100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Pioneers of Psychology (Fancher & Rutherford) Pioniers en termen $5.42   Add to cart

Summary

Samenvatting Pioneers of Psychology (Fancher & Rutherford) Pioniers en termen

4 reviews
 100 views  5 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

De belangrijkste pioniers en termen uit Pioneers of Psychology (van Fancher & Rutherford) worden in dit document uitgewerkt. Het kan helpen met leren of een snel overzicht geven.

Preview 3 out of 27  pages

  • Yes
  • August 26, 2020
  • 27
  • 2019/2020
  • Summary

4  reviews

review-writer-avatar

By: estherneef-louwes • 1 year ago

review-writer-avatar

By: vincentvanderkruit • 2 year ago

review-writer-avatar

By: Loesgaatnaardeuni • 3 year ago

review-writer-avatar

By: anne16 • 4 year ago

avatar-seller
Pioniers en termen
H0 Introductie

Reflexiviteit Menselijke vaardigheid om zich bewust te worden van en te reflecteren op de eigen mentale activiteiten.

Historiografisch Verzamelnaam voor theorie, geschiedenis, methoden en aannames van geschiedschrijving.

Internalisme Focus op interne factoren, zoals het beschrijven van ideeën en theorieën, maar daarbij de sociale en
politieke factoren die hen gevormd hebben, negeren.

Externalisme Focus op de externe factoren die de ontwikkelingen hebben beïnvloed.

Great Man Approach De geschiedenis vertellen vanuit belangrijke mensen in het veld, onder de aanname dat deze eigenhandig
de beloop van de geschiedenis hebben veranderd. Externe factoren die de ‘grote mannen’ hebben
gevormd, worden vaak genegeerd.

Zeitgeist Approach Houdt rekening met het feit dat de tijdgeest invloed heeft op de ideeën van mensen, waardoor bepaalde
theorieën kunnen ontstaan.

Presentisme Het subject bekijken vanuit het standpunt van het heden. De hedendaagse omstandigheden worden
verklaard door te benadrukken dat we vooruitgang hebben geboekt dankzij de fouten van onze voorouders
en waardoor we nu superieure kennis hebben.

Historicisme Het verleden reconstrueren zoals het echt werd ervaren, binnen hun eigen context, zonder vertekeningen
door voorkennis over hoe het uiteindelijk uitgepakt heeft.

Sophisticated Accepteert dat men het huidige gezichtspunt nooit helemaal kan loslaten en dat het doel van een
presentisme historische beschrijving het beter begrijpen van huidige problemen is. Probeert dat te doen zonder de
huidige stand van zaken als beste of enige juiste te zien (compromis tussen historicisme en presentisme).

Kritische (nieuwe) Een meer contextuele en historistische benadering, die de anekdotes die steeds weer terugkomen, grondig
geschiedenis checkt. Daarnaast ook meer inclusiviteit en diversiteit te dan alleen de grote witte mannen.

Origin Myth Process Selectief beschrijven waardoor het lijkt of de psychologie van de ene grote ontdekking naar de andere ging,
zonder daarbij te verhalen van de complexiteit, rommeligheid en controverse.

Continuïteit- Of psychologische concepten zich continu hebben ontwikkeld, of dat hedendaagse concepten (zoals IQ)
discontinuïteitsdebat discontinu zijn en dus kwalitatief verschillen van eerdere concepten.

Indigenisatie Verinheemsing: proces waarbij de lokale culturele context de ontwikkeling van de psychologie beïnvloedt,
waarbij ideeën van buiten geïmporteerd en aangepast worden als reactie op de lokale omstandigheden.

Personalistisch- Aan de hand van het werk en het leven van pioniers zien hoe ideeën zich hebben ontwikkeld. Met een
contextuele benadering belangrijke nadruk op de historische context.



H1 Antieke Grondslagen

Sofisten Voorstanders van democratie en gelijke rechten. Gespecialiseerd in het onderwijzen van retorische
vaardigheden en spreken in het openbaar.

Nativisme Nadruk op aangeboren i.p.v. aangeleerde eigenschappen. Volledige maar vergeten kennis die binnen in de
psyche van ieder mens ligt, kan met behulp van empirische ervaringen weer herinnerd worden.

