Samenvatting van het vak Political Science (FSWSBC2-011), inclusief de hoorcolleges, het boek Comparative Government and Politics en de additionele artikelen. Relevante hoofdstukken zijn 1, 5, 6, 7, 8, 9, 11, 12, 14, 15 en 17
Introduction to Comparative Politics Potential/Practice Exam Questions - GRADE 7,0
All for this textbook (19)
Written for
Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR)
Bestuurskunde
Political Science (FSWSBC2012)
All documents for this subject (15)
4
reviews
By: mariskahenseler • 3 year ago
By: soufianeschool • 3 year ago
By: lucaserasmus • 3 year ago
By: vilena092 • 4 year ago
Seller
Follow
timvandertoorn
Reviews received
Content preview
FSWSBC2-011 Political Science
Hoorcollege 1
Political Science is de sociale wetenschap dat voornamelijk gaat over de beschrijving en analyse van
politieke en gouvernementele instituties, processen en gedrag. Daarnaast kijkt het naar alle actoren
die in de politiek betrokken zijn, en naar hoe burgers reageren op de gemaakte politieke beslissingen.
Politics is de processen waarin mensen onderhandelen. Er is namelijk een strijd voor middelen tussen
2 groepen. Er wordt meer gefocust op competitie dan op samenwerking, want ondanks dat er
collectieve beslissingen genomen worden, zijn er altijd meerdere ideeën over hoe maatschappelijke
problemen opgelost moeten worden. Ook gaat het om de processen van het maken en uitvoeren van
collectieve beslissingen.
Belangrijke concepten in de politiek zijn:
Macht; de capaciteit om bedoelde effecten te creëren
Autoriteit; het recht om (legitieme) macht uit te oefenen
Legitimiteit; de macht van de overheid die geaccepteerd wordt door hen die onderworpen
zijn aan de regels van de samenleving
Er zijn 3 dimensies van macht:
Wie heeft de overhand in politieke uitkomsten? Degene die het debat wint en dus invloed
heeft over uitkomsten en gedrag
Wie controleert welke voorkeuren er worden geuit? Degene die controle heeft over
problemen en beleidsalternatieven tijdens het besluitvormingsproces
Wie vormt voorkeuren? Degene die controle heeft over de voorkeuren van politieke figuren
en het volk
3 typen autoriteiten van Weber:
1. Traditioneel; onschendbaar van traditie
2. Charismatisch; bijzondere eigenschappen van een individu
3. Legaal-rationeel; formalistisch geloof in de inhoud van wetgeving
3 typen politieke regimes:
1. Democratie; burgers hebben invloed op de
politiek, spreiding van macht
2. Hybride; één groep aan de macht die de
mogelijkheid heeft tot manipulatie
3. Autoritair; volledige controle zonder het
houden van verkiezingen, centralisatie van
macht
Hoorcollege 2
Een liberale democratie is een representatieve democratie,
waarbij de regeringsvorm gebaseerd is op de grondwet en het
parlement door het volk gekozen wordt. Een illiberale
democratie negeert niet de liberale waarden, maar het maakt
deze ideologie niet het centrale element van de staat.
,Constitutionalisme is dat burgers fundamentele rechten (grondrechten) hebben, die beschermd
worden door de grondwet.
Politieke cultuur is een set overtuigingen, normen, waarden en tradities van een samenleving. Het is
lastig om politieke cultuur te begrijpen, aangezien cultuur lastig te meten is.
Almond & Verba onderscheidden 3 soorten politieke cultuur die belangrijk zijn voor een Civic
Cultuur:
Parochial Cultuur is dat de meerderheid van de mensen in een samenleving weinig begrip
heeft van wat de overheid doet en welk effect ze op hen hebben, ze zijn niet geïnformeerd of
geïnteresseerd. Mensen zijn zich er niet van bewust wat de staat doet.
Subject Cultuur is dat de burgers zich houden aan het beleid en hun leider accepteren, maar
ze kiezen hier niet voor. Burgers zijn zich bewust van en geïnteresseerd in beleid en de
regering.
Participant Cultuur is dat burgers proberen invloed te hebben in de politiek. Ze zijn zich
bewust van beleid en protesteren als ze het er niet mee eens zijn.
