100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Loewen (2020) Introduction to Instructed Second Language Acquisition $6.95
Add to cart

Summary

Samenvatting Loewen (2020) Introduction to Instructed Second Language Acquisition

4 reviews
 176 views  22 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samengevat: Loewen (2020) Tweede editie. Hoofdstuk 2, 3, 4, 6, 7, 8 en 11, met daarin verwerkt de informatie uit de hoorcolleges van het vak Tweede Taalontwikkeling. Succes met jullie tentamen!

Preview 3 out of 24  pages

  • No
  • Hoofdstuk 2, 3, 4, 6, 7, 8 en 11
  • October 24, 2020
  • 24
  • 2020/2021
  • Summary

4  reviews

review-writer-avatar

By: rozemarijnrop • 8 months ago

review-writer-avatar

By: mettegshopping • 1 year ago

review-writer-avatar

By: yuseyrenur • 1 year ago

review-writer-avatar

By: marijetheebe • 2 year ago

avatar-seller
Samenvatting Tweede Taalontwikkeling
Shawn Loewen: Introduction to Instructed S econd Language Acquisition



Hoofdstuk 2: The Nature of Second Language Knowledge

Belangrijke termen (ook uit hoorcollege 1):
Moedertaal: eerste geleerde taal (T1)
Doeltaal: tweede taal (T2), elke taal geleerd na de T1
Tweedetaalverwerving versus vreemdetaalverwerving: T2 leren in een omgeving waar deze taal
gesproken wordt vs. In een omgeving waar deze taal niet gesproken wordt (bijv. op school)
Interlanguage: tussentaal. Taalkennis van een taalleerder op een bepaald moment, wanneer de
leerder al wel veel taalelementen kent van de T2, maar de taal nog niet voldoende beheerst
ISLA: Instructed Second Language Acquisition



Tweede taalverwerving:
- Zorgt voor betere linguïstische kennis (morfosyntactisch en lexicale elementen van een taal)
- Zorgt voor het kunnen communiceren in een andere taal

Communicative competence: wat er nodig is om te kunnen communiceren in een T2. Hiervoor zijn
vier competenties nodig:

- Linguïstische competentie: kennis van morphosyntaxis (grammatica), lexis (alle woorden en
uitdrukkingen in een taal) en fonologie (klanken)
- Sociolinguïstische competentie: vermogen om de taal in verschillende sociale contexten te
gebruiken
- Discourse competentie: vermogen om samenhangende zinnen te produceren (schrijven en
spreken)
- Strategische competentie: vermogen van de T2-leerder om met verschillende
communicatiemoeilijkheden om te gaan. Een voorbeeld hiervan is betekenisonderhandeling,
wanneer twee gesprekspartners elkaar niet goed begrijpen en er proberen achter te komen
wat de ander bedoelt



Modellen van taalverwerking – Hoorcollege 1

1. Information processing Theory: een benadering vanuit de cognitieve psychologie.
Taalverwerking gebeurt in stappen:
o Automatische verwerking: gebeurt snel, onbewust en moeiteloos (Nederlandse T1-
sprekers herkennen gelijk wanneer ‘de’ wordt vervangen door ‘het’)
o Ontwikkelen van declaratieve en procedurele kennis.
▪ Declaratief: weten dat schakelen op een bepaalde manier werkt, weten dat
je bij verleden tijd stam+te/de gebruikt

, ▪ Procedureel: weten hoe schakelen werkt (als ik moet schakelen, dan moet ik
de koppeling…), weten hoe werkwoorden moeten worden vervoegd (als ik
de verleden tijd gebruik, dan moet ik…)
o Kennis begint in de vorm van declaratieve kennis. Na oefening ontstaat procedurele
kennis (procedurele kennis) en daarna treedt automatisering op.
2. Input processing theory: gaat over hoe leerders de taal die ze horen of lezen (input)
waarnemen en verwerken en hoe dit wordt omgezet in wat ze daadwerkelijk begrijpen
(intake). Volgens de bedenkers van deze theorie kan verbeteren van input leiden tot betere
verwerking en betere intake.
3. Processability theory: leerders kunnen alleen produceren, wat ze kunnen verwerken.
Verschillende taalelementen worden in een specifieke (hiërarchische) volgorde verwerkt ->
voor nu is deze niet heel belangrijk



Een tweede taal vanuit cognitief perspectief

Zoals bij veel andere vormen van kennis, bestaat ook de kennis over een tweede taal uit twee delen.
Het eerste deel van de kennis ligt in het declaratieve geheugen, dit noemen we de expliciete kennis.
Dit is de kennis waar de L2-leerder zich bewust van is, deze informatie kan ook bewust worden
opgehaald en kan worden uitgedrukt. Het gaat vaak om grammaticale regels van een taal.