Rationalisme Nadruk op de rede als bron van kennis.

De Academy School van Plato: plek waar scholieren samenkomen om hun intellectuele doelen na te streven. Er werden
veel verschillende meningen geaccepteerd (tegenwoordig: centrum voor hoger onderwijs).

Empirisme Het idee dat ware kennis in de eerste plaats vanuit zintuiglijke ervaringen komt.

Psyche Betekent oorspronkelijk ‘adem’, later werd het een algemeen levensprincipe. In het latijn ‘anima’ en direct
vertaald ‘ziel’ als synoniem voor ‘geest’ (mind). De basis van psychologie en psychiatrie.

Hippocratic Corpus Grote hoeveelheid medische geschriften geproduceerd door de Hippocraten (volgelingen van Hippocrates).
Zagen ziektes als natuurlijke fenomenen i.p.v. veroorzaakt door demonen of bovennatuurlijke krachten.

Humorale theorie Hippocrates: mensen zijn gezond als de vier humoren met elkaar in balans zijn; teveel of te weinig van één
veroorzaakt ziekte. Lichte onevenwichtigheden leiden tot verschillen in karakter.

Humoren Hippocrates: lichaamssappen: bloed (sanquine), gele gal (cholerisch), zwarte gal (melancholisch) en
flegma/slijm (flegmatisch).

Verschijningen Plato: de echte bewuste ervaring die iemand heeft van iets; bv. wat we zien als we een boom zien.

Ideale vormen Plato: permanente algemene en ideale vorm achter de vergankelijke individuele verschijningen;

, representeert de essentie van alle bomen.

Idealisme Het idee dat er iets fundamenteels ligt achter onze alledaagse sensorische ervaringen.

Allegorie van de grot Plato: gevangenen in een grot zien alleen schaduwen (verschijningen) van de ideale vormen in de echte
wereld.

Lyceum School van Aristoteles: had een bredere scope dan de Academy en trok veel scholieren aan die
samenwerkten aan veel verschillende onderwerpen. Had als bijnaam Peripatetic School (lopende school).

Taxonomie Rangschikken van organismen in hiërarchisch geordende groepen en subgroepen. Als eerst gedaan door
Aristoteles en Theophrastus.

Natuurschaal Aristoteles: hiërarchische schaal waarop de planten onderaan staan en de mensen bovenaan. Onderaan
de vegetatieve ziel, dan de sensitieve ziel en bovenaan de rationele ziel.

Vegetatieve ziel Laagste organismen: voeden en reproduceren.

Sensitieve ziel Dieren: alles van voorgaande + beweging, sensatie, herinneren, leren en inbeeldingsvermogen.

Rationele ziel Mensen: alles van voorgaande + redeneren.

Categorieën Aristoteles: de menselijke psyche bevat aangeboren categorieën, waarin herinneringen en ideeën van
empirische ervaringen worden geclassificeerd en georganiseerd.

Aristotelische logica Over ervaringen kunnen we betekenisvolle uitspraken doen die een subject beschrijven, waarover iets is
bepaald (predicaat). Subject-predikaat-uitspraken staan logisch met elkaar in verband.

Atoomtheorie Democritus: alle materiële objecten zijn opgebouwd uit kleine, onbreekbare deeltjes (atomen) die
rondzweven in een lege ruimte (void), met elkaar botsen en samenclusteren tot fysieke substanties.

Causaliteit Griekse aanname dat alle gebeurtenissen een doel moeten hebben. Volgens Aristoteles moesten alle
gebeurtenissen vier oorzaken hebben: een materiële, formele, efficiënte en uiteindelijke oorzaak.

Materiële oorzaak Het materiaal waar het van is gemaakt.

Formele oorzaak Het idee of plan erachter

Efficiënte oorzaak De acties of interacties waardoor het ontstond.

Uiteindelijke oorzaak Het uiteindelijke doel ervan.

‘De Rerum Natura’ Gedicht over Epicurus door Lucretius, over de atoomtheorie, het Epicureaans geluk en het idee dat de ziel
ook uit materiële atomen bestaat.

