100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting 'Macro-economische ontwikkelingen en bedrijfsomgeving' $6.44
Add to cart

Summary

Samenvatting 'Macro-economische ontwikkelingen en bedrijfsomgeving'

1 review
 214 views  10 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Uitgebreide samenvatting van algemene economie. Hierin komt aan bod: welvaart en welzijn, toegevoegde waarde, productiefactoren, vraag- en aanbodzijde van de economie, investeringen, inkomensverdeling, collectieve sector, inflatie, conjunctuurverloop, sectoren en bedrijfstakken en structuur van de ...

[Show more]

Preview 3 out of 23  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1t/m6, hoofdstuk8
  • October 26, 2020
  • 23
  • 2020/2021
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: Huidtherapiestudent3 • 4 year ago

avatar-seller
Economie > wetenschap die zich bezighoudt met het streven naar welvaart

Welvaart > de mate waarin je (met goederen en diensten) in je behoeften kunt
voorzien. De behoeften zijn oneindig, maar de middelen zijn beperkt (alternatief
aanwendbaar/schaars).

Economisch handelen > het streven naar maximale welvaart met behulp van schaarse
middelen bijv. een onderneming koopt producten in, maakt daarmee andere producten
en verkoopt ze weer.

Economische wetenschap > bestudeert economisch handelen op het niveau van
landen, ondernemingen en individuen. Daarin kun je onderscheidt maken tussen:
- Meso- en micro-economie > bestuderen de kenmerken van markten en
bedrijfstakken waarmee ondernemingen te maken hebben, vraag en aanbod van
goederen en veranderingen die plaatsvinden in vraag en aanbod als prijzen
veranderen.
- Macro-economie > geeft een beschrijving van allerlei verschijnselen voor een heel
land, totale consumptie, investeringen van alle bedrijven, import en export.
- Monetaire economie > houdt zich bezig met geld en de rol van banken in de
economie, omvang van kredietverlening, hoogte van de rente.
- Internationale economische betrekkingen (IEB) > bestudeert de buitenlandse
handel van landen, internationale kapitaalstromen en de monetaire betrekkingen
tussen landen.

Bedrijfsomgeving > alle ontwikkelingen in de omgeving van een onderneming die
invloed hebben op de resultaten van een bedrijf.
- Macro-omgeving > ruime omgeving van een onderneming, deze bestaat uit
conjuncturele ontwikkelingen, ontwikkeling van wisselkoersen, prijzen van
belangrijke grondstoffen en demografische ontwikkelingen. Op deze
ontwikkelingen kan een organisatie geen invloed uitoefenen, maar ze zijn wel van
grote invloed op de organisatie zelf.
- Indirecte omgeving > bestaat uit werknemers- en werkgeversorganisaties,
overheid en culturele omgevingsfactoren (media, publieke opinie). De
onderneming heeft geringe invloed op de indirecte omgeving, maar de invloed
van de indirecte omgeving op de onderneming kan wel heel groot zijn.
- Directe omgeving > bestaat uit verschillende schakels uit de bedrijfskolom zoals
leveranciers, distributieschakels en de uiteindelijke afnemers. Ondernemers staan
voortdurend in contact met deze partijen en ze verzamelen gegevens om een zo
gunstig mogelijke prijs-kwaliteitverhouding te kunnen realiseren.

,Welzijn > het welzijn en de geluk beleving van mensen in een samenleving. Voor een
gelukkig leven is alleen materiele behoeftebevrediging niet voldoende. Het geluk van
mensen hangt ook af van immateriële behoeften zoals onderwijs en een gezond leven.

Human development index (HDI) > maatstaf om het welzijn van de bevolking te
meten. De HDI loopt van 0 (minimaal welzijn) tot 1 (maximaal welzijn). De HDI is
samengesteld uit:
- Een lang en gezond leven > levensverwachting bij geboorte
- Kennis > door deelname aan het lager, voortgezet en hoger onderwijs
- Redelijke levensstandaard > inkomen per hoofd van de bevolking

Arbeidsproductiviteit > productie per werknemer per jaar.




Inkomensverdeling > (wie verdient wat) heeft invloed op de hoogte van de welvaart.
Mensen die veel bijdragen aan de productie (hoge arbeidsproductiviteit), willen ook veel
verdienen. Wanneer het inkomen niet gelijk staat met de arbeidsproductiviteit (bij een
gelijke inkomensverdeling), gaan veel productieve vermogens verloren, anderzijds kan
een ongelijke inkomensverdeling ook leiden tot productiviteitsverlies.

GINI-coëfficiënt > maatstaf om de ongelijkheid in de inkomensverdeling te meten, bij
een waarde van 0 heeft iedereen hetzelfde inkomen en bij een waarde van 100 heeft een
persoon alle het inkomen bezit en dat de rest van de bevolking geen inkomen heeft.

Potentiële beroepsbevolking > mensen tussen de 15 en 65 jaar.

Beroepsbevolking > mensen tussen de 15 en 65 jaar die werken óf werk zoeken.

Participatiegraad > deel van beroepsbevolking dat deelneemt aan het arbeidsproces.

Netto participatiegraad = werkenden : potentiële beroepsbevolking

Werkgelegenheid in arbeidsjaren > brengt tot uitdrukking hoeveel volledige banen er
zijn. Er werken meer personen, dan dat er arbeidsjaren zijn, omdat er veel
parttimefuncties bestaan.

Deeltijdfactor > hoe groot het deel van een baan is dat een werkende bezet

Deeltijdfactor = aantal banen : aantal werkenden

Werkloosheid op lange termijn > werknemers die langer dan één jaar werkloos zijn.

Arbeidskosten per eenheid product = loonsom per werknemer : arbeidsproductiviteit

Procentuele verandering arbeidskosten per eenheid product = procentuele
verandering loonsom per werknemer - procentuele verandering arbeidsproductiviteit
Loonkosten per werknemer = brutoloon + sociale lasten

, Totale loonsom = loonsom per werknemer * aantal werknemers

Relatieve verandering totale loonsom = relatieve verandering loonsom per
werknemer + relatieve verandering aantal werknemers

Oorzaken van toename van loonsom:
- Toename van het loon van werknemer
- Toename van de vraag naar arbeid (meer mensen in dienst)




Loonkosten per eenheid product = loonkosten per werknemer : arbeidsproductiviteit
per werknemer

Relatieve verandering loonkosten per eenheid product = relatieve verandering
loonkosten per werknemer - relatieve verandering arbeidsproductiviteit

Loonruimte = prijscompensatie + arbeidsproductiviteitsstijging

Wig/werkgevers- en werknemerspremies = loonkosten – nettoloon

Arbeidsinkomensquote (AIQ) > het aandeel van de loonkosten in de toegevoegde
waarde.
= totale loonsom : netto binnenlands product

Procentuele verandering arbeidsinkomensquote = procentuele verandering loon
per werknemer – procentuele verandering van de prijzen van de toegevoegde waarde –
procentuele verandering van de arbeidsproductiviteit

Absolute getallen > cijfers

Relatieve getallen > procentuele veranderingen (toe- of afname)

Nominale stijging > waardestijging van een variabele

Bruto binnenlands product = aantal werknemers * arbeidsproductiviteit

Relatieve groei BBP = relatieve groei aantal werknemers + relatieve groei
arbeidsproductiviteit

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vb12. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.44. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.44  10x  sold
  • (1)
Add to cart
Added