Summary

Samenvatting Dit is onderzoek!

7 purchases

Course
Kwantitatief & Kwalitatief Onderzoek

Institution
Haagse Hogeschool (HHS)

Book
Dit is onderzoek!

Dit bestand bestaat uit de samenvatting van het boek Dit is onderzoek! Informatie uit het boek en PowerPointpresentaties van de lessen die ik heb gehad vanuit mijn studie Bedrijfskunde aan de Haagse Hogeschool. Deze samenvatting is van toepassing voor alle hbo en universele studies. Dit boek word n...

[Show more]

Last document update: 4 year ago

Preview 10 out of 45 pages

View example

Summarized whole book? Yes
Uploaded on October 29, 2020
File latest updated on December 2, 2020
Number of pages 45
Written in 2020/2021
Type Summary

dit is onderzoek
3e druk
derde druk
nederlands
kwalitatief
kwantitatief
kwalitatief onderzoek
hbo
hoofdstuk 1
hoofdstuk 2
hoofdstuk 3
hoofdstuk 4
volledig
helemaal
ben baarda
onderzoek
universiteit

Book Title:Dit is onderzoek!

Author(s):Ben Baarda

Edition:juli 2019
ISBN:9789001895440
Edition:3

Institution
Haagse Hogeschool (HHS)
Education
Bedrijfskunde
Course
Kwantitatief & Kwalitatief Onderzoek

Spitsanne

Member since 5 year 1559 documents sold

150

124

$3.88

Add to cart

Save

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Dit is onderzoek!

Inhoud
Hoofdstuk 1 Wat wil je weten?................................................................................................4
1.1 Wat Zijn de probleemstelling, de doelstelling en de onderzoeksvraag?.........................4
1.1.1 Probleemstelling......................................................................................................4
1.1.2. Doelstelling............................................................................................................. 5
1.1.3 Onderzoeksethiek...................................................................................................5
1.1.4 Onderzoeksvraag....................................................................................................5
1.2 Kwalitatief of kwantitatief; een open of gesloten vraag...................................................6
1.2.1 Open en gesloten onderzoeksvragen......................................................................6
1.2.2. Kwalitatief of kwantitatief onderzoek?.....................................................................7
1.3 Wat zijn onderzoekseenheden en eigenschappen/kenmerken?....................................8
1.3.1 Onderzoekseenheden.................................................................................................8
1.3.2 Eigenschappen of kenmerken....................................................................................8
1.3.3 Verband tussen eenheden en kenmerken..................................................................8
1.4 Wat Is er al bekend over het onderzoeksonderwerp?....................................................9
1.4.1 Vooronderzoek........................................................................................................9
1.4.2 Bronnenonderzoek..................................................................................................9
1.5 Gaat het om beschrijven, exploreren of toetsen?.........................................................10
1.5.1 Beschrijven onderzoek..........................................................................................10
1.5.2 Explorerend/verkennend onderzoek......................................................................10
1.5.3 Verklarend/toetsend onderzoek.............................................................................11
1.6 Is het onderzoek uitvoerbaar?.....................................................................................11
1.6.1 Tijd........................................................................................................................ 12
1.6.2 Geld...................................................................................................................... 12
1.6.3 Bereidheid van de respondenten...........................................................................12
1.6.4 Bereikbaarheid van de respondenten en bestaand materiaal................................12
1.6.5 Eigen onderzoekscapaciteiten...............................................................................12
Hoofdstuk 2 Kies je een opzet waarmee de onderzoeksvraag kunnen beantwoorden?........12
2.1 Wat is een onderzoeksonderwerp?..............................................................................13
2.1.1 Welke vorm van onderzoek kies je?......................................................................13
2.1.2 Welke eenheid kies je, populatie of steekproef?....................................................14
2.1.3 Hoe meet je kenmerken?......................................................................................14
2.2 Welke vorm van kwantitatief onderzoek is geschikt?...................................................14
2.2.1 Survey................................................................................................................... 14
2.2.2 Experiment............................................................................................................ 16

