100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Economie Integraal VWO: Hoofdstuk 12 Risico, beleggen en ondernemen $3.24   Add to cart

Summary

Samenvatting Economie Integraal VWO: Hoofdstuk 12 Risico, beleggen en ondernemen

4 reviews
 295 views  11 purchases
  • Course
  • Level
  • Book

Samenvatting Economie Integraal VWO H12 Risico, beleggen en ondernemen Goede, inhoudelijke samenvatting waar de kern in staat beschreven.

Preview 2 out of 6  pages

  • No
  • Hoofdstuk 12
  • October 22, 2020
  • 6
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 6

4  reviews

review-writer-avatar

By: osuboem123 • 1 year ago

review-writer-avatar

By: viince • 2 year ago

review-writer-avatar

By: lvanmerkom • 2 year ago

review-writer-avatar

By: 04bouchraA • 3 year ago

avatar-seller
Samenvatting Economie Integraal VWO
Hoofdstuk 12 Risico, beleggen en ondernemen
§1 Beleggen in aandelen
Een spaarrekening of effecten?
Sparen bij een bank is een vrij veilige belegging. De rente op spaartegoeden is gering. De
‘veiligheid’ van een spaartegoed wordt versterkt door het depositogarantiestelsel.
 Depositogarantiestelsel: de gezamenlijke banken tegoeden van rekeninghouders bij
een bank tot maximaal €100.000 per rekeninghouder per bank garanderen.

Bij een faillissement van een van de grote banken (systeembanken) zijn de bijdragen van de
overige banken aan het garantiestelsel te groot. Hierom betalen banken met een
Nederlandse bankvergunning sinds 2013 jaarlijks een bijdrage aan het
depositogarantiefonds.

Geld kan ook belegt worden in effecten.
 Effecten: verhandelbare rechten die een financiële waarde vertegenwoordigen.
o Vb: aandelen en obligaties.
De risico’s bij het beleggen van geld zijn groter dan dat je het geld op een spaarrekening zet.

Aandelen
Aandeel: een deelname is het maatschappelijk kapitaal van een naamloze of besloten
vennootschap.

Hogere winsten kunnen leiden tot hogere uitkeringen, maar ook tot koersstijgingen.

Aandeelhouder: iemand die over één of meerdere aandelen van een bv of nv bezit.

De gezamenlijke aandeelhouders benoemen in de Algemene Vergadering van
Aandeelhouders (AVA) de directie van een onderneming en kunnen deze meestal ook
ontslaan.

Aandeelhouders hebben recht op dividend.
 Dividend: het deel van de winst dat aan aandeelhouders wordt uitgekeerd.
 Reservering: een deel van de winst wordt in de onderneming gelaten.

Alleen de naamloze vennootschap en de besloten vennootschap kennen aandeelhouders.
 Aandelen van beursgenoteerde naamloze vennootschappen koop je op de
effectenbeurs.
 Wanneer een naamloze vennootschap géén beursnotering heeft, kun je de aandelen
daarvan alleen maar rechtstreeks bij de betreffende onderneming kopen of van
bestaande aandeelhouders.

Risico
De waarde van de belegging is bij de aanschaf gelijk aan de aankoopprijs van de aandelen.
 Gunstige toekomstideeën kunnen tot een grotere vraag leiden, waardoor de koers zal
oplopen.
 Is het toekomstperspectief minder rooskleurig dan zal een aantal beleggers hun
aandelen willen verkopen  aanbod stijgt  koers daalt.

Voor de waarde van een aandeel zijn de verwachte toekomstige uitbetalingen (dividenden)
van belang. Deze dividenden zijn afhankelijk van het door de onderneming behaalde
resultaat.




1

, Rentestand en aandelenkoersen
Veranderingen van de rentestand kunnen invloed hebben op de koers van aandelen.
 Directe invloed: de rente vormt een kostenpost voor ondernemingen.
o In praktijk is deze invloed gering.
 Indirecte invloed: veranderingen in de rentestand worden veroorzaakt door de
centrale bank en het signaal dat de centrale bank met haar renteverandering wil
‘afgeven’.

Rendement van een belegging
Dividendrendement = (dividend per aandeel : beurskoers bij aankoop) x 100%.

Koersrendement = (koerswijziging aandeel : beurskoers bij aankoop) x 100%.

Aandelenrendement = dividendrendement + koersrendement.

Beleggen en moral hazard
Als er sprake is van asymmetrische informatie, dan heeft de belegger niet dezelfde
informatie over het beleggingsproduct. Hiervan kunnen de aanbieders van het product
gebruik van maken. Dit wordt ook wel moral hazard genoemd.

Wet op het financieel toezicht (Wft): deze wet regelt het toezicht op bijna de hele financiële
sector in Nederland.
 Toezichthouders op de aanbieders van financiële producten zijn De Nederlandsche
Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM).

De Nederlandsche Bank
De Nederlandsche Bank is toezichthouder op het financiële systeem als geheel en waarborgt
de financiële stabiliteit. De bank controleert ook hoe gezond een financieel bedrijf is.

DNB stelt eisen aan instellingen die van plan zijn financiële diensten te gaan aanbieden.
Deze instellingen hebben een vergunning nodig van de DNB.

Verder staan de financiële instellingen onder toezicht. Regelmatig moeten zij DNB inzicht
geven in de bedrijfsontwikkeling. DNB stelt eisen aan de liquiditeit en de solvabiliteit van
banken. Deze begrippen geven inzicht in het vermogen van banken om hun verplichtingen
na te kunnen komen.

Autoriteit Financiële Markten
De AFM houdt toezicht op:
 De manier waarop financiële instellingen met hun klanten omgaan.
 De manier waarop partijen met elkaar omgaan op de financiële markten.

De AFM moet het vertrouwen van consumenten en bedrijven in de financiële markten
versterken.

Een goede marktwerking hangt samen met voldoende concurrentie, de juiste informatie voor
de marktpartijen en vertrouwen in een goede marktwerking.

Elke instelling die zich bezighoudt met sparen, beleggen, kredietverlening of verzekeren
heeft ook een vergunning van de AFM nodig.
 Elke instelling wordt gecontroleerd op zorgplicht.

Financiële bijsluiter: een document dat verkopers van financiële producten de kopers moeten
aanbieder. In de bijsluiter wordt de financiële constructie beschreven, zodat de koper inzicht
krijgt in de risico’s die hij loopt.

2

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lnj4603. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.24. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67163 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$3.24  11x  sold
  • (4)
  Add to cart