Het tweede deel van kennis van een taal ligt in het non-declaratieve (procedurele) geheugen, de
impliciete kennis. Dit lijkt op intuïtie, het is namelijk onbewuste kennis van taal waarvan een T2-
leerder niet weet dat deze over de kennis beschikt en dit niet kan uitdrukken.
- Zoals bij moedertaalsprekers: wanneer grammatica in een zin niet correct is, kunnen
moedertaalsprekers dit vaak wel herkennen, maar ze kunnen niet uitdrukken waarom een
zin dan fout is.

Impliciete kennis komt meer voor bij een natuurlijk verworven tweede taal (immigranten) dan bij een
geïnstrueerde tweede taal (op school).

Het leren van grammatica, vocabulaire, uitspraak en pragmatiek van een taal gebeuren allemaal
deels impliciet en deels expliciet [zie witte poes, p. 23-25]. Het leren van een T2 kan daarom het
beste door het instrueren van zowel impliciete als expliciete taalkennis.



Uit hoorcollege 1:

Bij het leren van een nieuwe taal wordt het werkgeheugen gebruikt. Het werkgeheugen is echter
heel beperkt, we hebben vrij weinig aandacht. Bij automatische processen is er meer werkgeheugen
over voor andere processen.
- Voorbeeld: als grammatica van een T2 geautomatiseerd is, kan meer aandacht worden
besteed aan de uitspraak.
- Wanneer grammatica declaratieve kennis is, is er veel aandacht nodig en wordt het
werkgeheugen belast. De uitspraak is dan waarschijnlijk ook minder goed, omdat daar
minder aandacht aan kan worden besteed.

, Het verwerven van tweede taalkennis

Over het algemeen gaan wetenschappers er vanuit dat impliciete en expliciete kennis hand in hand
gaan met impliciet en expliciet leren, dus: impliciet leren leidt tot impliciete kennis en expliciet leren
tot expliciete kennis.

De traditionele kijk op het leren van een T2: in de klas focussen op de regels van een taal. Wanneer
leerders deze regels allemaal kennen, hebben ze genoeg basis om de taal goed te beheersen.
Expliciet leren leidt tot declaratieve kennis over de taal.

Voordelen van deze aanpak:
- Het is makkelijk om in een klaslokaal expliciete kennis over te brengen
- Er kan makkelijk op expliciete kennis getoetst worden
- Omdat de opgedane kennis expliciet is, heeft de leerder het gevoel iets geleerd te hebben,
omdat deze het kan uitdrukken.

Maar:

- Het makkelijk kunnen communiceren steunt op de impliciete kennis, dat moet deels
automatisch gaan zonder over alle regels van een taal na te denken. Het is niet
vanzelfsprekend dat wanneer iemand de grammaticaregels kent, diegene deze ook kan
toepassen tijdens een gesprek.
- Hierdoor vinden sommige onderzoekers dat impliciete kennis moet worden overgebracht
tijdens taallessen, maar dat is lastig.
- Impliciete kennis kost tijd, de cognitieve systemen moeten patronen leren herkennen in een
taal en het zich eigen maken.
- Bij het opdoen van impliciete kennis (zoals bij het leren van een L1) moet veel blootstelling
aan de taal komen kijken, dit ontbreekt echter vaak in instructional contexts zoals een
school.
- Met alleen het opdoen van impliciete kennis zijn leerders niet tevreden, ze kunnen niet
uitdrukken wat ze hebben geleerd en lijken daardoor minder ver vooruit te gaan.


Grootste probleem bij het leren van een L2:

Expliciete kennis is relatief makkelijk te verwerven, maar helpt niet bij een vlotte
communicatie.

Impliciete kennis is essentieel voor een vlotte communicatie, maar is tijdrovend
om te verwerven.



Dus: een combinatie van expliciet en impliciet taalonderwijs is de beste optie. De meest efficiënte
manier is om expliciete instructies te geven en dit aan te vullen met impliciete blootstelling aan de
taal.



Interface hypothese: gaat over de relatie tussen impliciete en expliciete kennis. Kan expliciete kennis
later overgaan in impliciete kennis? Of kan impliciete kennis alleen worden verworven door impliciet
leren en expliciete kennis door expliciet leren?

De hypothese bestaat uit drie posities:

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jfolkertsma. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.95. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.95  22x  sold
  • (4)
Add to cart
Added