Anatomie en fysiologie, met MyLab NL toegangscode 6e editie
Ik heb een 9 gehaald voor dit tentamen.
Dit is een samenvatting voor de kennistoets 1 stage ouderen 65 . Het is een samenvatting uit leerjaar 2 van de van de opleiding HBO V.
Er is een samenvatting gemaakt aan de hand van de leerdoelen, gekeken naar literatuur van Saxion een voorbereidingen.
...
Hi, too bad you don't like the summary. May I ask what I can improve since you give the summary 1 star?
By: liekepierik1 • 2 year ago
By: serkanakdemir • 3 year ago
Show more reviews
Seller
Follow
manonhummelink
Reviews received
Content preview
Samenvatting VPK G&T G KT kennistoets 1 stage Ouderen 65+
Gemaakt door Manon Hummelink
Toets matrijs (48086) leerjaar 2 2020-2021
Thema Les naam Doelen
Klinisch ProActive Nursing 1 1. Aan de hand van de methodiek van Bakker inzichtelijk maken welke
Rederneren klinische problematiek er speelt bij de zorgvrager.
- 6 stappen methodiek:
- 1. Oriëntatie op situatie/klinisch beeld
- 2. Klinische probleemstelling
- 3. Aanvullend klinisch onderzoek
- 4. Klinisch beeld
- 5. Klinisch verloop
- 6. Evaluatie/Nabeschouwing.
2. Op basis van de klinische problematiek beredeneren welke zorg er nodig is.
- Stap 3 en 4, aanvullend klinisch onderzoek en klinisch beeld
3. Bij een zorgvrager het klinisch verloop op korte en lange termijn inschatten.
- Stap 5: klinisch verloop.
4. Evalueren en reflecteren op de gebeurtenissen in het zorgtraject.
- Stap 6: nabeschouwing
5. Bij de verschillende stappen van het redeneerproces bepalen welke
redeneerhulpen ingezet moeten worden bij een zorgvrager.
- Bij 1: SBAR-methode (Ample), EWS-score, Sirs-criteria.
- Bij 2: ABCDE-methode, SCEGS, Zorgthema’s.
- Bij 3: Altis-methode
- Bij 4: protocollen, wettelijk/ethisch bezwaar, behandelingscode
- Bij 5: Zorgthema’s
- Bij 6: VMS-thema’s, principlistisch model ethiek, kwaliteitsmodel
6. Bepalen welke factoren en vaardigheden een rol spelen bij het nemen van
besluiten.
- Klinische intuïtie / klinische analyse
- Kennis in de praktijk, links tussen vaardigheden en handelen of
professioneel gedrag in de praktijk.
- Continue kritisch na- en meedenken over situatie patiënt, kleine/grote
beslissingen voortvloeiende daaruit genomen moeten worden m.b.t.
bestaande en de te verwachten problematiek en zorg
- Bevorderd analytisch, associatief, probleemoplossend, abstraherend
denken en klinisch meedenken.
- Urgentie aanduiden, stop licht systeem, ABCDE, Zorgthema’s.
- Leercirkel van David Kolb: momenten bewustwording over ervaring
belangrijk
o Concrete ervaringen opdoen → observeren en reflecteren → vormen
en formuleren van abstracte begrippen → experimenteren en actief
toetsen
ProActive Nursing 2 De zelfde leerdoelen als PAN 1.
, Klinisch rederneren 1. Relevante redeneerhulpen selecteren en toepassen bij de kwetsbare oudere
bij ouderen - Zorgthema’s/orgaansystemen PAN/DSA/Toolkit kwetsbare ouderen
- Om ouderen met verhoogd risico op functieverlies/overlijden op te
sporen:
o ISAR (Identification of Senior At Risk) → ziekenhuis en
huisartspatiënten
o HARP (Hospital Admission Risk Profile) → ziekenhuis, acute fase
- Om kwetsbare ouderen op te sporen:
o Groningen frailty indicator (fysiek/psychologisch dimentsie)
o Tilburg frailty indicator (lichamelijk/psychisch/sociale
gezondheid/niet-pluis-gevoel) → thuis
o Easycare-TOS → huisarts deel 1, POH/wijkvpk. deel 2
- Ziekenhuis: Defence-zorgmodel, Easycare, InterRai
- Huisartsenpraktijk/wijk: Goud, TraZAG, Easycare, FIT, Om U
- Verpleeghuissetting: InterRai
- Redeneerhulp ICF: in beeld krijgen functioneren en
functioneringsproblemen
2. Inschatten welke screeningsinstrumenten ingezet kunnen worden om te
komen tot een passend zorgbehandelplan voor een kwetsbare oudere
- Stap 2 (screenend gedeelte) en stap 4 (diagnostisch gedeelte) van klinisch
redeneren bij ouderen
- CGA, comprehensive geratric assessment bestaat uit 5 stappen: 1.
