100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Verkorte samenvatting Klinische Psychologie II $4.78
Add to cart

Summary

Verkorte samenvatting Klinische Psychologie II

2 reviews
 379 views  4 purchases
  • Course
  • Institution

Dit is de korte en bondigere sav. van mijn grote sav. van het vak Klinische Psychologie II (zie mijn account). Bevat alle toetsstof, zeer handig overzicht! Wat mij goed hielp: eerst de grote sav. gewoon lezen, daarna de kleine sav. leren.

Preview 2 out of 23  pages

  • May 3, 2014
  • 23
  • 2013/2014
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: HugoWitman • 7 year ago

review-writer-avatar

By: studenthbotp • 8 year ago

avatar-seller
Verkorte samenvatting klinische psychologie II
Zie voor alle diagnostische criteria de uitgebreide samenvatting

Hoofdstuk 18: Middelgebonden stoornissen en verslaving

Psychoactieve middelen = stoffen die veranderingen in het psychisch functioneren teweegbrengen (drugs,
geneesmiddelen en toxische stoffen)

Onderscheid:
- Stoornissen in het gebruik van een middel (misbruik en afhankelijkheid)
- Stoornissen door het gebruik van een middel (intoxicatie, onthouding, secundaire depressies en angsten)

Misbruik = door het gebruik van een middel kan iemand niet meer voldoen aan bepaalde verplichtingen, handelt
fysiek gevaarlijk, komt in aanraking met justitie en/of het veroorzaakt problemen met andere mensen op sociaal
of interpersoonlijk gebied. Toch blijft diegene gebruiken; maar ze zijn (nog) niet afhankelijk.

Afhankelijkheid = er is sprake van lichamelijke afhankelijkheid (tolerantie en/of onthoudingsverschijnselen),
gebruik van grotere hoeveelheden of gedurende langere tijd dan het plan was, aanhoudende wens om het gebruik
te verminderen/beheersen, er wordt veel tijd besteed om aan het middel te komen/gebruiken/herstellen, sociale of
beroepsmatige bezigheden/vrijetijdsbesteding wordt opgegeven of verwaarloosd, men blijft gebruiken ondanks
aanhoudende of terugkerende sociale, psychische of lichamelijke problemen. Karakteristiek is dus het
onvermogen om het middelengebruik te beheersen of staken  drang; een haast onweerstaanbare behoeft om
het middel tot zich te nemen.

Remissie = wanneer iemand na een periode van afhankelijkheid gedurende ten minste één maand niet voldoet
aan de criteria voor misbruik en afhankelijkheid.
Vroege remissie = eerste jaar niet meer afhankelijk
Langdurige remissie = langer dan een jaar niet meer afhankelijk
Volledige/gedeeltelijke remissie = voldoet aan geen enkel criterium/voldoet aan ten minste één criterium

Intoxicatie = omkeerbaar middelspecifiek syndroom t.g.v. recent gebruik (veranderingen in het gedrag of
psychisch functioneren)

Onthouding = middelspecifiek syndroom t.g.v. stoppen met gebruik van middel wat duidelijk lijden of
beperkingen veroorzaakt in het dagelijks functioneren.

Voor middelen met een korte halfwaardetijd (de tijd die nodig is om de bloedspiegel van het middel te halveren)
ontstaat het onthoudingssyndroom sneller dan voor middelen met een langere halfwaardetijd.

