Zeer uitgebreide samenvatting en aantekeningen van het vak inleiding in de Psychologie. Gegarandeerd een voldoende. De hoofdstukken 10,12,13,14,15,16 en 18 zijn samengevat
Hoofdstuk 10,12,13,14,15,16 en 18
October 29, 2020
28
2020/2021
Summary
Subjects
psychologie
inleiding
aantekeningen
eerstejaars
pedagogiek
sociale wetenschappen
foundations and frontiers
foundations
frontiers
10th editio
samenvatting
pedagogische wetenschappen
universiteit leiden
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
More summaries for
TEST BANK -- SUMMARY INTRODUCTION TO PSYCHOLOGY, 8TH EDITION BY PETER O. GRAY (AUTHOR), DAVID BJORKLUND (AUTHOR)PART 1 (PB0014) -- SAMENVATTING INLEIDING TOT DE PSYCHOLOGIE, 8E EDITIE DOOR PETER O. GR...
Introduction to Psychology (Ch.1-16)
Samenvatting Psychology - Introductory Psychology and Brain & Cognition (7201702PXY)
H10, motivatie en emotie
dinsdag 6 oktober 2020 09:22
Geen tentamenstof 337-228 en 259 - 361
Motivatie: de waarom vragen.
- De processen die gedrag zijn energie, richting, intensiteit en volharding geven.
- De invloeden die de initiatie, richting en persistentie van gedrag verklaren
Motief = de reden/doen van bepaald gedrag
Er zijn 5 verschillende motivation sources; verschillende motoren die ons drijven in het dagelijks leven:
- Fysiologische factoren = van invloed hoe wij ons voelen (hormonen)
- Needs = primaire behoeftes; eten, drinken en slaap
- Emotionele factoren = angst, liefde, haat etc.
- Cognitieve factoren = hoe je denkt over 'n bepaald onderwerp (ik ga het tentamen niet halen -> heel
veel studeren, enorm veel tijd eraan besteden). Percepties over de wereld
- Sociale en omgeving factoren = vrienden, familie, universiteit, stad, land, cultuur, tijd waarin je
opgroeit. Vaak doe je niet iets voor jezelf, mr bijv. omdat het fashion is of omdat het moet vd docent.
4 theorieën over motivatie:
1. Instinct doctrine:
Automatische, onwillekeurig, niet aangeleerd gedrag wat uitgelokt wordt door bepaalde situaties.
Mensen worden gedreven door instinct: (fysiologische kenmerken).
Bij dieren komt dit ook voor, dan wordt het fixed-action patterns genoemd.
- Tegenwoordig focussen onderzoekers zich vooral op de instincten die al bij de geboorten aanwezig zijn.
Een voorbeeld als mensen getriggerd worden door een bepaalde situatie is de baby die iets zuurs eet,
het gezichtje vertrekt dan.
- We krijgen vanaf de geboorte mee dat bijv. spinnen gevaarlijk zijn (angst), die angst kan niet worden
ontwikkeld als je nooit een spin ziet. Motivatie kan worden beïnvloed door erfelijke neigingen, maar dat
betekent niet dat al het gemotiveerde gedrag genetisch bepaald is.
- De evolutionaire psychologie zegt dat veel onze gedragskenmerken al eeuwenlang geëvolueerd zijn.
Degene die de beste kenmerken bezat, kon overleven en zo nakomelingen maken.
- De evolutionaire benadering vindt ook dat de keuze van mensen van hun partner evolutionair
gebaseerd is. Vrouwen zijn veel kieskeuriger, zij kunnen ook maar in een bepaalde tijd kinderen baren.
Mannen zijn minder kieskeurig, zij proberen zoveel mogelijk nakomelingen te krijgen.
- Mannen gaan voor aantrekkelijkheid en vrouwen voor sociale status, dit hangt wel af vd cultuur waarin
geleefd wordt.
