100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Sociaal Recht $8.57   Add to cart

Summary

Samenvatting Sociaal Recht

1 review
 223 views  5 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Overzichtelijke samenvatting van het van Sociaal Recht. Het volstaat enkel deze te leren voor het examen. Bovendien heb ik ook een document samengesteld met de te kennen wetten, vanuit verschillende wetboeken. Deze mogen meegenomen worden naar het examen en is dus een enorme hulp.

Preview 4 out of 98  pages

  • Unknown
  • October 9, 2020
  • 98
  • 2019/2020
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: studenthw1 • 3 year ago

avatar-seller
SOCIAAL RECHT
DEEL 1: INLEIDING

HOOFDSTUK 1: WAT IS ‘SOCIALE WETGEVING’
EIGENLIJK?
Het beschermen van de belangen van de werknemers en sociaal verzekerden, en het bevorderen van
hun welzijn. De sociale wetgeving vertrekt van het beginstel dat in de verhouding werkgever en
werknemer, de werknemer de zwakste partij is. De werknemer heeft als enige bron van inkomen zijn
loon of wedde, die hij door zijn arbeid verdient. Hierdoor is de werknemer afhankelijk van de
werkgever.


Wet voor minimumvoorziening
Arbeidsrecht Socialezekerheidsrecht
= Het geheel van rechtsregels dat = Het geheel van sociale voorzieningen dat erop gericht is aan
de verhoudingen regelt tussen degenen die tijdelijk of definitief niet meer kunnen of mogen
WG’s en WN’s, zowel individueel werken, een vervangingsinkomen te verschaffen, waardoor ze
als collectief. een behoorlijke levensstandaard kunnen behouden, of
tegemoet te komen in bijkomende onkosten van degenen van
wie het beroepsinkomen onvoldoende is om deze te dragen.



HOOFSTUK 2: BRONNEN VAN SOCIALE WETGEVING
Internationale rechtsbronnen
Bilaterale verdragen
Verdragen die België sluit met één ander land.

Multilaterale verdragen en instellingen
Verdragen die België sluit met meer dan één ander land.

 De Internationale Arbeidsorganisatie (IAO):
o Samenstelling: Een algemene vergadering, een beheerraad en een vast secretariaat
en huldigt het principe van de drieledigheid: regeringen, werkgevers en werknemers
zijn erin vertegenwoordigd.
o Stelt 2 soorten normen op: conventies en aanbevelingen. Deze hebben een zekere
internationale harmonisatie van het arbeidsrecht tot gevolg, omdat elk land dat een
conventie goedkeurt, de minimumnormen ervan moet eerbiedigen.
 De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO):
o De Raad, bestaande uit afgevaardigden van de landen die lid zijn, is het hoogste
orgaan van de OESO.
o Hoewel de OESO zich voornamelijk met economische zaken bezighoudt, worden er
ook sociale problemen behandeld door het Comité voor de arbeidskrachten en de
sociale aangelegenheden.
 Raad van Europa:
o Het uitvoerend orgaan hiervan in het Ministercomité.

