Een overzichtelijke en duidelijke samenvatting met alle stof die je moet kennen voor het tentamen Straf(proces)recht, inclusief alle wetsartikelen en eventuele voorbeelden, schema's en stappenplan. Mijn tip is om alle artikelen en jurisprudentie die bij elkaar horen bij elkaar te schrijven en tabje...
Straf(proces)recht
College 1 – Hoofdstuk 1, 2.3, 7.1, 7.2, 7.3.2, 7.3.3, 7.4,
7.5.1, 8.3.3 + 15
Strafrecht
Beeldvorming strafrecht
beinvloed door de media: Strafrecht is het meest mediajeniek. Wat er gebeurd staat in de
krant, op tv en op social media.
Beinvloed door de politiek: Strafrecht word gebruikt om problemen op te lossen.
Eigen beeldvorming: dingen die je zelf bekijkt (series, boeken) of meemaakt.
Hoe krijg je dan juiste beeld van Nederlandse strafrecht?
Series/boeken vaak gebaseerd op Amerikaanse Strafrecht, verschilt met Nederlandse.
Bronnen strafrecht
Bronnen van kennis
= feiten van algemene bekendheid. Zoals taalkennis, wat bepaalde dingen
betekenen. Feiten zijn zo algemeen dat er geen discussie mogelijk is. Hoeven niet te
worden bewezen, staan in de wet.
Klassieke bronnen
o Wetten:
Onderverdeling strafrecht
Publiekrechtelijk handhavingsrecht
- Bestuursrecht: steeds meer strafhebbende bevoegdheden mogen worden
aangewend door het bestuursrecht, bv. bestuurlijke boete, uit huis plaatsing,
sluiting panden etc = bestuurlijk sanctierecht.
- Strafrecht: heeft formele strafrecht (proces, wetboek van strafvordering),
matriele strafrecht (straffen, wetboek van strafrecht bevat leerstukken (opzet,
poging etc) en alle delicten (misdrijven en overtredingen)), bijzondere
strafrecht (alle straffen die niet in wetboek van strafrecht staan, bijv:
opiumwet, wet wapens en munitie, wegen verkeerswet etc.) en penitentiair
recht (de tenuitvoerlegging van straffen en maatregelen: penitentiaire
beginselenwet, beginselenwet tbs-gestelden, beginselenwet justitiele
jeugdinrichtingen).
o Rechtspraak
o Literatuur
Moderne bronnen
o De beginselen van behoorlijk strafprocesrecht
- recht op een eerlijk proces
- onschuldpresumptie
- beginselen van subsidiariteit en proportionaliteit
- Nemo tenetur-beginsel (verbod op ‘self…’)
- Etc.
o De verdragen
- EVRM
- IVPBR
- ICC
, - Etc.
Legaliteitsbeginsel
Art. 16 Gw codificatie ervan art. 1 Sr +1 Sv.
Codificatieplicht
Verbod van terugwerkende kracht
Lex certa-beginsel
Verbod van analogie
Strafprocesrecht alleen bij formele wet (wet in formele zin)
Art. 1 Sr codificatieplicht is geschreven recht, verbod van terugwerkende kracht en lex
certa-beginsel/bepaaldheidsgebod.
Art. 1 Sv bij wet: dus alleen bij wet in formele zin.
Structuur strafbaar feit
Wetgever voldoet aan legaliteitsbeginsel door in formele wetten structuur aan te brengen
aan de strafbepalingen:
Het moet gaan om een menselijke gedraging
Die past in een delictsomschrijving
Die staat in een wettelijke bepaling
Welke gedraging wederrechtelijk is
En waarvan de dader verwijtbaar is
Pp terugkijken
Bestaan van een verdenking (HR 23 november 1999, NJ 2000, 127)
Op het moment dat een verdachte in een voertuig plaatsneemt, waaruit hij zich niet zonder
meer kan verwijderen, levert dat een geldige aanhouding op.
Muilkorf (HR 12 april 1897, W1897, 6954)
Op grond van art. 1 Sv mogen regels over strafvordering alleen in een formele wet worden
gegeven.
Verdachte vaststellen
- Aanwijzing: is niet voldoende voor een verdachte.
- Vermoeden/verdenking: van strafbaar feit, maar niet perse de persoon
- Ernstig bezwaar: om langer vast te houden bijv.
- Rechterlijke overtuiging: vaststellen schuld
,College 2 – Hoofdstuk 7, 8.1, 8.2, 8.3.1 t/m 8.3.4, 8.3.8,
8.3.9 + 8.3.11
Organieke straf(proces)recht
Hoe zit de organisatie in elkaar die er voor zorgt dat een boef bij de rechter komt?
