Samenvatting met voorbeelden en afbeeldingen van het boek Algemene economie en bedrijfsomgeving ISBN: 9418. De samenvatting is gebruikt voor het vak Algemene Economie semester 3 op Hogeschool Windesheim. Bevat hoofdstuk 17, 18, 19, 20, 22.3, 24 en 25
Hoofdstuk 17 aanbod van geld
Hoofdstuk 18 vraag naar geld en monetair beleid
Hoofdstuk 19 vermogensmarkten
Hoofdstuk 20 renterisico en rentebeleid
Hoofdstuk 22 vrijhandel en protectionisme (alleen paragraaf 3 betalingsbalans)
Hoofdstuk 24 valutamarkt
Hoofdstuk 25 valutarisico en valutabeleid
,Hoofdstuk 17 Aanbod van geld
Functies van geld
Ruilmiddel De mogelijkheid om door het gebruik van geld de ruil van goederen in twee
delen te splitsen. Een groot voordeel van de splitsing van de ruil is ook dat de
verkoop van het ene product niet hoeft samen te vallen met de aankoop van
het andere product.
Rekeneenheid De mogelijkheid die geld biedt als waardemaatstaf van goederen en diensten.
Het gebruik van geld vermindert het aantal prijzen in een economie sterk. In
een economie met goederenruil moeten mensen de waarde van elk product
uitdrukken in alle andere producten.
Oppotmiddel De mogelijkheid die geld biedt om vermogen aan te houden. In een
geldeconomie is sparen eenvoudig. Mensen leggen elke maand een deel van
hun inkomen opzij. Hierdoor bouwen zij in de loop van de tijd vermogen op.
Ze kunnen dat beleggen in bijvoorbeeld aandelen of obligaties.
Munten
Intrinsieke waarde De marktwaarde van het edelmetaal waarvan de munten zijn gemaakt.
Nominale waarde De waarde die op het geld vermeld staat.
Bankbiljetten
Geldscheppingswinst De winst die de centrale bank maakt op de uitgifte van bankbiljetten. De
geldscheppingswinst ontstaat doordat de productiekosten van een bankbiljet
lager zijn dan de waarde in het economisch verkeer.
Fiduciair geld Geld dat zijn waarde niet ontleent aan de intrinsieke waarde, maar aan het
vertrouwen (fiducie) dat mensen er producten mee kunnen kopen.
Giraal geld
Wederzijdse schuldaanvaarding Kredietverlening, waarbij een bank een direct opeisbare
schuld accepteert en de klant een schuld op termijn.
Wederzijdse schuldaanvaarding is risicovol. Hoe meer girale
tegoeden een bank creëert, hoe minder kasmiddelen er naar
verhouding zijn om de tegoeden te dekken. Hierdoor
verslechtert de liquiditeitspositie en wordt de bank
kwetsbaar voor een ‘bank run’.
De geldhoeveelheid: M1 De primaire liquiditeiten in handen van het publiek. Alle
munten, bankbiljetten en giraal geld. Uitgezonderd het geld
in kas van de banken. Dit dient als dekking voor het girale
geld.
Monetaire financiële instellingen Financiële instellingen die aan de creditzijde van hun balans
primaire liquiditeiten hebben staan.
Binnenlandse liquiditeitenmassa: M3 De som van de primaire en de secundaire liquiditeitenmassa.
, Secundaire liquiditeitenmassa De vorderingen van het publiek op de monetaire financiële
instellingen die op korte termijn, massaal en zonder
koersverlies kunnen worden omgezet in geld.
Financieel systeem
De wijze waarop geldstromen in een economie worden georganiseerd. De functies van het financiële
systeem zijn:
1. Geldschepping
Een economie die groeit, heeft meer geld nodig. Banken zorgen daarvoor. Geldschepping is
voor banken zeer winstgevend. Ze ontvangen debetrente over de kredietverlening, maar
betalen geen of een zeer lage creditrente over de girale tegoeden die ze scheppen. Het
verschil tussen debet- en creditrente – de rentemarge – is dus groot.
2. Doorgifte van geld
Financiële instellingen verlenen krediet uit aan huishoudens die dat nodig hebben.
Anderzijds ontvangen zij krediet van huishoudens die geld over hebben. Op deze manier
vindt er doorgifte van geld plaats tussen huishoudend die geld over hebben en huishoudens
die geld tekort hebben.
3. Efficiënt betalingsverkeer
Het publiek verwacht dat het snel en tegen lage kosten in binnen- en buitenland kan betalen.
Een efficiënt betalingsverkeer zorgt ervoor dat de transactiekosten van de ruil in een
economie laag zijn.
4. Aanbieden andere financiële diensten
Het financiële systeem levert ook nog andere diensten aan, zoals verzekeringen en
bemiddeling en advies bij het aankopen van effecten.
Geconsolideerde balans van de Rabobank per 31 december 2016 in € mld
Kengetallen/liquiditeit
Liquiditeit De mate waarin de (kortlopende) verplichtingen van banken gedekt zijn met
liquide middelen.
Liquiditeitsdekking Aanwezige liquiditeit als percentage van de vereiste liquiditeit in een
bepaalde periode.
Aanwezige liquiditeit De aanwezige liquiditeit bestaat uit de liquide bezittingen en de
geldontvangsten van een bank in een bepaalde periode.
Vereiste liquiditeit De vereiste liquiditeit bestaat uit de verwachte betalingsverplichtingen van
een bank in een bepaalde periode. De centrale bank schrijft voor hoeveel
liquide middelen een bank moet aanhouden tegenover haar schulden. Zo
moet een bank tegenover de girale tegoeden van particuliere klanten 20%
aan liquide middelen aanhouden.
Geldscheppend vermogen Het geldscheppend vermogen van een bank hangt af van het verschil
tussen de aanwezige en de vereiste liquiditeit. Hoe groter dat
verschil, hoe groter het geldscheppend vermogen van een bank is.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller chloevdbrink. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.87. You're not tied to anything after your purchase.