1

, o De voornaamste akte van deze organisatie is ontegensprekelijk het Europees Verdrag
voor de Rechten van de Mens. In beginsel regelt het EVRM enkel de verhoudingen
tussen de Staat en zijn burgers, maar meer en meer wordt ook toepassing gemaakt
van het EVRM in ondernemingen.
 Internationale vereniging voor de Sociale Zekerheid:
o Samenstelling: Een Algemene Vergadering, de Raad, het Bureau en het Secretariaat-
Generaal.
o De rechtstreekse invloed van de AISS op ons sociaal recht is beperkt, maar
ontegensprekelijk heeft de AISS een invloed op de ontwikkeling van het
socialezekerheidsrecht in de wereld en derhalve onrechtstreeks ook in ons land.
 De Benelux Economische Unie:
o Samenstelling: Een Raad, een Comité van Ministers en een Secretariaat-Generaal,
maar ook uit een ‘Economische en sociale raad van advies’ en een ‘Commissie voor
sociale vraagstukken’.
 Europese Unie.
o De EU telt naast de Europese Raad nog 5 hoofdinstellingen: De Raad van ministers,
de Europese Commissie, het Europees Parlement, Europees Hof van Justitie en de
Rekenkamer.
o Deze organen worden bijgestaan door enkele nevenorganen: het Economisch en
Sociaal Comité, het Comité van de Regio’s, de Europese Investeringsbank en de
Europese Centrale Bank.
o De concrete Europese rechtsregels worden uitgevaardigd door de Raad van
Ministers, de Europese Commissie en het Europees Parlement, en uitgewerkt onder
de vorm van de volgende hiërarchie van rechtsbronnen:
 Verordeningen: Hebben een algemene strekking, zijn rechtstreeks
verbindend in al hun onderdelen, zijn rechtstreeks toepasbaar in elke lidstaat
en hebben directe werking indien ze duidelijk en bepaald zijn en geen enkele
beoordelingsvrijheid laten aan de autoriteiten die met hun toepassin belast
zijn.
 Richtlijnen: Bepalen regels die iedere lidstaat in zijn eigen wetgeving moet
opnemen. Het is enkel verbindend wat het resultaat betreft: De lidstaten
kunnen zelf de vorm en middelen kiezen om dat resultaat te bereiken.
 Besluiten: Beslissingen die rechtstreeks van toepassing zijn op één of meer
welbepaalde bestemmelingen: Lidstaten of particulieren. Een besluit is
alleen verbindend voor degenen tot wie zij gericht zijn en hebben
rechtstreekste werking wanneer zij nauwkeurig en onvoorwaardelijk zijn.
 Aanbevelingen Binden de lidstaten iet, maar hebben enkel een ‘moreel’
gezag.
 Adviezen: Hebben geen bindende kracht.

Nationale rechtsbronnen
Sociale grondrechten
 Hebben geen directe werking. Het geldt veeleer als een richtlijn en een doelstelling die de
verschillende overheden binnen hun bevoegdheden moeten nastreven.
o Het recht op arbeid en op de vrije keuze van beroepsarbeid in het raam van een
algemeen werkgelegenheidsbeleid dat onder meer gericht is op het waarborgen van
een zo hoog en stabiel mogelijk werkgelegenheidspeil, het recht op billijke


2

, arbeidsvoorwaarden en een billijke beloning, alsmede het recht op informatie,
overleg en collectief onderhandelen.
o Het recht op sociale zekerheid, bescherming van de gezondheid en sociale,
geneeskundige en juridische bijstand.
o Het recht op een behoorlijke huisvesting.
o Het recht op de bescherming van een gezond leefmilieu.
o Het recht op culturele en maatschappelijke ontplooiing.

Sociale rechtsbronnen
 Wetten
 Decreten
 Koninklijke besluiten
 Ministriële besluiten
 Rechtspraak: Wanneer één of meer rechtscollges als eerste hebben rechtgesproken in een
bepaalde zin, de volgende rechtscolleges ertoe gehouden zijn recht te spreken in dezelfde
zin.
 Rechtsleer: Het geheel van boeken, tijdschriften en andere publicaties over het recht.
 Het gebruik:
o Bestendig: Het voordeel moet gedurende een voldoende lange tijd toegerekend zijn.
o Vast: Er werd steeds hetzelfde voordeel toegekend.
o Algemeen: Het voordeel wordt aan alle werknemers die zich in dezelfde situatie
bevinden, uitgekeerd.
 Eenzijdige verbintenis

Hiërarchie van de nationale rechtsbronnen
Een lagere norm (bv. de individuele geschreven arbeidsovereenkomst) mag slechts afwijken van een
hogere norm (bv. de ondernemings-cao) in zover hij hiermee niet strijdig is, of de rechten van de
werknemer niet vermindert of zijn plichen verzwaart.