Postmaterialistische Cultuur is dat mensen niet alleen aan zichzelf denken, en dus dat ze materiële
waarden niet zo belangrijk meer vinden. Eerst moeten mensen alle materialistische waarden hebben
voordat ze postmaterialist kunnen worden. Deze waarden worden vaak gevormd voor het volwassen
leven.
Politiek Vertrouwen is het geloof dat de politieke leiders en politieke partijen responsief zijn
tegenover de vragen en voorkeuren van de burgers. Er zijn 5 redenen waarom burgers politici in een
democratie vertrouwen:
Competentie/Bevoegdheid; politici hebben kennis over de samenleving en ze krijgen de
bevoegdheid om deze te regeren
Intrinsieke inzet; politici geven om het volk en ze zorgen voor het beleid
Extrinsieke inzet; politici moeten hun verantwoordelijkheid nemen, anders krijgen ze geen
stemmen
Voorspelbaarheid/Betrouwbaarheid; politici moeten betrouwbaar zijn en ons vertrouwen
niet misbruiken
Economische groei; als het goed gaat met de economie, zal het vertrouwen stijgen
Hoorcollege 3
Politieke Communicatie is alle soorten media en bronnen
waaruit burgers informatie krijgen over politieke leiders en
partijen. De communicatie is belangrijk voor zowel politici
als burger, aangezien politici kunnen communiceren over
hun standpunten en burgers hieruit kennis kunnen opdoen.
Ontwikkeling van media:
Politieke communicatie in de 19e eeuw: communicatie aan de hand van kranten, maar niet
iedereen kon lezen. De geschreven tekst is belangrijk.
Politieke communicatie 1930-1940: radio is de nieuwe manier van communiceren. Intonatie
is belangrijk.
Politieke communicatie 1950-1990: televisie is de nieuwe manier van communiceren.
Lichaamstaal en gezichtsuitdrukking is belangrijk.
, Politieke communicatie 1990-heden: sociale media worden erg belangrijk. Interactie is
belangrijk.
Recente ontwikkelingen in de media:
Commercialisatie; competitie voor schermtijd
Fragmentatie; toegenomen keuze voor mediakanalen
Globalisatie; minder controle van de staat doordat informatie snel over de hele wereld
beschikbaar is
Interactie; interactie tussen burger en politici is belangrijker dan de politiek zelf
De effecten van media op politieke processen en uitkomsten kunnen bekeken worden aan de hand
van het Transmission Model:
1. Wie is de zender?
2. Wat is het bericht?
3. Hoe wordt het bericht verspreid? Via welk kanaal?
4. Voor wie is het bericht bedoeld? Wie is de ontvanger?
5. Welk effect heeft dit bericht op politiek gedrag?
Transmissiemodel; de effecten van de media op burgers:
Reinforcement; versterken van eigen overtuigingen (cognitieve dissonantie), mensen
consumeren media die hun eigen visie ondersteunen
Agenda-setting; media beïnvloeden wat we denken en over welke gebeurtenissen we praten
Framing; media beslissen hoe een gebeurtenis verteld wordt (consensus frames)
Priming; media beïnvloeden hoe we gebeurtenissen buiten een bepaald verhaal
interpreteren
Kruikemeier (2014) gaf positieve effecten voor het gebruik van Twitter voor publieke support van een
politieke kandidaat:
Interactiviteit en sociale presentie; het gebruik van Twitter zorgt voor meer interactie
Personificatie; burgers raken meer geïnteresseerd in het persoonlijke leven van de politici
(want dit maakt ze meer menselijk), dan in de politiek
Er waren ook negatieve effecten:
Personificatie zorgt ervoor dat de politici als onprofessioneel gezien wordt
Personificatie zorgt ervoor dat de burgers de incompetenties van de politici niet meer zien
Rechtdoorzee; populisten hebben controversiële meningen en ze krijgen daarom geen
eerlijke kans in de media, daarom gebruiken ze Twitter om interactie te hebben met hun
kiezers
Echo Chamber; ze retweeten berichten die overeenkomen met hun zienswijzen, waardoor
mensen in echo chambers komen.
Het is echter wel zo dat populisten minder snel Twitter aanmaakten en ergens op reageren.
Hoorcollege 4
Een cleavage is een maatschappelijke scheidslijn met politieke gevolgen. 3 elementen:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller timvandertoorn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.24. You're not tied to anything after your purchase.