100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Hoorcollege aantekeningen 1 t/m 13 (aangevuld met verplichte literatuur) - Indirecte belastingen en internationale handel $11.92   Add to cart

Class notes

Hoorcollege aantekeningen 1 t/m 13 (aangevuld met verplichte literatuur) - Indirecte belastingen en internationale handel

1 review
 128 views  14 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Alle hoorcollege aantekeningen van de colleges 1 t/m 13; sheets aangevuld met eigen aantekeningen.

Preview 10 out of 221  pages

  • October 19, 2020
  • 221
  • 2019/2020
  • Class notes
  • Unknown
  • All classes

1  review

review-writer-avatar

By: elvirapluijmert • 2 year ago

avatar-seller
HC 1 – Inleiding, structuur van het Unierecht

Het vak IBIH
Literatuur wordt gepubliceerd op canvas; boek douanerecht is nog niet gepubliceerd.
Douanewetboek hebben we nodig en uitvoeringsverordeningen en regelgevende
verordening. Douanewetboek moet je meenemen.

College
Program
1. Indirecte Belastingen en Internationale Handel (‘IBIH’): het vak
2. De instellingen van de EU
3. Structuur van het Unierecht
4. Unierechtelijke beginselen
5. De EU rechtsorde
6. Verhouding Unierecht en Nat. Recht – Rol van de rechter
7. Haakje aan het Unierecht

Het vak IBIH
Conglomeraat van rechtsgebieden:
• Supranationaal recht
• Unierecht
• Nationaal (soms)

Wat maakt het lastig?
• Interactie rechtsgebieden
• Case Law HvJ EU

Europese Unie
Wat biedt de EU?
• Douane-unie met een interne markt (art. 3, lid 3, VEU):
= gemeenschappelijke buitengrens, maar zonder binnengrenzen waarin het vrije
verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal is gewaarborgd
(“Verdragsvrijheden”, art. 26 VWEU)

De Europese unie biedt een douane-unie met een interne markt op grond van art. 3 lid 3
VEU. Het kent een gemeenschappelijke buitengrens zonder binnengrenzen waarin het vrij
verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal is gewaarborgd. Dit zijn de
verdragsvrijheden (art. 26 VWEU). Je gaat alleen heffen aan de buiten grenzen.

Interne markt
Interne markt creëren: vrijheden (verkeer goederen, diensten, kapitaal en personen etc, Art
14 VWEU)
• Positieve integratie (dmv harmonisatie, richtlijnen en verordeningen) = de
regelgeving van lidstaten moet in overeenstemming zijn met primair en secundair
unierechtà Art 113 VWEU Verdrag (harmonisatie indirecte belastingen in het kader
van de interne markt)

, • Negatieve integratie (verboden in het VWEU)à de nationale wetgeving mag niet de
verkeersvrijheden belemmerenà o.a.:
- Art 30 (verbod op douanerechten en heffingen van gelijke werking)
- Art 107 (verbod op staatssteun)
- Art 110 (verbod op fiscale discriminatie)
- Art 34: (beperkingen van het vrije verkeer van goederen)

• Tezamen: dat moet de interne markt tot stand brengen

Een korte geschiedenis
• 1952: EGKS à men wilde voorkomen dat er weer oorlog zou uitbreken. Cruciaal voor
oorlogsuitbreking is kolen en staal.
• 1958: Verdrag van Rome (EEG en Euratom)
• 1972: Fusieverdrag
• 1985: Akkoord van Schengen
• 1993: Interne markt
• 1993: Verdrag van Maastricht (EG, EGKS, en Euratom vormen EU)
• 2009: Verdrag van Lissabon (EG wordt EU) (nog steeds meerdere verdragen) à daarvoor
spraken we over een Europese gemeenschap. Bij dit verdrag zijn ze afgeschaft en hebben
we een Europese Unie. De bedoeling was om het in 1 verdrag te stoppen; dat is niet
gelukt, daarom 3: VEU, VWEU, handvest vd grondrechten
- Verdrag betreffende de EU (VEU)
- Verdrag betreffende de werking van de EU (VwEU)
- Handvest vd Grondrechten

,EU




Art. 6 btw-richtlijn:
Lid 1: Wel douane gebied, geen btw gebied: Kanaaleilanden, Berg Athos, Canarische
eilanden, etc.
Lid 2: Geen douane gebied, geen btw gebied: Helgoland, Ceute, etc.

Art. 7 btw-richtlijn: Geen derde landen: Monaco, eiland Man, etc. à Wel BTW-gebied en
douanegebied.