Selecteren ouderen met verhoogde risico op functieverlies of sterfte met
screeningsinstrumenten, 2. Screenend geriatrisch assessment (CGA), 3.
Prioriteren en doelen stellen, 4. Diagnostisch GA, 5. Zorgbehandelplan
3. De verpleegkundige rol en toepassingsmogelijkheden van het
comprehensive geriatric assessment benoemen
- VPK rol bij CGA: Voorkomen cascade breakdown, door screenen, vroeg
signaleren, tijdig inzetten van preventieve interventies
- Richten op ondersteunen zelfmanagement
- VPK rol bij complexiteit ouderen: Focus op behoud functioneren in
participatie ipv. herstel. Versterk zelf- en samenredzaamheid cliënt zijn
sociale omgeving, samenspraak cliënt, resultaatgericht zijn.
- VPK rol KR: verleent zorg op basis van continu, cyclisch proces van KR →
beargumenteert beslissingen en communiceert daarover met patiënten +
collega’s, betrekt daarin morele, professionele en persoonlijke
afwegingen.
Geneeskunde Veel voorkomende 1. Analyseren wat de verschillende oorzaken van duizeligheid en wegrakingen
problematiek bij zijn bij een oudere zorgvrager
ouderen - Multimorbiditeit, co morbiditeit en polyfarmacie vergroten de kans
- Bewegingsonzekerheid/desequilibrium
- Presyncopaal gevoel (licht gevoel in hoofd)
- Aandoeningen: BPPD, neuritis vestibularis, ziekte van Menière, TIA/CVA,
cardiale afwijkingen en ritmestoornissen, bloeddrukregulatiestoornissen,
medicatie (antihypertensivia)
, 2. Uitleggen op welke wijze de interactie tussen orgaansystemen en
lichaamsfuncties het ontstaan van geriatrische syndromen beïnvloedt.
- Ouderen hebben symptoomverarming, symptoomverschuiving,
symptoomomkering, symptoomvermeerding, orgaanverandering,
verminderd reserve, verandering lichaamssamenstelling.
- Ouder worden: meer kans op krijgen chronische ziekten, grotere kans
kwetsbaarheid en beperkingen. Denk aan: orgaanverandering, ontstaan
atrofie, verminderd reserve, verminderd herstel, vetmassa neemt toe,
skeletmassa neemt af, bindweefsel neemt toe, lichaamsvocht neemt af →
gevoeligheid medicijnen veranderd.
3. In een praktijksituatie of casus herkennen met welke problemen
multimorbiditeit gepaard gaat
- Denk aan: polyfarmacie, kwetsbaarheid, cascade breakdown, complexe
zorg, loopstoornis, delier, ondervoeding, vertigo, vallen, verminderd
cognitie, incontinentie, meer symptomen, herkennen van aandoening is
lastiger (symptoomverandering) en multimorbiditeit.
Farmacologie 1. Verklaren waarom farmacotherapie bij ouderen maatwerk vereist
- Grotere kans op drug-druginteracties en drug-disseaseinteracties. Komt
door stijgen aantal geneesmiddelen (polyfarmacie), achteruitgang
lichamelijke conditie, verkeerde inname medicatie.
