Recht Samenvatting jaar 2 blok 1 Herkansing
Hoofdstuk 3: Verbintenissen
3.1 Ontstaan van een verbintenis
Uit het sluiten van een overeenkomst vloeien voor partijen verbintenissen voort.
Verbintenis: rechtsverhouding die ontstaat als de ene partij zich verplicht om een prestatie te
leveren waar de andere partij recht op heeft.
Schuldenaar/debiteur: degene die moet presteren
Schuldeiser/crediteur: degene die recht heeft op de ontvangst van de prestatie
Het sluiten van een overeenkomst is een rechtshandeling.
Rechtshandeling: handeling van een (rechts)persoon die gericht is op rechtsgevolg. rechtsgevolg
is dat er verbintenissen van ontstaan.
Als iemand handeling uitvoert is iemand niet altijd uit op rechtsgevolg. Soms bindt wet een
rechtsgevolg aan handeling: als handeling onrechtmatig is.
Verbintenis kan dus voort komen uit: rechtshandeling (zoals overeenkomst) of onrechtmatige daad.
Resultaatverbintenis: als schuldenaar een concreet resultaat moet leveren. bij geschil moet
degene die resultaat moet leveren bewijzen dat het niet aan hem te wijten is als het resultaat niet
wordt behaald.
Inspanningsverbintenis: schuldenaar niet aan concreet resultaat verbonden. bij geschil moet
degene die het ontvangt bewijzen dat het aan de degene ligt die presteert.
3.2 Overeenkomst
Overeenkomst: art. 6:213 BW: “Een overeenkomst is een meerzijdige rechtshandeling waarbij een of
meer partijen jegens een of meer andere een verbintenis aangaan.”
Meerzijdige rechtshandeling: als partijen zich over en weer, dus meerzijdig, akkoord verklaren met
de inhoud van de overeenkomst en de verbintenissen die daaruit voortvloeien.
3.2.1 Overeenkomstenrecht en de bijzondere overeenkomsten
Wetsartikelen die van toepassing zijn op overeenkomsten te vinden in Boek 3, 6 en 7 van Burgerlijk
Wetboek:
- Boek 3 ‘vermogensrecht in het algemeen’ bevat algemene regels voor rechtshandelingen en
rechten en plichten die op geld waardeerbaar zijn.
- Boek 6 ‘algemeen gedeelte van het verbintenissenrecht’ bevat regels voor verbintenissen en
overeenkomsten (onder andere tussen handelaren en consumenten.
- Boek 7 ‘bijzondere overeenkomsten’ bevat regels voor veelvoorkomende overeenkomsten.
Als partijen een bijzondere overeenkomst sluiten zijn ze soms gebonden aan regels van dwingend
recht. Dwingend recht: regels waar niet van mag worden afgeweken.
3.2.2 Totstandkoming van een overeenkomst
Een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en de aanvaarding daarvan. aanbod ene
partij, acceptatie andere partij (wederpartij).
,Overeenkomsten meestal vormvrij: partijen niet verplicht om hun afspraken schriftelijk vast te
leggen. mondelinge overeenkomst dus geldige overeenkomst.
Eisen aan het aanbod:
- Moet duidelijk zijn, voor partijen geldt een informatieplicht en een onderzoeksplicht.
- Aanbiedende partij moet aan wederpartij de juiste informatie geven.
- Wederpartij moet duidelijk aan aanbiedende partij laten weten wat hij wil en moet zelf zo
goed mogelijk nagaan of het klopt wat andere partij beweert.
Eisen aan de aanvaarding:
- De partij die het aanbod wil aanvaarden moet zijn wil kenbaar maken in een verklaring.
- De verklaring moet de wederpartij hebben bereikt. ontvangsttheorie: zodra de
wederpartij de mededeling heeft ontvangen, is de overeenkomst tot stand gekomen.
Wil en verklaring moeten met elkaar overeenstemmen.
Wilsgebrek: situatie waarbij de wil van iemand is beïnvloed door dwaling, bedrog, bedreiging of
misbruik van omstandigheden. gevolg hiervan is dat overeenkomst kan worden vernietigd.
