100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Goederen- en Insolventierecht stappenplan probleem 2 $3.18
Add to cart

Summary

Samenvatting Goederen- en Insolventierecht stappenplan probleem 2

 49 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Een stappenplan (samenvatting) van probleem 2 van het vak Goederen- en Insolventierecht.

Preview 2 out of 12  pages

  • September 28, 2020
  • 12
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Stappenplan probleem 2 – Goederen- en Insolventierecht.

Welke zekerheidsrechten zijn er? (vraag 1)
Kenmerken/inhoud.
Waarop kan het gevestigd worden?
Tot zekerheid waarvan kan het recht gevestigd worden?
Hoe sterk is de band tussen het zekerheidsrecht en datgene tot zekerheid waarvan het
wordt gevestigd?
Wat moet de schuldeiser concreet doen om via het zekerheidsrecht aan zijn geld te komen?

Stap 1  Kredietverleners en andere crediteuren kunnen het risico van een vordering
beperken door het bedingen van zekerheden.

Stap 1a  Er zijn 2 soorten zekerheden.
1. Goederenrechtelijke zekerheden:
a. Rechten van pand en hypotheek: beperkte rechten om aan onderworpen
goederen een vordering bij voorrang boven andere schuldeisers te verhalen.
b. Eigendomsvoorbehoud: de mogelijkheid om de door hem geleverde goederen
in geval van niet-voldoening van de tegenprestatie als zijn eigendom op te
eisen.
c. Goederenrechtelijke rechten hebben gemeen dat de crediteur zijn zekerheid
rechtstreeks vindt in het object van zijn recht: de verpande zaak, de verpande
vordering, het hypothekeerde registergoed, de in eigendom voorbehouden
zaak etc.
2. Persoonlijke zekerheden:
a. De crediteur vindt de zekerheid niet rechtstreeks in aan de debiteur of
hemzelf toebehorende goederen, maar in het feit dat een derde al of niet
subsidiair medeaansprakelijk is voor de voldoening van de vordering.

Stap 1b  Termen pand en hypotheek.
Bij pand:
 Pandgever: degene wiens goed met het pandrecht is bezwaard
 Pandhouder/pandnemer: degene die het pandrecht verkrijgt
 Derdenpand: wanneer schuldenaar en pandgever niet dezelfde persoon zijn

Bij hypotheek:
 Hypotheekgever: degene wiens registergoed met een recht van hypotheek is
bezwaard.
 Hypotheekhouder/hypotheeknemer: degene die de hypotheek verkrijgt
 Ook hier kan sprake zijn van derdenhypotheek

Gewoon pandrecht/openbaar pandrecht/vuistpandrecht: het pandrecht op een roerende
zaak, niet-registergoed dat gevestigd wordt door die zaak in de macht van de pandhouder te
brengen (art. 3:236 lid 1 BW).

Stil pandrecht: het pandrecht dat tot stand komt bij authentieke of geregistreerde
onderhandse akte zonder zodanige machtsverschaffing (art. 3:237 BW).

, Stap 2  Art. 3:227 lid 1 BW: het recht van pand en hypotheek zijn beperkte rechten,
strekkende om op de daaraan onderworpen goederen een vordering tot voldoening van een
geldsom bij voorrang boven andere schuldeisers te verhalen.

Pand en hypotheek strekken tot verhaal met voorrang.
 Verhaal: pand- en hypotheekhouder onderscheiden zich in zoverre van een
schuldeiser dat zij het recht hebben van parate executie (art. 3:248 en 3:268 BW).
 Voorrang: houdt verband met de regel van art. 3:227 BW dat alle schuldeisers
onderling een gelijk recht hebben om uit de netto-opbrengst van de goederen van
hun schuldenaar te worden voldaan naar evenredigheid van ieders vordering,
behoudens de door de wet erkende redenen van voorrang (paritas creditorum)
 Pand en hypotheek gaan boven voorrecht, tenzij de wet anders bepaalt (art. 3:279
BW).

Stap 2a  Conventionaliteitsbeginsel: de totstandkoming van pand en hypotheek berust op
wilsovereenstemming tussen partijen, zowel voor wat betreft de titel die aan de vestiging
van het recht ten grondslag ligt als voor wat betreft die vestiging zelf.

Stap 2b  Het pand- en hypotheekrecht worden in beginsel beheerst door beginselen van
beperkte rechten in het algemeen:
 Absoluut;
 Exclusief;
 Droit de suite;
 Afhankelijkheid (art. 3:7 en 3:8 BW);
 Prioriteit;
 Separatistenpositie: in geval van faillissement kan de pand- of hypotheekhouder
(separatist) zijn recht uitoefenen alsof er geen faillissement was (art. 57 lid 1 Fw).

Stap 3  Object van bezwaring bij pand en hypotheek.
Pand en hypotheek rusten op goederen, d.w.z. op zaken en rechten (art. 3:1 BW)  verschil
met persoonlijke zekerheidsrechten.
Rust het recht op een registergoed, dan is het een recht van hypotheek; rust het op een
ander goed, dan is het een recht van pand (art. 3:227 lid 1 tweede zin BW).

Beperkte zekerheidsrechten laten zich zowel op volledige rechten als op beperkte rechten
stapelen, voor zover de aard van dat andere recht dat toelaat (art. 3:81 lid 1 BW).
Uitsluitend voor overdracht vatbare goederen kunnen worden verpand/verhypothekeerd
(art. 3:228 BW).

Toekomstige goederen kunnen alleen bezwaard worden met beperkte zekerheidsrechten
voor zover het geen registergoederen zijn (art. 3:98 jo. 3:97 lid 1 BW)  dus alleen
pandrecht mogelijk.
 Algemeen vereiste: voldoende bepaalbaar goed

Stap 4  Gesecureerde vordering; Vordering tot voldoening van een geldsom.
Art. 3:227 BW: pand en hypotheek strekken uitsluitend ter securering van een vordering tot
voldoening van een geldsom.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Mandy13. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.18. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

49051 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$3.18
  • (0)
Add to cart
Added