- Farmacokinetiek (de mate waarin geneesmiddelen door het lichaam
worden verwerkt) veranderd bij ouderen door:
o Slechte opname/verminderde klaring (snelheid waarmee stof uit
bloed wordt verwijderd)
o Achteruitgang nierfunctie
o Bewerking in lever veranderd
- Farmacodynamiek (de reactie van het lichaam op geneesmiddelen)
veranderd bij ouder worden:
o Is versterkt, minder beschikbare receptoren, gevoeligheid veranderd
of stabiliteit homeostatische systemen afgenomen
o P-glycoproteïne-efuxpomp geremd door invloed van comedatie,
minder goed functioneren op bloed-hersen-barrière → versterkt
centraal werkende geneesmiddel
o Afname lichaamswater en spierafname, toename lichaamsvet.
Halfwaardetijd verlengd → stapeling medicijnen, verhoogd
bloedspiegels.
2. In een casus stapsgewijs het geneesmiddelgebruik van een oudere
zorgvrager analyseren
- Denk aan 6-step-methodiek en STRIP-methode (6-step: farmaceutische
anamnese, farmacotherapeutische analyse, opstellen concept-
behandelplan, vaststellen farmacotherapeutisch behandelplan, follow-up-
monitoring)
- Rode vlaggenlijst
, Bloedafwijkingen 1. De kenmerken en functies van bloedcellen beschrijven, en beredeneren
welke gevolgen het hebben van een bepaalde bloedgroep heeft voor een
zorgvrager
- Erytrocyten, geen celkern (zuurstoftransport, korte levensduur 120
dagen)
- Leukocyten, wel een celkern (helpt lichaam tegen binnendringende
ziekteverwekkers en verwijderen gifstoffen, afvalproducten en
afwijkende/beschadigde cellen = afweer).
- Trombocyten, celfragmenten (stollingsproces en helpen beschadigde
bloedvaten af te sluiten)
- Bloedgroepen: A, B, AB en O (AB universele ontvanger, O universele
donor → transfusiereacties/kruisreacties/samenklonteren etc.)
2. Op basis van klachten van een zorgvrager en de uitslag van het bloedbeeld
beredeneren welke aandoening het meest waarschijnlijk is
- Denk aan anemie, hematologische maligniteit, acute en chronische
leukemie (AML, ALL, CLL, CML)
3. Een zorgvrager duidelijk uitleggen wat de meest passende therapie is voor
de afwijking van het bloedbeeld die hij/zij heeft
- Anemie: bloedtransfusie, intraveneuze ijzertoediening,
erythropoësestimulerende medicijnen, ijzerpreparaten, foliumzuur oraal,
hydroxaxobalamine intramusculair.
- Leukemie: denk aan chemotherapie in 3 fasen (inductiefase,
consolidatiefase, onderhoudsfase) of stamceltherapie
Nieren 1. Signalen van acute en chronische nierinsufficiëntie bij een zorgvrager
herkennen, en aan de hand van anatomie en fysiologie van de nier
verklaren welke processen er verstoord kunnen raken
- Acute: plotselinge oligurie, plotse stijging serumcreatine. Misselijkheid +
braken/diarree/ammoniak geurende adem/hoofdpijn
- Chronisch: urineproductie neemt geleidelijk af (abnormale nierfunctie of
structurele nierafwijking > 3 maanden), vermoeidheid/anemie/broze +
pijnlijke botten/benauwdheid + oedeem/jeuk
- Processen? EPO? RR regelen?
2. Verklaren waarom bepaalde chronische ziekten (bv hypertensie of diabetes
mellitus) kunnen leiden tot nierproblemen
- bij DM ontstaat diabetische nefropathie : ontsteking glomeruli,
filters raken beschadigd waardoor grote hoeveelheden eiwitten
(albumine) in urine komen. Ook kunnen eiwitten samenklonteren
in de glomeruli, er ontstaat littekenweefsel, nieren kunnen minder
goed hun werk doen = minder filtratie. Slechtere doorbloeding
vaten, nier minder goed doorbloed.
- bij hypertensie ontstaat hypertensieve nefropathie : hoge
bloeddruk beschadigd de vaten, zo kan er schade ontstaan aan de
bloedvaten van de nieren. Hierdoor kunnen de nieren minder goed
functioneren (atherosclerose in de nierarteriën)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller manonhummelink. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for $6.17. You're not tied to anything after your purchase.