3.2.3 Partijen bij een overeenkomst
Beginsel van contractvrijheid: partijen zijn vrij contracten te sluiten met wie dan ook.
Een rechtspersoon wordt vertegenwoordigd door een persoon die namens die rechtspersoon
handelt. De vertegenwoordiger zelf is geen partij bij de overeenkomst.
Bij sommige overeenkomsten zijn er meer dan 2 partijen.
Sommige personen zijn volgens de wet handelingsonbekwaam: zij mogen wel rechtshandelingen
verrichten, maar deze kan worden vernietigd.
- Bv. minderjarigen (onder 18 en niet getrouwd of dit zijn geweest).
- Of meerderjarigen die onder curatele gesteld zijn: door geestelijke stoornis, hun
verkwistende levenswijze of wegens drankmisbruik niet in staat om hun belangen behoorlijk
waar te nemen. rechter stelt curator aan die voor hen rechtshandelingen verricht.
Iemand die onder bewind valt verliest alleen beheer over zijn vermogen en krijgt een
bewindvoerder: treedt op voor zijn vermogensrechtelijker aangelegenheden. kunnen de persoon
ook toestemming geven voor rechtshandelingen die vermogen betreffen.
Een curator wordt aangesteld voor personen die geheel handelingsonbekwaam zijn, de
bewindvoerder beheert alleen het vermogen van iemand die dat zelf niet mag of kan en de mentor
behartigt alleen persoonlijke belangen.
3.2.4 Inhoud van een overeenkomst
Beginsel van contractvrijheid: partijen zelf inhoud van overeenkomst bepalen. wet heeft wel
enkele regels: de inhoud mag niet in strijd zijn met de wet of de goede zeden.
Beding: voorwaarde in een overeenkomst (‘de kleine lettertjes’).
Onredelijk bezwarend beding: beding mag niet één van de partijen van zijn wettelijke rechten
beroven of hem op andere manier te veel beperken. staan op zwarte lijst in BW. op grijze lijst
staan bedingen met vermoeden dat zij onredelijk bezwarend zijn.
,3.2.5 Geldigheid, nietigheid en vernietigbaarheid van een overeenkomst
Geldige overeenkomst:
- Als partijen handelingsbekwaam en beheersbevoegd zijn.
- Als het aanbod is aanvaard zonder dat er sprake is van wilsgebrek.
- Als de inhoud van de overeenkomst niet in strijd is met de wet of de goede zeden.
- Als er niet op tijd een beroep wordt gedaan op de vernietigbaarheid van de rechtshandeling.
Nietige overeenkomst: als inhoud overeenkomst in strijd is met de wet en de goede zeden
overeenkomst bestaat niet en heeft nooit bestaan geen rechtsgevolgen.
Vernietigbare overeenkomst: hierdoor wordt geldigheid aan rechtshandeling ontnomen.
vernietiging heeft terugwerkende kracht.
Buitengerechtelijke verklaring: schriftelijke of mondelinge verklaring van de ene contractpartij aan
de andere.
Vernietiging kan op volgende gronden plaatsvinden:
- Wilsgebrek (boek 3 BW)
- Handelingsonbekwaamheid (boek 3 BW)
- Dwaling (boek 6 BW)
- Beding op zwarte of grijze lijst (boek 6 BW)
3.2.6 Rechtsgevolgen van een overeenkomst
Overeenkomst die rechtsgeldig is gesloten, is onaantastbaar of wordt dit als de termijn waarin deze
kan worden vernietigd, ongebruikt is verstreken. overeenkomst kan dan niet meer ongedaan
worden gemaakt.
Bij en na sluiten van overeenkomst moeten partijen zich houden aan:
- Hun eigen afspraken
- De dwingende of aanvullende regels in de wet
- De eisen van redelijkheid en billijkheid (partijen mogen geen onredelijke dingen van elkaar
verlangen).
Gevolgen van overeenkomst mogen gewijzigd worden als zich na het sluiten van de overeenkomst
iets voordoet wat partijen niet hebben voorzien, waardoor het niet redelijk of billijk zou zijn om de
overeenkomst uit te voeren. (door rechter).
3.3 Niet-nakoming van de overeenkomst
Wanprestatie: toerekenbaar tekortschieten in de nakoming van een overeenkomst. schuldenaar
niet, te laat of niet voldoende aan zijn verplichtingen voldoet.