DEEL 2: ARBEIDSRCHT

HOOFDSTUK 1: ALGEMENE BEPALINGEN VAN DE
ARBEIDSOVEREENKOMSTENWET VAN 3 JULI 1978
TOEPASSINGSGEBIED VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMSTENWET
WAT IS EEN ARBEIDSOVEREENKOMST?
 Een wederkerige overeenkomst waarbij twee partijen, enerzijds de werkgever en anderzijds
de werknemer, tegenover elkaar een verbintenis aangaan, of verplichtingen op zich nemen.
 De werknemer verbindt zich ertoe tegen loon, onder gezag van de werkgever, arbeid te
presteren.
 De betaling van het loon en het verschaffen van tewerkstelling zijn de hoofdverplichtingen
die de werkgever op zich neemt.
o Deze 3 elementen (loon, gezag van de werkgever en arbeid) moeten dus samen
aanwezig zijn opdat er van een arbeidsovereenkomst sprake kan zijn.
 ANDERE ARBEIDSRELATIES, DIE GEEN ARBEIDSOVEREENKOMST ZIJN:




3

, o Statuut: Geen wederkerige overeenkomst, maar een eenzijdige verbintenis van de
tewerkstellende overheid, die door diezelfde overheid in principe ook eenzijdig
gewijzigd kan worden.
 Voorbeeld: Vastbenoemde ambtenaren.
o Leerovereenkomst: Hier is niet de te verrichten arbeid het essentiële element, maar
wel de opleiding.
o Vrijwilligers: Zij krijgen geen loon, maar wel een onkostenvergoeding. Hier moet
goed nagegaan worden of er geen sprake is van een onverdoken loon.
o Zelfstandigen: Leveren wel arbeid tegen betaling, maar zij werken niet in
ondergeschikt verband.

HET ONDERGESCHIKTE VERBAND
ALGEMEEN
 Er is een gezag relatie tussen werkgever en de werknemer.
 De werkgever heeft het recht om bevelen te geven over de organisatie en de uitvoering van
het werk.
 De werknemer dient de instructies van de werkgever op te volgen.
 De juridische mogelijkheid tot het uitoefenen van gezag is op zich al voldoende om te
besluiten tot het bestaan van een ondergeschiktheid. Het is dus niet noodzakelijk dat de
effectieve uitoefening van dit gezag plaatsvindt.
 Ook tussen gehuwden kan er een geldige arbeidsovereenkomst bestaan. Hetzelfde geldt
voor arbeidsovereenkomsten tussen verwanten zoals vader-zoon.

SCHIJNZELFSTANDIGEN – PSEUDOWERKNEMERS (P24)
 Schijnzelfstandige:
o Sommige ondernemingen nemen hun toevlucht tot het werken met zelfstandige
arbeidskrachten met de bedoeling om arbeidskosten te vermijden: Nochtans gaat
het dan vaak om mensen die opeenvolgende opdrachten krijgen van eenzelfde
opdrachtgever en economisch volledig afhankelijk van hem zijn, terwijl diezelfde
opdrachtgever tijdens de uitvoering van de overeenkomst regelmatig instructies
heeft.
o Het gaat hier dan in feite om werknemers die slechts formeel het statuut van
zelfstandige hebben gekozen of gekregen, terwijl zij op dezelfde wijze als
werknemers arbeid verrichten voor een werkgever.
 Pseudowerknemers:
o Mensen worden ten onrechte als werknemer ingeschreven bij de RSZ met de
bedoeling bepaalde voordelen uit sociale zekerheid te kunnen krijgen. (Bv.
werkloosheidsuitkeringen)

SAMENGAAN VAN EEN ARBEIDSOVEREENKOMST MET EEN AANNEMINGS-OF
ZELFSTANDIGENOVEREENKOMST (P25)
 Wanneer een werknemer die met een werkgever door een arbeidsovereenkomst is
verbonden, als zelfstandige via een aannemingsovereenkomst ook nog gelijkaardige
prestaties uitvoert voor die werkgever, worden deze prestaties geacht op basis van een
arbeidsovereenkomst te zijn uitgevoerd.
 De wetgever wil vermijden dat bepaalde prestaties en het loon ervoor ontsnappen aan de
toepassing van de socialezekerheidsregeling voor werknemers.
 Het begrip aannemingsovereenkomst moet in dit verband zeer ruim geïnterpreteerd
worden: alle prestaties als zelfstandige worden ermee bedoeld.

4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jolienvervaecke. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.57. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.57  5x  sold
  • (1)
  Add to cart