100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting sociale psychologie, jaar 2, periode 3 $5.42   Add to cart

Summary

samenvatting sociale psychologie, jaar 2, periode 3

 9 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

samenvatting psychologie, jaar 2, periode 3. inclusief lesdoelen

Preview 3 out of 23  pages

  • October 27, 2020
  • 23
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Periode 3, jaar 2


Samenvatting Sociale Psychologie

Hoorcollege 1

Waarom gaan mensen sociale contacten en relaties aan met anderen?
Wat zijn de voordelen van het geven en ontvangen van sociale steun?

Sociale contacten
Sociale contacten en relaties zorgen voor:
- Minder eenzaamheid
- Minder depressie
• Minder grote kans om eerder te overlijden
- Minder grote kans om opgenomen te worden in psychiatrische inrichting
- Minder grote kans op oplopen van hart- en vaatziekten
- Buffer tegen stress

Evolutionaire psychologie
Sociale contacten dragen bij aan overleven van de menselijke soort, omdat:
1. De contacten zorgen voor sociale steun
2. De contacten maken samenwerking mogelijk
3. De contacten maken voortplanting mogelijk

1. Sociale steun
 Sociale steun is een buffer voor minder stress

Vier vormen van sociale steun
1. Emotionele steun  er voor elkaar zijn op emotioneel gebied. Dat de ander je
begrijpt. Het gevoel geven dat je er niet alleen voor staat.
2. Informationele steun  elkaar informatie/adviezen geven
3. Instrumentele steun  praktische steun, door te handelen help je elkaar.
4. Waarderende steun  goedkeuring willen krijgen van anderen en bevestiging halen
uit het contact met anderen.

Onzichtbare steun
- Onzichtbare steun werkt ook al verlichtend
- Je hebt dan het gevoel gesteund te worden, dit idee zorgt al voor een prettig gevoel
- Het gaat wel om waargenomen steun, dus je moet opmerken dat je gesteund wordt
- Alleen het idee dat steun in geval van nood beschikbaar is, kan stress verminderen

Het belang van sociale steun
- Hoe ingrijpender en stressvoller een levensgebeurtenis (positief of negatief), hoe
waardevoller sociale steun (Scully, 2000).
o Ernst
o Frequentie
- Hoe meer ingrijpende levensgebeurtenissen in korte tijd, hoe groter de kans op
stress, burn-out en ziekte. (principe begrijpen)

, Periode 3, jaar 2


Verklaringen sociale steun/prosociaal gedrag
Pro sociaal gedrag  Een helpende actie die een ander voordeel oplevert zonder dat het de
helpende direct voordeel oplevert. Het kan zelfs een risico opleveren voor de helpende.
Verklaringen daarvoor:
1. Inclusive fitness theorie  genetische band
2. Competitive altruism theorie  verbeteren eigen reputatie, bijvoorbeeld BN’ers die
zich inzetten voor een goed doel.
3. Empathie-altruïsme-theorie  empathie voor de ander, vanuit een gevoelsreactie
zonder eigen belang.
4. Negative-state-relief-model  je bent gemotiveerd om je eigen onlustgevoelens te
verminderen. Bijvoorbeeld je ziet iemand op straat vallen, je staat dichtbij en je gaat
nadenken of je wel of niet gaat helpen, maar je wilt je niet schuldig voelen dus je gaat
helpen. Op dat moment word je dus verlost van je schuldgevoelens.
5. Mood enhancement theorie  je bent gemotiveerd om je goed te voelen, iemand
helpen om in een betere stemming te komen.
6. Ervaren van plichtsbesef  je voelt je verplicht om te helpen
7. Sociale-uitwisselingstheorie  streven naar wederkerigheid. Je helpt omdat je door
iemand anders al een keer geholpen bent en met de bedoeling dat je de hulp een
keer terug kan krijgen, geven en nemen.
Welke theorie(ën) hangt af van de omstandigheden en de betrokken persoon.

Altruïsme  iemand helpen puur alleen om echt te helpen

Sociale steun en empathie
- Iedereen bezit empathie, de mate van empathie verschilt
- Gemiddeld genomen tonen vrouwen meer empathie
- Hulpverleners hebben vaak een groter empathisch vermogen
Hulpverleners syndroom  Als hulpverlener help je anderen om een goed zelfbeeld te
houden.
Valkuilen hulpverleners:
Cliënt ontvangt sociale steun, maar:
- Cliënt moet leren zelf weer regie te nemen,
- Cliënt wordt afhankelijk(er),
- Hulpverlener neemt problemen van cliënt mee naar huis.

, Periode 3, jaar 2


Welke voorwaarden kun je vaststellen voor een effectieve samenwerking in een groep?

2. Samenwerking

Effectief samenwerken
Dit lukt door positieve sociale interdependentie  mensen kunnen alleen hun doel
bereiken als anderen het doel ook bereiken. Bijvoorbeeld werken in IW-groepen.
Positieve sociale interdependentie behalen door:
- Groepsdoelen formuleren
- Cohesie (verbondenheid) groepsleden
- Gevoel van vertrouwen in elkaar
- Idee van rechtvaardige behandeling van elk groepslid

Sociaal dilemma
- Individueel belang en collectief belang staan tegenover
elkaar (Dawes, 1980)
Prisoners’dilemma
- Confess  bekennen
- Remain silent  je mond dicht houden


Sociale normen
 Gedragsregels die aangeven wat er van groepsleden wordt
verwacht.
- Eerder bereid tot samenwerking wanneer er sterke sociale normen heersen.

Normen en waarden
- Normen en waarden zijn in een maatschappij van groot belang. Ze geven richting aan
ons bestaan en scheppen richtlijnen voor onze gedragingen.
- We zijn bewust of onbewust steeds aan het kijken of ons gedrag, of het gedrag van
de mensen om ons heen, voldoet aan de heersende normen en waarden.
- Er zijn twee soorten normen die gedrag van mensen beïnvloeden  Descriptieve en
injunctieve normen

Descriptieve normen
- Wat mensen denken dat anderen in een bepaalde situatie doen. Je weet wat
ongewenst is en wat de norm daarbij is maar omdat je denkt dat andere afwijken van
deze norm, kan je ook afwijken van deze norm. Het mag eigenlijk niet, maar iedereen
doet het.
- Normen die in je hoofd zitten, maar die niet volgens de wettelijke afspraken/regels
gelden. Door de groep ga je je hieraan houden dus het zijn groepsnormen.
- De descriptieve norm is op te maken uit het gedrag van de mensen om je heen.
- Laten zien wat mensen denken dat anderen doen.
- Bijvoorbeeld: Gooit iedereen afval weg in een park, dan is dat kennelijk gepast
gedrag en ben je eerder geneigd mee te doen, maar rij je op een lange weg met een
inhaalverbod en iedereen houdt zich daaraan, dan zal jij dat ook doen.
- Descriptieve normen hebben een sterkere invloed op gedrag

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nomiroozen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.42. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77254 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.42
  • (0)
  Add to cart