Samenvatting cq. overzicht van alle hoorcolleges en de belangrijkste leerstukken internationaal strafrecht. De colleges zijn vooral in het begin vaak nogal rommelig/weinig structuur, dus dan is dit een prettig overzicht. Ik heb door dit document te leren het jurisprudentieoverzicht een 9 gehaald ...
Internationaal recht – samenvatting
Week 1: rechtsmacht
Benaderingen internationaal recht:
1. Droit pénal international: strafrechtregels die vanuit het nationale recht doorwerken op
het grondgebied van andere staten.
2. Droit international pénal: strafrechtregels die voortvloeien uit internationale regels die
staten onderling hebben afgesproken en ter zake waarvan zij hun soevereiniteit
opgeven.
De kern van internationaal strafrecht is dat het er voor de concrete samenwerking niet toe doet
of iemand ‘het gedaan’ heeft (strafrechtelijke aansprakelijkheid) en of dat de samenwerking in
een concreet geval redelijk is, omdat het bestaan van een verdrag hiertoe voldoende is.
Voorbeeld Piraterij Taipan (Rb. Amsterdam 4 juni 2010):
Piraten worden door Nederlandse militairen gearresteerd en daarna overgeleverd aan
Duitsland, omdat Duitsland een sterkere band heeft met de strafbare feiten dan Nederland,
omdat de gekaapte boot Duits was; vlagbeginsel.
Het land dat de verdachte in bezit heeft, bepaalt aan welk land wordt overgeleverd. Nederland
is hier ‘blij’ met overlevering omdat ze dan niet in Nederland hun straf hoeven uit te zitten en
de kans dat ze uiteindelijk asiel aanvragen in Nederland is hierdoor kleiner.
Overzicht rechtsmacht:
- Territorialiteitsbeginsel: de Nederlandse strafwet is van toepassing op eenieder die
zich in Nederland schuldig maakt aan enig strafbaar feit. (art. 2 Sr)
- Vlagbeginsel: de Nederlandse strafwet is van toepassing op eenieder die zich buiten
Nederland, aan boord van een Nederlands vaartuig of luchtvoertuig aan enig strafbaar
feit schuldig maakt. (art. 3 Sr)
- Beschermingsbeginsel/universaliteitsbeginsel: de Nederlandse strafwet is van
toepassing op eenieder die zich buiten Nederland schuldig maakt aan bepaalde
misdrijven. (art. 4 Sr)
- Passief nationaliteitsbeginsel: de Nederlandse strafwet is van toepassing op eenieder
die zich buiten Nederland schuldig maakt aan een misdrijf tegen een Nederlander. (art.
5 Sr)
- Rechtsmacht door verdrag: de Nederlandse strafwet is van toepassing op eenieder die
zich buiten Nederland schuldig maakt aan een feit voor zover dat bij AMvB
aangewezen verdrag of besluit tot het vestigen van rechtsmacht over dat feit verplicht.
(art. 6 Sr)
- Actief nationaliteitsbeginsel: de Nederlandse strafwet is van toepassing op de
Nederlander die zich buiten Nederland schuldig maakt aan een feit dat door de
Nederlandse wet als misdrijf wordt aangemerkt en in het land van begaan strafbaar is.
(art. 7 Sr)
- Rechtsmacht voor Nederlandse ambtenaren. (art. 8 Sr)
- Rechtsmacht voor de schipper van een Nederlands vaartuig. (art. 8a Sr)
- Rechtsmacht indien de strafvervolging is overgenomen door Nederland / uitlevering
ter zake een terroristisch misdrijf geweigerd. (art. 8b Sr)
, - Vreemdelingen: de Nederlandse strafwet is van toepassing op de vreemdeling die zich
buiten Nederland schuldig maakt aan een misdrijf waar minimaal acht jaar
gevangenisstraf op staat en deze zich in Nederland bevindt en:
a. Uitlevering geweigerd.
b. Uitlevering niet mogelijk vanwege ontbreken verdragsrelatie. (art. 8c Sr)
Rechtsmacht tribunalen:
- IGH: staten onderling.
- ISH: individuen.
