Ontwikkelingstheorieën:
Jean Piaget:
Land van herkomst: Zwitserland.
Leefde in de periode: 1896-1980.
Ieder kind doorloopt in een vaste volgorde een aantal fasen. De volgende fase kan pas starten
wanneer de vorige voltooid is:
sensomotorische fase: 0-2 jaar: Het kind leert door ervaring, herhaling en doen. Het kind
leert steeds meer dat een gedrag een bepaald gevolg heeft.
pre-operationele fase: 2-7 jaar: Het kind zit in een egocentrische fase. Het denken van het
kind centreert zich rondom zijn eigen persoon. Het eigen gezichtspunt staat continue
centraal en het kind is zich nog niet in staat in te leven in een ander. Een peuter kan de
handelingen in gedachte uitvoeren en hoeft handelingen niet meer in de praktijk uit te
voeren.
concreet-operationeel denken: 7-11 jaar. Een kind ziet eerst alleen de begin- en
eindtoestand van een proces, in deze fase leert een kind hoe de handelingen in een proces
lopen. Het kind denkt niet meer alleen aan zichzelf in deze face. Het kind kan zich ook in een
ander verplaatsen
formeel-operationeel denken: > 12 jaar. Het kind leert abstract en logisch denken. Het kind
is in staat oplossingen te bedenken voor complexere problemen en gaan nadenken over
maatschappelijke vraagstukken en creëren een kritische houding.
Lev Vygotsky:
Land van herkomst: Rusland.
Leefde in de periode: 1896-1934.
De ontwikkeling vindt plaats in de sociale context: het kind kan door interactie met de
omgeving profiteren van kennis die volwassenen bezitten.
Er is veel interactie met de omgeving.
Beginsituatie van het kind
Met de zone van naaste ontwikkeling wordt het kind gestimuleerd iets nieuws te leren, dat
aansluit bij bepaalde kennis en vaardigheden.
Sigmund Freud:
Land van herkomst: Oostenrijk.
Leefde in de periode: 1865-1939.
Gedrag is het gevolg van onbewuste psychische processen.
Ieder mens heeft driften en belangen.
Het kind leert omgaan met zijn driften en impulsen door het es, ego en superego.
Es: Het kind ervaart een conflict tussen zijn eigen driften en verlangens enerzijds en de
regels, waarden en normen van zijn omgeving anderzijds
Superego: De ontwikkeling van een geweten
Ego: Op de juiste manier omgaan met het es en superego samen.
Erik Erikson:
Land van herkomst: Duitsland.
Leefde in de periode: 1902-1994.
Ieder mens doorloopt acht fasen voor de ontwikkeling van de sociale dimensies. In iedere fase komt
het individu een bepaald conflict tegen.
, 1. Basaal vertrouwen- en basaal wantrouwen: 0-2 jaar. Zorg en veiligheid is de basis voor
basaal vertrouwen. Door voorspelbaarheid en continuïteit ontstaat de ego-identiteit. Als hier
de eerste maanden een tekort van is, ontstaat bij een baby basaal wantrouwen. Het kind
heeft moeite met zich binden etc.
2. Autonomie versus schaamte en twijfel: 2-5 jaar. Het kind leert de basis van liefde, haat,
coöperatie en koppigheid. Het kind wil zaken zelf regelen, maar wordt aan de andere kant
gegrepen door schaamte en twijfel.
3. Initiatief versus schuldgevoel: Het kind reageert positief waardoor competenties
uitgebreider worden en het kind autonoom wordt. Het kind ziet dat het meer kan dan een
jonger persoon en ontwikkeld hierdoor een schuldgevoel.
4. Vlijt versus minderwaardigheid: 6- 11 jaar. Het kind gaat naar school en ervaart dat door
leren kennis en vaardigheden vergroot worden. Als er geen duidelijke balans is tussen taken
en vaardigheden van het kind kan er een disbalans ontstaan waardoor het kind zich
minderwaardig voelt.
5. Identiteit versus rolverwarring: 11-20 jaar. Keuzes die een puber maakt bepalen hun
identiteit. Wanneer het een kind niet lukt de goede keuze te maken is er sprake van
rolverwarring.
Margareth Mahler:
Land van herkomst: Hongarije.
Leefde in de periode: 1897-1985.
De baby ontwikkelt zich in verschillende fasen van totaal afhankelijk naar totaal onafhankelijk:
separatie-individuatiefase: van differentiatie naar objectconstante.
