Administratieve en comptabele informatie 1b (FEB13020)
Institution
Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR)
Book
Boekhouden geboekstaafd 3
Dit zijn alle opgaven en uitwerkingen afkomstig uit de werkgroepen van ACI 1b. Uiteraard bestaat er ook een voordeligere bundel met zowel de samenvatting als uitwerkingen! Voor dit vak heb ik een 9,1 behaald.
Administratieve en comptabele informatie 1b (FEB13020)
All documents for this subject (3)
3
reviews
By: mohamedaberkan • 1 year ago
By: maxspruijt • 1 year ago
By: oerlemansdanny • 3 year ago
Seller
Follow
sanneerasmus
Reviews received
Content preview
Werkgroepen ACI 1b Bachelor 3
Case 1
A.
NENAAR NV wil de waardering van haar machines baseren op het besluit actuele waarde. Op
grond hiervan laat NENAAR door de administrateur berekeningen maken. Hierbij wordt
gebruikgemaakt van de volgende gegevens:
• De resterende gebruiksduur van de machine is twee jaar waarin respectievelijk 1.800 en
1.750 machine-uren kunnen worden gemaakt;
• In het machine-uurtarief is €40 opgenomen ten behoeve van het terugverdienen van de
investering;
• De geschatte restwaarde van de machine aan het eind van deze twee jaar is €15.000;
• De huidige boekwaarde van de machine is €175.000.
Vraag 1 Bereken de bedrijfswaarde (indirecte opbrengstwaarde) van de machine zonder
rekening te houden met interest ervan uitgaande dat de machine nog twee jaar
wordt gebruikt.
Indirecte opbrengstwaarde: (Aantal machine-uren * tarief) + restwaarde
(1800 + 1750) * €40 + €15.000 = €157.000
Dit is een impairment → machine is minder waard dan boekwaarde op balans.
Vraag 2 Geef de journaalpost die NENAAR maakt als de balanswaarde wordt aangepast aan
de bij vraag 1 berekende waarde.
€175.000 – €157.000 = €18.000 minder waard
Bijzondere waardedaling machines 18.000
Machines/afschrijving machines 18.000
Vraag 3 Bereken de bedrijfswaarde (indirecte opbrengstwaarde) van de machine, rekening
houdend met 7,5% samengestelde interest ervan uitgaande dat de machine nog
twee jaar wordt gebruikt.
(aantal machine−uren∗tarief ) jaar 1
+…+
(1+i)1
( aantal machine−uren∗tarief ) jaar n+restwaarde
(1+i)n
(1.800∗40) ( 1.750∗40 ) +15.000
+ = €140.530
(1.075)1 (1.075)2
Vraag 4 Welke drie andere grondslagen worden, naast bedrijfswaarde (= indirecte
opbrengstwaarde), nog meer in het Besluit actuele waarde genoemd?
(Directe) opbrengstwaarde = het bedrag waartegen een actief maximaal kan worden
verkocht, onder aftrek van de nog te maken kosten door de verkoper.
,Actuele kostprijs = de actuele inkoopprijs en de bijkomende kosten van een actief,
verminderd met afschrijvingen.
Marktwaarde/reële waarde = het bedrag waarvoor een actief kan worden verhandeld tussen
goed geïnformeerde partijen, die toe een transactie bereid en onafhankelijk van elkaar zijn.
B.
DAM NV te DAMSKO maakt voor de voortbrenging van één van haar producten gebruik van
een machine. Deze machine is aangeschaft en in gebruik genomen op 1 januari 2011 voor
€202.000. Afschrijving vindt plaats met gelijke jaarlijkse bedragen in 8 jaar tot een
restwaarde van €10.000.
Per jaar worden 5.200 eenheden geproduceerd. De complementaire kosten bij het gebruik
van deze machine zijn €19 per eenheid.
Vraag 1 Bereken de boekwaarde van deze machine per 31 december 2015.
Afschrijving per jaar = (202.000 – 10.000)/8 = €24.000
Boekwaarde 31/12/2015 = 202.000 – 5*€24.000 = €82.000
Op 1 januari 2016 komt er een nieuwe machine op de markt met dezelfde economische
functie. De aanschafprijs van deze machine is €210.000 met een geschatte restwaarde na 8
jaar van €3.600. De complementaire kosten van een met deze machine geproduceerde
eenheid zijn €15. Door het op de markt komen van een nieuwe machine daalt de restwaarde
van de oude machine naar €3.000.
Vraag 2 Bereken de aangepaste boekwaarde van de door OASSEM gebruikte machine ten
gevolge van het op de markt komen van de nieuwe machine.
