Samenvatting ma
Financiële overzichten
Balans bezittingen en schulden
Resultatenrekening opbrengsten en kosten
Liquiditeit- en exploitatiebegroting ontvangsten en uitgaven
Balans
D – debetzijde C - creditzijde
Vaste activa (> 1 productieproces) Eigen vermogen
Pand Aandelenkapitaal (indien BV)
Inventaris Winst voorgaande jaren nog niet uitgekeerd
Auto Agio (je hebt meer betaald dan het waard is)
Transportmiddelen Reserves
Vlottende activa (<1 productieproces) Lang vreemd vermogen (> 1 jaar)
Voorraden Hypotheeklening
Debiteuren – klanten waar je geld van krijgt Banklening
Te ontvangen belasting Voorzieningen groot onderhoud
Vooruit betaalde premies Risicomijdend
Liquide middelen Kort vreemd vermogen (< 1 jaar)
Kas – chartaal geld Rekening courantkrediet - mag in de min staan
Bank – giraal geld Crediteuren – klanten krijgen nog geld van jou
Te betalen btw, belasting en lonen
Vooruit ontvangen premies
Voorziening vakantiegeld – geld zet je achteruit
TOTALE ACTIVA / BEZITTINGEN TOTALE PASSIVA / SCHULDEN
Activa die wat minder vaak op de balans staan
Immateriële activa (niet tastbaar maar wel waarde, zoals ontwikkelingskosten, concessies/octrooien/merken,
deelnemingen – zoals dochterondernemingen, betaalde goodwill).
Materiële vaste activa (financial lease staat op de balans, linkerkant activa, rechterkant schuld). Niet
operational!
Resultatenrekening
, Omzet (verkoopwaarde van de geleverde goederen) €..
Inkoopwaarde van de omzet €..
Brutowinst (omzet – inkopen) €..
Personeelskosten €..
Vaste kosten €..
Exploitatiekosten €..
Exploitatiesaldo (het resultaat behaald uit feitelijke €..
bedrijfsuitoefening)
Afschrijvingskosten €..
Bedrijfsresultaat (EBIT) €..
Betaalde rentekosten (bv. lening) €..
Winst voor belasting €..
Winstbelasting €.. Handig
Winst na belasting €.. hulpmiddeltje
EV:
RR: omzet – kosten = winst.
EV 1 januari + winst = EV 31 december.
EV 31 december – winst = EV 1 januari.
Handig hulpmiddeltje liquide middelen:
Ontvangsten – uitgaven = mutatie liquide middelen.
Bank 1 januari + mutatie liquide middelen = bank 31 december.
Bank 31 december – mutatie liquide middelen = bank 1 januari.
Resultatenrekening gaat altijd over een bepaalde periode:
Opbrengsten – kosten = winst.
Voorbeeld opbrengsten
Uit accommodatieverhuur, vervoersdiensten, vermaak, commissies, voeding en drank, subsidies en overigen.
Voorbeeld kosten
Van grond- en hulpstoffen, arbeid, duurzame productiemiddelen, diensten van derden, grond, belastingen en
financiering.
Liquiditeitsbegroting:
Moment van betaling is leidend voor je liquiditeitsbegroting.
Exploitatiebegroting:
Toekomstige omzet en toekomstig verwachte kosten.
Je maakt eerst een voorcalculatie (prognose/begroting) en daarna een nacalculatie (realisatie).
Resultaatrekening kent verschillende niveaus van winst/rentabiliteit begrippen:
EBITDA: earnings before interest & taxes & depreciation & amortization
Belastingen, rente, afschrijvingen en waardeverminderingen buiten beschouwing laten.
EBITA: earnings before interest & taxes & amortization.
Belastingen, rente en waardeverminderingen buiten beschouwing laten.
EBIT: earnings before interest & taxes
Belastingen en rente buiten beschouwing laten. Ofwel het bedrijfsresultaat.
Welke afschrijvingsmethode kun je krijgen:
Lineaire afschrijvingsmethode en % van de boekwaarde.
Lineair:
Jaar 1: boekwaarde 20.000 – 2.000 : 4 = 4.500 ieder jaar afschrijven, dus eindbalans €15.500
Jaar 2: boekwaarde €15.500 – 4.500 = €11.000
Boekwaarde 20%:
2019: 0,8 van €20.000 = €16.000 eindbalans
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller iris-paalman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.