is opgeplooid tot cristae
o Functie:
▪ Energievoorziening
• Golgi-apparaat
o Opbouw:
▪ Platte membranaire zakjes (cisternae)
o Functie:
▪ Verpakkingsmachine (ontvangt van ER)
• Ribosomen
o Bestaat uit:
▪ Vrije ribosomen
▪ Gebonden ribosomen (aan ER)
o Opbouw:
▪ Grote -en kleine subunit
o Functie:
▪ Proteïnesynthese
2
,Jaar 1 GNK GEN1101 Groei en Ontwikkeling I
• Plasmamembraan
o Opbouw:
▪ Dubbel membraan (fosfolipide bilayer)
• Hydrofobe staart
• Hydrofiele kop
o Functie:
▪ Omsluit de cel
• Kern
o Opbouw:
▪ Kernmembraan
• Dubbel membraan
• Omsluit de kern
• Bevat poriën
▪ Nucleolus
• Betrokken bij de productie van ribosomen (rRNA)
▪ Chromatine
• Bestaat uit DNA en proteïnen
o Functie:
▪ Bevat genetische informatie
• Cytoplasma
o Bestaat uit:
▪ Cytosol
▪ Organellen
o Functie:
▪ Verschillende metabole processen kunnen binnen de
compartimenten plaatsvinden zonder dat deze elkaar
verstoren
Organellen met dubbel membraan:
• ER
• Mitochondrium
• Plasmamembraan
• Kernmembraan
2. Opbouw DNA en RNA, wat is DNA en RNA en wat is hun functie?
De samenstelling en structuur van DNA
• Polymeren = lange keten van monomeren
• Monomeren van DNA = nucleotiden:
o Pentose suiker (deoxyribose (H)
o Stikstofbase
o Fosfaatgroep
3
,Jaar 1 GNK GEN1101 Groei en Ontwikkeling I
• 2 klassen van stikstofbasen:
• purines: adenine (A) & guanine (G) (dubbele ringstructuur)
• pyrimidines: cytosine (C), thymine (T) (enkele ringstructuur)
→ thymine enkel in DNA en uracil enkel in RNA
• Basen zitten aan elkaar vast dmv van waterstofbruggen
• A-T (2 waterstofbruggen) en G-C (3 waterstofbruggen)
• Verschil in aantal waterstofbruggen → centrum DNA ligt niet in het midden
→ minor en major groove
• Dubbele helixvorm
• DNA gewikkeld om histonen
• 8 histonen = nucleosoom
• DNA vast opgerold aan histon = heterochromatine (gen inactief)
• DNA los opgerold = euchromatine (gen actief)
• Lezen van 3’ naar 5’
• Strengen lopen antiparallel
• Suiker + base = nucleoside
• Suiker + base + fosfaatgroep = nucleotide
• 50% purines en 50% pyrimidines
▪ hoeveelheid A = hoeveelheid T
▪ hoeveelheid C = hoeveelheid G
• Genotype = erfelijke informatie
• Fenotype = manier waarop deze informatie zich uit
• Functie DNA: bevat de genetische code
De samenstelling en structuur van RNA
• RNA vs DNA:
o RNA heeft als suiker ribose ipv deoxyribose
o RNA heeft de base uracil (U) ipv thymine (T)
o RNA heeft een enkelstreng ipv een dubbelstreng
• Soorten RNA:
o mRNA (messenger RNA → rol bij transcriptie)
o tRNA (transport RNA → rol bij translatie (bevat anticodon))
o rRNA (ribosomaal RNA → rol bij opbouw ribosomen)
o miRNA (micro RNA → rol bij genregulatie)
4
, Jaar 1 GNK GEN1101 Groei en Ontwikkeling I
• RNA vouwt zichzelf op om regio’s te vormen van antiparallele dubbelstrengig
RNA, gescheiden door segmenten van ongepaard RNA = secundaire
structuur van het molecule
• Geen vaste hoeveelheid (wordt continu afgebroken en aangemaakt) → wel
bij DNA
• H-bruggen zijn minder stabiel dan DNA
Bron: iGenetics A Molecular Approach, Third edition, Russel, pag. 39-62
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sophie_0403. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.71. You're not tied to anything after your purchase.