Studiereeks burgerlijk recht 5 - Verbintenissen uit de wet en Schadevergoeding
Samenvatting voor het vak Aansprakelijkheidsrecht voor de Schakelzone Recht (via de Open Universiteit). Er is veel aandacht aan besteed en het bevat alle stof van de leereenheden (1t/m15).
Boeken Hartlief & de reader van het vak aansprakelijkheidsrecht. Succes!
Week 1
Leereenheid 1
Binnen het aansprakelijkheidsrecht staat art. 6:162 BW centraal. Is iemand op grond van art. 6:162,
eerste lid, BW jegens een ander aansprakelijk dan ontstaat een verbintenis tot schadevergoeding.
Gebruikelijk is de verbintenis te omschrijven als een vermogensrechtelijke rechtsverhouding tussen
twee of meer personen krachtens welke de een tot een prestatie verplicht is (schuldenaar), terwijl de
ander (schuldeiser) tot die prestatie is gerechtigd. Aan het bestaan van een verbintenis (tot
schadevergoeding) zijn ingrijpende consequenties verbonden. In beginsel is een verbintenis rechtens
afdwingbaar (art. 3:296 BW). Bovendien kan de schuldeiser van een verbintenis in beginsel zijn
vordering op alle goederen van zijn schuldenaar verhalen (art. 3:276 BW). Gezien de ingrijpende
rechtsgevolgen die de wet aan het bestaan van een verbintenis verbindt, is voor het ontstaan van een
verbintenis in beginsel een wettelijke basis vereist (art. 6:1 BW). De belangrijkste bron van
verbintenissen is de in de cursus overeenkomstenrecht te bespreken obligatoire overeenkomst (art.
6:213, eerste lid, BW).
Uit bovenstaand schema kunt u afleiden
dat de wet naast de
rechtshandeling/overeenkomst ook aan
andere rechtsfeiten het ontstaan van
verbintenissen verbindt. Daaronder
vallen zowel de verbintenissen uit
onrechtmatige daad als die uit
‘rechtmatige daad’ (zaakwaarneming,
onverschuldigde betaling en
ongerechtvaardigde verrijking). In de
cursus aansprakelijkheidsrecht staan
deze verbintenissen uit de wet:
onrechtmatige daad (art. 6:162 BW),
zaakwaarneming (art. 6:198 BW),
onverschuldigde betaling (art. 6:203 BW) en ongerechtvaardigde verrijking (art. 6:212 BW) centraal.
Men kan op grond van onrechtmatige daad op twee manieren aansprakelijk zijn:
A) persoonlijke aansprakelijkheid (afd. 6.3.1 BW): degene die schade heeft veroorzaakt (de dader) is
in eigen persoon aansprakelijk.
B) kwalitatieve aansprakelijkheid (afd. 6.3.2 BW): men is in een bepaalde kwaliteit/hoedanigheid
aansprakelijk voor de schade veroorzaakt door
-een persoon met wie men in een bijzondere verhouding staat, zoals ouder-kind (art. 6:169 BW) of
werkgever-werknemer (art. 6:170 BW).
-een zaak of dier ten opzichte waarvan men in een bepaalde verhouding staat, zoals bezitter-roerende
zaak (art. 6:173 BW) of bezitter-dier (art. 6:179 BW).
Nummers 1 t/m 3
1. Verbintenissen uit de wet en schadevergoeding
Dit boek gaat over verbintenissen uit de wet en schadevergoeding. In de juridische volksmond wordt
dit ook wel het aansprakelijkheidsrecht genoemd, om het te onderscheiden van het overeenkomsten-
of contractenrecht. Het begrip verbintenis moet worden onderscheiden van de bronnen waaruit zij
kunnen voortvloeien: overeenkomst en wet. Door het aangaan van een obligatoire overeenkomst
(verbintenis scheppende) overeenkomst verbindt een partij zich moedwillig door een rechtshandeling.
2. Verbintenis, rechtsplicht, vermogensrecht, nakoming
Een verbintenis is een rechtsplicht waarmee een subjectief vermogensrecht correspondeert. Op wie
door toerekenbaar onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, rust volgens art. 6:162 een verbintenis
om de schade te vergoeden (de passieve zijde van de verbintenis). Degene die door de
onrechtmatige daad is benadeeld heeft een, met de verplichting tot schadevergoeding
corresponderende, aanspraak (de actieve zijde van de verbintenis): het recht op schadevergoeding.
