Klinische chemie samenvatting jaar 2
12-02-2020 (les 1)
● Organische chemie = koolstofchemie
● Klinische chemie = biochemie bij de patiënt
● Biochemische testen
○ Kan een ziekte opsporen
○ De metabole verandering is het gevolg van een ziekte
○ Diagnose → prognose → monitoring → screening
○ Variabelen
■ Leeftijd, geslacht, zwangerschap, beweging, stress
■ Biologische- en analytische variatie
■ Hormonen: vrouwen → oestrogeen, LH en oxytocine →
mannen → testosteron
● Geen vuist bij het bloedprikken → K+ verhoogd
● Wanneer K+ te hoog is, kan dit ook komen door EDTA
● KF → stopt glucoseverbruik, want erythrocyten verbruiken ook glucose →
handig voor glucose meting
14-02-2020 (les 2)
● Bloedbuizen
○ Blauw: citraat → bezinking + bloedstolling
○ Geel: serum (3,5 mL) → antistoffen en eiwitten
○ Rood: serum (5 mL) → antistoffen en eiwitten
○ Licht groen/ aqua → heparine
○ Donkergroen → heparine
○ Paars → EDTA
○ Grijs → natriumfluoride
● Biologische variatie
○ Vrouwelijke hormonen: FSH, LH, oestrogenen en progesteron
○ Mannen en vrouwen zijn anders qua hormoon processen
○ Veranderlijke waardes die niet te beïnvloeden zijn: leeftijd
○ Grafieken goed beschrijven, voordat je een conclusie trekt
○ Bij osteoporose wordt gekeken naar de alkalische fosfatase (AP)
○ Wel veranderlijke waardes: leeftijd, alcoholgebruik, maaltijden en immobiliteit
○ Verstoring in vetstofwisseling: enzymen en receptoren
○ Gamma- Gt→ gemeten bij alcoholisten
● Nieuwe test
○ Sensitiviteit: true positieve= alle zieken
○ Specificiteit: negatieve uitslagen= niet ziek
○ Analytische
■ Sensitiviteit= kleine concentratie meten/ gevoeligheid
■ Specificiteit= meet hij alleen de marker/ metaboliet
○ Klinische
■ Sensitiviteit= true positive
1
, ■ Specificiteit= cliënt
○ Veel kankercellen gaan terug naar de foetale status
■ Biomarker voor foetale enzymen/ receptoren
○ De ideale analytische methode
■ Accuraat= juiste waardes
■ Precies= waardes dichtbij elkaar
■ Sensitief= gevoelig, meet geringe hoeveelheden
■ Specifiek= meet alleen de juiste stof
● ROC curve
○ Receiving operating characteristics
○ Vergelijking specificiteit en sensitiviteit van meerdere tests
○ Bij screening moet sensitiviteit voorrang krijgen
24-02-2020 (les 3)
● Colonkanker
○ Opsporen met endoscopie en afname van een biopt
○ FOB (Fecal Occult Blood) test: screentest als alternatief voor
endoscopie, vanaf 55 jaar → resultaat wordt vergeleken met
resultaat endoscopie van 203 proefpersonen
■ Gouden standaard (y) wordt uitgezet tegen de nieuwe test (x)
○ Sensitiviteit: aantal zieke mensen
○ Specificiteit: aantal gezonde mensen
○ Fout positief en fout negatief (false positive or false negative) →
PPV en NPV → efficiëntie is het percentage positieven
○ Sensitiviteit= true positive/ alle zieken (true positive+false
negative) → in percentages
○ Specificiteit= true negative/ alle gezonde mensen (true negative + false
positive)
○ Positive predictive value (PPV): TP/ (TP+FP) * 100%
○ Negative predictive value (NPV): TN/ (TN+FN) * 100%
○ Efficiëntie: ((TP+TN)/total number of tests) * 100%
● Nierfalen
○ Het meten van de nierfunctie wordt gedaan aan de hand van de inuline
clearance of de creatinine clearance
■ Gouden standaard is de inuline
■ Clearance: 80-160 mL/min, iemand met nierfalen zit hieronder, hoger
clearance kan komen doordat iemand veel drinkt (geen nierfalen)
○ Plasma creatinine in micromol/L → 50-100
■ Dit is sneller dan 24- uurs urine meten
● Prevalentie: het aantal ziektegevallen
● Incidentie: het aantal nieuwe gevallen over een bepaalde tijdsperiode
● Nieren
○ Functies
■ Regelt elektrolyten en volume (zuivering, filtratie, etc.)
■ H+
■ Afval
■ Hormonen (aciteve vitamine D productie)
2
, 25-02-2020 (les 4)
● RAAS (renine- angiotensine systeem)
○ Renine, angiotensine, aldosteron
○ Renine wordt geproduceerd in de nier → het is een enzym (eiwit)
een protease
○ Hormoon is een signaalstof
○ Angiotensine leidt tot druk in de bloedvaten (vasoconstrictie),
angiotensine II leidt tot de vorming van angiotensine III → peptide
○ Angiotensinogeen is een eiwit, het is een precursor (functie) van
angiotensine, geen staat voor genesis (het begin)
○ Angiotensinogeen wordt voor een klein gedeelte geknipt door renine, 95%
van angiotensinogeen gaat daarbij verloren
○ ACE (protease) knipt AT1 en vormt AT2 (hormoon) → veel
receptoren voor AT2
■ Effecten: productie aldosteron door bijnieren, vasoconstrictie en
productie van vasopressine/ ADH
■ Receptor: gaat 7 keer door het celmembraan (N- terminus buiten de
cel en C- terminus in de cel)
■ De receptor voor AT2 is de AT1 receptor
○ Hormonen worden aangegeven met Romeinse cijfers
○ De receptor voor AT1 zit in de cortex, aangezien hier aldosteron
wordt gevormd → in de cortex worden corticosteroïden
geproduceerd
■ Aldosteron en cortisol
■ De basis voor deze hormonen is cholesterol
○ De receptor voor renine zit in de distale tubulus, bij de verzamelbuis
→ a.d.h.v. de bloeddruk
○ ACE- remmers worden gebruikt om angiotensine converting enzyme te
remmen om AT1 in AT2 om te zetten
○ Ook AT1 receptor antagonist, minder bijwerkingen dan ACE- remmers
● Glomerular filtration rate (GFR)
○ Snelheid waarmee de vloeistof wordt gefilterd
○ In mL/min
○ Er wordt gekeken naar de clearance van een bepaalde stof
■ Optimale marker: geen secretie, resorptie of metabolisme in de tubuli,
complete filtratie uit bloed in de nieren
○ Vaak gebruikt: inuline (moet geïnjecteerd worden), creatinine (nadeel: ook
secretie in de tubuli), 51Cr- EDTA (geïnjecteerd worden), cystatine C (oraal
innemen, goed alternatief)
■ 51Cr-EDTA: goede graadmeter, geeft helder resultaat
○ Indicatie voor bepalen: afwijkende nierfunctie, berekening dosis bepalen
geneesmiddelen, nierdonoren
○ Clearance=( [creatinine] urine * urine volume) / ([creatinine] plasma *
verzameltijd)
○ Referentiewaarden: 80-160 ml/min
● Renale tubulaire functie
○ Proximale tubuli
■ Glucosurie
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller cheyenne_. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.03. You're not tied to anything after your purchase.