1

, 2.3 Welke vorm van kwalitatief onderzoek is geschikt?.....................................................17
2.3.1 Kwalitatieve beschrijvende/verkennende surveys.................................................17
2.3.2 Kwalitatief handelingsonderzoek...........................................................................19
2.4 Populatie of steekproef, mijn bij steekproef= hoe?.......................................................19
2.4.1 Populatie of steekproef..........................................................................................19
2.4.2 Aselecte kwantitatieve steekproef.........................................................................20
2.4.3 Selecte kwalitatieve steekproef.............................................................................20
2.4.4 Omvang Van de kwantitatieve steekproef.............................................................21
2.4.5 Kwalitatieve steekproef.........................................................................................21
Hoofdstuk 3 Verzamel je op de juiste manier de gegevens?.................................................22
3.1 Hoe worden kenmerken in meetbare termen vertaald?...............................................22
3.1.1 Definiëren.............................................................................................................. 22
3.1.2 Vaststellen van (sub)dimensies.............................................................................22
3.1.3 Vinden van indicatoren..........................................................................................22
3.2 Welke dataverzamelingsmethoden worden gebruikt?..................................................24
3.2.1 Bestaand materiaal gebruiken...............................................................................24
3.2.2 Vragen stellen.......................................................................................................25
3.2.3 Observeren...........................................................................................................25
3.3 Is de dataverzameling betrouwbaar en valide?............................................................25
3.3.1 Validiteit................................................................................................................25
3.3.2 Betrouwbaarheid...................................................................................................26
3.3.3 Relatie tussen betrouwbaarheid en validiteit.........................................................26
3.4 Wat is een goede opzet voor het doen van onderzoek met bestaande gegevens?.....27
3.4.1 Welk bestaand materiaal is er en hoe wordt het gebruikt?....................................27
3.4.2 Welke voor- en nadelen kent het gebruik van bestaand materiaal?......................28
3.5 Wat is een goede opzet voor een interview of een enquête?.......................................28
3.5.1 Welke vorm= mondeling of schriftelijk?.................................................................29
3.5.2 Welk middel= face to face, telefonisch, verstuurd/uitgereikt of via internet?..........30
3.5.3 Welke benadering= individu of groep?..................................................................32
3.5.4 Wat zijn aandachtspunten voor het maken van een interview of een enquête?....34
3.6 Wat is een goede opzet voor observatieonderzoek?...................................................35
3.6.1 Welke observatiemethode kun je het best gebruiken?..........................................35
3.6.2 Wat kan geobserveerd worden?............................................................................36
Hoofstuk 4 Hoe analyseer en rapporteer je gegevens?.........................................................37
4.1 Hoe analyseer je kwantitatieve gegevens?..................................................................37
4.1.1 Hoe is de voorbereiding?......................................................................................37
4.1.2 Hoe worden kwantitatieve gegevens beschreven?................................................39

2

, 4.1.3 Hoe analyseer je kwantitatieve steekproefgegevens?...........................................40
4.2 Hoe analyseer je kwalitatieve gegevens?....................................................................40
4.2.1 Wat is de gefundeerde theorie benadering?..........................................................40
4.2.2 Welke alternatieve manieren van kwalitatieve data-analyse zijn er?.....................42
4.2.3 Hoe wordt de geldigheid van de resultaten van kwalitatieve analyse vastgesteld?
....................................................................................................................................... 42
4.3 Hoe rapporteer je onderzoeksgegevens?....................................................................43
4.3.1 Titel(pagina).......................................................................................................... 43
4.3.2 Inleiding.................................................................................................................43
4.3.3 Methode/onderzoeksopzet hoofdstuk....................................................................44
4.3.4 Resultaten= beschrijving van de gegevens...........................................................44
4.3.5 Conclusie en discussie..........................................................................................44
4.3.6 Samenvatting........................................................................................................44
4.3.7 Literatuurlijst..........................................................................................................44
4.3.8 Bijlagen................................................................................................................. 45

3

,Hoofdstuk 1 Wat wil je weten?
Bij de start van je onderzoek doe je eerst een probleemanalyse. Hierbij is een handig
hulpmiddel de 6 W’s=
- Wat is het probleem?
- Wat is de aanleiding van het probleem? Hoe is het probleem ontstaan?
- Wie heeft het probleem?
- Wanneer is het probleem ontstaan?
- Waarom is het een probleem?
- Waar doet het probleem zich voor?

1.1 Wat Zijn de probleemstelling, de doelstelling en de
onderzoeksvraag?
Als je een probleem vertaalt in een onderzoeksvraag moet je achtereenvolgens nadenken
over de volgende zaken=
1. De probleemstelling
2. De doelstelling
3. De onderzoeksethiek
4. De onderzoeksvraag

1.1.1 Probleemstelling
De probleemstelling is de achtergrond waaruit de onderzoeksvraag voortkomt.
Voorbeelden hiervan kunnen zijn=
- Wat kunnen we doen om de afname van ons marktaandeel te stoppen?
- Waarom komen klanten van onze webwinkel niet terug voor nieuwe aankopen?

In deze gevallen is er behoefte aan informatie om het probleem te kunnen oplossen. Het is
de taak van de onderzoeker om goede informatie te leveren. Op basis van deze informatie
bedenken anderen oplossingen voor deze uit.