Dat subjectieve recht is een goed (art. 3:1) en een vermogensrecht (art. 3:6).
Zo kan men zeggen dat een ander verplicht is om zich te onthouden van het toebrengen van schade
door onrechtmatig handelen. Men noemt dit wel kale rechtsplichten, omdat er geen vermogensrecht
tegenover staat.
,Van rechtsplichten, dus niet alleen van verbintenissen uit overeenkomst of uit de wet, kan in beginsel-
binnen de grenzen van art. 3:296, nakoming worden gevorderd.
Soms rust op iemand een verplichting waarvan geen nakoming kan worden gevorderd, maar ter zake
waarvan niet-naleving andere gevolgen heeft. Een voorbeeld daarvan is de verplichting tot beperking
van schade: degene jegens wie onrechtmatig is gehandeld, is op zijn beurt verplicht om zijn schade te
beperken, anders treft hem eigen schuld (art. 6:101). Houdt hij zich niet aan deze plicht tot
schadebeperking, dan kan de aansprakelijke nakoming daarvan niet rechtstreeks afdwingen, maar
kan de aanspraak op schadevergoeding worden verminderd.
3. Plaats van verbintenissen uit de wet in de wet
In titel 6.4 zijn de overige verbintenissen uit de wet geregeld: het gaat hier om verbintenissen uit
andere bron dan uit overeenkomst en uit onrechtmatige daad (in de hiervoor beschreven ruime zin).
Art. 6:198-6:202 regelen de aansprakelijkheid uit zaakwaarneming. In art. 6:203-6:211 is de
aansprakelijkheid bij onverschuldigde betaling geregeld. En art. 6:212 kent een regeling van de
verbintenis tot schadevergoeding uit ongerechtvaardigde verrijking.
Wanprestatie levert derhalve op zichzelf geen
onrechtmatige daad op in de zin van art. 6:162
BW. Wel kan een bepaald handelen of nalaten
niet alleen een verplichting tot
schadevergoeding op grond van wanprestatie
(toerekenbare tekortkoming in de nakoming van
een verbintenis ex art. 6:74 BW) maar tevens
een onrechtmatige daad opleveren. In dat geval
is sprake van samenloop van contractuele en
wettelijke aansprakelijkheid. Met betrekking tot
samenloop van wanprestatie en onrechtmatige
daad kunnen de volgende vormen worden
onderscheiden:
A) Een handeling levert jegens de contractspartij
zowel een toerekenbare tekortkoming als een
onrechtmatige daad op. Dit zal jegens de
contractuele wederpartij slechts het geval zijn
indien de gedraging onafhankelijk van de schending van
de uit de contractuele relatie voortvloeiende verbintenis
een onrechtmatige daad oplevert (bijv.
zaaksbeschadiging).
B) Een handeling levert ten opzichte van de wederpartij een
toerekenbare tekortkoming op en jegens een derde tevens een
onrechtmatige daad.
C) Het door een derde gebruik maken of uitlokken van de
toerekenbare tekortkoming van een contractspartij kan een
onrechtmatige daad jegens de andere contractspartij
opleveren.
De vraag op welke grond de dader/schuldenaar in geval van
samenloop aansprakelijk moet worden gesteld is van belang
omdat:
• De vereisten voor aansprakelijkheid verschillen, respectievelijk een verschillende betekenis
hebben. Aansprakelijkheid op grond van het niet nakomen van een verbintenis uit
overeenkomst (art. 6:74 BW) vereist dat de niet-nakoming aan de schuldenaar kan worden
toegerekend, dat wil zeggen dat de schuldenaar geen beroep op overmacht (art. 6:75 BW)
kan doen. Aansprakelijkheid op grond van onrechtmatige daad vereist dat er geen
rechtsvaardigingsgrond voor het onrechtmatig handelen aanwezig is (art. 6:162, tweede lid,
BW).
, • De personen en criteria bij aansprakelijkheid voor zaken, dieren en producten komen bij
onrechtmatige daad en toerekenbare tekortkoming niet altijd overeen.
• Bij het vaststellen van de schade die aan de dader kan worden toegerekend, speelt de aard
van de aansprakelijkheid een rol (art. 6:98 BW).
• De stelplicht en bewijslast bij onrechtmatige daad en toerekenbare tekortkoming
(wanprestatie) kunnen verschillen. Wie stelt moet bewijzen vormt het uitgangspunt van het
bewijsrecht, zowel bij wettelijke als contractuele aansprakelijkheid (art. 150 Rv).