Universele rechtsmacht: de strafwet is van toepassing op een feit, waar dan ook het ter wereld
begaan is.
Universeel delict: een feit dat overal ter wereld strafbaar is.
Een feit is een universeel delict, als een misdrijf in een verdrag is vastgesteld, omdat het dan
een misdrijf is met een rechtsgoed dat door de internationale gemeenschap wordt beschermd.
Nederland vestigt alleen rechtsmacht ten aanzien van internationale misdrijven.
Complicatie art. 8c Sr: het moet gaan om de situatie dat uitlevering geweigerd is óf dat
uitlevering niet mogelijk is vanwege het ontbreken van een verdragsrelatie. Er staat alleen niet
dat het gaat om een verdragsrelatie met een bepaalde staat. Je kunt op deze manier betogen
dat Nederland altijd rechtsmacht heeft, omdat er altijd wel een land is waarmee je geen
uitleveringsrelatie hebt. Het ligt voor de hand dat het zo moet worden uitgelegd dat het gaat
om de onmogelijkheid om uit te leveren aan de staat waar een feit begaan is of de verdachte
onderdaan is.
Complicatie art. 8b lid 3 Sr: ‘uitlevering geweigerd’: wat als het gaat om overlevering binnen
de EU? Je moet uitlevering anders uitleggen, inhoudende dat uitlevering het overkoepelende
begrip is en overlevering hier een bijzondere regeling van is.
Verschil art. 8b en 8c Sr:
- Art. 8b lid 3 Sr: terroristische misdrijven.
- Art. 8c Sr: alle misdrijven vanaf acht jaar gevangenisstraf.
je moet altijd opletten of er een uitleveringsverdrag is dan wel een
uitleveringsverzoek is gedaan.
Stappenplan rechtsmacht bij verdrag (art. 6 Sr):
voorbeeld: Verdrag inzake de bestrijding van terroristische bomaanslagen.
1. Art. 6 Sr verwijst naar een AMvB Besluit internationale verplichtingen
extraterritoriale rechtsmacht.
2. Art. 2 Besluit bepaalt wanneer de Nederlandse strafwet van toepassing is in het kader
van de VN.
3. Terroristisch misdrijf? art. 2 lid 1 sub e Besluit.
Verdrag inzake de bestrijding van terroristische bomaanslagen.
4. Welke gedragingen komen in aanmerking? (art. 2 Verdrag)
Toetsen of voldaan is aan de voorwaarden uit het verdrag.
5. Let op: het verdrag is niet altijd van toepassing.
Gewapend conflict? art. 19 Verdrag.
, 6. Conclusie: wel of geen rechtsmacht omdat aan de voorwaarden van het
Besluit/Verdrag wel of niet voldaan is.
Week 2: immuniteiten
Verdrag van Wenen inzake diplomatiek verkeer:
- Gebouwen van ambassades van het buitenland staan op ons grondgebied. Onze wetten
zijn van toepassing. Als het grondgebied van dat land zou zijn, zou de Nederlandse
wet helemaal niet van toepassing zijn.
- De ambassadegebouwen zijn onschendbaar en worden niet zonder toestemming
betreden. (art. 22 lid 1 Verdrag)
- De belangrijkste reden om je te houden aan de regels is wederkerigheid. Je wilt dat
een ander land jouw immuniteit/onschendbaarheid ook respecteert. Elk land heeft
onderdanen in een andere staat waarvan je wilt dat deze beschermd worden.
- De voertuigen van immuniteitsgerechtigden zijn onschendbaar. Nederland kan niet
optreden tegen diplomaten die de verkeersregels niet naleven. Het slechts uitreiken
van een bekeuring is volgens het Hof al in strijd met de onschendbaarheid.
Oplossing Nederland:
1. Diplomaten die hun verkeersboete niet betalen, mogen geen gebruik meer maken
van het voorrecht om belastingvrij of gratis te tanken.
2. De boete mag niet worden uitgereikt. Diplomaten krijgen nu een brief waarin de
overtreding vermeld wordt met de uitnodiging te betalen.
