In dit hoorcollege is ingegaan op doorschuiffaciliteiten met betrekking tot de overgang krachtens huwelijksvermogensrecht, de overgang krachtens erfrecht, de verdeling van de nalatenschap en de schenking van AB-vermogensbestanddelen.
Als een aanmerkelijkbelangpakket overgaat krachtens huwelijksvermogensrecht, merkt art. 4.16 lid 1
sub e Wet IB dat aan als belastbaar feit. Stel je bent AB-houder, je hebt een aanmerkelijkbelangpakket
en je gaat trouwen. Door het huwelijk valt het aandelenpakket in de algehele gemeenschap van
goederen. Daarmee vervreemd je dus de helft van het aandelenpakket aan je echtgenoot. Art. 4.17
Wet IB zegt vervolgens dat de vervreemding automatisch weer wordt teruggenomen als je aan een
aantal voorwaarden voldoet die in dat artikel genoemd staan. De fiscus behoudt zijn claim via art. 4.39
Wet IB. Dit artikel zegt dat de helft van je verkrijgingsprijs als het ware wordt doorgeschoven naar je
echtgenoot.
Huwelijksvermogensrecht
Tot 2018 was het zo dat als je trouwde en je had geen huwelijkse voorwaarden, dan was je in algehele
gemeenschap van goederen getrouwd. Alles wat je tot dat moment had opgebouwd, viel in die
gemeenschap. Als je na 2018 zonder huwelijkse voorwaarden trouwt, blijft alles wat je vóór het
huwelijk hebt opgebouwd van jou. Alles wat je tijdens het huwelijk samen opbouwt, valt in de
gezamenlijke pot. Ook alles wat je samen had gekocht vóór het huwelijk valt in die pot.
Verdeling huwelijksgemeenschap anders dan door overlijden
Als men gaat scheiden, kun je besluiten dat het aandelenpakket in zijn geheel aan één iemand
toekomt. Je kunt ook tijdens het huwelijk besluiten huwelijkse voorwaarden op te stellen waarbij je
besluit dat alle aandelen naar één partner gaan. Die verdeling van de huwelijksgemeenschap valt
onder art. 4.12 Wet IB. Dit is namelijk een gewone vervreemding. Ook voor de verdeling van de
huwelijksgemeenschap kun je de doorschuiffaciliteit van art. 4.17 Wet IB toepassen, als je aan de
voorwaarden voldoet tenminste. Door de faciliteit van art. 4.17 Wet IB wordt de verkrijgingsprijs
doorgeschoven, zodat de claim van de fiscus behouden blijft (art. 4.39 Wet IB).
Het kan ook zo zijn dat je niet wil dat er wordt doorgeschoven. Je kunt kiezen voor afrekening, indien
de gezamenlijke belanghebbenden daarvoor kiezen (art. 4.38 Wet IB). Dit verzoek kan alleen per
aandelenpakket. Heb je ab-pakketten in meerdere vennootschappen, dan is een keuze per pakket
mogelijk. Als je kiest om af te rekenen, wat wordt dan de verkrijgingsprijs van je partner? Je partner
kan verdergaan met de verkrijgingsprijs voor dat 50%-pakket van de waarde in het economisch
verkeer, oftewel de overdrachtsprijs. Zo wordt dubbele heffing voorkomen.
Voorwaarden voor automatische doorschuiving
Voorwaarden voor toepassing van de automatische doorschuiving van art. 4.17 Wet IB:
• De verkrijger moet binnenlands belastingplichtig zijn; en
• De verkregen aandelen of winstbewijzen mogen geen deel gaan uitmaken van een
onderneming of een werkzaamheid.
Er zijn voor de automatische doorschuiving vier situaties/varianten denkbaar. Tijdstip 1 is de overgang
krachtens huwelijksvermogensrecht en tijdstip 2 is de verdeling van de huwelijksgemeenschap binnen
twee jaar anders dan door overlijden.
a. Doorschuiven op tijdstip 1 en op tijdstip 2 | Je gaat trouwen, het aandelenpakket valt in de
huwelijksgemeenschap. 50% gaat naar je partner toe. De verkrijgingsprijs van die 50% kan
worden doorgeschoven naar je partner. Als je op tijdstip 2 besluit te scheiden, waarbij je alle
aandelen weer terugkrijgt, dan kun je via art. 4.17 Wet IB die verkrijgingsprijs weer
terugschuiven.
