Samenvattingen artikelen specialisatie
rechtspersonenrecht 2020
W.J.M. van Veen, Het uitkeringsverbod bij de stichting revisited, in: Met recht betrokken,
opstellen aangeboden aan T.J. van der Ploeg, C.H.C. Overes en W.J.M. van Veen (red),
Deventer: Kluwer 2012, p. 377-400.
Wat moet onder uitkeringen worden verstaan? Een prestatie waar geen (gelijkwaardige)
tegenprestatie tegenover staat. Niet alleen geldelijke uitkeringen, maar ook andere vormen
van uitkering vallen hier onder. Het bewerkstelligen van besparingen valt daar echter niet
onder. Een incidentele uitkering met een ideologisch doel zal daar ook niet onder vallen.
Het uitkeringsverbod verzet zich niet tegen het bezoldigen van bestuurders, als het
bezoldigen van de bestuurder maar niet het doel van de stichting is. Een ander punt is of de
beloning in verhouding staat met het door de bestuurder verrichte werk.
Een steunstichting is een stichting die een andere rechtspersoon ondersteunt. Indien de
steunstichting structureel inkomsten verwerft en deze uitkeert aan de doelstichting komt het
uitkeringsverbod in beeld. Gekeken moet worden naar de bron van inkomsten. Is die bron
winst die de steunstichting met een door haar gedreven onderneming heeft behaald dan is
het uitkeringsverbod overtreden indien de doelstichting zeggenschap heeft in de
steunstichting.
Men mag wel participaties in een stichting hebben (vermogen ingebracht in stichting tegen
toekenning vergoeding indien exploitatieresultaat dat toelaat) maar dat moet meer lijken op
een lening dan op aandelen. Op het moment de winsten zo hoog worden lijken de
participaties op aandelen en wordt het uitkeringsverbod overtreden.
STAK: houdt aandelen in NV of BV waarvoor zij certificaten heeft uitstaan.
Vermogensrechtelijk gezien is de stichting aandeelhouder en keert zijn dividend uit aan de
certificaathouders (vaak niet van sociale of ideologische strekking). Toch is de STAK
geaccepteerd. Toegestaan is namelijk dat de stichting zeggenschap in een vp controleert
door het houden van aandelen, ondanks het feit dat die aandelen voordelen zullen
genereren. De stichting ontplooit geen commerciële activiteiten t.b.v. haar
certificaathouders en genereert zelf niet als ‘winstmaker’, dat doen de aandelen immers.
Familiestichting: beheer van vermogen en ontplooit geen commerciële activiteiten. Verschil
met de STAK is dat zij echter wel voor winst kan worden gebruikt, middels estate planning.
Daarom staat zij op gespannen voet met het uitkeringsverbod.
Ratio uitkeringsverbod
De stichting mag een onderneming drijven, maar men mag niet de stichtingsvorm
aanwenden om een onderneming te drijven tot eigen profijt van bestuurders,
orgaanbemanners en anderen.
, Een goede reden daarvoor is eigenlijk zoek. Van Veen oppert nog dat het wenselijk is dat de
stichting die voor een bepaald doel is opgericht, alleen maar haar inkomsten aan dat doel
kan besteden.
W.J.M. van Veen, Statutaire eisen en – verbintenissen: één pot nat? Ondernemingsrecht
2010/130
Het invoeren van een eis voor aandeelhouderschap kan voor aandeelhouders die daar niet
aan voldoen onwenselijke effecten met zich meebrengen. In weze zou de mogelijkheid tot
uitstoting bestaan, terwijl de wetgever dat nou juist heeft proberen te voorkomen.
Minderheidsaandeelhouders zouden immers vogelvrij zijn.
In richtlijnen werd als oplossing aangedragen dat een dergelijk besluit alleen kon worden
genomen indien de aandeelhouders die door dat besluit geraakt zouden worden hadden
ingestemd.
Statutaire extra verplichtingen (niet zijnde de verplichting het volstorten van de aandelen)
hebben, anders dan eisen voor het aandeelhouderschap, een obligatoir karakter. Reden is
dat een extra risico, in de vorm van een extra verplichting, moet worden overeengekomen
met de aandeelhouder. Ook aandeelhouders die niet direct opeisbare verbintenissen
opgelegd krijgen, vallen hieronder. 81/192 bieden bescherming.
Wat dan te vinden van een biedplicht (als je een x percentage aandelen hebt moet je een
bieding doen op alle aandelen). Aandeelhouder kan drie dingen doen: een bod, het
verkopen van aandelen onder de statutaire grens en het negeren van de plicht en stuataire
sancties accepteren. Kunnen aanhouders die met een dergelijke plicht niet hebben
ingestemd hun aandelen ongehinderd vergroten?
Ten eerste de opmerking dat volgens van Veen het doen van een bod geen statutaire
verbintenis is, maar een ontheffingsgrond van een aandeelhouderseis. Daarmee valt het niet
onder 81/192 maar onder categorie 1: eis aandeelhouderschap. Alleen aandeelhouders die
op het moment van het besluit al voldeden aan de statutaire begrenzing kunnen (indien zij
niet hadden ingestemd) hieronder uitkomen.
Zouden de eisen van statutaire verbintenissen en eisen aandeelhouderschap niet moeten
worden gelijkgeschakeld? Dan zou het criterium zijn of aandeelhouders hadden ingestemd
te ja of te nee. Echter, hierdoor vallen opschortingen van rechten buiten de boot, omdat dit
geen verplichtingen zijn. Van Veen meent dat je deze twee figuren niet gelijk kan schakelen
door de grote onderlinge verschillen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Pritske. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.27. You're not tied to anything after your purchase.