2. Instellingen van de EU
Instellingen van de EU
• Europese Raad (regeringsleiders)
• Parlement
• Europese Rekenkamer
• Europese Centrale Bank
• Commissie
• Raad(ministers)
• Hof van Justitie van de EU

Commissie
• “Hoedster van de verdragen”: bewaakt de werking van de interne markt
• Recht van initiatief: van regels voorstellen om de markt te veranderen
• Voor elk beleidsterrein een Directoraat Generaal (DG)
• Belastingen en Douane: “Directorate-General for Taxation and Customs Union” (DG
TAXUD)
• Coördineert machtigingen voor vereenvoudigingsmaatregelen of maatregelen ter
voorkoming van belastingfraude of –ontwijking
• Art. 395 BTW richtlijn
• http://ec.europa.eu/taxation_customs/index_en.htm

,De Commissie is de hoedster van de verdragen en bewaakt de werking van de interne markt.
Er wordt verwacht dat de Commissie optreedt tegen verstoringen en bijvoorbeeld een
staatssteunprocedure start. De Commissie heeft het recht van initiatief, het recht om
voorstellen te doen voor nieuwe wet- en regelgeving (verordeningen, richtlijnen en
besluiten). Voor elk beleidsterrein is er een Directoraat Generaal (DG). Voor de belastingen
en douane is er de ‘Directorate-General for Taxation and Custums Union’ (DG TAXUD).
Daarnaast coördineert de Commissie machtigingen voor vereenvoudigingsmaatregelen of
maatregelen ter voorkoming van belastingfraude of –ontwijking

Art. 395 BTW-richtlijn:
1. De Raad kan op voorstel van de Commissie met eenparigheid van stemmen elke lidstaat
machtigen bijzondere, van de bepalingen van deze richtlijn afwijkende maatregelen te
treffen, teneinde de belastinginning te vereenvoudigen of bepaalde vormen van
belastingfraude of -ontwijking te voorkomen. De maatregelen tot vereenvoudiging van de
belastinginning mogen geen noemenswaardige invloed hebben op de totale
belastingopbrengst van de lidstaat in het stadium van het eindverbruik.
2. De lidstaat die de in lid 1 bedoelde maatregelen wil treffen, dient een verzoek in bij de
Commissie en verschaft haar alle nodige gegevens. Wanneer de Commissie meent niet over
alle nodige gegevens te beschikken, neemt zij binnen twee maanden na ontvangst van het
verzoek contact op met de betrokken lidstaat en deelt zij hem mede welke aanvullende
gegevens vereist zijn. Zodra de Commissie over alle gegevens beschikt die zij nodig acht voor
de beoordeling van het verzoek, stelt zij de verzoekende lidstaat binnen een maand daarvan
in kennis en zendt zij het verzoek in de oorspronkelijke taal aan de andere lidstaten toe.
3. Binnen drie maanden na toezending van de in lid 2, tweede alinea, bedoelde gegevens
legt de Commissie de Raad hetzij een passend voorstel voor, hetzij, wanneer zij bezwaren
heeft tegen het verzoek om een afwijking, een mededeling waarin zij deze bezwaren toelicht.
4. De in de leden 2 en 3 vastgestelde procedure moet in ieder geval worden voltooid binnen
acht maanden na ontvangst van het verzoek door de Commissie.

De regels van de btw zijn geharmoniseerde wetgeving, maar lidstaten kunnen hier wel van
afwijken. De lidstaat moet dan een machtiging aanvragen bij de Commissie. Dit kan in twee
situaties. Allereerst in de situatie om te vereenvoudigen; de eis daarbij is dat de
belastingdruk niet mag wijzigen. De tweede situatie is in geval van fraudebestrijding. De
Commissie kan de machtiging goedkeuren d.m.v. een besluit.

Btw-comité
• Raadgevend comité op basis van art. 398 BTW richtlijn
1. Er wordt een raadgevend comité voor de belasting over de toegevoegde waarde
ingesteld, „BTW-Comité” genoemd.
2. Het BTW-Comité is samengesteld uit vertegenwoordigers van de lidstaten en
van de Commissie.
Het comité staat onder voorzitterschap van een vertegenwoordiger van de
Commissie.
De Commissie is belast met het secretariaat van het comité.
3. Het BTW-Comité stelt zijn reglement van orde vast.