4. Samenloop wanprestatie en onrechtmatige daad
Zoals hiervoor werd vermeld, moet in de systematiek van de wet onderscheid worden gemaakt tussen
verbintenissen uit overeenkomst en verbintenissen uit de wet. Het is hier een kwestie van goed kijken,
want overeenkomsten kunnen op verschillende wijzen een bron vormen van verbintenissen. In de
eerste plaats kan de overeenkomst zelf een verbintenis in het leven roepen. Men spreekt dan wel van
primaire verplichtingen uit overeenkomst. In de tweede plaats verplicht niet-nakoming van een
dergelijke primaire verplichting volgens art. 6:74 BW onder omstandigheden tot schadevergoeding.
Deze laatste verplichting is, hoewel zij wortelt in de overeenkomst, een verbintenis uit de wet.
Schiet iemand tekort in de nakoming van een verbintenis uit overeenkomst, dan zou men dat op
zichzelf ook kunnen aanmerken als een onrechtmatige daad.
Zijn meer rechtsregels tegelijkertijd toepasbaar op eenzelfde gebeurtenis, dan spreekt men van
samenloop. Uitgangspunt bij samenloop van meer op zichzelf toepasselijke rechtsgronden is dat zij
cumulatief van toepassing zijn en dat, indien die rechtsgronden tot verschillende rechtsgevolgen
leiden die niet tegelijkertijd kunnen intreden, de eiser daaruit naar eigen inzicht een keuze mag
maken. Dit uitgangspunt lijdt slechts uitzondering indien de wet dat voorschrijft of onvermijdelijk
meebrengt.
Nu de wet een afzonderlijke regeling kent voor de niet-nakoming van verbintenissen, dient deze
regeling telkens te worden toegepast wanneer een feitencomplex kan worden aangemerkt als
tekortkoming in de nakoming van een verbintenis. Kan een feitencomplex ook los van de contractuele
verhouding als onrechtmatige daad worden aangemerkt, dan kan de benadeelde zijn vordering tevens
op art. 6:162 baseren.
Ten slotte zij men erop bedacht dat op grond van onrechtmatige daad een verbintenis tot
schadevergoeding ontstaat (6:162) en dat de niet-nakoming van die verbintenis ook wordt beheerst
door de regeling inzake tekortschieten in de nakoming van verbintenissen (art. 6:74 e.v.). Zo is
degene die nalaat een verbintenis tot schadevergoeding uit onrechtmatige daad na te komen tevens
aansprakelijk voor de schade die de schuldeiser door die niet-nakoming lijdt.
§2 Grondslag van de wettelijke aansprakelijkheid
De grondslag voor de aansprakelijkheid verschuift derhalve steeds meer naar een belangenafweging:
bij wie dient de schade maatschappelijk gezien het meest rechtvaardig/adequaat te worden
neergelegd.
5. Rechtvaardiging voor het ontstaan van verbintenissen
Verbintenissen kunnen slechts ontstaan, indien dit uit de wet voortvloeit (art. 6:1). Daarmee heeft de
wetgever gekozen voor een gesloten stelsel van bronnen van verbintenissen. Dat betekent dat
bronnen van verbintenissen uit de wet met zoveel woorden in de wet kunnen zijn genoemd (denk
bijvoorbeeld aan 6:213).
Ontstaan verbintenissen door een rechtshandeling, dan wordt het bestaan ervan gerechtvaardigd
doordat partijen dat rechtsgevolg hebben beoogd en gewild (art. 3:33 e.v.). In geval van
onrechtmatige daad ligt de rechtvaardiging voor het bestaan van een verbintenis tot
schadevergoeding eigenlijk in de verplichting om een ander niet onrechtmatig te benadelen. Doet
iemand dat toch, dan treft hem een verwijt (schuld), en dient hij de daardoor ontstane schade te
vergoeden.
6. Vertrekpunt: ieder draagt zijn eigen schade…
Het buitencontractuele aansprakelijkheidsrecht kent als uitgangspunt dat ieder zijn eigen schade
draagt. Dat betekent dat men in beginsel zelf de lasten draagt van alle mogelijke onheil, zoals ziekte,
weersomstandigheden, maar bijvoorbeeld ook een terroristische aanslag, of eenvoudigweg
concurrentie.
, Op het vertrekpunt dat ieder zijn eigen schade draagt biedt het buitencontractuele
aansprakelijkheidsrecht belangrijke uitzonderingen. Wanneer iemand anders op grond van een
verbintenis uit de wet verantwoordelijk kan worden gehouden voor het ontstaan van schade, kan die
schade op hem worden afgewenteld.
