Samenvatting De Geo Systeem Aarde Hoofdstuk 2 Afbraak en vorming van landschappen. Voor Aardrijkskunde in vwo 5. Aan te raden om te gebruiken bij Proefwerken of (School) Examens.
Samenvatting Systeem Aarde H2: Afbraak
en vorming van landschappen
2.1: De aarde als systeem
Vier sferen
Bij het bestuderen van de aarde als systeem gebruik je de vier sferen: de atmosfeer, hydrosfeer,
lithosfeer end de biosfeer. De lithosfeer is al in H1 behandeld.
De Atmosfeer: Dampkring, bestaande uit gassen die de aarde omringen.
o Troposfeer(tussen 8 en 18km): Onderstaande laag van de atmosfeer waarin de
weersverschijnselen zich afspelen.
Hierin zitten 80% van de gassen die de dampkring vormen: stikstof, zuurstof,
overige gassen(argon, koolstofdioxide, methaangas, ozon, waterdamp).
o Stratosfeer(tot 50km): hierin bevind zich de ozonlaag: blokkeren schadelijke straling
o Mesosfeer
o Thermosfeer/ionosfeer
De hydrosfeer: Gedeelte van de aarde dat uit water bestaat
De Biosfeer: De ruimte waarin het aardse leven voorkomt: alle organismen op aarde
Kringlopen
Alles op aarde is in met elkaar in relatie. De kringloop van gesteente komt bijvoorbeeld niet alleen in
de lithosfeer voor maar ook in de hydrosfeer. Er zijn nog twee andere kringlopen:
Waterkringloop: Verhouding en overgangssituaties van water in de atmosfeer, hydrosfeer,
lithosfeer en biosfeer. Water bepaald ook het klimaatsysteem en vormt onder andere het
landschap. Evaporatie: het verdampen van water. Transpiratie: het verdampen van water via
huidmondjes van planten.
Koolstofkringloop: Verhouding en overgangssituaties tussen de hoeveelheden koolstof in
atmosfeer, biosfeer, lithosfeer en hydrosfeer
o Planten zetten koolstofdioxide met behulp van zonlicht en water in in zuurstof en
organisch materiaal via fotosynthese. Dit is het omgekeerde van ademhalen.
o Koolstof kan in sinks of putten (bronnen) worden opgeslagen
Energiebalans
De gemiddelde temperatuur op aarde is ongeveer 15 graden Celcius en constant. Er is dus een
energiebalans: Verhouding tussen de kortgolvige instraling(zonlicht) op aarde, de naar het heelal
teruggekaatste straling en de langgolvige uitstaling(warmte) van de aarde.
Stralingsbalans op verschillende plekken op aarde
De energiebalans verschilt op verschillende plekken van de aarde, en ook per 24 uur op één plek. De
energiebalans verschilt per breedtegraad. Bij de evenaar schijnt de zon loodrecht op het
aardoppervlak en hier is dus een energieoverschot. Bij de polen moeten de zonnestralen zich over
een groter oppervlak verdelen en hier is sprake van een groter albedo effect: Deel van de
zonnestraling dat door een oppervlak wordt teruggekaatst. Dit verschil van energiebalans per plek op
aarde zorgt voor een transport van warmte en kou en een energiebalans op aarde.
, 2.2: Klimaten
Luchtcirculatie
Lagedrukgebied: Gebied met stijgende luchtbeweging en een luchtdruk van minder dan
1.013 hPa met meestal veel neerslag. Rond de tropen heet dit de intertropische
convergentiezone: Het lagedrukgebied in de tropen waar zowel winde uit het zuiden als uit
het noorden bij elkaar komen(het tropisch minimum)
Hogedrukgebied: Gebied met dalende luchtbeweging en een luchtdruk van meer dan 1.013
hPa met meestal weinig neerslag.
Rond de polen heerst een situatie die omgekeerd is aan de in de tropen. Hier is een hoge
luchtdruk in de polaire zone. Deze lucht verplaatst zich naar gebieden met een lage
luchtdruk. Hier botst deze koude lucht tegen warme lucht uit de subtropen.
De wet van Buys Ballot
wind waait van gebieden met een hoge luchtdruk naar gebieden met een lage luchtdruk.
Wind: Bewegende lucht bij drukverschillen
wind krijgt een afwijking: op Noordelijk halfrond naar rechts en op het Zuidelijk halfrond naar
links.
Moessons en passaten
De ITCZ ligt in de zomer boven de evenaar en in de winter eronder. Dit heeft moessons tot gevolg:
Halfjaarlijkse land- of zeewind. Deze moessons zijn het gevolg van een passaat die de evenaar
passeert. Passaat: Bestendige, relatief droge wind in de subtropen.
Warmtetransport via zeestromen
Ook via de zee wordt warmte getransporteerd via zeestromen. De factoren hiervoor zijn: wind,
zoutgehalte en temperatuur(verschil). De mondiale luchtcirculatie is hierdoor te herkennen in de
zeestromen. Een warme zeestroom komt uit een relatief warm gebied en is warmer dan het
omringende zeewater. ER bestaat ook een wereldomspannende circulatiepatroon van waterstromen:
thermohaline circulatie: Diepzeestroom en oppervlaktezeestroom, veroorzaakt door zwaar(koud en
zout) afzinkend water en wind. Het klimaat is afhankelijk van deze stroming.
Het kerstkind
In een normale situatie zorgt de passaatwinden ervoor dat er een koude zeestroom aan de kust van
Chili, Peru en Ecuador is en hierdoor een visrijk gebied. Elke twee tot zeven jaar wordt dit patroon
onderbroken. Dit wordt El Nino genoemd: Het tijdelijk stoppen van het opwellen van koud zeewater
bij de kust van Peru.
Klimaatfactoren
De volgende factoren bepalen het klimaat: Gemiddelde weerstoestand over een langere periode en
een groot gebied
De invalshoek van de zonnestalen op aarde-> klimaatfactor
De hoogteligging (elke km daalt de temperatuur met 6 graden celcius)->klimaatfactor
De ligging aan zee of ver landinwaarts -> klimaatfactor / beïnvloed neerslag
Koude of warme zeestromen -> klimaatfactor
Luchtdrukgebieden -> beïnvloed neerslag
Gebergten: stuwingsneerslag -> beïnvloed neerslag
Ontstaan van neerslag: Neerslag ontstaat door afkoeling bij:
1. stuwing tegen een obstakel: stuwingsneerslag
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ellenvanb2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.78. You're not tied to anything after your purchase.