100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting De Basis van Bedrijfseconomie voor non-financials Hoofdstuk 1 $3.21
Add to cart

Summary

Samenvatting De Basis van Bedrijfseconomie voor non-financials Hoofdstuk 1

 30 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting van het boek De Basis van Bedrijfseconomie voor non-financials (eerste druk) hoofdstuk 1. Deze samenvatting heeft: - Een logisch overzicht - Bevat belangrijke termen die je moet kennen - Plaatjes voor verduidelijking waar nodig

Preview 3 out of 19  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1
  • August 27, 2020
  • 19
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Basis van bedrijfseconomie voor non-financials
Hoofdstuk 1: Bedrijven

1.1 Bedrijfseconomie en bedrijf

Voordat een bedrijf kan beginnen met het produceren van producten moet er eerst gekeken
worden of het product wel winstgevend is, hierbij moeten de volgende vragen beantwoord
worden:
- hoeveel producten moeten er worden gemaakt?
- wat kost het om deze producten te produceren?
- waar komt het geld vandaan voor productie?
- hoeveel mensen/machines zijn er nodig en wat zijn de kosten hiervan?

De bedrijfseconomie geeft een antwoord op deze vragen; de bedrijfseconomie houdt zich
bezig met het economisch handelen door een bedrijf
- het begin van het economisch proces ligt in het feit dat de mens behoeften heeft en
deze wil bevredigen; de directe behoeftebevrediging heet consumptie
- voor de bevrediging van de behoeften staan middelen ter beschikking: dit zijn
goederen en diensten
- maar er zijn altijd meer behoeften dan beschikbare middelen, daarom
spreken economen van schaarse middelen
- de productie van deze middelen omvat niet alleen de
industriële activiteiten (het maken van ‘dingen’), maar ook de
verplaatsing (transport), opslag en dienstverlening
- technisch gezien is er sprake van het omzetten van het
ene goed of dienst in een ander: grondstoffen worden
eindproducten (in de industrie), arbeidsuren en kennis
worden organisatieadviezen, enzovoort

Een bedrijf ontleent zijn bestaansrecht aan het feit dat er afnemers zijn; dit kunnen mensen
of andere bedrijven zijn, die behoefte hebben aan de geproduceerde goederen en diensten
- de in de praktijk heeft een bedrijf te maken met veel partijen, die allen een belang
hebben bij of een relatie hebben met het bedrijf; dit zijn de participanten of
stakeholders, een aantal voorbeelden:
- eigenaren/verschaffers van eigen vermogen
- schuldeisers/verschaffers van vreemd vermogen
- afnemers/ klanten
- management
- werknemers
- leveranciers
- lokale gemeenschap
- overheid

- het bedrijf moet aan de behoeften van al zijn participanten voldoen
Een basisvoorwaarde om op lange termijn te kunnen bestaan is dat een bedrijf alle
uitgaande middelen die het gebruikt om het productieproces uit te voeren, weer
terugverdient via verkoop van de geproduceerde goederen en diensten of via eventuele

,andere inkomstenbronnen
- het productieproces van een bedrijf kan als volgt schematische worden
weergeggeven:




Het bedrijf koopt inputs (grondstoffen, arbeid, machines, apparatuur, inventaris, gebouw,
grond) en gebruikt deze om producten en/of diensten te produceren en deze te verkopen
- het gebruik van inputs veroorzaakt kosten en de verkoop van producten genereert
opbrengsten; bij een overschot aan opbrengsten maakt een bedrijf winst


Op basis van de aard van de geproduceerde goederen of diensten kunnen we bedrijven
indelen in categorieën; het eerste onderscheid is in publieke of private bedrijven
- publieke bedrijven leveren goederen en diensten waarvan de overheid of de
maatschappij van belang vindt deze niet door een op winst gericht bedrijf te laten
produceren
- deze bedrijven zijn eigendom van de overheid of staan onder rechtstreekse
controle van de overheid; het hoofddoel is dus niet winst genereren maar zo
goed en goedkoop mogelijk goederen en diensten aan de maatschappij te
leveren, om dit te kunnen doen zijn de bedrijven vaak afhankelijk van
donaties of overheidssubsidies

- private bedrijven zijn eigendom van personen of andere bedrijven die eigen
vermogen in het bedrijf hebben geïnvesteerd

De indeling voor private en publieke bedrijven valt voor een groot deel samen met de
indeling not-for-profit en profit organisaties
- ook in de private sector komen not-for-profit organisaties voor, zoals verenigingen,
stichtingen en goede doelen organisaties (bijv. Rode Kruis)
- private-profit organisaties noemen we ondernemingen
Bedrijven kunnen ook ingedeeld worden in categorieën afhankelijk van de activiteiten
- een gebruikelijke indeling is:
- oerproducenten: land- en tuinbouw, veeteelt, bosbouw, jacht en mijnbouw
(primaire sector)

, - handel: deze bedrijven bewerken de producten niet, maar verdelen de
goederen over de geïnteresseerde partijen (te onderscheiden zijn de
groothandel (levert alleen aan ondernemingen) en de detailhandel die alleen
aan particulieren levert)
- industrie: bewerkt goederen tot halffabricaten en eindproducten; hierbij
worden meestal machines, installaties en speciale gebouwen gebruikt
(secundaire sector)
- dienstverlening: grote verzameling bedrijven die te verdelen zijn in
commerciële en niet-commerciële dienstverlening
- commerciële dienstverlening (tertiaire sector) kan worden
onderscheiden in persoonlijke en zakelijke dienstverlening
- tot de persoonlijke dienstverlening reken we bedrijven die
rechtstreeks aan de consument diensten verleent (bijv.
kappers, huisartsen, casinos)
- de zakelijke dienstverlening omvat bedrijven die diensten
verlenen aan andere ondernemingen (bijv.
accountantskantoren, reclamebureaus, transportbedrijven)

- de niet-commerciële dienstverlening bestaat uit gesponsorde,
gesubsidieerde of door de overheid gefinancierde ‘bedrijven’ (bijv.
kerken en semi-overheidsdiensten zoals ziekenhuizen)

- Nederland telt de meeste bedrijven in de dienstverlening




1.2 Samenwerking tussen bedrijven

Samenwerking tussen bedrijven kan leiden tot economisch voordeel; hoewel samenwerking
veel voorkomt is dat voor de buitenstaander niet altijd meteen duidelijk, zo is het
bijvoorbeeld moeilijk te onderscheiden of bepaalde activiteiten vanuit één centraal punt
worden georganiseerd met hiërarchische lijnen of dat er op een centraal punt een bepaalde

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller GaanVoorDie10. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53022 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21
  • (0)
Add to cart
Added