R_Penol. Penologie/detentierecht. Uitwerking werkgroep 5: De tbs-maatregel. Hier is zowel de literatuur behorende tot de werkgroep, als de antwoorden op de vragen te vinden. De overlappende literatuur met het hoorcollege staan in dit document. Voor alle hoorcolleges en werkgroepen, zie de bundel
F.W. Bleichrodt & P.C. Vegter, Sanctierecht. Hoofdstuk 5.3: terbeschikkingstelling. p.163-180
en p. 192-195.
Korte schets van de ontwikkeling
De tbs-maatregel komt voort uit de Moderne Richting in het strafrecht. De centrale vraag
was wat uit een oogpunt van persoonlijkheid en gevaarlijkheid voor de samenleving nodig
was, rekening houdend met eerbieding van de rechtsbelangen van de dader. Plaatsing in een
psychiatrisch ziekenhuis was niet genoeg, dus er moest een maatregel komen die ook voor
minder toerekeningsvatbare daders zou gelden: de terbeschikkingstelling (geïntroduceerd in
Psychopathenwetten 1925/1928). In de ontwikkeling van de maatregel zijn terugkerende
capaciteitsproblemen en discussies over de mate van vertrouwen van rechterlijke macht,
politici en de bevolking. Er zijn grote schommelingen in instroom. 5 jaar na invoering kwam
er al een Stopwet om te instroom te beperken, en er was regelmatig passantenproblematiek
(veroordeelden tot tbs kunnen nog niet terecht in een kliniek en worden daarom in een huis
van bewaring geplaatst). Vanaf eind jaren 50 tot halverwege jaren 60 was het vertrouwen
van de rechterlijke macht in de maatregel en diens beveiligend vermogen niet groot,
waardoor de rechter vaak lange vrijheidsstraffen bij tbs oplegde. Het vertrouwen vanuit de
samenleving in de rechterlijke macht bij toepassing van de maatregel was beperkt. Dit is
vooral voor contraire beëindigingen (beëindiging tegen advies van de kliniek in). Onderzoek
was nodig om beeldvorming van tbs juist te krijgen, terwijl de politiek incidentgericht was.
Per 1 september 1988 is de wettelijke regeling veranderd. Tbr werd tbs met 2 modaliteiten:
(1) tbs met aanwijzingen (nu: met voorwaarden) en (2) tbs met dwangverpleging. De duur
was maximaal 4 jaar (artikel 38e, lid 1, Sr). Vanaf 1 september 1988 kwam er de Tijdelijke
regeling van de rechtspositie van de ter beschikking gestelden. In 1997 kwamen de
Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) en het Reglement verpleging ter
beschikking gestelden, waardoor er een volwaardige regeling was voor de rechtspositie van
tbs-gestelden. Het tweesporenstelsel van enerzijds straf en anderzijds maatregel is in stand
gebleven. Het vinden van een effectieve behandeling voor deze veroordeelden is moeilijk.
Het beveiligingskarakter staat voorop. Recentelijk tonen cijfers dat er een daling is van
recidive na tbs, wat laat zien dat de maatregel effectief is. Het is onduidelijk of dit komt door
beveiliging, de behandeling of een combinatie. Het is niet aannemelijk dat het percentage
‘tbs waardige recidive’ (= soortgelijke delicten als waarvoor de maatregel wordt opgelegd)
na 25 jaar zal uitstijgen boven 20-25%. Ook blijkt dat de gemiddelde duur van tbs op kan
lopen tot 9 jaar.
De laatste jaren daalt het aantal opgelegde maatregelen van tbs met dwangverpleging. Dit
kan komen door een afname van delicten met een bovengemiddelde kans op tbs, een
toename van het aantal personen dat niet meewerkt aan rapportage, een daling van het
aantal adviezen dat strekt tot oplegging van tbs met dwangverpleging, of toename van de
maatregel van plaatsing in een psychiatrisch ziekenhuis en de verruiming van de tbs met
voorwaarde.