Tip!
Het is handig om op zoek te gaan naar al aanwezige informatie. Bij de probleemstelling
speelt literatuuronderzoek daarom een belangrijke rol.

Het is belangrijk dat je in je onderzoeksverslag en onderzoeksplannen goede schets geeft
van de achtergrond van je onderzoek.

Beleidsvraag=
Meestal is dit een advies wat je als instelling of bedrijf moet doen. Daarvoor heb je informatie
nodig en om deze informatie te krijgen is er vaak onderzoek nodig.

4

,1.1.2. Doelstelling
De doelstelling=
De antwoord op de vraag waarom je het onderzoek doet, wat je ermee wilt bereiken.
- Wat wil de opdrachtgever bereiken na implementatie van de aanbevelingen? De
doelstelling ligt in de toekomst, denk aan ongeveer een jaar na het onderzoek.
- Voorbeeld= Bedrijf X wil … (tijd) … (opbrengst)…
- Denk aan x% meer omzet of tevredenheid gestegen met x% na een jaar…
- SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdsgebonden)

Zuiver wetenschappelijk onderzoek=
Een onderzoek dat wetenschappelijke kennis oplevert, niet noodzakelijk voor de oplossing
van het probleem.
Eis  wordt op wetenschappelijk verantwoorde wijzen uitgevoerd.

Toegepast onderzoek=
Een onderzoek dat kennis oplevert en om praktijkproblemen op te lossen.
- Verzameld kennis, maar past deze ook toe.
- De verzamelde kennis moet bijdragen aan de oplossing van een probleem.
Eis  word op wetenschappelijk verantwoorde wijze uitgevoerd.

Belangrijk is om de doelstelling aan het begin van het onderzoek heel goed op papier te
zetten en met je opdrachtgevers te bespreken. Je voorkomt daarmee dat de opdrachtgever
verkeerde verwachtingen van het onderzoek heeft en de lucht het is over de resultaten.

1.1.3 Onderzoeksethiek
Je moet je voor de start van je onderzoek afvragen of het ethisch verantwoord (= onderzoek
dat op een eerlijke en wetenschappelijk verantwoorde manier is uitgevoerd). Is je onderzoek
uit te voeren.
Daarvoor geldt dat je de volgende vijf vragen positief moet kunnen beantwoorden=
- Doet de respondent vrijwillig mee?
- Ondervindt de respondent geen negatieve gevolgen van het onderzoek?
- Legt de onderzoeker goed uit wat hij gaat doen en waarom?
- Zijn de onderzoeksresultaten minimaal vertrouwelijk, maar het liefst anoniem?
- Wordt het onderzoek op een betrouwbare en valide manier uitgevoerd?

1.1.4 Onderzoeksvraag
De onderzoeksvraag is de vraag waarop het onderzoek antwoord moet geven.
Dit is altijd een vraag!!!
Goed overleg met de opdrachtgever is noodzakelijk! De opdrachtgever moet voorafgaand
aan het onderzoek instemmen met de onderzoeksvraag.

Door je onderzoeksvraag duidelijk een helder te beschrijven, voorkom je eventuele
teleurstellingen en misverstanden. De opdrachtgever weet dan precies wat hij kan
verwachten.

Eisen (SMART)=
- Deze mag niet te globaal zijn (specifiek)= hoe algemener de vraag is, hoe meer
informatie je moet zoeken en hoe meer onderzoekstijd je nodig hebt.

5

,- Deze moet duidelijk afgebakend zijn= het onderwerp, de periode of het
onderzoeksgebied zijn duidelijk aangegeven (Wat? Wanneer? Waar?).
- Deze moet eenduidig zijn= hij is maar op één manier uit te leggen.
- Deze moet haalbaar zijn= hij moet te onderzoeken zijn met de voor jou beschikbare tijd
en middelen.
Problemen bij onderzoeksvragen=
- De onderzoeksvraag bestaat uit twee of meerdere vragen
- De onderzoeksvraag is te beschrijvend
- De onderzoeksvraag is niet concreet genoeg
- De onderzoeksvraag is voor meerdere interpretaties vatbaar
- De onderzoeksvraag overlapt met de deelvragen
- De onderzoeksvraag is te lang, b.v. door bijzinnen of tangconstructies
- De onderzoeksvraag sluit niet aan op het onderzoek
- De onderzoeksvraag bevat wetenschappelijke termen of vakjargon die niet uitgelegd
worden
- De hoofdvraag is niet voldoende afgebakend.

