Dit is mijn samenvatting van het vak strafrecht dat ik als eerstejaars heb gevolgd. Het is een combinatie van het boek: grondtrekken van het Nederlandse strafrecht en voor HSLeiden studenten de kennisclips. Ik heb alle wetsartikelen gemarkeerd, omdat deze enorm belangrijk zijn om te kennen tijdens ...
Verdachte
1- Wanneer kan iemand als verdachte worden aangemerkt?
Art. 27 SV lid 1 -> materieel criterium
Arresten ‘Hollende kleurling’ ze hadden de verdachte niet als
verdachte mogen aanhouden, omdat hij al rende voor hij de politie
zag en ‘Stormsteeg’ hier mochten ze de verdachte wel aanhouden,
omdat hij begon te rennen toen hij de politie zag.
Vereisten:
- Redelijk vermoeden van schuld
- Op grond van objectiveerbare feiten
- Aan een concreet strafbaar feit
(Art. 27 lid 2 Sv) -> formeel criterium
Degene tegen wie de vervolging is gerecht
2- Welke rechten heeft een verdachte
- Recht op rechtsbijstand (28 Sv)
Recht op een advocaat titel 3 boek 1 Sv
Ongestoord contact van advocaat met verdachte (50 Sv)
Telkens als de verdachte hierom verzoekt
- Zwijgrecht (29 Sv)
Niet verplicht vragen te beantwoorden
‘Nemo tenetur’ verdachte hoeft niet mee te werken aan zijn eigen
veroordeling.
Lid 2 cautie:
Je moet worden gewezen op je zwijgrecht
(Art 29. Lid 2 Sv) – cautie
U bent niet tot antwoorden verplicht
- Recht op inzage processtukken (30 Sv)
Alle processtukken van de zaak
Mogelijkheid tot beperking (30 lid 3 Sv)
Bezwaar mogelijk (30 lid 4 Sv)
Vertaling (32a Sv)
Na uitreiking dagvaarding (33 Sv)
Legaliteitsbeginsel
Geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan
voorafgaande wettelijke strafbepaling (Art. 1 Sr)
- De wet moet duidelijk/helder zijn
Dus niet ‘hij die zich vervelend gedraagt, wordt gestraft’
- Verbod op terugwerkende kracht
Men moet gedrag op de strafbepaling kunnen aanpassen
, Vierlagenmodel
Wanneer ben je strafbaar?
1. Menselijke gedraging (of nalaten)
2. Handelen valt binnen de grenzen van een wettelijke
delictsomschrijving
3. Gedraging die wederrechtelijk is – in strijd met de wet
4. Aan schuld te wijten
Vierlagen model:
1. MG
2. Do bestanddeel
3. W element
4. V element
Bestanddelen: MOETEN WORDEN BEWEZEN -> ZO NIET VRIJSPRAAK
Opzettelijk
Een ander
Van het leven beroven
Elementen:
Wederrechtelijkheid
Schuld
Schuld als bestanddeel (‘culpa’)
- Betekent onvoorzichtig, nalatig, gebrek aan voorzorg
- Criterium = ‘verwijtbare aanmerkelijke onvoorzichtigheid’ er
worden wel eisen aan gesteld, of je nou echt schuld hebt.
- Stap twee van het vierlagenmodel
Culpa:
Aanmerkelijke mate van verwijtbare onvoorzichtigheid
Dit omvat zowel de wederrechtelijkheid, als de verwijtbaarheid.
Verwijtbaarheid omdat de dader wordt verweten dat hij niet
zorgvuldiger/voorzichtiger heeft gehandeld. Wederrechtelijk omdat in
strijd wordt gehandeld met de wettelijke en/of maatschappelijke regels
betreffende de zorgvuldigheid.
Strafbare poging
1. Wanneer is er sprake van een strafbare poging?
Art. 45 lid 1 Sr
Vereisten:
1. Misdrijf
2. Voornemen van de dader
3. Begin van uitvoering
, Absoluut ondeugdelijke poging
Poging die nooit zal lukken -> die niet strafbaar is
- Iemand proberen te vergiftigen met thee.
- Wanneer je iemand probeert te doden die al overleden is.
Relatief ondeugdelijke poging
Normaal zou dit wel lukken, maar door omstandigheden gebeurt dit
niet -> wel strafbaar.
- Beroven van een lege kluis, vergiftigen met een te lage
concentratie gif.
Cito-arrest: ‘een gedraging geldt alleen als een begin van uitvoering
van het misdrijf als zij naar uiterlijke verschijningsvormen geacht
moet worden te zijn gericht op voltooiing van het misdrijf’.
Cito-arrest= wel een poging
Grenswisselkantoor-arrest= geen poging
Videodozen-arrest= wel een poging
Poging tot strafbaar feit
Strafmaximum met 1/3 verminderd
Vrijwillige terugtred
1. Niet voltooiing is het gevolg van omstandigheden die enkel van
de wil van de verdachte afhankelijk zijn.
2. Delict is nog niet voltooid.
Strafbare voorbereiding
Wanneer is er sprake van een strafbare voorbereiding?
1. Misdrijf
2. Waarop 8 jaar of meer staat
3. Voorbereidingsmiddelen (zie art. 46 lid 1 Sr)
4. Intentie met voorbereider
Strafmaximum met 1/5 verminderd
Deelnemingsvormen
1. Welke deelnemingsvormen ken je?
- Daders
Art. 47 Sr
Plegers
Medeplegers
Doen plegers
Uitlokkers
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller EHSL. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.96. You're not tied to anything after your purchase.