,Opleggingsmogelijkheden
Voorwaarden voor oplegging
Voor tbs gelden de vereisten van stoornis, gevaar en rapportage. Tbs is ook op te leggen
indien de stoornis niet zodanig is dat deze elke verantwoordelijkheid voor het delict
wegneemt, tbs kan dus ook bij verminderde toerekening. De wettelijke voorschriften zeggen
dat in het rechterlijke vonnis kan worden volstaan met de vaststelling van een stoornis ten
tijde van het delict en daarnaast het gevaar. Er hoeft geen oorzakelijk verband te zijn tussen
de stoornis en het delict. In de praktijk wordt hier wel naar gekeken omdat door een
oorzakelijk verband de verdachte verminderd of geheel ontoerekeningsvatbaar is, en alleen
dan behandeling nuttig is. Het grootste verschil tussen tbs en plaatsing in een psychiatrisch
ziekenhuis is dat tbs alleen kan worden opgelegd als het feit een misdrijf is waarop een
gevangenisstraf staat van 4 jaar of meer, of een feit is dat als zodanig is vermeld in artikel
37a, eerste lid onder 1, Sr. Artikel 37a lid 4 Sr geeft mogelijkheid tot correctie aan. De rechter
dient de ernst van het feit, adviezen over de persoonlijkheid van de verdachte en de
veelvuldigheid van voorafgaande veroordelingen in aanmerking te nemen. Een ander
verschil met plaatsing in een psychiatrisch ziekenhuis is dat gevaar voor de verdachte zelf
geen grond is om tbs op te leggen (alleen veiligheid van anderen en algemene veiligheid van
personen of goederen). Volgens de Hoge Raad moet voor de toepassing van tbs wegens
ernstig gevaar voor de ‘algemene veiligheid van goederen’ (artikel 37a en 37b Sr) meer
vereist zijn dan ernstig gevaar voor het aantasten van het ‘ongestoorde bezit van goederen
van willekeurige derden’. Bij plaatsing in een psychiatrisch ziekenhuis is een zekere spanning
tussen beroepsnormen van deskundigen die bij weigerende observandi dwingen tot
rapportage, en de behoefte van de rechter om zoveel mogelijk te worden voorgelicht door
de deskundige. Daarom wordt voorgesteld om artikel 37a Sr te wijzigen zodat de
professionele normen (o.a. beroepsgeheim van de arts) ter zijde kunnen worden gelegd. De
persoonsgegevens over de gezondheid kunnen zo worden beoordeeld door de penitentiaire
kamer van gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, geadviseerd door een multidisciplinaire
commissie. Als deze kamer toestemming geeft kunnen de persoonsgegevens in de
gedragsrapportage over een weigerende observandus worden verwerkt. Dit is echter niet
onderzocht op wenselijkheid en noodzaak, en heeft dus kritiek gekregen.
Combinatie met andere sancties
Naast tbs hoeft geen gevangenisstraf opgelegd te worden. Bij volledige
ontoerekeningsvatbaarheid is de combinatie niet mogelijk, en bij gedeeltelijke
ontoerekeningsvatbaarheid kan ervan worden afgezien (artikel 37a, lid 2, Sr). In de praktijk
wordt tbs wel vaak met gevangenisstraf gecombineerd: ter compensatie van het al
ondergane voorarrest, of om de ernst van het feit aan te duiden. Dit kan problematisch zijn,
aangezien ‘geen straf zonder schuld’ ook betekent dat de straf de mate van schuld niet mag
overstijgen. De Hoge Raad laat de feitenrechter echter ook bij verminderd
toerekeningsvatbare veroordeelden een gevangenisstraf naast de tbs opleggen.
Combinaties van tbs met levenslang, en van tbs met plaatsing in een psychiatrisch ziekenhuis
zijn uitgesloten. Verder zijn er geen beperkingen.
Er zijn wel beperkingen in de combinatie bij tbs met voorwaarden. Artikel 38, lid 3 Sr zegt dat
als bij de uitspraak van tbs ook een vrijheidsstraf wordt opgelegd, kan deze in het eerste lid
van dit artikel bedoelde geval ten hoogste op 5 jaar worden bepaald. Voorheen was de
,maximumduur van de vrijheidsstraf bij tbs met voorwaarden 3 jaar, maar door het meer
willen uitdrukken van de ernst van het feit is dit verhoogd tot 5 jaar.
