Universiteit van Amsterdam - Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Internationaal en Europees Belastingrecht
Inkomstenbelasting voor het MKB
All documents for this subject (6)
1
review
By: irtzacaffreymahmood • 3 year ago
Seller
Follow
jordy27
Reviews received
Content preview
HC 3
Dit college omvat het tweede stuk van de totaalwinst (van art. 3.8 Wet IB 2001).
Vermogensetikettering is eigenlijk het startpunt van de totaalwinst. Art. 3.8 heeft het over
voordelen uit onderneming. Die voordelen kunnen ook negatief zijn, dus verliezen. Willen
deze voordelen belast zijn, dan moeten deze voordelen uit de onderneming vloeien. Er moet
dus een causaal verband zijn tussen het voordeel en de onderneming. Vandaag hebben we
het over de causaliteit. Wanneer is een voordeel afkomstig uit een onderneming?
De belangrijkste stap voor de causaliteit is de vermogensetikettering. Het uitgangspunt van
de vermogensvergelijking is dat alle inkomsten die behaald zijn met zakelijk vermogen belast
zijn. En alle uitgaven die zakelijk geëtiketteerd zijn, zijn aftrekbaar. Pas in de tweede stap, de
onttrekkingen en stortingen, wordt een correctie toegepast. Onttrekkingen (niet aftrekbaar)
tel je bij de winst op en stortingen (niet belast) haal je er vanaf. Wat je daarna overhoudt,
noem je een zuivere winst, die geschoond is van onzakelijke beïnvloedingen.
De zuivere winst is belast als winst uit onderneming. In de VPB ga je ook alle invloeden die in
de interne vennootschap hangen corrigeren.
Waar komt dat op neer?
- Privé-uitgaven die door de zaak worden betaald zijn onttrekkingen;
- Zakelijke inkomsten die op je privérekening worden ontvangen zijn onttrekkingen;
- Zakelijke uitgaven die niet door de zaak worden betaald zijn stortingen;
- Privé-inkomsten die op de zakelijke rekening worden ontvangen zijn stortingen.
Voorbeeld:
Bankrekening:
- Stand 1 januari 2015: € 100
- Stand 31 december 2015: € 250
- Inkomsten uit dienstverlening: € 1.000
- Schenking van ouders: € 2.000
- Uitgegeven aan privévakantie: € 2.850
, Stel het is je zakelijke bankrekening. Als je dit in een vermogensvergelijking zet, dan komt
het volgende eruit:
De vakantie is geen zakelijke uitgave geweest, dus die moet bij de winst worden opgeteld.
De schenking van de ouders heeft ook geen relatie met de onderneming. Die moet dan van
de winst worden afgehaald. Dan houd je de zuivere winst van € 1.000 over. Onzakelijke
invloeden zijn dan geëlimineerd.
Als de rekening privé was geëtiketteerd, dan kwam het volgende eruit.
In dit geval had je geen zakelijke bankrekening. Je was met 0 begonnen en met 0 geëindigd.
Maar op je privé-rekening had je 1.000 ontvangen aan inkomsten. Die heb je aan het bedrijf
onttrokken en moet je bij je winst optellen.
Je moet dus steeds vaststellen of iets een causaal verband heeft met de onderneming.
Anders komt het voordeel niet uit de onderneming. Dus: wat is de herkomst van het
voordeel. Is dat onderneming of geen onderneming? Die herkomst bepaalt of het voordeel
tot je winst behoort of niet. Wat als een visser voor zijn werk aan het vissen is, maar een
klomp goud opvist? Omdat hij aan het vissen is, haalt hij dat goud omhoog. Is het dan een
voordeel uit onderneming of niet? Hoe je die causaliteit vaststelt, is in de wet niks over te
vinden. Er is wel een heel scala aan jurisprudentie over. Het is geen exacte wetenschap.
Conclusie:
- Van alle inkomsten en uitgaven moet worden vastgesteld of de herkomst de
onderneming is;
- Alle inkomsten en uitgaven die niet of niet geheel de onderneming als herkomst
hebben, moeten buiten de winstberekening blijven.
De causaliteit begint altijd bij de belastingplichtige die een bepaald standpunt inneemt bij
zijn aangifte. Hij etiketteert een vermogensbestanddeel als zakelijk of niet zakelijk. Daarmee
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jordy27. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.