100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Casus 13: Zorgen over de 85-jarige Sophie $3.76
Add to cart

Summary

Samenvatting Casus 13: Zorgen over de 85-jarige Sophie

 37 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Blok 1.1 - Groei en Ontwikkeling Casus 13 - Zorgen over de 85-jarige Sophie 'Deze casus is één van 13; samen bevatten ze alle informatie die jij nodig hebt om je bloktoets te maken. De casus maakt gebruik van duidelijke afbeeldingen en een overzichtelijke tekst, waarin alle leerdoelen één voo...

[Show more]

Preview 2 out of 8  pages

  • Unknown
  • September 25, 2020
  • 8
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Blok 1: Groei en Ontwikkeling


Casus 13: Zorgen over de 85-jarige Sophie

1. Wat gebeurt er als je ouder wordt en wat zijn de consequenties op het dagelijks leven?

Het ouder worden van een organisme is gebaseerd op de opeenstapeling van de zogenaamde
hallmarks of ageing (kenmerkende processen welke ervoor zorgen dat het individu minder goed
functioneert). De mate in welke de hallmarks accumuleren bepaalt hoe snel een persoon veroudert.
Veroudering begint al wanneer iemand in de 20 is, en brengt vanaf die leeftijd complicaties met zich
mee. De meeste welke ze zich vanaf het 50 e levensjaar voordoen.

Biologische veroudering slaat op de gevolgen van ouder worden voor het menselijk lichaam en
hersenen. Hierbij kan onderscheid worden gemaakt tussen normale veroudering en abnormale of
pathologische veroudering die tot uiting komt in typische ouderdoms-gerelateerde ziekten. De
consequenties van normale veroudering zijn in te delen in functionele en cognitieve veroudering.
Sommige mensen blijken minder gevoelig voor het krijgen van ouderdomsziekten en symptomen van
vroegtijdige veroudering dan anderen. Dit heeft geleid tot een tweedeling in zogenaamde
succesvolle en niet succesvolle veroudering. Succesvolle veroudering heeft drie componenten:
- weinig voorkomen van typische ouderdomsziekten of handicaps
- goede mentale en lichamelijke conditie
- grote activiteit in het dagelijks leven

Functionele veroudering:
 Lichamelijke belastbaarheid neemt af. Dit komt overeen met hoe ‘fit’ een persoon is, en wordt
gemeten door te kijken naar de maximale zuurstofopname (VO2 max in L/min). De beperkende
factor in de maximale zuurstofopname is de pompfrequentie van het hart. De maximale hartslag
per leeftijd kan uitgerekend worden door de leeftijd van een hartslag van 220 af te trekken.
Bv 220 – 45 = een maximale hartslag van 175 voor iemand van 45 jaar.
VO2 max / kg lichaamsgewicht  als functie van leeftijd
 Er vindt atrofie (afname massa) plaats in de organen:
spieren ( krachtverlies),
botten ( kans op fracturen),
hersenen ( verminderd cognitief vermogen),
longen ( verminderde zuurstofopname door emfyseem),
nieren en lever ( afname eliminatie en omzetting medicijnen)
 In bloedvaten ontstaat vaak atherosclerose. De verkalking van vaten, waardoor de kans op een
hart- of herseninfarct wordt vergroot.
 De homeostase van het lichaam verslechtert, zoals bijvoorbeeld de warmteregulering van het
lichaam, waardoor ouderen mensen het vaak sneller koud hebben.
 Er treden (vooral boven de 70 jaar) veranderingen op in de seksuele activiteit.
 Het waak-slaapritme kan verstoord raken, deels doordat de biologische klok niet goed wordt
bijgesteld. De diepe slaap neemt af en de wekdrempel wordt lager, waardoor dutjes overdag
toenemen.
 Zintuigen gaan erop achteruit, door een tragere prikkelverwerking en een slechtere
prikkelonderdrukking in de hersenen. Hierdoor neemt bijvoorbeeld het gehoor, het zicht en de
tast af naarmate een persoon ouder wordt.
 Een afname in lichamelijke belastbaarheid, gecombineerd met atrofie van organen, heeft tot
gevolg dat ouderen minder mobiel worden. Dit draagt weer bij aan cognitieve en sociale
veroudering

, Blok 1: Groei en Ontwikkeling


Cognitieve veroudering
 Waarneming: bij het ouder worden gaan de zintuigen minder goed werken. Er treedt
zichtverlies op, en ook het gehoor vermindert. Verder blijven prikkels bij ouderen langer in het
zenuwstelsel aanwezig dan bij jongeren. Door deze ‘stimuluspersistentie’ wordt niet-relevante
informatie bij ouderen slecht onderdrukt. Ook kost het verwerken van de prikkels meer tijd en
moeite.
 Geheugenproblemen: men heeft een ‘recent memory’ en een ‘remote memory’ werkgeheugen
(korte- en langetermijngeheugen). Geheugenstoornissen komen vaak voor bij ouderen, en uiten
zich vooral in het aanleren en actief herinneren van nieuwe informatie. Wel is gebleken dat het
kortetermijngeheugen even goed is als dat van jonge mensen, zolang de opdracht zich beperkt
tot het onthouden van minder dan 5 punten. Het probleem bij ouderen ligt vooral in het opslaan
van informatie uit het kortetermijngeheugen naar het langetermijngeheugen, waardoor ze zeer
moeizaam nieuwe dingen leren.
 Intelligentie: verschil in afname tussen verbale en performale intelligentie. Performale testen
zijn vooral een meting van prestaties, meestal in tijd gemeten. Het blijkt dat bij veroudering de
verbale intelligentie op een wat later moment in het leven afneemt dan de performale
intelligentie.
 Motoriek: complexe psychomotore functies die een rol spelen in het gedrag, nemen af bij
ouderen. Simpele vingerbewegingen blijven ongestoord. Ouderen verrichten ingewikkelde
motorische taken en taken die een complexe zintuig-motorische integratie vereisen, minder
goed. Dit komt doordat ze meer tijd nodig hebben voor het nemen van beslissingen en het
plannen van een beweging die moet worden uitgevoerd.
 Biologische levensgebeurtenissen kunnen de cognitieve veroudering versnellen. Het gaat hierbij
om gebeurtenissen die de hersenfunctie kunnen hebben benadeeld. Bv. chronisch verhoogde
bloeddruk, langdurige stress of depressie, gebruik van alcohol of medicijnen, of verminderd
sociaal contact.

Maatschappelijke veroudering
Naast biologische veroudering bestaat er ook maatschappelijke veroudering. Het milieu waarin
iemand leeft is van groot belang voor zijn mentale- maar ook fysieke gezondheid. Wanneer ouderen
in een geïsoleerd sociaal milieu leven, en dus geen aanspraak meer hebben op de buitenwereld, kan
dit functionele en cognitieve veroudering bevorderen.
Bv. de woonsituatie, afgenomen mobiliteit, angst om de straat op te gaan, het verhuizen van
kinderen en het sterven van vrienden of familie kan hier invloed op hebben.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller luukjennekens. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.76. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.76
  • (0)
Add to cart
Added