Er is geen wettelijke beperking, maar het lijkt de auteurs dat tbs en ISD onverenigbaar met
elkaar zijn. Het opleggen van de ontnemingsmaatregel laat geen mogelijkheid tot opleggen
van de tbs-maatregel. In de strafzaak bij een ontnemingszaak kan wel tbs worden opgelegd.
Artikel 36b Sr zegt dat tbs en onttrekking aan het verkeer kunnen worden gecombineerd.
Opleggingsmodaliteit: tbs met dwangverpleging (artikel 37b Sr)
Het bevel tot dwangverpleging moet vereist worden door de veiligheid van anderen of de
algemene veiligheid van personen of goederen (artikel 37b, lid 1, Sr). Dwangverpleging
wordt ten uitvoer gelegd in een door de minister van Veiligheid en Justitie aangewezen
inrichting (artikel 37d Sr). De kosten van de behandeling zijn voor de Staat (artikel 37e Sr). De
kern van de verpleging is het stellen van de tbs-gestelde onder een beveiligend en
verzorgend regime, dat beoogt behandeling mogelijk te maken. Behandeling kan in het
algemeen alleen met wederzijdse toestemming.
Dwangverpleging kan worden beëindigd door de rechter, onder voorwaarden (artikel 38g en
38h Sr). De tbs loopt dan door zonder verpleging. Dan worden voorwaarden gesteld over het
gedrag van de tbs-gestelde ter bescherming van de veiligheid van anderen of de algemene
veiligheid. De rechter kan de voorwaarden naderhand aanpassen (artikel 38i Sr). De
maximale termijn was 3 jaar, maar is in 2008 verhoogd tot 9 jaar (artikel 38j, lid 2, Sr). Nadat
de wet van 2015 in werking treedt in 2017 zal de duur van de voorwaardelijke beëindiging
geen wettelijke beperking meer kennen, en is levenslang toezicht mogelijk. Doordat de
proportionaliteit dan minder is, vinden de auteurs dat de rechter door de tijd hogere eisen
moet stellen aan het aannemen van gevaar. Op vordering van het OM kan de verpleging
worden hervat als een voorwaarde is overtreden of bij dreigend gevaar (artikel 38k Sr).
Opleggingsmodaliteit: tbs met voorwaarden (artikel 38 Sr)
Voorwaarden zijn er om het gevaar terug te dringen. Beveiliging van de samenleving staat
voorop, maar het middel daartoe kan minder ingrijpend zijn dan bij dwangverpleging, mede
door de beperking in duur. Voor 1988 was tbr voorwaardelijk mogelijk, waarbij de
tenuitvoerlegging werd opgeschort zolang de veroordeelde zich aan de voorwaarden houdt.
Bij tbs met voorwaarden wordt het niet opgeschort, maar wordt door de maatregel die de
rechter vormgeeft uitgevoerd. Voorwaardelijke tbr werd in 1988 tbs met aanwijzingen om
het karakter van tbs zonder verpleging beter tot uitdrukking te brengen. Dit was geen succes
omdat de juridische vormgeving te vrijblijvend was en het niet veel werd opgelegd. Tbs met
aanwijzingen werd daarom in 1997 tbs met voorwaarden. Dit is in 2010 gewijzigd, wat een
toename van het aantal opleggingen gaf.
De rechter stelt voorwaarden (e.g. de tbs-gestelde laat zich opnemen in een inrichting, komt
onder behandeling van een deskundige of neemt door de arts voorgeschreven
geneesmiddelen in) (artikel 38a lid 1 Sr). Vaak start tbs met voorwaarden in een forensisch
psychiatrische kliniek (intramuraal). Voorwaarden kunnen alleen worden gesteld als de
veroordeelde zich tot het naleven van de voorwaarden bereid heeft verklaard. Dit is bij
voorwaardelijke veroordeling niet zo. Dit is zo omdat tbs alleen van toepassing is bij
veroordeelden met een psychische stoornis, en met de eis wordt rekening gehouden met de
kans op naleving van de voorwaarden. De reclassering helpt en ondersteunt bij het naleven
van de voorwaarden.
, Artikel 38, lid 6 Sr zorgt voor onmiddellijke uitvoering van de tbs met voorwaarden. De
veroordeelde is aan de voorwaarden verbonden, ook al is nog een rechtsmiddel tegen de
rechterlijke beslissing in behandeling. Dit vergroot de slagvaardigheid (snelheid en actie) van
de maatregel wat betreft beveiliging van de maatschappij.
