100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting bloktoets 2.1 servicemanagement $3.21   Add to cart

Summary

Samenvatting bloktoets 2.1 servicemanagement

1 review
 84 views  12 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit is een complete samenvatting over de literatuur van de bloktoets 2.1 servicemanagement. er zitten ook vragen van de lessen in verwerkt, zodat het niet alleen maar literatuur is. incl. figuren en tabellen.

Preview 4 out of 41  pages

  • Yes
  • October 22, 2020
  • 41
  • 2020/2021
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: meikeslippens • 2 year ago

avatar-seller
Bloktoets OWG’S samenvatting
Introductie OWG 1 en 2:
Als je facility manager bent, ben je dienstverlener. En als je
dienstverlener bent, dan zijn er ook mensen die van jouw producten en
diensten gebruik willen maken. Maar hoe organiseer je dat allemaal, en
zorg je met een team van facilitaire medewerkers ervoor dat alle wensen,
vragen, klachten zo snel en goed mogelijk beantwoord, dan wel verholpen
worden. Iedere klant is anders en heeft zijn eigen wensen en eisen.
Welkom bij het blok servicemanagement.
Projectmanagement hoofdstuk 4 en 6:
Planning opstellen
Work break down structure  alles wat moet worden gedaan opdelen in
activiteiten.
De Product Breakdown Structure (PBS) is de hiërarchische structuur van
producten en dingen die het project nodig heeft om te slagen, of
resultaten die het project zal opleveren
Plan van aanpak
1. Achtergronden waar (in welke omgeving) speelt het project zich
af?
Beschrijf de organisatie en geef aan wie de stakeholders
(belanghebbende) van het project zijn.
2. Projectresultaat doelstelling van het project
3. Projectactiviteiten de taken die uitgevoerd moeten worden om het
projectresultaat te ‘maken’.
4. Projectgrenzen en randvoorwaarden afbakening van het project,
wat hoort wel bij het project en wat niet. Alles binnen het project
wordt scope genoemd.
Randvoorwaarden zijn factoren waar de projectgroep geen invloed
op heeft. Maar er moet wel aan voldaan worden om tot een succes
te komen. Toestemming van de gemeente om te beginnen met de
bouw.
5. Tussenresultaten uitvoering van bepaalde activiteiten levert
‘producten’ op. Zo’n tussenresultaat worden gekoppeld aan een
datum en de de vorderingen worden meetbaar hierdoor.
6. Kwaliteit kwaliteit van het eindproduct van je project.
7. Beschrijving projectorganisatie wie doet er mee met het project
en wie heeft welke rol. Hoe wordt er samen gewerkt?
8. Planning als de activiteiten bekend zijn en als je weet welke
producten er gemaakt moeten worden en als je weet wie er met het
project meedoet, dan kan er een planning worden gemaakt. Een

, planning geeft een overzicht van de uit te voeren activiteiten in de
tijd. welke projectleden maken welke activiteiten. Door te plannen
kan er bepaald worden hoe lang het project gaat duren en
eventuele kosten.
9. Kosten-batenoverzicht project kost geld (kosten), de opbrengst
van het project is (baten). De opdrachtgever zal op basis van de
kosten en de baten moeten beslissen of het project daadwerkelijk
uitgevoerd moet worden.
10. Risicoanalyse er kunnen interne/externe risico’s optreden
bij het maken van een project.


Literatuur hoofdstuk 1 van operationeel management:
De medewerkers van Disney, die in het hart van het park actief zijn, in
directe interactie met de gasten, bevinden zich in de operationsfunctie.
Zowel de operationsfunctie als de overige functies noemen we in de
theorie managementtaakgebieden.
Alle medewerkers in een park hebben één ding gemeen: ze zijn allemaal
aan het werk voor de gast. Succesvolle dienstverlenende organisaties
zorgen ervoor dat zowel de medewerkers in frontstage functies als de
medewerkers in de backstage functies gedreven worden door het
verzorgen van een optimale dienst.


Christian Grönroos, geeft de volgende karakterisering van diensten:
 Diensten zijn min of meer ontastbaar en kunnen daarom niet worden
opgeslagen
 Diensten zijn activiteiten of series van activiteiten
 Diensten worden tegelijkertijd geproduceerd of geconsumeerd
 De klant neemt deel aan de productie van de diensten


Een heel gebruikelijke manier om tot voortdurende verbetering te komen
is: je eigen
operations vergelijken met andere operations, dit wordt ook wel
benchmarking genoemd.


Operations worden bestuurd door de strategie van het bedrijf.
Strategisch: Lange termijn
Tactisch: middellange termijn
Operationeel: korte termijn

,Literatuur hoofdstuk 2 van operationeel management.
Wanneer klant en dienstverlener in een zogenaamd touchpoint contact
met elkaar hebben, wordt de beleving van de klant beïnvloed. Dit wordt
ook wel moment of truth genoemd.


Servicescapes: de interne en externe omgeving die zorgen voor een
oordeel van de klant.
Zie boek ‘operationeel management’ pagina 45 voor voorbeeld.
De ervaring van de klant sinds de eerste kennismaking met de
dienstverlener, tot het werkelijk afnemen van de dienst en de
uiteindelijke evaluatie wordt de customer journey genoemd. Het totaal
dus.
Om te zorgen voor aansluiting tussen de klantverwachting en de levering
van de organisatie, worden er persona’s ontworpen. Dit zijn schetsen
van (groepen) klanten. Hierbij kijken de organisaties specifiek naar WIE
nou precies hun klant is. De klant ontmoet tijdens de customer journey al
ver VOOR of ver NA het afnemen van de dienst al/pas de dienstverlener.




De klant hoeft niet fysiek aanwezig te zijn bij de levering van de dienst,
om betrokken te zijn. Het oordeel wat de klant over de dienstverlening
heeft, kan van grote waarde zijn. De kleinste handelingen kunnen al
invloed hebben op het oordeel, bijv. de klant begroeten. Om een positief

, oordeel te creëren, of een negatief beeld te veranderen naar een positief
beeld, is het belangrijk om de momenten van interactie zo goed mogelijk
te managen.




De wijze van levering. Diensten kunnen op 3 manieren worden geleverd:
1. De klant komt naar de dienstverlener toe
2. De dienstverlener komt naar de klant toe
3. De dienst wordt op afstand geleverd


De context waarin de diensten geleverd worden:
- Business-to-consumer (b2c): eindgebruiker is de consument.
- Business-to-business (b2b): eindgebruiker is een bedrijf.


Belangrijke factoren bij servicescapes (Bitner, 1992):
Materiële factoren (netheid en duidelijkheid)
Menselijke factoren (interacties sturen)
De aanwezige klanten
De medewerkers
De apparatuur (die menselijke interactie vervangt)
De interactie tussen alle bovenstaande factoren


De respons van een klant of medewerker kan zijn:
Cognitief: door waarnemingen weet hij/zij wat er aan de hand is
Emotioneel: stemming wordt beïnvloed door waarnemingen
Fysiologisch: lichamelijk plezier of ongemak


Zintuigen spelen een belangrijke rol bij het ontwerpen van diensten.
o Gehoor (achtergrondmuziek in de supermarkt)
o Reuk (geur van vers brood in de supermarkt)
o Smaak (proeverij van bijv. koekjes in de supermarkt)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller thomasje134. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$3.21  12x  sold
  • (1)
  Add to cart