Overmacht: niet-toerekenbaar tekortschieten in de nakoming van een overeenkomst.
schuldenaar niet verantwoordelijk voor tekortkoming.
3.3.1 Mogelijkheden van de schuldeiser bij niet-nakoming door de wederpartij
(toerekenbare tekortkoming)
1. Opschorten van de eigen nakoming
- De schuldeiser mag wachten met zijn prestatie totdat de schuldenaar zijn prestatie heeft
geleverd.
, - Degene die als eerst moet presteren mag wel zijn prestatie opschorten als hij vermoedt dat
de wederpartij tekort zal schieten
- Ondanks opschorting blijft verbintenis bestaan
2. Nakoming vorderen
- = De schuldeiser heeft recht op de prestatie van de schuldenaar en kan van hem verlangen
dat hij deze levert.
- Als schuldenaar nog wel kan presteren, dan moet schuldeiser hem schriftelijk in gebreke
stellen: mededeling aan de schuldenaar dat hij niet voldoet aan zijn verplichtingen uit de
overeenkomst. niet nodig als er tijdstip was afgesproken voor prestatie en de schuldenaar
zich daar niet aan heeft gehouden al in gebreke.
- Als betaling na afgesproken tijdstip of na termijn in de ingebrekestelling uitblijft, is
schuldenaar in verzuim. staat nu vast dat hij tekort is geschoten in nakoming van
verbintenis. schuldeiser nu recht op schadevergoeding.
3. Schadevergoeding vorderen
- Dit kan meteen als nakoming niet meer mogelijk is. Of als de schuldenaar in verzuim is (en
nakoming dus nog wel mogelijk is).
- Naast nakoming kan schuldeiser ook aanvullende schadevergoeding verlangen. Deze kan
bestaan uit:
o Vertragingsschade: bedrag aan wettelijke rente dat de schuldenaar moet betalen bij
wanprestatie. bij niet-tijdige rente betaling aanspraak op maken.
o Gevolgschade: schade die de schuldeiser lijdt door het uitblijven van de prestatie.
- Als prestatie niet meer geleverd kan worden of dit geen zin meer heeft, dan heeft schuldeiser
recht op vervangende schadevergoeding. i.p.v. de prestatie een geldbedrag vorderen.
schuldeiser deelt schriftelijk aan schuldenaar mee dat hij oorspronkelijke verbintenis omzet
in nieuwe verbintenis. kan in combi met aanvullende schadevergoeding voor de
gevolgschade.
4. Ontbinding vorderen
- Als schuldenaar in verzuim is dan heeft schuldeiser recht om overeenkomst te ontbinden.
- Wanprestatie moet ernstig genoeg zijn, anders is ontbinding te zwaar middel.
- Door ontbinding zijn beide partijen bevrijd van hun verplichting. al geleverde prestaties
moeten ongedaan worden gemaakt zodat dat mogelijk en redelijk is.
- Als schuldeiser schade lijdt kan hij naast ontbinding ook aanvullende schadevergoeding
eisen.
- Ontbinding kan plaatsvinden door schriftelijke buitengerechtelijke verklaring of door
vordering in te stellen bij de rechter.
3.3.2 Niet-toerekenbare tekortkoming: overmacht
Hier kan schuldeiser zijn schuldenaar niet dwingen om alsnog te presteren ook kan er geen
schadevergoeding worden gevorderd. Enige mogelijkheid is ontbinding van de overeenkomst.
3.3.3 Speciale regels en de geschillencommissie
Er bestaan meer dan 70 speciale geschillencommissies waaraan een geschil kan worden voorgelegd.
procedure is eenvoudig, goedkoop en snel en kan zonder hulp van advocaat.
3.4 Onrechtmatige daad
Deze verbintenis bestaat uit een verplichting de schade te vergoeden.
Art. 6:162 lid 1 BW: ‘Hij die jegens een ander een onrechtmatige daad pleegt, welke hem kan worden
toegerekend, is verplicht de schade die de ander dientengevolge lijdt te vergoeden.’
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elinegoodijk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.48. You're not tied to anything after your purchase.