- Je kan je oriënteren op:
Gezichtspunten en belangen: dit verschilt individueel.
o De methodes/instrumenten die je gebruikt hangen af van het gezichtspunt/belang.
Je zal dus bij de oriëntatie afwegingen moeten maken van verschillende gezichtspunten en belangen
en hoe deze weerspiegeld zijn in modellen en instrumenten die je gebruikt.
Je moet ook rekening houden met de heersende cultuur en structuren in de organisatie.
o Hier heb je kans op vergaderitis.
Er moet ook voldoende motivatie zijn voor verandering naar kwaliteit.
o Hier heb je kan op inspection proof.
1.2. Observatie
- Om een objectieve observatie uit te voeren kun je verschillende brillen opzetten:
Bril van de cliënt:
o Dit kan je doen door letterlijk alles zelf eens te ondergaan.
o Dit leidt tot een basisprincipe van kwaliteit: cliëntgerichtheid.
Bril van de frisse kijk:
o Dit kan voorbeeld door een stagiair gebeuren.
o Dit kan leiden tot organisational blindness.
Bril van de geschoolde zorgprofessional:
o Eens je in het werkveld staat ga je hier al anders naar kijken als wanneer je student was.
Bril van de geschoolde kwaliteitsmedewerkers:
o Deze heeft hier een speciaal oog voor.
- Er is een verschil tussen kwaliteitskenmerken van producten en de zorg (dienstverlening).
Kenmerken:
o Hier is tijdigheid, toegankelijkheid en vertrouwen belangrijk.
o Het is zeer persoonlijk en dus moeilijker te meten.
o Er zijn verschillende verwachtingen mee gepaard (jezelf, cliënt, betrokkenen).
- De kwaliteitsperceptie is het resultaat van het verschil tussen de verwachting en de prestatie.
Klanten hebben veel impliciete verwachtingen.
Veel zaken beïnvloeden dit, zodat niet enkel het resultaat telt: omgeving, manier …
1.3. Organisatie
- Het effectief organiseren:
Beroepsverenigingen bieden verschillende bijscholingen aan.
Je kan jezelf aansluiten bij een netwerk van kwaliteitsexperten.
Zorg voor intervisie (gesprek tussen mensen die samen werkzaam zijn).
Er zijn ook samenwerkingsverbanden die overkoepelend werken.
, 2. Het ACPD-model van kwaliteitszorg
2.1. De 4 A’s: assen of basisfuncties van kwaliteitszorg
- Appoint: bepalen van de kwaliteitsaspecten die hier gewild zijn.
- Assure: bewaking of borging van deze aspecten.
- Advance: indien tekorten ga je deze verbeteren.
- Accountability: verantwoording, hierover kunnen rapporteren.
Let op: meten is geen onderdeel op zich.
Het zit verworven in elk van deze vier:
o Appoint: je zal zaken vooropstellen die je kan meten.
o Assure: je gaat het controleren door te meten.
o Advance: als herevaluatie meten.
o Accountability: die metingen geef je door.
Dit meten kan gebeuren via verschillende methoden:
o Het is goed meerde methodes te gebruiken voor eenzelfde aspect.
o Sommige zaken kun je ook helemaal niet gebruiken.
Kwaliteitsaspecten en metingen:
o Kwaliteitsaspecten: toegankelijkheid, respect voor privacy, competentie, samenwerking,
klachtenbehandeling, veiligheid, informatieoverdracht en apparaat gebruik.
o Metingen: gerichte observatie, meting via apparatuur, actieve bevraging, consensusbepaling in groep,
peer review, zelfevaluatie, registratie van info en afleiden uit bestaande info.
2.2. De 7 C’s: condities of voorwaarden voor kwaliteitszorg
Coördination Is het helder wie het geheel coördineert en hoe er wordt gecoördineerd?
Ga de structuur van de organisatie na.
Competence Hebben we de nodige competenties om goed werk te leven maar ook om aan zelfevaluatie
te doen?
Coaching Is het duidelijk door wie en op welke manier medewerkers worden begeleid en beoordeeld?
Communication Hebben we de geschikte middelen om iedereen goed te informeren en te betrekken in
overleg?
Coörperation/ Is de werking gericht op onderlinge samenwerking en wordt die samenwerking ook benut?
collaboration Samenwerken is meer dan de optelsom van de verschillende delen.
Client/customer Is er een basishouding die de cliënt centraal stelt als gebruiker van de zorg-, hulp en
orientation dienstverlening?
Deze conditie kan je nagaan door de bril van de cliënt op te zetten.
Ook interne medewerkers of verwijzende instanties zijn cliënten.
Cost management - Is er een degelijk financieel beheer?
Eerst moet er een basisbeheer van de financiën zijn.
Opletten voor foutenkosten.
o Voorbeelden: dubbele aankopen, materiaal dat niet gebruikt wordt,
misverstanden, nutteloze bijscholingen …
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lauraplace. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.51. You're not tied to anything after your purchase.