Politie (art. 141 Sv)
= met opsporing van feiten belast
Organisatie en leiding politie
Te vinden in Politiewet 2012.
Sinds 1 januari 2013 nationale politie, onder leiding van de Korpschef en onder gezag van de
Minister van Justitie en Veiligheid.
Wat wil de regering van de nationale politie?
Meer BOA’s op straat
Animalcops
Krijgsmacht vaker inzetten bij aanhoudingen
Inzet Koninklijke marechaussee bij terreurdreiging
Verbetering bewapening en training politie
Meer fouilleringsbevoegdheden
Nieuwe strafuitsluitingsgrond bij geweldsaanwending door de politie
Huidige politieorganisatie
1 landelijke eenheid: ondersteunende politiediensten
10 regionale eenheden: onderverdeeld in territoriale onderdelen)
Iedere eenheid staat onder leiding van een politie-chef
Rijksrecherche
= politie binnen de politie
Wanneer in beeld?
Altijd: als een politieagent zelf verdacht wordt van een strafbaar feit
Altijd: bij gebruik vuurwapen door politie met ernstig letsel of de dood tot gevolg
Soms: als integriteit van de overheid in geding kan komen (bijv. fraude)
Rijksrecherche werkt onder de verantwoordelijkheid van het College van procureurs-
generaal.
Taken landelijke eenheid
Liaison Europol/Interpol
Specialistische politietaken
o Misdaadanalyses en daderanalyses
= programma’s om inzicht te krijgen in bepaalde patronen in de grotere
misdaad
- VICAP, Mr.Big, GEDMATCH etc.
o Bijstand aan regionale eenheden
= zaken die zo gespecialiseerd zijn dat ze die gecentraliseerd hebben op
landelijk niveau en regionale eenheden kunnen daar gebruik van maken
- DNA-databank, digitale recherche (financiele rechercheren), dactyloscopie
(vingerafdrukken)
Dienst Infrastructuur van de Landelijke Eenheid
, o Verkeerspolitie
o Waterpolitie
o Zeehavenpolitie
o Luchtvaartpolitie
Dienst landelijk operationeel centrum
= dienst die in actie komt bij acute veiligheidsproblemen van regio overstijgend
niveau, grootschalige incidenten.
Dienst landelijke recherche
= rechercheren op zware vorm van criminaliteit (mensenhandel, fraude,
internationale misdrijven, voortvluchtigen).
Dienst landelijke informatieorganisatie
= zoeken alle bronnen uit op informatie die relevant zijn voor politie en justitie.
Dienst landelijke operationele samenwerking
= houdt zich bezig met operaties opzetten (afluisteren, mr big).
Dienst bewaken en beveiligen
= houdt zich bezig met beveiliging van bedreigde mensen (geert wilders).
Dienst speciale interventies
= hoort bij krijgsmacht (zie hieronder)
Formele leiding over de politie
Nationaal (over de hele politie)
- Korpschef, onder gezag van de minister (art. 27 Politiewet 2012)
Regionaal (over de regionale eenheid)
- Regioburgemeester (art. 19 Politiewet 2012) = burgemeester grootste gemeente in
regionale eenheid
- Politiechef (landelijke of regionale eenheid; art. 38 Politiewet 2012)
Functionele leiding over de politie
Is afhankelijk van de soort politietaak (art. 11 + 12 Politiewet 2012)
Taken politie (art. 3 Politiewet 2012):
- Hulpverlening
- Handhaving van de rechtsorde (openbare orde en strafrecht)
Openbare orde (grote ongelukken, rampen, rellen): politie onder gezag van de burgemeester
van de gemeente waar orde verstoring plaatsvind.
Strafrecht (voorkoming, opsporing, vervolging, executie (van strafbare feiten)): politie onder
gezag van de officier van justitie.
Driehoeksoverleg art. 13 Politiewet 2012: burgemeester + officier van justitie + politie
(politiechef, maar meestal namens hem de districts-chef)
Politietaken krijgsmacht
Krijgsmacht en strafrecht
Ten behoeve van de openbare orde en strafrechtshandhaving
Bijstand door de Koninklijke marechaussee (art. 57 Politiewet 2012)
Bijstand door andere delen krijgsmacht (art. 58 Politiewet 2012)
Inzet militaire bijstandseenheden (art. 59 Politiewet 2012)
Koninklijke marechaussee
- Militaire poitietaken
- Taken Politiewet 2012
- Alle politietaken op luchthaven Schiphol
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vayaxs. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.34. You're not tied to anything after your purchase.