Exam (elaborations)
Hoofdlijnen Nederlands Recht H4- Verbintenissenrecht- De onrechtmatige en rechtmatige daad
- Course
- Institution
Samenvatting Hoofdlijnen Nederlands Recht Hoofdstuk 4
[Show more]
Seller
Followfemkeprocee
Content preview
H4 – Verbintenissenrecht De onrechtmatige en rechtmatige daadRechtsgrond schadevergoeding ogv de wet
Onrechtmatige daad
= Inbreuk op een recht, een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of een doen of
nalaten in strijd met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer
betaamt
Rechtmatige daad
= Handeling die voortvloeit uit zaakwaarneming, onverschuldigde betaling en
ongerechtvaardigde verrijking.
OGV Overeenkomst -> Wanprestatie
4 vereisten schadevergoeding onrechtmatige daad:
Cumulatieve vereisten -> wanneer er aan één van de vier voorwaarden niet is voldaan, zal de
verordening tot schadevergoeding stranden.
1. Onrechtmatigheid
= Inbreuk op een recht, een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of een doen of
nalaten in strijd met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer
betaamt ( schending van een zorgvuldigheidssom)
‘Daad of handeling die niet te accepteren valt.’
Voorwaarden:
-Alternatieve voorwaarden-> schending van iedere categorie afzonderlijk levert een
onrechtmatige daad op.
o Inbreuk op een recht; of
= Inbreuk op een subjectief recht/ inbreuk op een aan het objectieve recht ontleende
individuele bevoegdheid.
VB: Eigendomsrecht
- Strijd met het ongeschreven recht
o Doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht; of
VB: Octrooirecht/ Auteursrecht
o Doen of nalaten in strijd met hetgeen volgens ongeschreven recht in het
maatschappelijk verkeer betaamt/ schending zorgvuldigheidsnorm
VB: Gevaarzetting
2. Toerekening
= Een onrechtmatige daad kan de dader worden toegerekend indien zij te wijten is aan de
schuld of aan een oorzaak die krachtens de wet of de in het verkeer geldende opvattingen
voor zijn rekening (risico) komt.
Aantonen dat:
- Alternatieve voorwaarden
o Schuld aan de dader
Schuldaansprakelijkheid = Men is eerst aansprakelijk wanneer men verwijt valt te
maken ten aanzien van het ontstaan van de daad.
o Voor rekening van de dader
Risicoaansprakelijkheid= men draagt de gevolgen van een begane onrechtmatige
daad, ongeacht of men enig verwijt treft. Bestaat onder meer voor ouders/ voogden
t.o.v. hun kinderen die nog geen 14 jaar zijn, voor werkgevers t.o.v. onrechtmatige
daden gepleegd door hun werknemers en voor producenten van gebrekige
producten.
, 3. Schade
o Vermogensschade
-> De posten geleden verlies, gederfde winst en redelijke kosten, gemaakt ter
voorkoming of beperking van de schade.
o Ander nadeel
-> Immateriële schade (smartengeld), wordt slechts toegekend voor zover de wet dit
uitdrukkelijk mogelijk maakt.
‘gederfde levensvreugde als verdriet, pijn of teleurstelling als gevolg van
onrechtmatige daad.’
Recht op smartengeld wanneer:
-> limitatief ( buiten de genoemde situaties wordt dus geen vergoeding voor
immaterieel nadeel toegekend.)
De aansprakelijke persoon het immateriële nadeel opzettelijk heeft
toegebracht
De benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam
is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast.
De nagedachtenis van een overledene tot in een bepaalde graad is
aangetast.
Shockschade = Smartengeld waarop een persoon recht heeft als gevolg van
het (enorme) verdriet dat hij heeft geleden omdat hij heeft gezien dat een
ander persoon (meestal een familielid) ernstig letsel heeft opgelopen ten
gevolge van een gedraging van een derde.
4. Causaal verband
= Rechtstreeks verband, aanwezig tussen schade en onrechtmatige daad. Er is niet voldaan
aan dit criterium als de schade ook was ontstaan indien de onrechtmatige daad niet was
gepleegd.
‘Wanneer de schade noodzakelijkerwijs uit de onrechtmatige daad is voortgekomen.’
Verweermiddelen gedaagde
Rechtvaardigingsgrond
‘Er is (misschien) wel voldaan aan de criteria van de onrechtmatige daad, mar ik had een
rechtvaardigingsgrond, waardoor de daad toch niet onrechtmatig is.’
= Aanwezigheid van noodweer, overmacht, wettelijk voorschrift of ambtelijk bevel, die maakt
dat een daad niet onrechtmatig is (hoewel dit op de eerste aanblik het geval leek te zijn.
- Overmacht -> wanneer iemand door aan een maatschappelijke plicht te voldoen, een
strafbaar feit pleegt.
- Noodweer -> wanneer iemand zich noodzakelijkerwijs verdedigt tegen een ogenblikkelijke,
wederrechtelijke aanranding.
H11
Relativiteitsvereiste
‘Ik heb (misschien) wel een norm geschonden, maar deze geschonden norm strekt niet tot
bescherming tegen de schade zoals de benadeelde die heeft geleden.’
= Wil men met succes schadevergoeding verkrijgen uit onrechtmatige daad, dan zal de
geschonden norm moeten dienen om de belangen van de benadeelde te beschermen. Zo
niet, dan zal de vordering worden afgewezen. Hoeft niet door eiser gesteld en bewezen te
worden. Het vormt een verweermiddel voor gedaagde.
Te gebruiken in strijd met een recht of bij een handelen in strijd met een wettelijke plicht,
NIET bij schending van een zorgvuldigheidsnorm.
Omvang van de schade
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller femkeprocee. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.36. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
48072 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now