- Gedrag wat onze overlevingskansen bevordert (visie evolutionaire psychologie)
- Worden volwassen ook geleid door instincten? Niet zo heel sterk, wel wat erop lijkt gewoontes.
- Volwassenen sterk beïnvloed door AANGELEERDE (ipv aangeboren) gewoontes
- Worden getriggerd door bepaalde situaties geconditioneerd gedrag
- Link met overlevingskansen verdwenen
Chips/popcorn eten tijdens 'n film, is heel moeilijk om dit te doorbreken ^
Drive reduction theory
1. Je lijf ervaart een verstoorde homeostase/equilibrium (functie van je lijf, om alles te checken of alles
in orde is, een soort van thermostaat die de constante temperatuur regelt) bijv. je bloedsuiker is onder
niveau. Je lijf stuurt je dan je gedrag om dit op te lossen.
2. Er ontstaat een biologische need: biologische vereisten voor welzijn (je moet iets eten).
3. Dan ontstaat de psychologische drive: een psychologische staat die ontstaat doordat je homeostatis
uit balans is en zorgt ervoor dat je actie onderneemt/ je voelt je gemotiveerd om de need te vervullen.
Een gevoel dat ervoor zorgt dat je actie onderneemt om de 'need' te vervullen. Bijv. dorstig zijn, of een
volle blaas. Of in het voorbeeld je voelt je een beetje duizelig.
4. Je laat vervolgens gedrag zien dat de need vervuld en je drive vermindert, bijv. je eet een mars om
ervoor te zorgen dat je bloedsuiker weer oke is. Of bijv. je gaat naar de wc, drinkt wat etc.
5. De homeostase is hersteld.
We kunnen ook gedreven worden door andere need
- fysieke needs: primaire drives (is aangeboren): eten en drinken
- andere needs: secundaire drives (aangeleerd,chips etn bij een film,gewoontes,geld geeft 'n fijn gevoel)
We hebben geleerd dat geld fijn is, en dat je dat moet verdienen, is een fijne need
Alcohol verslaving: secondary need -> primaire drive
Homeostase altijd fysiek?
Nee! Mensen houden ook van homeostase in hun gedachten/percepties (cognities) en hun gedrag. Je
wilt weer rust hebben. Wordt bespreken in de cognitieve dissonantie theorie. Als er dissonantie is
tussen gedachten en gedrag probeert men dat op te lossen.
Mensen passen liever hun opvattingen aan dan hun gedrag (goedpraten van het gedrag). Roken bij een
longpatent -> stress is nog veel slechter voor mijn hart dan die paar sigaretjes op een dag en stoppen
zou me heel veel stress geven
Vaak is dit heel moeilijk om te doorbreken.
3. Arousal theory:
Ons gedrag wordt gemotiveerd door de behoefte om een optimaal niveau van arousal te ervaren. Dat
optimale niveau van arousal geeft ons prettig gevoel (emoties).
Te veel arousal kan leiden tot falen, bijv. mensen met faalangst, stress. Onder arousal is bijv. als je
slaperig bent. We proberen die arousal in een optimaal te houden, maar soms is het teveel of te weinig.
fysiologische arousal = het lichaam 's level van activatie/ hoe actief je lijf is.
Bijv. hartslag, bloeddruk, hersenactiviteit etc. Tijdens slaap, meditatie en relaxen is dit laag, bij het
Deel 2 Pagina 1
, Bijv. hartslag, bloeddruk, hersenactiviteit etc. Tijdens slaap, meditatie en relaxen is dit laag, bij het
gebruik van drugs, enorme dorst/honger, een plotselinge en intense stimuli dan wordt de fysiologische
arousal hoog.
Optimale arousal?
- grote variatie in optimale hoeveelheid arousal
- hangt sterk samen met persoonlijkheid/temperament
Je ziet het vaak al aan 'n kind; heel druk of juist rustig
Sommige mensen zoeken graag de risico's op, over een touw lopen zonder beveiliging
Mensen die niet van sporten houden, houden niet van een hoge arousal -> yoga is een betere oplossing.