, 4. Naast de punten die volgens deze richtlijn aan raadpleging onderworpen zijn,
onderzoekt het BTW-Comité de aangelegenheden die door zijn voorzitter op
diens initiatief of op verzoek van een vertegenwoordiger van een lidstaat aan de
orde worden gesteld en die betrekking hebben op de toepassing van de
communautaire bepalingen inzake de BTW.
• Commissie is voorzitter
• Conclusies niet bindend, maar wel richting gevend, en soms naar BTW
Uitvoeringsverordening
• http://ec.europa.eu/taxation_custom s/taxation/vat/key_documents/vat_c
ommittee/index_en.htm
• Documentation
• Consultation
• Notification
• Guidelines
• Uitv. Vo.

Het is een vrij zwak comité, aangezien het raadgevend is. De beslissingen zijn niet bindend.
Het HvJ kijkt wel naar beslissingen van het comité over hoe de richtlijn uitgelegd moet
worden, maar het is niet bepalend. Echter, als een vraag wordt gesteld door een lidstaat, en
de lidstaten zijn het allemaal eens met een beslissing van het comité, dan is deze uitspraak
bindend (unanimiteit). Het zijn niet gek veel beslissingen waar de lidstaten het over eens
zijn. De beslissingen komen uiteindelijk terecht in de uitvoeringsverordening.

Er zijn een aantal situaties waarin een lidstaat verplicht is om het btw- comité in te lichten.
De lidstaat moet dan een brief sturen met hun voornemen en daarna kunnen zij het
invoeren. Het hoeft niet te worden goedgekeurd. Als een lidstaat het niet of niet volledig
doet of ze passen de bepaling later aan dan is de bepaling onverbindend.

Kan bepalingen
Verplichte raadpleging VAT Committee
Artikelen: 11 (VAT_Group), 27 (self-delivery),
80 (taxable amount connected parties), 155 (special exempt provisions), 164 (intra EU
delivery of goods), 191 (adjustment of deduction),
199 (reverse charge mechanism), 238 (simplified invoice obligations),
281 (small enterprises), 318 (globalization scheme), 352 (investment gold), Etc.

Geen verplichte raadpleging VAT Committee
Artikelen: 12 (occasional transactions), 14(4) (delivery),
15(2) (tangible property), 18 (treatment as supply of goods),
82 (taxable amount of investment gold), 98 (reduced rate),
103 (reduced rate), 133 (condition exemption public bodies),
171 bis (refund), 173(2) (exception pro rata),
174(1)(b) (pro rata and subsidies), 180 (exception deduction), 183 (surplus), Etc.

Soms is verplichte raadgeving vereist en soms juist niet. Als een lidstaat een verplichte
raadgever overslaat, dan zal het HvJ bepalen dat de regel onverbindend is.

,VAT Expert Group (“VEG”)
• Btw-praatgroep van de Commissie en “stakeholders” over de in het Groenboek
voorgestelde maatregelen

Dit zijn opinies. Heeft geen bindende status. Het is geen instelling van de EU maar heeft te
maken met het BTW-comité. Voornamelijk belastingadviseurs en (grote) bedrijven.

Raad
• Stelt Unierecht vast
• Voor elk beleidsterrein een aparte samenstelling
• Belastingen: “Economic and Financial Affairs Council configuration” (Ecofin)
• Unanimiteit; iedere lidstaat heeft veto

De Raad stelt Unierecht vast. En voor elk beleidsterrein komen zij in een aparte
samenstelling. Voor belastingen is er de ‘Economic and Financial Affairs Council
confguration’ (Ecofn). In de Raad geldt het stemmen o.b.v. unanimiteit: iedere lidstaat heeft
een vetorecht.

HvJ; drie gerechten
• Gerecht voor ambtenarenzaken: F-
• Gerecht: T- à ook deze kan belang zijn voor fiscaliteit omdat deze beslist over
staatssteun.
• Hof van Justitie: C- à

Het Gerecht voor ambtenarenzaken is een arbeidsrechter voor EU- ambtenaren. Bij het
Gerecht kan je terecht voor het beroep tegen handelingen van de EU. Het hoger beroep
omtrent de beslissingen van het Gerecht wordt behandeld bij het HvJ. Daarnaast behandelt
het HvJ inbreukprocedures en beantwoordt het prejudiciële vragen.

Gerecht voor ambtenarenzaken
• Arbeidsrechter voor EU-ambtenaren

Gerecht
• Beroep tegen handelingen van de EU
• Hoger beroep bij het Hof van Justitie

HvJ
• Hoger beroep beslissingen Gerecht
• Inbreukprocedures
• Prejudiciële vragen

,3. Structuur van het Unierecht




Het Unierecht kan onderverdeeld worden in het primaire unierecht en het secundaire
unierecht. Onder het primaire unierecht valt het werkingsverdrag (VWEU), het Unieverdrag
(VEU) en het Handvest van de grondrechten. Secundair unierecht zijn regels vastgelegd in
verordeningen, richtlijnen en besluiten.