- Nadeel daling restwaarde: 10.000 – 3.000 = €7.000 nadelig
- Nadeel complementaire kosten: 3 jaar * 5.200 stuks * (€19 – €15) = €62.400 nadelig
- Afschrijving nieuwe machine = (210.000 – 3.600)/8 jaar = €25.800
Voordeel lagere afschrijvingskosten: 3 jaar * (25.800 – 24.000) = €5.400. Dit is een
voordeel omdat je minder afschrijft dan de nieuwe machine.
Totaal nadeel: 7.000 + 62.400 – 5.400 = €64.000. Dit is de waardevermindering.
Nieuwe boekwaarde: €82.000 – €64.000 = €18.000.
Vraag 3 Geef de journaalpost van de aanpassing van de boekwaarde.
Bijzondere waardedaling machines 64.000
Machines/afschrijving machines 64.000
C.
KEMPEN AIR NV heeft op 1 januari 2016 de volgende samenstelling van het eigen vermogen:
Geplaatst aandelenkapitaal €5.000.000
Agioreserve €6.200.000
Algemene reserve €9.100.000
Herwaarderingsreserve (ongerealiseerd) €840.000
,Overige wettelijke reserves €1.360.000
€22.500.000
Met betrekking tot 2016 hebben de volgende zaken invloed op de omvang en samenstelling
van het eigen vermogen:
• Het resultaat 2016 na belasting is €2.180.000;
• Onderzoeks- en ontwikkelingskosten worden door KEMPEN AIR in de jaarrekening
verwerkt volgens de richtlijnen van de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ). Over 2016 is
de volgende informatie beschikbaar met betrekking tot onderzoeks- en
ontwikkelingskosten:
Onderzoekskosten €706.000
Geactiveerde ontwikkelingskosten €420.000
Afschrijving geactiveerde ontwikkelingskosten €356.000
• In augustus 2016 is aan de aandeelhouders een interimdividend ter beschikking gesteld
van 3%. Dit is ten laste gebracht van de algemene reserve;
• Begin november 2016 is een converteerbare obligatielening van €4.000.000
geconverteerd op basis van de volgende voorwaarden: twee obligaties van nominaal
€1.000 met een bijbetaling van €400 geven recht op 50 aandelen KEMPEN AIR met een
nominale waarde van €10 per aandeel;
• De gebouwen bij KEMPEN AIR worden gewaardeerd en afgeschreven op basis van actuele
kostprijs (vervangingswaarde). De boekwaarde van de gebouwen wordt met behulp van
twee grootboekrekeningen zichtbaar gemaakt in de administratie. Met ingang van 1
januari 2016 is het indexcijfer 134. Er is echter vergeten de herwaardering te verwerken
in de administratie. Dit heeft tot gevolg dat alle kosten zijn geboekt op basis van het
indexcijfer van 2015, dat 130 bedroeg.
Aanschafwaarde gebouwen €6.800.000
Restwaarde (op basis aanschafprijs) na 40-jarige gebruiksduur €800.000
Boekwaarde op basis van aanschafwaarde per 31-12-2015 €2.800.000
Deze waardes zijn gebaseerd op indexcijfer 100.
Bij het herwaarderen worden de aanschafwaarde en de restwaarde geacht in dezelfde mate
te veranderen.
Vraag 1 Bereken de boekwaarde van de gebouwen op basis van actuele kostprijs per 31
december 2015.
Boekwaarde actuele kostprijs = €2.800.000 * 1,3 = €3.640.000
Vraag 2 Geef de journaalpost van de herwaardering van de gebouwen die op 1 januari 2016
gemaakt had moeten worden.
Totale afschrijving tot nu toe: €6.800.000 – €2.800.000 = €4.000.000
Gebouwen ((1,34 – 1,3) * 6.800.000) 272.000
Afschrijving gebouwen (4%*4.000.000) 160.000
Herwaarderingsreserve (4%*2.800.000) 112.000
, Vraag 3 Geef de journaalpost die in 2016 gemaakt moet worden ter correctie van de reeds
geboekte afschrijvingskosten van de gebouwen.
Afschrijvingskosten zonder indexering: (6.800.000 – 800.000)/40 jaar = €150.000
Vraag 4 Geef de journaalpost van de conversie van de obligatielening in aandelen begin
november 2016.
Conversiekoers: (2*€1.000 + €400)/50 aandelen = €48
Totaal aantal conversies: (€4.000.000/(2*€1.000)) = 2.000
Obligatielening 4.000.000
Liquide middelen (2.000 * €400) 800.000
Geplaatst aandelenkapitaal (2.000*50*€10) 1.000.000
Agioreserve (2.000*50*€38) 3.800.000
Vraag 5 Geef de samenstelling per balanspost van het totaal eigen vermogen bij KEMPEN
AIR per 31 december 2016.
Geplaatst aandelenkapitaal
€5.000.000 + €1.000.000 (conversie) = €6.000.000
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sanneerasmus. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.87. You're not tied to anything after your purchase.