Islamitische rijk Ontstond na de dood van de profeet Mohammed (632 A.D.); van west India in het oosten tot Spanje en
Marokko in het westen. Het produceerde veel grote geleerden die de oude Grieken bestudeerden.

Indo-Arabische cijfers Al-Kindi: wiskundige telsysteem waarmee veel beter gerekend kon worden dan met de Romeinse cijfers.
Was het begin van de getaltheorie en algebra.

Camera obscura Voorloper van de moderne camera’s: een zwarte doos met een klein gaatje aan de zijkant, waardoor het
licht van het externe object naar binnen kan gaan. Door Alhazen gebruikt als model van het oog.

‘Canon of Medicine’ Boek van Avicenna over geneeskunde: de humorale theorie van Hippocrates, observaties van
ziektebeelden en technieken om ze te genezen, medicijnen/kruiden en methoden waarmee nieuwe
remedies getest kunnen worden (evidence-based). Werd eeuwenlang gebruikt als medisch handboek.

‘The Book of the Cure / Boek van Avicenna over allerlei onderwerpen die Aristoteles had besproken, en was bedoeld als genezing
Healing’ van onwetendheid i.p.v. van fysieke ziektes. Over filosofie, wiskunde, natuurwetenschappen en de
Aristotelische ziel.

Gedachte-experiment Avicenna: een nieuwe, volledig gevormde man in een lege ruimte, met geblokkeerde zintuigen en
van de drijvende man ledematen. De vraag is: is deze man zich, zonder vooraf vergaarde ervaringen en zonder sensorische
organen, bewust van zijn eigen ziel of zelf? Avicennna's antwoord was ‘ja’: zelfbewustzijn is een
aangeboren capaciteit van de menselijke rationele ziel.

Plato Student van Socrates en oprichter van de Academy. Hij maakte onderscheid tussen verschijningen en
ideale vormen m.b.v. zijn allegorie van de grot. Aanhanger van het nativisme, rationalisme en een
oligarchie (land bestuurd door elitaire voogden – filosofen).
Vond dat de psyche bestaat uit drie basiscomponenten: begeerte, moed en rede. De verhouding
daartussen bepaalt de maatschappelijke klasse: gewone massa, soldaten en elitaire voogden.

Socrates Leraar van Plato, bekend van de Socratische dialogen, aanhanger van het nativisme en rationalisme,
gezien als sociale horzel die mensen prikte en agiteerde. Wist vooral wat hij niet wist.
Zag zichzelf als vroedvrouw: mensen helpen om kennis die ze hebben naar buiten te laten komen
(herinneren). Uiteindelijk veroordeeld tot de dood.

Aristoteles Student van Plato, mentor van Alexander de Grote en oprichter van het Lyceum. Aanhanger van het

, empirisme, systematische observatie en beschreef alle formele kennis van die tijd. Maakte de eerste
taxonomie en bekend van de Aristotelische logica.
Schreef ‘on the psyche’ over de natuurschaal en de vegetatieve, sensitieve en rationele ziel. Zag de
zintuigen als wastablet waarop stimuli uit de buitenwereld afdrukken kunnen maken, en dacht dat de
psyche aangeboren categorieën bevat waarin ervaringen georganiseerd worden.

Thales Beroemd vanwege zijn accurate natuurwetenschappelijke astronomische en meteorologische observaties.
Hij zag water als het meest belangrijke element in de kosmos.

Pythagoras Zag wiskundige regelmatigheden in de natuur. Bekend van de stelling van Pythagoras. Zag religieuze
significante in overeenkomsten tussen wiskunde en concrete ervaringen in de fysieke wereld.

Heraclitus Relatie tussen stabiliteit en verandering (‘je kunt nooit tweemaal in dezelfde rivier stappen’). Eenheid van
tegengestelde zaken (‘een weg omhoog is ook een weg omlaag, afhankelijk van de relatieve positie’).

Zeno Oneindigheid (een afstand kan ontelbare keren in tweeën opgedeeld worden) en bekend van het paradox
van de race tussen Achilles en de schildpad.