Tegenargument: dit mag eigenlijk ook niet. Het maakt niet uit hoe je iets noemt
– boete of uitnodiging tot betalen – een sanctie aan een bepaalde gedraging is een
strafrechtelijke sanctie en daarmee verboden.
Onderscheid immuniteit en onschendbaarheid:
- Immuniteit: strafvervolging.
- Onschendbaarheid: vrijheidsbenemende of vrijheidsbeperkende maatregelen.
Onschendbaarheid en immuniteit Verdrag van Wenen inzake diplomatiek verkeer:
- Definities: welke personen vallen waaronder? (art. 2 Verdrag)
- Onschendbaarheid diplomatieke ambtenaar. (art. 29 Verdrag)
- Immuniteit diplomatieke ambtenaar. (art. 31 lid 1 Verdrag)
- Administratief en technisch personeel. (art. 37 lid 1 Verdrag)
geen onderdaan van Nederland.
- Bedienend personeel. (art. 37 lid 3 Verdrag) functionele immuniteit.
geen onderdaan van Nederland.
Hoe moet functionele immuniteit worden getoetst?
HR Euratom: houdt de desbetreffende gedraging onmiddellijk verband met de aan jou
opgedragen taak?
Het gaat er niet om of je je werk ook had kunnen verrichten zonder daarbij strafbare feiten te
begaan. Als je handelt ter uitvoering van je takenpakket is dat voldoende om functionele
immuniteit aan te nemen, ook als je het ook anders dan wel niet had kunnen doen.
Volledige immuniteit: het doet er niet toe waar of in welke hoedanigheid je een strafbaar feit
verricht.
, Betekent volledige immuniteit altijd handelen zonder gevolgen?
nee:
1. Vervolging in eigen staat op grond van het actief nationaliteitsbeginsel.
2. Nederland kan diplomaten ongewenst verklaren. Als zij niet vertrekken, vervalt de
immuniteit en kan alsnog tot vervolging worden overgegaan.
Wat als een misdrijf is opgenomen in een verdrag (dat tot vervolging verplicht)?
Dit heeft geen invloed op de immuniteit. Immuniteit berust op een verdrag. Een
verdragsverplichting tot vervolging zet de verdragsverplichting om immuniteit te respecteren
niet opzij.
IGH Yerodia: het argument van België dat de volkenrechtelijke immuniteit opzij gezet is
vanwege de noodzaak om internationale misdrijven te vervolgen wordt afgewezen. Het feit
dat een vervolging betrekking heeft op internationale misdrijven, doet niks af aan een
volledige immuniteit.
WIM: internationale misdrijven.
- Welk misdrijf in de WIM?
- Rechtsmacht als de verdachte zich in Nederland bevindt. (art. 2 lid 1 WIM)
- Immuniteit? (art. 16 WIM)
Hoge functionarissen zolang zij in functie zijn.
Volkenrechtelijk gewoonterecht.
Verdrag.
er bestaat geen verdrag dat immuniteit toekent aan hoge functionarissen, er zijn
alleen verdragen voor diplomaten.
De immuniteit van hoge functionarissen (staatshoofden, regeringsleiders, minister van
buitenlandse zaken) berustte voor art. 16 WIM op IGH Yerodia.
IGH Yerodia: vier gevallen waarin de immuniteit niet geldt.
1. Vervolging in eigen land. Internationaalrechtelijke immuniteit zegt niks over de
positie in eigen land.
complicaties Nederland:
a. Grondwet bepaalt dat de Koning onschendbaar is.
b. Het parlement moet voor de vervolging van een minister opdracht geven aan de
procureur-generaal.
2. De staat kan afstand doen van immuniteit.
3. Als functionarissen hun functie hebben neergelegd, kunnen zij worden vervolgd voor
feiten die zijn begaan in ‘persoonlijke hoedanigheid’ terwijl zij in functie waren.
Het is vaak niet duidelijk in welke hoedanigheid je een misdrijf begaat.
Internationale misdrijven zullen vaak in functie zijn begaan.
4. Vervolging door het ISH.
complicatie: niet alle staten zijn aangesloten bij het Statuut van Rome.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Babettedebruijn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.43. You're not tied to anything after your purchase.