Functionele Anatomie
Door David Jaspers in 2021
Inhoud Hoorcolleges
Hoorcollege # Onderwerp Docent Pagina
1 Inleiding Snijzaal HS 2
2 Bewegingsanalyse I HS 2
3 Bewegingsanalyse II HS 5
4 Functionele spiermorfologie I RJ/GW 8
5 Functionele spiermorfologie II RJ/GW 13
6 Bindweefsel en spier RJ/GW 18
7 Bewegingsanalyse III HS 23
8 Arm HS 26
9 Been HS 30
10 Spieradaptie RJ/GW 33
11 Romp HS 37
12 Spier en gewricht HS 40
13 Embryologie en bot RJ/GW 43
HS = Henk Schutte & RJ = Richard Jaspers & GW = Guido Weide
Samenvatting Hoorcolleges Functionele Anatomie 2018 | Bewegingswetenschappen | David Jaspers 1
,Hoorcollege 2
Bewegingsanalyse I
Wat is bewegen als je ernaar kijkt?
- Geledingen zijn verbonden door gewrichten en waarvan de beweging te beschrijven
is rond assen.
- Die kunnen hieromheen bewegen door spiercontractie van twee of meer spieren
(antagonisten en agonisten).
- Die bewegingen zijn te beschrijven als allerlei hoekveranderingen die
waarneembaar zijn in verschillende vlakken.
- Door de rotaties zijn ook translaties te zien.
Samengevat: ‘Beweging is een hoekverandering om een as in een vlak.’
Waar en Waardoor bewegen we?
Het bewegingsapparaat = Tractus Locomotorius
Te verdelen in drie categorieën:
- Osteologie = ‘Bottenleer’
- Syndesmologie = Hoe botten bij elkaar komen (‘Gewrichtenleer’)
- Myologie = ‘Spierenleer’
Bewegingsterminologie:
- Anatomische houding: Handpalmen naar voren en voeten bungelend
- Lichaamsvlakken:
- Frontaal vlak (coronaal): Gezien wordt de voor-/achterkant van een
persoon. Beweegt van voor naar achter.
- Sagittaal vlak: Gezien wordt de zijkant van een persoon. Beweegt van rechts
naar links. Middelste heet Mediaanvlak.
- Transversaal vlak (dwars, horizontaal): Gezien wordt de bovenkant van een
persoon. Beweegt van onder naar boven.
2
, - Absolute en relatieve lichaamsvlakken:
- Lichaamsassen:
- Sagittale as: Loodrecht op het frontale vlak. Wijst in de richting van de
kruising van het sagittale en transversale vlak.
- Frontale/transversale/horizontale as: Loodrecht op het sagittale vlak. Wijst in
de richting van de kruising van het frontale en transversale vlak.
- Longitudinale as: Loodrecht op het transversale vlak. Wijst in de richting van
de kruising van het frontale en sagittale vlak.
Enkele termen:
Algemene termen:
- Flexie = buigen
- Extensie = strekken
Zijden van het lichaam:
- Ventrale = voor
- Dorsale = achter
- Radiale = duim
- Ulnaire = pink
- Palmaire/plantaire = palm/zool
Voorvoegsels:
- Abductie = Vanaf bewegen
- Adductie = Naartoe bewegen
- Circumductie = Rondom bewegen
- Endorotatie = Naar binnen draaien
- Exorotatie = Naar buiten draaien
- Retroflexie = Naar achter bewegen
- Anteflexie = Naar voren bewegen
- Lateroflexie = Zijwaarts bewegen
3
, Enkele bewegingen om assen:
Bewegingen om een sagittale as:
- Abductie ⇔ Adductie (schouder/heup)
- Lateroflexie (Wervelkolom)
- Radiaalabductie ⇔ Ulnairabductie (pols)
- Eversie ⇔ Inversie (enkel)
Bewegingen om een frontale a s:
- Anteflexie ⇔ Retroflexie (schouder/heup)
- Flexie ⇔ Extensie (elleboog/knie/wervelkolom)
- Plantair-, Palmairflexie ⇔ Dorsaalflexie (pols/enkel)
Bewegingen om een longitudinale as:
- Exorotatie ⇔ Endorotatie (Schouder / heup / knie)
- Rotatie naar links ⇔ Rotatie naar rechts(Wervelkolom)
- Homolaterale rotator ⇔ Heterolaterale rotator
- Abductie ⇔ Adductie (enkel)
Speciale bewegingen:
- Circumductie (Schouder/heup/pols/vinger)
(bewegingen rond meerdere assen/vlakken)
- Pronatie ⇔ Supinatie (Onderarm/enkel)
(de term X of O benen komt hier vandaan)
- Elevatie ⇔ Depressie (Schoudergordel)
- Laterorotatie ⇔ Mediorotatie (Schoudergordel)
- Protractie ⇔ Retractie (Schoudergordel)
Richtingen in het lichaam:
- Superior (alles boven het hart) ⇔ Inferior (alles onder het hart)
- Craniaal (alles boven het hart) ⇔ Caudaal (alles onder het hart)
- Proximaal (naar de romp toe) ⇔ Distaal (naar de tenen/vingers toe)
- Mediaal (naar het midden toe) ⇔ Lateraal (van het midden af)
Einde HC2
4