b. Doorschuiven op tijdstip 1 en afrekenen op tijdstip 2 | Op het moment dat je gaat scheiden en
het 50%-pakket weer teruggaat naar de oorspronkelijke aandeelhouder, kun je op grond van
art. 4.38 Wet IB kiezen voor afrekening. Voor degene die het aandelenpakket terugkrijgt
2
, waarover bij de verdeling is afgerekend, heeft dat pakket een andere verkrijgingsprijs dan het
pakket dat diegene al had berekenen gemiddelde verkrijgingsprijs.
c. Afrekenen op tijdstip 1 en doorschuiven op tijdstip 2 | Er wordt afgerekend op grond van art.
4.38 Wet IB. Op het moment dat de huwelijksgemeenschap door scheiding wordt verdeeld,
wordt de hogere verkrijgingsprijs weer doorgeschoven naar de oorspronkelijke inbrenger (art.
4.39 lid 2 Wet IB).
d. Afrekenen op tijdstip 1 en op tijdstip 2 | Je kiest voor afrekenen op het moment dat het in de
huwelijksgemeenschap valt. Hierdoor is er een hogere overdrachtsprijs. Vervolgens kies je er
ook weer voor die hogere overdrachtsprijs terug te schuiven op het moment dat de verdeling
weer naar de oorspronkelijke AB-houder gaat.
Er is alleen een vervreemding als je gaat verdelen binnen een huwelijksgemeenschap als niet beide
50% krijgen. Als je gaat verdelen en ieder krijgt weer 50%, dan is er nooit sprake van een
vervreemdingsmoment in de zin van art. 4.17 Wet IB. Op tijdstip 2 moet er dus over- of onderbedeling
zijn.
Stel je gaat de huwelijksgemeenschap verdelen en je gaat het op zo’n manier verdelen dat de ene
echtgenoot het blote eigendom krijgt en de ander het vruchtgebruik. Art. 4.39 lid 3 Wet IB zegt dat de
verkrijgingsprijs naar rato moet worden toegedeeld aan het blote eigendom en het vruchtgebruik.
Aangaan huwelijk door AB-houder
Stel je gaat trouwen en ten aanzien van je aanmerkelijkbelangpakket ontstaat geen gemeenschap. Dit
is mogelijk als je huwelijkse voorwaarden hebt afgesproken. Er is in dit geval geen vervreemding van
het aanmerkelijkbelangpakket.
Stel je gaat trouwen en daardoor ontstaat er een algehele gemeenschap van goederen of een beperkte
gemeenschap inclusief de AB-aandelen. In dat geval vervreemd je wel de helft van de aandelen. Art.
4.17 Wet IB geeft de faciliteit. Het is dus toch geen vervreemding als je voldoet aan de in het artikel
genoemde voorwaarden. Art. 4.39 Wet IB geeft vervolgens de doorschuiving. 50% van de
verkrijgingsprijs gaat van de oorspronkelijke aandeelhouder naar de partner, maar art. 4.38 Wet IB
geeft de mogelijkheid toch te betalen. Dit betekent dus dat de overdrachtsprijs die de oorspronkelijke
aandeelhouder in aanmerking moet nemen (als hij kiest voor afrekening), ook de verkrijgingsprijs voor
de partner wordt.
Wijzigingen tijdens huwelijk
Het kan voorkomen dat een wijziging in de huwelijkse voorwaarden plaatsvindt, waardoor een
gemeenschap ontstaat waar het aanmerkelijkbelangpakket invalt. Dan ontstaat er een boedelmenging
ter zake van dat aanmerkelijkbelangpakket fictieve vervreemding. Het kan ook zo zijn dat de
gemeenschap met het aanmerkelijkbelangpakket wordt opgeheven, waardoor de aandelen in een
andere verhouding dan 50/50 worden toebedeeld. Ook hier kan de verkrijgingsprijs worden
doorgeschoven.
Wat geen vervreemding is, is de wijziging in tenaamstelling binnen de gemeenschap, want het
economisch belang bij de aandelen blijft 50/50. Ook geen vervreemding is het toevoegen van een
verrekenbeding aan de huwelijkse voorwaarden.
Wanneer de ene partner aandelen overdraagt aan de andere partner onder huwelijkse voorwaarden,
dan is er een ‘gewone’ art. 4.12 Wet IB-vervreemding.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tax-student. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.