Introductie tot revalidatie en kinesitherapie (D012715A)
Summary
Samenvatting introductie tot revaki - UGent - revaki
134 views 3 purchases
Course
Introductie tot revalidatie en kinesitherapie (D012715A)
Institution
Universiteit Gent (UGent)
Book
Het klinisch-kinesitherapeutisch onderzoek
Samenvatting van het vak introductie tot revalidatie en kinesitherapie gegeven door Prof. C. Van den Broeck & Prof. Witvrouw aan UGent.
Door het leren van deze samenvatting behaalde ik een 15/20 in de eerste zit.
Veel succes!
Introductie tot revalidatie en kinesitherapie (D012715A)
All documents for this subject (17)
Seller
Follow
catobauwens
Reviews received
Content preview
Introductie tot kinesitherapie
Deel 1: de wereld van de kinesitherapie
Definitie van kinesitherapie
= discipline binnen de gezondheidszorg die op een wetenschappelijke basisbeweging, fysische
agentia en specifieke technieken aanwendt met preventieve, curatieve en/of palliatieve
doelstellingen.
Gezondheid = dynamisch evenwicht tussen draaglast en draagkracht ⇒ verstoring? ⇒ ziek
beïnvloed door – endogene factoren; erfelijkheid + verworven eigenschappen
– exogene factoren; fysieke en sociale omgeving + leefstijl
Technieken kinesitherapie:
Beweging en oefeningen
o Inwerken op verschillende elementen noodzakelijk voor normale motoriek
▪ Beweeglijkheid
▪ Spierkracht
▪ Coördinatie
▪ Evenwicht
▪ Proprioceptie1
Specifieke technieken
o Specifiek element van de motoriek trainen
▪ Medische trainingstherapie
▪ PNF
▪ Frenkeloefeningen
Gebruik van hulpmiddelen
o Mecanotherapeutische opstellingen en klein materiaal
▪ Ballen
▪ Gewichtzakjes
o Fysische agentia
▪ Warmte
▪ Koude
▪ Elektrische stromen
▪ Hydrotherapie (water)
Doelstellingen kinesitherapie:
Preventief: voorkomen (vooral begeleiding risicogroepen)
Curatief: herstel
Palliatief: als herstel niet meer mogelijk is; thuisfront betrekken en begeleiden
1
Het vermogen van een organisme om de positie van het eigen lichaam en lichaamsdelen waar te nemen
1
,Interventiedomeinen2:
1. MUSKULO-SKELETALE AANDOENINGEN (MSS) (locomotorische aandoeningen)
− Aandoening van het bewegingsapparaat (spieren, botten, gewrichten)
− Niet regio gebonden
− 3 groepen;
o Orthopedische aandoeningen
▪ Vanaf geboorte3 of tijdens groei
▪ Stand- of houdingsafwijking
▪ Naargelang de gevorderdheid, aandoening ingedeeld in:
• Houdingsafwijking ⇒ actief of passief corrigeerbaar
• Deformiteiten ⇒ gefixeerde of beenderige afwijking
o Traumatische aandoeningen
▪ Van buitenaf een aandoening
▪ Fracturen, verstuikingen, ontwrichtingen, spier- en/of peesrupturen,
brandwonden en amputaties
o Reumatische aandoeningen
▪ Ontstekingsreuma (artritis): ontsteking gewrichten
▪ Slijtagereuma (artrose): verslijten van kraakbeen
▪ Weke delen reuma’s: ontsteking van omgeving van de gewrichten
(gewrichtskapsel, spieren, pezen en slijmzakjes)
▪ Reuma’s van het skelet: osteoporose4
2. PNEUMO-CARDIO-VASCULAIRE AANDOENINGEN
− 2 groepen;
o Cardiovasculaire aandoeningen
▪ Hartproblemen:
• Vermoeide hartspier → slechte bloedvoorziening → O2
• Klepproblematiek → slechte sluiting tussen O2-rijk en O2-arm bloed
• Hartritmestoornissen → O2-voorziening in gevaar → pacemaker
▪ Vaatproblemen:
• Aandoening aan arteriën5, venen6 en lymfevaten
o Respiratoire aandoeningen (moeilijkheden met longventilatie)
▪ Obstructieve longziekten
• Verminderde doorgankelijkheid van de luchtwegen als gevolg van
aspecifieke respiratoire aandoeningen
• Bronchitis, astma, mucoviscidose, …
▪ Restrictieve longziekten
• Ventilatorische uitval van alveolen door destructie van longweefsel
(tumor, ontsteking), compressie van longweefsel (pneumothorax), …
2
Waar kinesitherapie wordt toegepast
3
Congenitaal
4
Botontkalking
5
Slagader
6
Ader
2
,3. NEUROLOGISCHE AANDOENINGEN
− Centraal neurologische aandoeningen: aandoeningen aan hersenen of ruggenmerg (bv.
CVA, ziekte van Parkinson, dwarslaesie, …)
− Neuromusculaire aandoeningen: spierziekte door neurogene invloeden
4. PEDIATRIE
− Aandoeningen bij kinderen
− Let op!
o Kinderen groeien nog; rekening houden met de impact van de aandoening op
verdere levensstijl
o Ouders betrekken
o Kind motiveren
o Multidisciplinair; samenwerking met andere teamleden
5. GERIATRIE: VEROUDEREN
− Kwetsbaarder + minder reserve → moeizaam herstel → minder focus op analytisch aspect
en meer focus op het verbeteren van dagelijks functioneren
6. URO-GYNAECOLOGIE
− Pre- en postnatale kinesitherapie
− Bekkenbodemreëducatie (bekkenbodemspieren trainen voor stoelgang- of bevallingsproblemen)
7. PSYCHIATRIE
− Observeren van gedrag
− Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (DSM)omvat een classificatiesysteem
van psychische afwijkingen met telkens een definitie, diagnostische criteria en differentiële
diagnose
− Depressieve persoon weer actief doen bewegen
3
, ICF: International Classification of Functioning, Disability and
Health
• Ontwikkeld door World Health Organization (WHO)
• DOEL: gevolgen van de ziekte niet alleen op persoonlijk vlak situeren, maar ook op sociaal,
economisch en maatschappelijk gebied
• Benoemen/coderen van de ziekte/klachten: gebruik makend van ICD-10 (international
classification of diseases)
• ICF: taal voor een beschrijving van het menselijk functioneren ⇒ ordenen van gegevens
ICF
Het functioneren en de functioneringsproblemen Factoren
Functies en anatomische Activiteit en
Externe factoren Persoonlijke factoren
eigenschappen participatie
Functies= fysiologische of mentale eigenschappen vh menselijk organisme
Anatomische eigenschapen= positie, aanwezigheid, vorm en continuïteit van onderdelen vh lichaam
Stoornissen= afwijkingen in of verlies van functies of anatomische eigenschappen
Activiteiten= onderdelen van iemands handelen
Participatie= iemands deelname in het maatschappelijk leven
Beperking= de moeilijkheden bij het uitvoeren van activiteiten
Participatieprobleem= problemen bij het deelnemen aan het maatschappelijk leven
Externe factoren= de fysieke en sociale omgeving waarin mensen leven (individueel & sociaal)
Persoonlijke factoren= de individuele achtergrond van het leven van een individu, kenmerkel
(leeftijd, ras, opleiding, …)
ZIE PAG. 18-19 VOOR TABELLEN
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller catobauwens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.43. You're not tied to anything after your purchase.