Groepen middelen
1. Alcohol
2. Amfetaminen (speed)
3. Cafeïne
4. Cannabis
5. Cocaïne
6. Fencyclidine (angel dust)
7. Hallucinogenen
8. Nicotine
9. Opiaten
a. natuurlijke opiaat; morfine
b. halfsynthetische opiaat; heroïne
c. zuiver synthetische/geheel chemisch geproduceerde opiaten; codeïne en methadon
10. Sedativa
11. Hypnotica en anxiolytica
12. Vluchtige stoffen




1

, De diagnose ‘afhankelijkheid van verschillende middelen’ is alleen van toepassing als iemand ten minste 3
middelen gebruikt waarbij er geen specifieke afhankelijkheid bestaat, maar wel afhankelijkheid van de middelen
als groep.
Drie soorten werkingen van middelen:
1. Verdovend/bewustzijnsverlagend
Deze middelen zijn sterk pijndempend en remmen de werking van het czs. De gebruiker wordt suf en
slaperig.
a. Alcohol
b. Opiaten
Waarbij methadon een veelgebruikt alternatief is voor heroïne vanwege de langere
halfwaardetijd; de kick is echter ook minder sterk.
c. Sedativa, hypnotica en anxiolytica
Onder deze categorie vallen barbituraten en benzodiazepinen. Een lage dosis  kalmerende
werking. Hogere dosis  slaapverwekkend. Anxiolytica heeft slechts een kalmerende
werking!
Veelvoorkomende intoxicatieverschijnselen:
- Lallende spraak
- Coördinatiestoornissen (niet bij opiaten)
- Onzekere gang (niet bij opiaten)
- Nystagmus (afwijkende oogbewegingen) (niet bij opiaten)
- Stoornissen in aandacht of geheugen
- Stupor (bewegingsloosheid en niet reageren op omgeving) of coma

2. Stimulerend/bewustzijnsverhogend
Lage tot normale dosis  effecten aangenaam (energiek, opgewekt, praat veel, denkt helder,
lichamelijk/geestelijk veel presteren)
Te hoge dosis  angstig, prikkelbaar, achterdochtig en rusteloos (hartkloppingen, misselijkheid,
braken, duizeligheid, slapeloosheid en hoofdpijn)
De algemene verzamelnaam voor amfetaminen, cocaïne en verwante middelen (zoals crack; een
geconcentreerde vorm van cocaïne met een zeer snel effect) is speed (officieel scheikundige naam
wekaminen).
a. Amfetaminen
Te hoge dosis  agressief worden, verricht herhaaldelijk dezelfde en/of zinloze handelingen
(kauwen, tandenknarsen). Langdurig gebruik  kans op amfetaminepsychose. Onthouding:
onrustig, prikkelbaar en soms depressief, veel slapen en eten.
b. Cocaïne
Overdosis  tremoren en epileptische aanvallen. Chronisch gebruik  kans op
cocaïnedysforie (sombere stemming, angst, achterdocht, concentratiestoornissen, huilen, moe,
gevoels- of visuele hallucinaties). Onthouding: somber, oververmoeid en gestoorde slaap.
c. Cafeïne
Intoxicatie: rusteloosheid, nervositeit, toegenomen diurese, hartritmestoornissen,
slapeloosheid, verwarde gedachtegang.
d. Nicotine
Veelvoorkomende intoxicatieverschijnselen van amfetaminen en cocaïne:
- Tachycardie (versnelt) of bradycardie (vertraagd)
- Pupilverwijding
- Verhooge/verlaagde bloeddruk
- Transpireren of koude rillingen
- Misselijkheid of braken
- Psychomotorische agitatie
- Verwardheid, insulten, dyskenisieën (bewegingsstoornissen) dystonieën (abnormale houding of
spierspasmen) of coma

3. Bewustzijnsveranderend/verruimend
a. Cannabis
‘high’ gevoel, lethargisch, waarnemings- en oordeelsstoornissen, vreetkick, lachkick, droge
mond, rode ogen. Hoge doseringen  stoornissen in denkvermogen/verward. Werkzame
bestanddeel: tetrahydrocannabinol (THC). Er treedt negatieve tolerantie op. ‘Flippen’: bang dat
je gek wordt omdat je niet logisch kunt denken. Geen onthoudingsverschijnselen.
b. Fencyclidine


2

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LindaReinders. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.78. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

51683 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$4.78  4x  sold
  • (2)
Add to cart
Added