Ik vond deze samenvatting van informatica theorie op facebook en heb hem volledig aangevuld aan de hand van het boek. Ik heb voor het examen enkel deze samenvatting geleerd, ben nooit naar de lessen geweest en behaalde 15/20.
INFORMATICA
HOOFDSTUK 1: Informatiesystemen
1.1 Inleiding
The World is Flat (Thomas Friedman): de wereld wordt steeds vlakker
*Productiviteitsparadox
Bedrijven investeren enorm in informatiesystemen maar dat weerspiegeld
zich niet in hun productiviteitscijfers.
“We see computers everywhere except in the productivity statistics”
productiviteit neemt niet toe (toch pc’s nodig)
Weerleggingen paradox
A. Verschuiving van opbrengsten over de grenzen van sectoren. (investeren in
informatiesysteem gecompenseerd door verlies in andere sectoren)
B. Meten van productiviteit en dienstverlening is veel complexer dan traditionele metingen
rond productiviteit. = productiviteit vs diensten
Probleem kan liggen in maturiteit technologie maturiteit v/d organisatie rond de kennis v/
h informatiesysteem
(bv. op KT: introductie v/ informatiesystemen kan leiden tot afname v/d productiviteit)
C.ICT is economisch belangrijk
Laatste decennia ontstonden veel innovatieve initiatieven
+ impact op micro- als macro-economisch vlak
Bv. Verschuiving detailhandel naar webwinkels
D.ICT zorgt voor nieuwe opportuniteiten
Nieuwe platformen creëren die voor diezelfde eindgebruikers onmisbaar worden
Lokale initiatieven globaal ontplooien
Opportuniteiten herkennen en benutten kan leiden tot enorme successen (bv.
Airbnb)
E.ICT zorgt voor oplossingen van bedrijfsproblemen
ICT zorgt ervoor dat bepaalde barrières doorbroken kunnen worden.
Iedereen kan er gebruik van maken, niet alleen grote bedrijven. Communicatie tussen managers en
IT-technici veel inwendige bedrijfsproblemen oplossen (bv. Opslag via dropbox Iedereen heeft zijn
rol in een informatiesysteem)
Eindgebruikers bepalen mee hoe technologie aanvaard wordt
F. ICT heeft een maatschappelijke impact
De manier waarop mensen omgaan met informatie en daarop inspelen is een belangrijke
maatschappelijke evolutie.
Bedrijven voor- en nadelen kunnen inschatten.
Overheden spelen de rol als regulerende factor: zij bepalen het wetgevend kader (1), moeten de
kloof tussen haves en have-nots proberen overbruggen (2) en moeten meedenken over
initiatieven om iedereen te betrekken bij maatschappelijke trends & moeten deze sturen (3)
,1.2 Informatiesystemen
1. Data
= opeenvolging van vastgestelde instanties die zich hebben voorgedaan
• Kan op verschillende manieren vergaard worden.
• Kan op grote schaal vergaard worden door de systemen zelf.
• Vormt de basis om informatie te creëren.
2. Informatie
Informatie is data die gestructureerd verwerkt wordt of in context
geplaatst wordt. Informatie is eindproduct data is ruwe grondstof.
• Nodig om een bedrijf te kunnen besturen
• Afleidbaar uit individueel vastgestelde indicatoren
• Vertaalbaar door data te verwerken (“wat is relevant?”)
DOEL informatiesysteem: vergaren en opslaan van data + verwerken van data tot
inzetbare informatie.
3 belangrijke indicatoren om de waarde van informatie af te meten
1. Tijd
• Informatie is tijdsgebonden (nieuwe info of verouderd)
• Vandaag info, later mss data voor nieuw informatie.
2. Vorm
• Vorm waarin informatie wordt ter beschikking gesteld:
eenvoudige visualisatie of uitgebreid rapport?
• Kan soms geen beslissingen nemen bij te beknopte vormen of
soms bij te gedetailleerde rapporten
3. Inhoud
• Hoe volledig?
• Hoe betrouwbaar is de bron van de data?
• Hoe correct is het model voor de overgang van data naar info
1.3 Soorten informatiesystemen
1. Operationeel ondersteunende systemen
Operationele kant van een organisatie te voorzien van informatie en deze op
die manier te ondersteunen in haar dagelijkse werking. (bv. productie)
2. Management ondersteunende systemen
Management informatie te geven die helpt bij het nemen van bepaalde
managementbeslissingen. (bv. DSS, dashboards, rapporteringssystemen,…)
3. Overkoepelende systemen
Bedrijfsbreed inzetbaar: zij leveren informatie aan zowel de operationele als
aan de managementkant. (bv. Kennismanagement, expertsystemen,…)
1.4 Onderdelen van een informatiesysteem
, INPUT
Alle ruwe data die nodig zijn om de informatie te verkrijgen, worden via de
input in het systeem gebracht. (hulpbronnen w gebruikt zoals muis, sensor,…)
VERWERKING
Ruwe data wordt omgezet tot inzetbare informatie veelal via software (=hulpbron)
Nauwkeurigheid van de verwerking is afhankelijk v/d de processen
OUTPUT
Informatie wordt uit het systeem gehaald. (hulpbronnen: beeldscherm, printer,…)
OPSLAG
Opslag van ruwe data die later dan kan omgezet worden naar informatie.