Protagoras Praktisch, geen hypothetische of verheven vraagstukken. Menselijke ervaring en gedrag staan centraal
(homo mensura: de mens is de maat der dingen). Dit idee lag ook achter de benadering van de sofisten;
controle en manipulatie van het gedrag van mensen.

Hippocrates Geneeskunde: ziekte als natuurlijk verschijnsel. Bekend van de humorale theorie. Pleidooi voor een
gematigde, evenwichtige levensstijl.

Xenophon Student van Socrates en de eerste grote historicus.

Theophrastus Studie- en reisgenoot van Aristoteles, werkte met hem samen aan de taxonomie.

Democritus Bedenker van de atomaire theorie en stond bekend als vrolijke filosoof. Zijn atoomtheorie werd echter door
iedereen aangevallen omdat het in strijd was met de aanname van causaliteit en de vier oorzaken.

Epicurus Aanhanger van de atomaire theorie van Democritus, omdat men dan niet bang hoefde te zijn voor een
God. Men moest een kalm leven leiden en sociaal verantwoord ‘Epicuriaans’ geluk nastreven: geen
ongebreideld hedonisme, maar zelfvoorzienend leven zonder pijn en angst, in de gezelschap van vrienden.

Lucretius Romeinse dichter die een gedicht schreef over Epicurus: ‘De Rerum Natura’.

Al-Kindi Filosoof van de Arabieren, vermengde Aristoteles’ ideeën met de islam. Ontwikkelaar van de Indo-
Arabische cijfers en schreef ‘on the use of Indian numerals’.

Alhazen Schreef over de astronomie, getaltheorie, geometrie en optica en de theorie van visuele perceptie (‘Book
of Optics’). Zag camera obscura als model van het oog. Beschreef geometrische eigenschappen van licht,
oog als optisch apparaat, binoculaire visie en psychologische fenomenen (illusies). Nationaal held in Irak.

Avicenna Arts, schreef over geneeskunde (‘Canon of Medicine’) en over de Aristotelische ziel (‘The Book of Cure’).

Leonardo Fibonacci Italiaan die leerde over over Al-Kindi's numerieke systeem en er het boek ‘Liber Abaci’ over schreef.
Bekend van de Fibonacci-reeks.

Thomas Aquinas De eerste in het westen die na de middeleeuwen de ideeën van Aristoteles weer ging waarderen en het
vermengde met het christelijk geloof.



H2 Bewustzijnsfilosofie

Analytische geometrie Descartes: methode om geometrie te integreren met algebra (Cartesiaanse coördinaten).

Simpele naturen Descartes: meest elementaire en fundamentele eigenschappen van fysieke fenomenen; datgene aan
wiens bestaan niet getwijfeld kan worden. Hebben twee eigenschappen: omvang en beweging.

Primaire kwaliteiten Galileo: de fysieke eigenschappen die materie heeft: vorm, hoeveelheid en beweging.

Secundaire kwaliteiten Galileo: onze bewuste ervaringen van de wereld: aanzichten, geluiden, geuren en gevoelens.

Diergeesten Descartes: cerebrospinale vloeistof dat opgeslagen ligt in de ventrikels in het brein en door de holle
zenuwen in het lichaam stroomt, waardoor het aan kan zetten tot bewegen.

Reflex Een specifieke stimulus van de externe wereld resulteert automatisch in een bepaalde respons.

Stimulus Informatie uit de externe wereld dat in contact komt met de zintuigen.

Respons Reactie van het lichaam op een stimulus uit de externe wereld.

‘Discourse on Method’ Boek van Descartes over systematische twijfel en zijn conclusie ‘cogito ergo sum’. De rationele ziel neemt
geen ruimte in, staat los van het lichaam en verschijnt nooit rechtstreeks in het bewustzijn.

Aangeboren ideeën Descartes: ideeën die onafhankelijk zijn van sensorische ervaringen, zoals perfecte, eenheid, oneindigheid
en geometrische axiomen, en zijn ontstaan uit de aard van de denkende ziel zelf.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MaraCastanea. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.42. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77254 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.42  5x  sold
  • (4)
  Add to cart