Stageportfolio Praktijkleren 2, verpleegkunde HU. Stageportfolio bevat de opdracht klinisch redeneren (deze is beoordeeld met een 8.7), ingevulde CANMEDS rollen voor de eindevaluatie, uitgebreide bronnenlijst en meer. Stage gelopen in een gehandicaptenzorg, afdeling ernstige meervoudig gehandicapte...
Mijn naam is xxxx, ik ben tweedejaars student HBO Verpleegkunde aan de Hogeschool Utrecht. Van
XXX heb ik stage gelopen bij de xxx op de xxx. Ik kwam te werken op een woning met 11 cliënten die
een ernstig meervoudige beperking hadden. 20 weken lang heb ik zowel dagdiensten, avonddiensten
als weekenddiensten gedraaid. Toen ik begon wist ik praktisch niets over mensen met een
meervoudige beperking maar ik heb ontzettend veel geleerd over deze doelgroep. Ik heb het ervaren
als een zeer leerzame stage. Ook heb ik met veel plezier aan mijn portfolio gewerkt. Mijn
stagebegeleider was zeer enthousiast en het hele document wordt in het zorgleefplan gevoegd van
de bewoner. Ook ga ik het presenteren aan het hele team.
2
,Inhoudsopgave
Klinisch redeneren en onderzoekend vermogen............................................................................................. 4
Casusbeschrijving.................................................................................................................................................4
Anamnese.............................................................................................................................................................4
Screeningsinstrumenten..................................................................................................................................5
Belangrijkste probleemgebieden.....................................................................................................................5
Shared decision making...................................................................................................................................5
Schematische weergave van het zorgtraject...................................................................................................6
Diagnostiek...........................................................................................................................................................7
Anatomie en functies.......................................................................................................................................7
Externe en persoonlijke factoren....................................................................................................................8
Activiteiten en participatie ...........................................................................................................................10
De belangrijkste verpleegkundige diagnoses................................................................................................12
Resultaten.........................................................................................................................................................13
Evaluatie en advies............................................................................................................................................15
Literatuurlijst......................................................................................................................................................17
Bijlagen...............................................................................................................................................................19
Bijlage 1: Anamnese......................................................................................................................................19
Bijlage 2: Body Mass Index (BMI)..................................................................................................................21
Bijlage 3: Choking Risk Assesment (CRA).......................................................................................................22
Bijlage 5: Pneumonia Risk Assesment (PRA).................................................................................................25
Bijlage 8: Vragenlijst Kwaliteit van bestaan...................................................................................................28
Bijlage 9: SF-12...............................................................................................................................................44
Bijlage 10: Rotterdam Elderly Pain Observation Scale (REPOS)....................................................................46
Bijlage 11 Feedbackformulier........................................................................................................................48
Bijlage 12: Eindverslag CanMEDS..................................................................................................................49
3
, Klinisch redeneren en onderzoekend vermogen
Casusbeschrijving
In verband met privacygevoelige gegevens heb ik de cliënt in dit verslag de fictieve naam Marie
gegeven.
Marie is een kleine magere vrouw van 1.38 m. Ze is 60 jaar oud en heeft een zeer ernstig
verstandelijke beperking. Je herkent Marie aan twee rackets die ze altijd in haar handen heeft en
haar helm die ze bijna altijd op hoofd heeft maar die ze wel afzet als ze gaat slapen. Hier haalt ze haar
veiligheid uit. Het lijkt alsof de helm als een evenwichtsorgaan werkt. Als ze haar helm niet op heeft
met lopen, laat ze zich vallen. Marie zit meestal op haar bed in haar eigen kamer met sliertjes te
spelen. Marie kan niet praten. Als het goed gaat met Marie is ze aan het lachen, maakt ze vrolijke
geluidjes en zwaait ze met haar takken en slierten. Als het niet goed gaat maakt ze jammerende
geluiden en heeft ze een treurige gezichtsuitdrukking. Marie slaat zichzelf vaak door met haar vuist
tegen haar kin te slaan of met haar hoofd ergens tegen aan te bonken.
Marie is twee maanden te vroeg geboren maar er waren verder geen complicaties bij de geboorte.
De ontwikkeling verliep de eerste anderhalf jaar normaal. Daarna verliep hij traag. Vanaf de zesde
maand traden epileptische verschijnselen op. Er is geen duidelijke diagnose gesteld voor de oorzaak
van haar handicap, vermoedelijk is er sprake van een cerebrale aanlegstoornis. Marie kreeg als kind
cederende middelen voorgeschreven in verband met onverstaanbaar gedrag naar zichzelf toe (slaan
en bonken met haar hoofd). Het gezin bestond uit vader, moeder en vier kinderen. Marie wordt als
tweede kind geboren. Haar ouders zijn gescheiden en later allebei hertrouwd. Marie heeft nu nog
drie broers, haar ouders zijn inmiddels overleden.
Marie wordt als zij anderhalf jaar oud is uit huis geplaatst bij de nonnen. Daar weten ze niet goed wat
ze met haar aan moeten en leeft ze de eerste zestien jaar voornamelijk naakt op haar bed. Daar hield
ze de spulletjes die voor haar belangrijk waren altijd vlak bij haar hoofd. Marie loopt tot haar
achttiende jaar voornamelijk met steun van een begeleider. In de jaren daarna boekt ze heel
langzaam vooruitgang. Van alleen lopen met een pop en rackets, tot het zelfstandig en vrij rondlopen
met alleen haar rackets in haar handen.
Sinds 2001 woont Marie op deze woongroep. Marie is volledig afhankelijk van de begeleiding. Ze
krijgt dagelijks hulp bij de ADL en bij de invulling van de dag. Marie gaat vijf dagen in de week naar
dagbesteding.
Anamnese
Voor de anamnese heb ik gebruik gemaakt van de methode LACCS (lichamelijk welzijn, alertheid,
contact, communicatie, stimulerende tijdsbesteding) omdat deze wordt gebruikt op de XXX. De
methode richt zich op een goed leven voor mensen met een ernstige verstandelijke en meervoudige
beperking (EVMB). Zij zijn in vrijwel alles afhankelijk van anderen. Het ondersteunen bij een goed
leven is dan ook de belangrijkste opdracht die (professionele) zorgvragers hebben. Het programma
gaat in op vijf belangrijke gebieden: lichamelijk welzijn, alertheid, contact, communicatie en
stimulerende tijdsbesteding. Vijf herkenbare gebieden voor ieder mens, maar het is vaak niet
eenvoudig om ze vorm te geven bij mensen met EVMB. Inzicht in het niveau en de belevingswereld is
hierbij essentieel. Bij deze methode wordt gebruik gemaakt van het ontwikkelingsdenken van De
Geeter & Munsterman. Er wordt daarbij uitgegaan van drie ontwikkelingsfasen: de sensatiefase, de
klikfase en de begrijpfase. In de sensatiefase draait alles om zintuigelijke sensaties. In de klikfase
verwacht, denk of weet je er iets bij. In de begrijpfase kun je je gedrag aanpassen aan de situatie.
Mensen met een EVMB komen niet in deze laatste fase (De Geeter & Munsterman, 2017). Zie
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper iljabeun. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor $11.76. Je zit daarna nergens aan vast.