Die informatie kan gebruikt worden als data voor omzetting naar informatie (om
nieuwe informatie te bekomen). Hulpbronnen: harde schijven, USB-stick,…
TERUGKOPPELING
Er moet eerste een bepaalde handeling uitgevoerd worden alvorens het
systeem verder kan. ‘terugkoppeling’ is vereist terugkoppeling’ is vereist
Informatiesysteem dat terechtkomt in een situatie waar het zelf niet mee
om kan & bijkomende informatie v/d buitenwereld nodig heeft (uitz.)
1.5 Hulpbronnen van informatiesystemen
Hulpbronnen bv. hardware, software, netwerken,… nodig om informatiesysteem
inzetbaar te maken
Alle hulpbronnen samen vormen de IT-infrastructuur
Hardware → kan bepalen welke data wordt ingezameld of waar
data/informatie beschikbaar is.
Software → bepaalt hoe data verwerkt wordt en hoe informatie ontstaat.
Netwerken → bepalen hoe toegankelijk informatie is.
Mensen kunnen een organisatie mee vorm geven
1.6 Externe factoren die mee vorm geven aan informatiesystemen
Bij ontwikkeling van infosysteem: kijken naar de omgeving waarin infosys actief is.
Stakeholders: alle partijen die het bereiken van de bedrijfsdoelstellingen
beïnvloeden of daar zelf door beïnvloed worden.
Bepalen welke vorm het infosys best kan aannemen.
Andere factoren: cultureel, beperkingen, verplichtingen of wetgevend kader.
Soorten stakeholders:
• Klanten: verwachten mogelijk een bepaalde vorm van dienstverlenging v/d
infosys of bepaalde informatie niet ter beschikking willen stellen a/e infosys.
• Leveranciers: Bepalen mee in welke vorm info wordt voorgesteld of spelen
een rol bij het bepalen v/ standaarden volgens dewelke info w uitgewisseld.
• Aandeelhouders: verwachten van bedrijven dat ze technologisch mee
evolueren en dat ze tegemoetkomen aan de wensen of noden v/d klanten.
• Concurrenten: Als de concurrent een infosys heeft dat beter tegemoetkomt
aan de eisen van de klanten zal een ander bedrijf binnen dezelfde sector
aanpassingen moeten aanbrengen. Concurrenten slagen er soms in om
standaarden vast te leggen waar het ander bedrijf aan moet voldoen.
• Financiële instellingen: bepalend voor vorm infosys door bv. Standaarden op
te leggen voor officiële rapporteringen.
• Personeel: levert dikwijls data aan voor dergelijke systemen. De
eindgebruikers zullen proberen die data zo correct mogelijk in te voeren en
, de vorm van het informatiesysteem moet die ondersteunen. De omgang van
het personeel met de informatie is ook cruciaal.
• Vakbonden: Bv. Ervoor zorgen dat bepaalde informatie rond personeel niet
geregistreerd wordt of vereenvoudiging info.
• De maatschappij: culturele of maatschappelijke factoren.
• De overheid: Wetgevend kader bij de ontwikkeling van informatiesystemen.
1.7 Wie heeft nood aan informatie van organisaties?
Informatiesystemen leveren informatie aan alle lagen van de bedrijfsvoering
afhankelijk van de relatie tussen het bedrijf en diegene die de informatie nodig heeft.
• Klanten: gebruik speciale software CRM (Customer Relation Management).
Functie: alle info die de klant nodig heeft te voorzien + probeert de relatie
met de klant te bevorderen (bv. e-commerce, weten als product in stock is)
• Personeel: infosys gebruikt om intern alles goed te laten functioneren, bv.
weten waar je moet zijn, dagen verlof (gemeenschappelijke agenda’s)
• Leveranciers: relatie met bedrijf kan ondersteund worden door infosys bv.
Automatische bestellingen wanneer de voorraad bijna op is. Dit soort
software wordt SCM (Supply Chain Management) genoemd.
• Partners (bv. financiële instellingen, koerierdienst voor webshop): nodig
voor geslaagde bedrijfsvoering. Info wordt uitgewisseld om samenwerking te
optimaliseren. De gebruikte software is PRM (Partner Relationship
Management). ondersteuning helder gedefinieerde transacties
1.8 Inzetbaarheid van informatie
Afhankelijk van hun functionaliteit zullen infosys een rol spelen in het ondersteunen
van een bedrijfsvoering. Men kan zelfs infosys opzetten zodat het autonoom kan
werken. De manier waarop een infosys omgaat met data of de manier waarop het
bepaalde bedrijfsprocessen ondersteunt, is sterk afhankelijk van de informatie die
nodig is om een bepaalde taak in een organisatie uit te voeren.
1.8.1 Transactieverwerkende systemen
Systemen opgezet om bedrijfstransacties te ondersteunen. Vormen kern van
infosys met als doel de primaire processen v/e organisatie te ondersteunen
Bv. storten v/e loon, gepresteerde uren, cijfers op oasis
1.8.2 Procesbesturingssystemen
Gaat metingen doen en adhv die metingen processen initiëren.
Bv. treinbeheer, proces digitale thermostaat
1.8.3 Samenwerkingssystemen
Doel: samenwerking bevorderen + speelt een grote rol in het uitwisselen van
informatie tussen bedrijven, klanten, leveranciers,….
Bv. gedeelde agenda, Minerva, email chatsystemen
1.8.4 Managementsystemen
Grote hoeveelheid data en informatie op zoek naar manieren om het
management te ondersteunen (bv. via rapporteringssystemen) Door data via
simulering met DDS en via nieuwere algoritmen worden verbanden gezocht
in de data in computermodellen (datamining).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller krokijntjecvc. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.34. You're not tied to anything after your purchase.