Art. 288 VWEU
‘Teneinde de bevoegdheden van de Unie te kunnen uitoefenen, stellen de instellingen
verordeningen, richtlijnen, besluiten, aanbevelingen en adviezen vast.
Een verordening heeft een algemene strekking. Zij is verbindend in al haar onderdelen en is
rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Een richtlijn is verbindend ten aanzien van het te bereiken resultaat voor elke lidstaat
waarvoor zij bestemd is, doch aan de nationale instanties wordt de bevoegdheid gelaten
vorm en middelen te kiezen.
Een besluit is verbindend in al haar onderdelen. Indien de adressaten worden vermeld, is zij
alleen voor hen verbindend.
Aanbevelingen en adviezen zijn niet verbindend.’

,Er bestaat drie vormen van verordeningen.




Een besluit kan gericht zijn aan een particulier, bijvoorbeeld bij kartelrecht. Een besluit kan
ook gericht zijn aan een lidstaat. Besluiten kennen twee vormen:
• Besluit van concrete strekking: bijvoorbeeld staatssteun.
• Besluit van algemene strekking: bijvoorbeeld BTW.

Potsdam-Mittelmark, C-400/15. (NL Fiscaal 2016/0111):
Een direct beroep op een besluit van algemene strekking is mogelijk als deze
onvoorwaardelijk, voldoende duidelijk en nauwkeurig is. (zoals een richtlijn).

,Conclusie




• Unierecht
o Primair Unierecht: VWEU, VEU, HvG
o Secundair Unierecht:
- Verordeningenà heeft horizontale werking. Daarvan zijn er drie
vormen:
§ VO: verbindend
§ Gedelegeerde verordening: daarin mag de Europese Commissie
aanvullen en wijzigen, maar mag niet essentieel zijn. Bepalingen
in een verordening of richtlijn mogen veranderd worden in een
gedelegeerde verordening, als het maar niet een bepaling met
een wezenlijk kenmerk is. Voor het douanerecht hebben we te
maken met een gedelegeerde verordening.
§ Uitvoeringsverordening: kan geen onderdelen van het
basisbesluit wijzigen, maar legt uit. Deze is zwakker dan de
gedelegeerde verordening. De Commissie mag geen verandering
aanbrengen in een andere regel met behulp van een
uitvoeringsverordening. De BTW kent een
uitvoeringsverordening. Dit is een toelichting op de BTW-
richtlijn. Er zijn in de uitvoeringsverordening geen bepalingen die
iets veranderen aan de BTW-richtlijn.
§ De btw heeft een uitvoeringsverordening. Het douanerecht heeft
een verordening, een gedelegeerde verordening en een
uitvoeringsverordening.
- Richtlijn: verbindend ten aanzien van het te bereiken resultaat voor
elke lidstaat waarvoor zij bestemd is, doch aan de nationale instanties
wordt de bevoegdheid gelaten vorm en middelen te kiezen.
- Beschikkingen/besluiten: een besluit is verbindend in al haar
onderdelen tot wie zij gericht is (art. 288). Een besluit kan:
§ gericht zijn aan particulier (bijvoorbeeld kartelrecht of
§ aan een lidstaat en dan 2 vormen, n.l.
o Concrete strekking (bijvoorbeeld staatsteun)
o Algemene strekking (BTW): art. 395 Btw-richtlijn. In de
btw-richtlijn staat dat afgeweken kan worden van de
richtlijn, indien sprake is van fraude. Er kan dan een beluit
worden genomen om fraude te bestrijden. De besluiten

, van algemene strekking die inbreuk maken om de richtlijn,
worden gepubliceerd. Je zou er een beroep op kunnen
doen. Je kan dus afwijken van de geharmoniseerde btw.




Belang?
De hiërarchie is tussen de regelgeving. Het primaire unie recht is bindend en het secundaire
unierecht is eigenlijk een uitvoering daarvan. Er kan dus geen conflict ontstaan.
• Primair staat bovenaan in de hiërarchie
• Conflict niet mogelijk
• Secundair uitleggen conform primair recht

Secundair Unierecht = afgeleid unierecht

Bovendien groen veld = haakje van Unierecht

Het belang van het onderscheid tussen het primaire en secundaire recht is dat het primaire
recht bovenaan in de hiërarchie staat. Een conflict tussen primair en secundair recht is
derhalve niet mogelijk want het secundaire recht moet uitgelegd worden conform het
primaire recht. Het secundair unierecht is afgeleid unierecht.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gs21. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $11.92. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77858 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$11.92  14x  sold
  • (1)
  Add to cart