Deze samenvatting is gebaseerd op het boek “Hoofdlijnen Nederlands Recht, C.J. Loonstra” en hoorcolleges
+ werkcolleges. Aan het einde van de samenvatting is informatie te vinden over tentamenvoorbereiding
(vragen + belangrijke dingen per hoofdstuk). Deze info is verstrekt door de heer G. Oude Kotte (docent).
Voor uw beeldvorming, een greep uit de onderdelen die behandelt worden in deze samenvatting. (inclusief
voorbeelden bij de uitleg hiervan). Let op: deze volgende begrippen zijn slechts enkele die behandelt
worden. In de samenvatting zijn uiteraard nog meer te vinden.
Hoofdstuk 2
Verbintenissenrecht – de overeenkomst
Overeenkomst; een afspraak gemaakt door 2 of meer partijen.
Obligatoire/verbintenis scheppende overeenkomst; een overeenkomst die door twee partijen is
gesloten met het doel dat daaruit rechten en plichten voortvloeien.
o Bijv. bij de bakker -> bakker levert brood en jij moet betalen.
Wederkerige overeenkomst; een overeenkomst die beide partijen ten minste een recht en een
plicht geeft. (bakker; brood leveren en geld ontvangen. Koper; betalen en brood krijgen)
Eenzijdige overeenkomst; iets terug moeten geven. De ene partij heeft recht op iets, maar hoeft er
niets voor terug te doen. De andere partij heeft de plicht te leveren, maar krijgt niets terug.
Wanneer ontstaat een overeenkomst?
- komt tot stand door aanbod en de aanvaarding daarvan
De aanbieder kan zijn bod intrekken als het voldoet aan 2 voorwaarden;
- Het aanbod mag nog niet aanvaard zijn
- De aanbieder mag zijn bod niet onherroepelijk hebben gemaakt.
o Gebeurd o.a. als hij een termijn heeft gesteld waarbinnen het bod aanvaard moet
worden.
Er ontstaat geen overeenkomst als er geen aanbod, maar een uitnodiging tot het doen van een
aanbod wordt gedaan.
Wilsverklaringen; het willen verkopen van iets om vervolgens deze wil te verklaren. Er ontstaat een
overeenkomst wanneer de tegenpartij dit ook wil en verklaart.
,Wilsdefect; wat ik verklaard heb, wilde ik eigenlijk niet. Hierdoor kan er geen overeenkomst zijn
ontstaan.
- Een overeenkomst kan worden teruggedraaid wanneer wordt bewezen dat iemand een
geestelijke stoornis heeft.
Wilsgebrek; de verklaring strookte wel met de wil, maar dat deze op een gebrekkige wijze gevormd
was.
4 wilsgebreken:
1.Dwaling; iemand sluit een overeenkomst, maar als hij van de werkelijke situatie op de hoogte was
geweest, die overeenkomst niet had gesloten.
- De betreffende persoon moet hebben gedwaald over de zelfstandigheid van de zaak.
Extra voorwaarden;
- De dwaling is te wijten aan een inlichting van de wederpartij
- De wederpartij had de dwalende behoren in te lichten, maar heeft dit niet gedaan.
- De wederpartij ging van dezelfde onjuiste veronderstelling uit als de dwalende.
2. Bedrog (gekwalificeerde dwaling); iemand een ander tot het verrichten van een bepaalde
rechtshandeling bewegen door opzettelijk onjuiste mededelingen te doen of daarvan juist af te zien.
3. Bedreiging; iemand beweegt een ander met ongewone pressiemiddelen tot het aangaan van een
rechtshandeling
4. Misbruik van omstandigheden; iemand maakt behendig gebruik van een bijzondere situatie waarin
een ander verkeert, bijv. een abnormale geestestoestand als gevolg van het overlijden van familielid.
Er is niet automatisch sprake van een nooit bestaande overeenkomst wanneer er wilsgebreken in het
spel zijn. De overeenkomst is namelijk vernietigbaar. Dit houdt in dat de overeenkomst in stand blijft
tot het moment waarop de betrokkene zich op het wilsgebrek beroept. Daarna wordt de
overeenkomst krachteloos.
