Deze samenvatting bestaat uit hoofdstuk 1, 2 en 3 uit Interactiewijzer van Rob Verstegen en Henny Lodewijks. Dit is alles uit dit boek dat geleerd moet worden voor voor de kennistoets pedagogisch klimaat (HAN Pedagogiek, leerjaar 2 semester 1).
Interactiewijzer – Rob Verstegen en Henny Lodewijks
Hoofdstuk 1 De interactionele theorie
1.1 Inleiding
Praten over gedragsproblemen bij kinderen roept in professionele opvoedingssituaties vaak
spraakverwarring op. Hier zijn een aantal redenen voor:
- Het ontbreken van een helder begrippenkader dat iedereen zou kunnen hanteren en
dat men zich gemakkelijk eigen kan maken voor het omschrijven van problemen.
- Er zijn verschillende ‘geloven’ te vinden voor zowel verklaring als oplossing van
problemen met kinderen.
Er ligt een lijn tussen opvattingen die het gedrag vooral bespreken als eigenschap, een
karaktertrek van het kind en aan de andere kant opvattingen die het gedrag verklaren vanuit
de omgeving waarin het kind leeft.
Er zijn twee verschillende theorieën over het gedrag van kinderen:
1. De trekkentheorieën = gaan uit van problemen van het individu, die voor het
grootste deel biologisch zijn te verklaren.
2. De leertheorieën = leggen de nadruk op omgevingsvariabelen
1.2 Het model van Leary
Leary geeft een overzicht van de verschillende manieren waarop mensen zich tot elkaar
verhouden. Persoonlijke kenmerken worden beschreven in termen van interactioneel
gedrag. Hij zegt dat eigenschappen van mensen hoofdzakelijk gevormd worden in de
interactie tussen mensen. Van belang daarbij is dat de mens voor zijn veiligheid en voor zijn
kansen om te overleven is aangewezen op anderen mensen en daarmee op zijn
interpersoonlijke omgangsstijlen.
Leary benadrukt hierbij de wederkerige beïnvloeding. Iemand seint een boodschap uit en
beïnvloedt daarmee een ander en tegelijkertijd wordt hij weer beïnvloed door de boodschap
die een ander uitzendt.
Interactioneel gedrag heeft volgens Leary een overlevingsfunctie. De drijvende kracht achter
interpersoonlijk gedrag is de vermindering van angst en dan vooral van verlatings- en
vernietigingsangsten.
Mensen proberen de aard van hun relaties met anderen zo te beïnvloeden dat ze bepaalde
gedragingen niet hoeven te vertonen. Ze vermijden daarbij zo veel mogelijk
interactiesituaties waarin ze zich onzeker of onveilig voelen. Door dit vermijdingsgedrag
wordt het interactierepertoire (=geheel van interacties) ingeperkt en kunnen zich door
gewoontevorming karakteristieke interactiestijlen ontwikkelen.
, De vroege ontwikkelingsgeschiedenis van mensen met een vermijdende omgangsstijl is
onderzocht. Ouderlijke verwerping (=afwijzing) en verwaarlozing en daarnaast het
belachelijk maken en vernedering door leeftijdsgenoten blijken in deze
ontwikkelingsgeschiedenis een belangrijke rol te spelen.
Daarnaast zijn er ook gedragspatronen die leiden dat kinderen in de basisschoolleeftijd
langdurig worden gepest door leeftijdsgenoten. Er zijn verbanden tussen het ontstaan van
chronisch gepest worden en onderdanig sociaal gedrag.
Kinderen nemen dus een bepaalde rol aan waardoor ze met hun gedragsstijl het idee waar
maken (interactioneel gedrag).
Sommige kinderen hebben weinig gedragsalternatieven tot hun beschikking waardoor ze
hun omgeving als het ware dwingen om op een bepaalde manier op hun te reageren. Dit
wordt bevelsaspect van de communicatie genoemd. De uitgelokt reactie uit de omgeving
zorgt dat het gedrag van het kind in stand wordt gehouden.
Voorbeeld:
Een meisje stelt zich teruggetrokken op en mijdt andere kinderen zo veel mogelijk. Daarmee
moedigt ze haar omgeving aan zich niet met haar bezig te houden. Het bevelsaspect van
haar gedrag is bijv. ‘laat mij maar’. Dit gebeurt dan ook. Maar juist omdat ze dan met rust
wordt gelaten, krijgt ze het idee dat ze niet de moeite waard is en versterkt dat weer haar
teruggetrokken opstelling.
Leary hanteert in zijn model een dominantiedimensie en een affiliatie-dimensie.
1. Dominantiedimensie = het machtsaspect in een relatie kan hiermee worden
aangegeven.
2. Affiliatie-dimensie = het nabijheidsaspect in een relatie kan hiermee worden
aangegeven.
Mensen zijn steeds met elkaar ‘in onderhandeling’ over hoeveel controle ze over elkaar
willen uitoefenen (het machtsaspect) en hoe vriendelijke of vijandig ze tegenover elkaar
willen staan (het nabijheidsaspect).
In het model staan de twee dimensies loodrecht op elkaar en kunnen de assen worden
benoemd in termen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller samenvattingenpedagogiek. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.79. You're not tied to anything after your purchase.