Mindmap=
Gebruik je om problemen te inventariseren. Hierin noem je alle onderdelen van het probleem
en dit geeft je een overzichtelijk overzicht..

1.2 Kwalitatief of kwantitatief; een open of gesloten vraag

1.2.1 Open en gesloten onderzoeksvragen
Gesloten onderzoeksvraag=
Maakt een beperkt aantal antwoorden mogelijk. De geïnterviewde kan bijvoorbeeld een
antwoord kiezen uit een reeks mogelijkheden of gewoon antwoorden met ‘ja’ of ‘nee’. Het
doel is om een nauwkeurig, duidelijk herkenbaar en gemakkelijk te klasseren antwoord te
krijgen.

Open onderzoeksvraag=
Een vraag waarbij de respondent zich vrij kan uitdrukken over een bepaald onderwerp. Dit
type vraag is, in tegenstelling tot gesloten vragen, niet gericht en stelt respondenten in staat
om te antwoorden in hun eigen woorden en naar eigen goeddunken.
- Vraag kan tijdens het onderzoek nog worden bijgesteld.

Open vragen, dus zonder vooronderstellingen, kunnen worden gebruikt met als doel na te
gaan welke aspecten er uit de antwoorden naar voren komen en dus als een
gemeenschappelijk feit, gedrag, reactie, enz. van een bepaalde groep respondenten kunnen
worden beschouwd.
- Vraag staat, vanaf het begin van het onderzoek, vast.

6

, 1.2.2. Kwalitatief of kwantitatief onderzoek?
Keuze Kwantitatief Kwalitatief

Gesloten of open Gesloten. Open.
onderzoeksvraag
Onderzoeksvraag Ligt vast. Kan tijdens het proces bijgesteld worden.
ligt wel/niet vast
Doelstelling Vooral beschrijven en toetsen van Vooral het ontwikkelen van (nieuwe) ideeën.
vooraf vastgelegde ideeën.
Dataverzameling Je verzamelt op één standaardmanier De dataverzameling is hier niet standaard. Je
data. verzamelt op verschillende manieren data.
Resultaat Resultaat van de dataverzameling Resultaat van de dataverzameling zijn
dataverzameling bestaat uit cijfers. observatie- en gespreksverslagen en
bestaande gegevens, zoals
dagboekfragmenten.
Verwerking data Data evalueer je met statistische Observatie- en gespreksverslagen reduceer
analyses. je tot labels en vervolgens breng je daar
structuur in.

Mixed methods-benadering=
Een combinatie van kwantitatief en kwalitatief onderzoek.

Kwalitatief onderzoek=
Een onderzoek waarbij problemen in en van situaties, gebeurtenissen en personen
beschreven en geïnterpreteerd worden met behulp van gegevens van kwalitatieve aard.
- Verifieerbaarheidseis=
o Bij kwalitatief onderzoek moeten je conclusies plausibel zijn en je werkwijze moet
transparant zijn wegens de volgende aspecten van dit soort onderzoek:
 Beperkte betrouwbaarheid/beperkt reproduceerbaar
 Beperkte controle dataverzameling (subjectiviteit)
 Beperkt generaliseerbaar
- De meest gangbare opvatting van kwalitatief onderzoek is toch je openstelt voor datgene
wat je in het onderzoeksveld tegenkomt.

Kwantitatief onderzoek=
Een onderzoek waarbij het onderzoeksmateriaal bestaat uit cijfermatige gegevens die
statistisch geanonimiseerd worden om antwoord te geven op onderzoeksvragen.
- Reproduceerbaarheidseis=
o Het onderzoeksverslag moet zo gemaakt worden dat iemand anders in staat is
het onderzoek over te doen en dat er hetzelfde uitkomst heeft.
- Je legt aan je respondenten telkens dezelfde vragen voor of je observeert telkens
hetzelfde soort gedrag volgens vaste richtlijnen. Dit betekent dat je voorafgaand aan de
datum voor dataverzameling weet welke vragen je gaat stellen of wat de
observatiecategorieën zijn.

7

,1.3 Wat zijn onderzoekseenheden en eigenschappen/kenmerken?

1.3.1 Onderzoekseenheden
Onderzoekseenheden=
Zijn de personen, bedrijven, instanties of situaties waarover je op basis van je onderzoek
uitspraken wilt doen.
Bijvoorbeeld=
- Nederlandse studenten tussen 18 en 30 jaar
- Mensen in de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag met een hypotheekschuld
- Mkb-bedrijven in de gemeente Gouda

Je onderzoeksresultaten moeten generaliseerbaar (= als algemene regel laten gelden op
grond van één bijzonder geval) zijn voor je onderzoekseenheden, m.a.w. de uitkomsten
moeten gelden voor iedereen die tot je onderzoekseenheden behoort
(generalisatiepretentie).

