Hoofdstuk 1. Economische groei
1.1. Hoe kun je zichtbaar maken dat de economie van een land groeit?
Toegevoegde waarde: verkoopwaarde – inkoopwaarde
Bbp: toegevoegde waarde van alle goederen en diensten van een land ook met de
buitenlandse bedrijven die zich in dat lang vestigde meegerekend.
Bnp: toegevoegde waarde van alle goederen en diensten door Nederlanders (bijvoorbeeld)
over de hele wereld.
Reële groei: de groei van het bbp gecorrigeerd door inflatie
1.2. Aan wat voor bedragen moet je dan denken?
Hoe maak je het bbp toegankelijk?
- Bbp/hoofd berekenen, dus bbp gedeeld door aantal inwoners
- Overzicht geven
o Vergelijken met andere landen
o Vergelijken met het verleden
Waarom ‘niet blindstaren op cijfers’?
- Kleine zaken als het aantal werkdagen beïnvloeden het bbp
- De informele economie wordt niet meegeteld
o Alleen zwart geld dat wordt uitgegeven dat wordt meegeteld
1.3. Waarom wordt economische groei gezien als iets positiefs?
Economenjargon: om iets te maken, moeten productiefactoren worden ingezet
Productiefactoren zijn:
- Arbeid
- Kapitaal
- Natuur
- Ondernemerschap
Investeringen: bestedingen van bedrijven aan gebouwen en machines
Productiestijging zorgt voor toename werkgelegenheid (= vraag naar arbeid)
Sneeuwbaleffect: productie- en inkomensstijgingen leiden tot stijgingen bestedingen, die
leiden tot meer productie, enzovoorts.
Hoe lang dit effect blijf doorgaan, hangt van de volgende factoren:
- Productiecapaciteit van bedrijven
- Het consumenten- en producentenvertrouwen
o Het vertrouwen kan aangetast worden door bijvoorbeeld aanslagen of
faillissementen van bedrijven of banken. Mensen gaan oppot gedrag vertonen
omdat ze bang zijn om hun geld of baan te verliezen.
R-word index: het meten van het aantal keer gebruikte woord recessie
Greenshootsindex: opzoek naar pril herstel in de economie
, 1.4. Is economische groei wel zo positief?
- Stijging welvaart zegt niks over verdeling van extra inkomen
- Toenemende productie kan een nadelig effect op het milieu hebben
- Economische groei zegt iets over welvaart, niet over welzijn.
- Negatieve economische groei heeft ook voordelen
o Prijzen producten nemen af, wacht- en levertijden worden korter
1.5. Waarom wisselen tijden van snelle en langzame groei elkaar af?
Gemiddeld aantal goede jaren is 3, daarna langzame krimp of groei.
Hoogconjunctuur: goede tijden
Laagconjunctuur: slechte tijden, recessie
Depressie: lange recessie
Er zijn vier verschillende groepen die uitgaven doen
1. Consumenten – consumptie
2. Producenten – investeringen
3. Overheid – overheidsbestedingen
4. Buitenland – Nederlandse export
Groep 1 tot en met 3 besteden ook geld aan buitenlandse producten (=import)
Overheidsbestedingen kunnen het begin zijn van een sneeuwbaleffect
Als de productiebedrijven maximaal produceren en geen nieuw personeel kan vinden door
een groeiende economie, raakt de economie oververhit.
Gevolgen van een oververhitte economie:
- Prijzen worden verhoogt
- Inflatie
- Einde hoogconjunctuur
1.6. Zijn de toppen en dalen in de conjunctuur te voorspellen?
CPB voorspelt de economie, maar niemand kan de economie exact voorspellen.
Naast voorspellingen zijn er ook conjunctuurindicatoren
- Index van consumentenvertrouwen door CBS (centraal bureau van de statistiek)
- Index producentenvertrouwen (zelfde verhaal)
- Uitzendbranche
o Goede economie betekent veel vaste banen, dat betekent dus dat het dan
rustig is bij de uitzendbureaus.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller joycehuigsloot. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.17. You're not tied to anything after your purchase.