In alle gevallen is de voorwaarde dat de veroordeelde medewerking zal verlenen aan het
vaststellen van zijn identiteit (artikel 38 lid 1, Sr). Artikel 38 lid 1 Sr zegt ook dat de
voorwaarden verder moeten strekken dan bescherming van veiligheid van anderen of de
algemene veiligheid (e.g. opname in kliniek, zich onder behandeling laten stellen en innemen
van geneesmiddelen) (artikel 38a lid 1 Sr). Eisen zijn dat de voorwaarden, wat betreft de
duur en de mate waarin ze de vrijheid beperken, niet in strijd zijn met het subsidiariteit- en
proportionaliteitsbeginsel en het verdragsrecht.
Artikel 38 lid 3 Sr gaat over het stellen van voorwaarden in combinatie met een vrijheidsstraf
van ten hoogste 5 jaar. Als de op te leggen vrijheidsstraf langer is, zal het moeilijker zijn om
concrete voorwaarden op te stellen, aangezien behoeften en behandelmethodes kunnen
veranderen. Daarom staat in artikel 38 lid 4 Sr dat in het geval dat een vrijheidsstraf meer
dan 3 jaar is, er moet worden voorzien in de mogelijkheid dat de rechter volstaat met
vaststellen van de aard van de zorgverlening (e.g. ambulante behandeling, opname, begeleid
wonen, klinische opname). Het OM kan uiterlijk 6 maanden voor ontslag uit detentie
vorderen dat de rechter de voorwaarden opnieuw vaststelt en concreet maakt (artikel 38, lid
5, Sr).
Artikel 38a lid 3 Sr zegt dat het OM toezicht moet houden op de naleving van de
voorwaarden. De reclassering rapporteert elke 3 maanden aan de officier van justitie over
naleving van de voorwaarden (artikel 69 Reglement verpleging ter beschikking gestelden).
De rechter kan de voorwaarden aanvullen, wijzigen of opheffen, of een andere instelling met
het toezicht belasten (artikel 38b Sr).
Als de tbs-gestelde de voorwaarden niet naleeft, of als de veiligheid van anderen of de
algemene veiligheid dat vereist, kan de officier van justitie een vordering indienen tot
tijdelijke opname (maximaal 7 weken, verlenging mogelijk) (artikel 509j bis, lid 1, Sv). Dit is
tijdelijk, als verwacht wordt dat de tbs-gestelde na stabilisatie weer terug kan. Hiermee
wordt geprobeerd omzetting in tbs met dwangverpleging te voorkomen. Als crisisopname
geen resultaat geeft, kan de vordering tot (voorlopige) verpleging worden gedaan (artikel
509i en 509j Sv). De rechter kan op vordering van de officier van justitie bevelen dat alsnog
verpleging plaatsvindt (omzetting). Artikel 38c Sr zegt dan dit kan als een voorwaarde niet
wordt nageleefd of anderszins (alleen overtreding van voorwaarden is niet voldoende) als de
veiligheid verpleging eist. Echter, op grond van artikel 38e lid 3 Sr kan na 4 jaar tbs met
voorwaarden niet worden overgegaan tot tbs met verpleging door gevaar voor algemene
veiligheid van goederen.
Rechterlijke aanwijzing over de executievolgorde
Bij een combinatievonnis van vrijheidsstraf en tbs kan de executievolgorde een probleem
zijn. Lange gevangenisstraf tot aan de v.i.-datum is onwenselijk omdat de stoornis dan
onbehandeld blijft. Een gevangenisstraf na een behandeling is niet doelmatig aangezien het
resultaat van de behandeling en resocialisatie worden verstoord. De wet geeft niet
nadrukkelijk aan wat de volgorde zou moeten zijn. In de praktijk wordt de gevangenisstraf
eerst uitgevoerd. Hier zijn uitzonderingen mogelijk door de rechter of de autoriteit waarin de
tenuitvoerlegging plaatsvindt. Dit kan wanneer spoedige start van behandeling noodzakelijk
is. De minister kan de gevangenisstraf ten uitvoer leggen in een justitiële inrichting voor
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dominiquekl. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.