Nietig; houdt in dat de overeenkomst geacht wordt nooit te hebben bestaan.
Vernietigbaar; een overeenkomst die rechtskracht bezit tot het moment waarop deze door de partij
die wordt beschermd, vernietigd wordt.
Handelingsbekwaamheid; de mogelijkheid om onaantastbare rechtshandelingen te verrichten.
- De rechtshandeling hoort tot de categorie “rechtsfeit” = juridische relevante feiten.
Juridisch relevant omdat er een rechtsregel is die een bepaald rechtsgevolg verbindt aan een bepaald
feit. Bijv. de aanschaf van 1000 kg cement is een rechtsfeit omdat de wet daaraan het
rechtsgevolg verbindt dat ik de overeengekomen prijs moet betalen.
- Rechtshandeling is een rechtsfeit maar met een gewild rechtsgevolg
o Meerzijdige rechtshandelingen; pas geldig wanneer 2 of meerdere rechtssubjecten
(partijen) hun op elkaar aansluitende wilsverklaringen kenbaar maken.
o Eenzijdige rechtshandelingen; zijn geldig als worden verricht door één persoon.
Bijv. het testament, één persoon kan immers een geldig testament maken.
, Categorieën rechtsfeiten:
- Rechtshandeling; heeft een gewild rechtsgevolg
- Feitelijke handeling; volledig onduidelijk of het rechtsgevolg gewild is of niet.
Bijv. onrechtmatige daad. Omstoten van een vaas waarbij de schade
vergoedt moet worden. Onduidelijk of dit expres gebeurde of per ongeluk.
- Blote rechtsfeit; feit waaruit rechtsgevolgen voortkomen zonder dat de betrokkene in staat is
om daarop wezenlijke invloed uit te oefenen
Bijv. geboorte, overlijden, bereiken van meerderjarige leeftijd
2 groepen handelingsonbekwaam; (overeenkomst is vernietigbaar)
- Onder curatele gestelden
- Zij die krachtens een rechterlijk bevel in een krankzinnigengesticht (psychiatrische inrichting)
zijn opgenomen
Minderjarigen; een minderjarige is handelingsonbekwaam wanneer hij zonder toestemming van zijn
wettelijke vertegenwoordiger handelt en de wet niet anders bepaalt.
o De toestemming kan slechts worden verleent voor een bepaalde rechtshandeling of
voor een bepaald doel.
Inhoud van een overeenkomst; Een overeenkomst heeft niet alleen de door partijen
overeengekomen rechtsgevolgen, maar ook die welke, naar de aard van de overeenkomst, uit de
wet, de gewoonte of de eisen van redelijkheid en billijkheid voortvloeien.
Redelijkheid & billijkheid;
Wanneer de partijen over een bepaalde kwestie niets hebben afgesproken en ook de wet en de
gewoonte zwijgen, dan kan het zo zijn dat op grond van de redelijkheid en billijkheid de inhoud van
een overeenkomst wordt vastgesteld.
Beperkende of derogerende werking van de redelijkheid en billijkheid; partijen hebben A plus B
afgesproken, maar de rechter neemt als standpunt in dat B niet tussen partijen geldt.
Aanvullende werking van de redelijkheid en billijkheid; partijen zijn C overeengekomen, maar de
rechter neemt als standpunt in dat ook D (hoewel niets is afgesproken) tussen partijen geldt.
Onaanvaardbaar; de rechter mag niet snel een tussen partijen geldende afspraak terzijde schuiven.
Exoneratiebeding; beding waarbij een van de partijen haar aansprakelijkheid voor mogelijke schade
van de wederpartij heeft uitgesloten.
Wanprestatie; men komt niet na wat is afgesproken.
Wat kan iemand vorderen wanneer hij wordt geconfronteerd met wanprestatie?
- Nakoming van hetgeen waartoe de wederpartij zich verplicht had.
- Ontbinding van de overeenkomst
- Vervangende schadevergoeding
- Aanvullende schadevergoeding
- Nakoming, gecombineerd met aanvullende schadevergoeding
- Ontbinding, gecombineerd met aanvullende schadevergoeding
- Vervangende en aanvullende schadevergoeding.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller krampit. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.34. You're not tied to anything after your purchase.