7. Doelen van het aansprakelijkheidsrecht
Onder aansprakelijkheidsrecht pleegt te worden verstaan het civiele recht dat aanspraken op
schadevergoeding regelt. Men kan daarbij – als gezegd – onderscheiden tussen enerzijds
aansprakelijkheid uit contract (contractuele aansprakelijkheid), waarbij men het oog heeft op
aanspraken tot nakoming van een verbintenis en aanspraken wegens tekortschieten in contractuele
verplichtingen (art. 6:74 e.v.) en anderzijds aansprakelijkheid uit de wet (buitencontractuele, wettelijke
of delictuele aansprakelijkheid), waarbij men het oog heeft op onrechtmatige daad (art. 6:162 e.v.) en
kwalitatieve aansprakelijkheden (art. 6:169 e.v.).
Aansprakelijkheidsrecht is evenwel doorgaans gebaseerd op gedrag (doen of nalaten), of op een
toestand die in zekere zin het resultaat is van bepaald gedrag (kwalitatieve aansprakelijkheden). Dat
betekent dat men aansprakelijkheidsrecht ook kan benaderen als gedragsrecht: het bepaalt welk
gedrag wel of niet geoorloofd is en verbindt aan dergelijk gedrag gevolgen.
8. Onderscheid en samenhang met strafrecht
Het civielrechtelijke aansprakelijkheidsrecht regelt de privaatrechtelijke reactie op onrechtmatig
gedrag – en breder: op schade toebrengende gebeurtenissen waarvoor kwalitatieve aansprakelijkheid
bestaat – op initiatief van de benadeelde burger. De aansprakelijkheid strekt ertoe de benadeelde te
brengen in de situatie waarin deze zonder schadetoebrengende gebeurtenis zou hebben verkeerd.
Het strafrecht regelt de publiekrechtelijke reactie op de wet strafbaar gesteld gedrag op initiatief van
het openbaar ministerie. De strafrechtelijke reacties hebben tot doel om de dader te bestraffen
(vergelding van begaan onrecht) en om dergelijk gedrag bij de dader en bij anderen in de toekomst te
voorkomen (specifieke en generale preventie).
De rechtsgebieden verschillen op een aantal fundamentele punten: aansprakelijkheidsrecht is
privaatrecht, strafrecht is publiekrecht; het onrecht waarop wordt gereageerd wordt in het
aansprakelijkheidsrecht (zeer) ruim opgevat en is in het strafrecht beperkt tot in de wet omschreven
specifieke verboden gedragingen; de reactie vindt op initiatief van de burger dan wel van de overheid
plaats; aansprakelijkheidsrecht strekt tot compensatie, strafrecht tot vergelding en waar mogelijk
preventie.
§3 Verzekering en aansprakelijkheid
In het aansprakelijkheidsrecht speelt verzekering een grote rol. Hierbij moet onderscheid worden
gemaakt tussen:
• De aansprakelijkheidsverzekering, een verzekering voor eigen aansprakelijkheid voor schade,
een verzekering derhalve aan de kant van de aansprakelijke partij, bijvoorbeeld de
verzekering voor wettelijke aansprakelijkheid motorvoertuigen (WAM).
• De schadeverzekering. Dit kan zijn een verzekering voor schade aan eigen persoon,
bijvoorbeeld een ziektekostenverzekering, of schade aan een zaak, bijvoorbeeld een
inboedelverzekering of brandverzekering. Het gaat hier om een verzekering aan de zijde van
de benadeelde.
In het kader van het verzekeringsrecht kunnen drie soorten verzekeraars worden onderscheiden:
A) de schadeverzekeraar, bijvoorbeeld een ziektekostenverzekeraar.
B) de sommenverzekeraar, bijvoorbeeld een ongevallenverzekeraar of levensverzekeraar.
C) de sociale verzekeraars: het gaat hierbij zowel om werknemersverzekeringen, bijvoorbeeld de WIA,
als volksverzekeringen zoals de ANW.
De verzekeraar die de schade van de verzekerde betaalt kan veelal verhaal uitoefenen op de
aansprakelijke persoon. Verhaal is mogelijk:
A) op grond van de wet, ook wel regres genoemd
B) op grond van een overeenkomst.
Ad a Regres/wettelijk verhaal is mogelijk op grond van:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller liselore94. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.51. You're not tied to anything after your purchase.