Sociale wetenschappen
Psychologie: onderzoekt het gedrag en ontwikkeling van de gezonde mens. Hoe handelen,
voelen en denken mensen en welke neurologische processen liggen hieraan ten grondslag.
Sociologie: op welke manier gaan mensen met elkaar om en beïnvloeden elkaar.
Onderzoeken patronen in de maatschappij en de effecten daarvan op het individu.
Psychiatrie: houdt zich bezig met diagnose en de behandeling van psychische, emotionele
gedragsstoornissen. Geeft inzicht in wat gezond en wat afwijkend gedrag is.
Pedagogiek: houdt zich bezig met de invloed van de opvoeding op de ontwikkeling
Orthopedagogie: onderzoekt stoornissen in de normale ontwikkeling
Antropologie: kijkt naar de mens in al zijn aspecten. Lichamelijk en cultureel. Valt onder
sociale wetenschappen en gedragswetenschappen.
Ontwikkelingsaspecten
Lichamelijke ontwikkeling: hoe groeit en verandert het lichaam en hoe houdt je het gezond.
Motorische ontwikkeling: Het bewegen en het daarbij gebruikmaken van je zintuigen
Cognitieve ontwikkeling: je kijkt naar de ontwikkeling van het brein en naar de manier
waarop mensen leren, denken en begrijpen.
Sociaal- emotionele ontwikkeling: het gevoelsleven en sociale omgang met elkaar
Seksuele ontwikkeling: hierbij gaat het over lustbevrediging en seksuele gevoelens. Voor de
pubertijd hebben we het over sensuele ontwikkeling.
, De baby (tot 1 jaar) (rijping)
0-2 maanden 3-4 maanden 5-6 maanden 7-8 maanden 9-10 maanden 11-12 maanden
Lichamelijk Volledig zicht tandjes Vast voedsel
Slapen: voor Reflexen verdwijnen en
ontwikkeling groei en bewegingen worden bewust
hersenen gedaan
Motorisch Stimuleren met contact en spelletjes
Eigen kracht Spieren zijn niet goed ontwikkeld dus ondersteuning is belangrijk
Cognitief Zintuigen (vooral voelen speelt een belangrijke rol)
Assimilatie: structureren informatie
Accommodatie: plaatsen van informatie in de juiste context
Objectpermanentie: een beeld in geheugen vast te houden zonder het te zien
Sociaal- emotioneel Lichaamstaal en oogcontact met anderen
Hechting (verzorgers)
Eenkennigheidsfase: alleen contact met de persoon die het dichtstbij staat
Emotionele ontwikkeling ontplooit zich
Geen ik-besef
Sensueel (orale fase) Via de mond genot ervaren
Zuigreflex: zuigende bewegingen van de mond als de lippen worden aangeraakt
Zoekreflex: automatisch zoeken naar voedsel door de mond in de richting van de prikkel te draaien
Mororeflex: snelle spreid- en sluitbeweging van armen, benen, vingers en mond van de baby als
hoofd en romp plotseling zakken.
Tilt in buikligging paar seconde hoofd op 1 maand
Tilt het hoofd langer op en draait (buikligging) 3 maand
Objectfixatie (ogen richten op een voorwerp of persoon) 3 maand
Houdt het hoofd in balans 4 maand
Tukt in buikligging de romp op en steunt op handen 4 maand
Rolt van buik naar rug 5 maand
Zit met lichte steun in rug 6 maand
kruipt 7-8 maand
Zit zelfstandig 8 maand
Trekt zich op 9 maand
Staat met steun 10 maand
Loopt met steun 11 maand
Loopt los 12-15 maand
Pakt speeltjes met hele hand (vuistgreep) 3 maand
De dreumes (1-2 jaar)
Lichamelijk Ontwikkeling zintuigen
Breedtegroei (Gewicht neemt toe)
Motorisch Exploratiegedrag
Stapjes zetten
Balans zoeken tussen onderzoeken en het stellen van grenzen
Fijn motorisch (kleine bewegingen)
Grof motorisch (grotere bewegingen (rennen, lopen)
Cognitief (toepassen) Leren door te doen
Uitproberen om omgeving te leren kennen
Sensomotorische ontwikkeling: onderscheid maken tussen jezelf en de wereld
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hhajvos. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.50. You're not tied to anything after your purchase.