100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
FMH schouderinstabiliteit $5.93   Add to cart

Other

FMH schouderinstabiliteit

 30 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Uitgebreide uitwerking van het fysiotherapeutisch methodisch handelen bij schouderinstabiliteit, bestaande uit hypotheses, anamnese, inspectie, onderzoek, fysiotherapeutische diagnose, behandelplan, behandeling, evaluatie en afsluiting

Preview 3 out of 19  pages

  • October 6, 2020
  • 19
  • 2018/2019
  • Other
  • Unknown
avatar-seller
FMH schouderinstabiliteit

Aanmelding / screening
Is dit een patiënt wat ik als fysiotherapeut kan behandelen?

Anamnese
Kop:
 Patiënt welkom heten
 Verzoeken binnen te komen en plaats te nemen
 Doel van het gesprek aangeven, gang van zaken
 Verwachtingen kunnen hier al uitgesproken worden
 Vragen naar onduidelijkheden/vragen
 Persoonlijke gegevens controleren

Romp:
 Waarom bent u naar de fysiotherapeut gekomen?
 Hoe is uw klacht ontstaan?
 Wanneer heeft u daar last van?
 Zijn er bepaalde activiteiten die de klachten doen verminderen?
 Zijn er bepaalde activiteiten die de klachten doen verergeren?
 Ervaart u pijn? Zo ja, waar?
 Welke soort pijn ervaart u?
 Hoe ziet deze pijn er door de dag heen uit?
 Heeft u een onzeker gevoel over de schouder?
 Heeft u een gevoel van ‘giving away’, daar bedoelen we een oncontroleerbaar gevoel
mee
 Merkt u dat u minder kracht heeft in de arm?
 Beoefent u een sport?
 Heeft u hobby’s?
 Kunt u alles wat u wilt uitvoeren nog uitvoeren? Daarmee doel ik op werk, sport,
hobby’s en het huishouden
 Hoe gaat u met uw klachten om?
 Heeft u deze klachten al eens eerder gehad?
 Gebruikt u medicatie?
 Persoonlijke factoren -> thuis- en werksituatie?
 Externe factoren -> gezin, werkgever?
 Wat verwacht u van mij als fysiotherapeut? - Hulpvraag

Na een aantal vragen voor bevestiging vragen bij de patiënt; of alles goed is begrepen
Staart:
 Terugkomen op doel en verwachtingen
 Vragen naar onduidelijkheden/vragen van de patiënt
 Verdere afspraken maken over verloop van het consult
 Samenvatten
Voorbeelden van hypotheses opstellen:
  Afsluiten
Vergrote artrogene mobiliteit (vergrote ROM)
 Patiënt ervaart een gevoel van giving away
 Verminderde spierkracht
 Verminderd activiteitenniveau

,Inspectie

Statische inspectie
Patiënt wordt in rechtopstaande houding geplaatst. Let op:
 Symmetrie / asymmetrie
 Gewoonte houding
 Antalgische houding
 Contouren

Dynamische inspectie
Observeer relevante activiteiten uit het dagelijks leven. Vaak zal dit neerkomen op zaken als:
 Iets zwaars optillen
 Iets uit een hoger geplaatst kastje pakken
 Haren kammen
 Activiteiten waarbij de hand achter de rug gebracht moet worden.
Let hierbij op het hoe de patiënt de beweging uitvoert, kwaliteit van bewegen,
bewegingsverloop, compensatiebewegingen.

Abductie – elevatie test
 Laat de patiënt staan en armen langs het lichaam bij voorkeur voor een spiegel
Uitvoering
1. De therapeut staat achter of schuin achter de patiënt.
2. De therapeut vraagt om de armen gestrekt zijwaarts omhoog te bewegen en te
proberen om een klapje boven het hoofd te geven
3. De therapeut demonstreert de beweging in het juiste tempo alvorens de patiënt
overgaat tot de uitvoering
Opmerking:
De therapeut beoordeelt de bewegingsuitslag, het bewegingsverloop van de arm, het
schouderblad en de bereidwilligheid tot bewegen. Links en rechts wordt vergeleken. Wijkt
het scapulahumeraal ritme significant af van 1:2




Onderzoek

, TPS
Exorotatie
Uitgangshouding patiënt: gestandaardiseerde zithouding (rechtop, lumbale
wervelkolom in extensie, voeten plat op de grond, heupen en knieën in 90° flexie).
Arm langs het lichaam, elleboog in 90° flexie, onderarm en pols in de middenstand.
Uitvoering:
1. De therapeut staat achter de patiënt
2. De niet-gelijknamige hand omvat de elleboog van de patiënt vanaf ventraal
en mediaal. Dit is het draaipunt waaromheen de humerus exoroteert
3. De schoudergordel wordt tussen deze nietgelijknamige arm en het bekken
van de therapeut gecontroleerd
4. De andere hand omvat de distale onderarm
5. Door het zijwaarts bewegen van de distale onderarm ontstaat er een
exorotatie in de schouder
6. Het eindgevoel wordt opgenomen en beoordeeld
Met fixatie wordt alleen glenohumeraal
Opmerkingen:
getest. Zonder fixatie wordt het gehele 1. De bewegingsuitslag is normaal 0 - 60°
gewricht getest. 2. Zonder gewrichtspathologie is er sprake van een elastisch eindgevoel
3. De bovenarm moet bij deze techniek verticaal blijven

Abductie
Uitgangshouding patiënt: Gestandaardiseerde zithouding (rechtop, lumbale
wervelkolom in extensie, voeten plat op de grond, heupen en knieën in 90° flexie).
Arm langs het lichaam, schouder in de middenstand van rotaties, elleboog in 90°
flexie, onderarm en pols in de middenstand.
Uitvoering:
1. De therapeut staat achter de patiënt
2. De gelijknamige hand van de therapeut omvat het distale deel van de
bovenarm, ter hoogte van de mediale epicondylus humeri, en draagt
gelijktijdig de onderarm
3. De andere hand fixeert en controleert de spina scapulae en de clavicula
door een druk naar caudaal
4. Met de gelijknamige hand wordt de abductiebeweging uitgevoerd
5. Het eindgevoel wordt opgenomen en beoordeeld
Opmerkingen:
De fysiologische bewegingsuitslag is 0–90°

Endorotatie
Uitgangshouding patiënt: gestandaardiseerde zithouding (rechtop, lendenwervelkolom
in extensie, voeten plat op de grond, heupen en knieën in 90° flexie). Bovenarm langs het
lichaam, elleboog in 90° flexie, onderarm indien mogelijk achter de rug en de pols in de
middenstand.
Uitvoering:
1. De therapeut staat schuin voor de patiënt aan de homolaterale zijde
2. Met zijn niet-gelijknamige hand omvat hij de elleboog van de patiënt vanaf
mediaal
3. De schoudergordel wordt tegen de buik van de therapeut gefixeerd
4. De andere hand omvat de onderarm van de patiënt zo distaal mogelijk en voert
samen met de niet-gelijknamige hand de endorotatiebeweging uit.
Opmerkingen:
1. Fysiologische functie: 0 - 100°
2. De gedemonstreerde beweging is vaak geen zuivere endorotatie. Om de hand
achter de rug te krijgen, wordt vaak automatisch een retroflexieen
adductiecomponent toegevoegd
Fasisch onderzoek
3. Bij een volledige endorotatie kunnen de bewegingsmogelijkheid en het
eindgevoel worden beoordeeld

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fysiooo123. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.93
  • (0)
  Add to cart