1.3.2 Eigenschappen of kenmerken
Kenmerken=
De eigenschappen van de eenheden waarover je uitspraken doet op basis van de
onderzoeksresultaten.

1.3.3 Verband tussen eenheden en kenmerken

Datamatrix=
In te bouwen in gegevens overzichtelijk zijn weergegeven.

8

,Soms hebben de kenmerken niet op dezelfde eenheden betrekking. Je komt daar vaak pas
achter als je een datamatrix maakt. Vandaar de tip om aan het begin van het onderzoek een
opzet van een datamatrix te maken.

Bij een kwalitatief onderzoek zijn de eenheden en de kenmerken vaak minder duidelijk dan
bij een kwantitatief onderzoek. Soms moet je er door onderzoek achter komen wat het
belangrijke kenmerken zijn. Toch start je nooit helemaal blanco.
Ook bij kwalitatief onderzoek is het belangrijk dat de onderzoeken duidelijk maakt over wie of
wat hij iets wil zeggen. Een verschil met kwantitatief onderzoek is dat onderzoekers zijn
pretentie tijdens het onderzoek kan bijstellen.

1.4 Wat Is er al bekend over het onderzoeksonderwerp?

Voorbereiding op je onderzoek kan op twee manieren=
- Het doen van een (kwalitatief) vooronderzoek (b.v. zelf gaan werken op de afdeling waar
je onderzoek gaat doen)
- Het doen van bronnenonderzoek (literatuuronderzoek)

1.4.1 Vooronderzoek
Vooronderzoek=
Het verzamelen van informatie over het vroegere gebruik en het huidige gebruik, onder meer
gericht op het vinden van mogelijke bronnen van bodembelasting.
Evenals het verzamelen van informatie over het toekomstige gebruik, de bodemopbouw en
geohydrologisch en financieel/juridische aspecten met betrekking tot een bepaald
geografisch gebied.

1.4.2 Bronnenonderzoek
Een bron onderzoek is een onderzoek naar geschreven bronnen.

Waarom doe je literatuuronderzoek? =
Door literatuur onderzoek te doen krijg je informatie over=
- Het definiëren en meten van kenmerken
- Het maken van onderzoeksopzet
- Het ontwikkelen van een theorie

Hoe doe je literatuuronderzoek? =
Om relevante literatuur te vinden zijn de volgende stappen van belang=
- Vinden van goede zoektermen met thesaurus
- In zoekmachines zoeken naar relevante artikelen
- Zoeken naar proefschriften en boeken

9

, 1.5 Gaat het om beschrijven, exploreren of toetsen?

Beschrijvend Explorerend/ver- Verklarend/toetsend
onderzoek kennend onderzoek onderzoek

Situatie in kaart brengen Onderzoek waarbij je op Onderzoek waarbij theorie of
zoek bent naar verbanden verwachtingen worden
en verklaringen getoetst
‘Wat’- en ‘welke’-vragen ‘Waarom’- en ‘Hoe komt ‘Wat’- en ‘hoe’-vragen
dat’-vragen
Vaak kwantitatief Kwantitatief en kwalitatief Vaak kwantitatief

1.5.1 Beschrijven onderzoek
Beschrijvend onderzoek=
Een onderzoeken waar het gaat om registratie en systematische ordening van datgene wat
zich voordoet op een bepaald gebied, maar bij het niet wordt gestreefd naar de ontwikkeling
van een theorie of het formuleren van een hypothese.

Kenmerken=
- Situatie in kaart brengen
- Wat- en welke- vragen
- Vaak kwantitatief.

1.5.2 Explorerend/verkennend onderzoek
Explorerend/verkennend onderzoek=
Een onderzoek dat frequenties, samenhangen en verschillen exploreert met als doel om tot
een theorie te komen.

Kenmerken=
- Onderzoeker bij je op zoek bent naar verbanden en verklaringen
- Waarom- en hoe komt dat-vragen
- Kwantitatief en kwalitatief

Kwalitatief verkennend onderzoek=
- Uit materiaal wat je verzamelt doe je ideeën op.
- Je gaat de geldigheid van je ideeën na door eens in een andere situatie met andere
mensen te praten, om er zo achter te komen of het idee van de theorie klopt.

Met kwantitatief verkennend onderzoek stel je vast=

10

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Spitsanne. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.88. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66184 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling

Summary

Samenvatting Dit is onderzoek!

Document information

Subjects

Connected book

Written for

Seller

Reviews received

Content preview