4. Incentive theory:
Een theorie die zegt dat mensen worden aangetrokken door gedrag dat leidt een positieve stimulans en
niet worden aangetrokken (pushed away) van gedrag dat leidt tot negatieve stimulansen.
- Gebaseerd op leertheorie (operant conditioneren)
- Externe ipv fysieke factoren motiveren ons gedrag
positieve incentive: positieve gevolgen van ons gedrag
negative incentives: negatieve gevolgen van ons gedrag.
- Dus: verwachte gevolgen/resultaat en hoe belangrijk we die vinden, beïnvloed ons gedrag
- Hoe sterk bepaalde incentives jouw gedrag beïnvloeden is niet constant. Dit varieert heel veel.
Je bent gevoeliger voor beloningen van voedsel als je honger hebt (biologische motivatie/needs)
- Naast biologische/fysische zijn cognitieve en sociale factoren die je motivatie beïnvloeden.
Intrinsiek / extrinsieke motivatie
- Intrinsieke motivatie = Iets doen omdat je het leuk vind/ vanuit je zelf, iets doen omdat je het wilt
(beter, motivatie voor lange termijn). Je doet het voor het gevoel, pleasure, satisfactor, or sense of
competence/independence it brings.
- Extrinsieke motivatie = Iets doen voor n externe beloning, iets doen omdat het moet.
- Als mensen eerst intrinsiek gemotiveerd zijn en ze krijgen er een beloning voor (extrinsiek), dan
worden ze minder intrinsiek gemotiveerd.
- Er zijn ook 'hidden costs' namelijk; extrinsieke beloningen kunnen de intrinsieke motivatie temperen en
het leren verstoren. Een andere hidden cost voor het vertrouwen op extrinsieke motivatie in het
onderwijs is dat het vermogen van studenten om zelfstandig te leren kan ondermijnen
Cursus
nadeel omdat ze afhankelijk zijn van oppervlakkige lezing
5. Cognitieve theorieën (niet in je boek)
- hoe risicovol denk je dat jouw gedrag is?
- Verwacht je dat het gedrag goed kunt uitvoeren? (zelfvertrouwen)
- Wat voor beren zie je op de weg? (barrières om bepaald gedrag te vertonen)
Hoe je denkt over iets, beïnvloed heel erg je gedrag.
6. Maslow
Maslow zegt dat de lagere niveaus uit de hiërarchie eerst vervuld moeten worden, daarna zal je pas
gemotiveerd zijn tot gedrag op hogere niveaus. Hiërarchie in motivatie.
1. Psychological = eten, drinken en slapen
2. Safety = veiligheid (geld om te voorzien, of de liefde van je ouders, dak boven je hoofd etc.)
3. Belongingness and love = zorgen voor liefdevolle relaties (groep vrienden/vriendje)
4. Esteem = respect van andere, waardering krijgen van andere.
5. Self-actualization = zelfactualisatie; alles wat je in je het, ook tot uiting komt, inzetten voor dingen
waar je niet alleen zelf belang bij hebt.
Er is ook kritiek op Maslows hiërarchie, sommige motivaties worden niet verklaard. Bijv. mensen
verhongeren zichzelf om de aandacht te vestigen op politieke of morele doelen. Mensen hoeven niet in
één soort behoefte te voorzien voordat ze zich tot andere hebben gericht; we kunnen in meerdere
behoeften tegelijk te voorzien.
Alderfer kwam met een nieuwe theorie: Existence, Relatednes, Growth theory (ERG). Hij vond dat deze
needs elkaar beïnvloeden, maar niet in een hiërarchische volgorde. Stel het gaat mis in relatedness (een
relatie mislukt) dat mensen zich helemaal gaan storten op werk (growth) je wordt extra gemotiveerd om
het wel te laten lukken in de andere dingen(beïnvloeden elkaar wel, maar niet in hiërarchische
volgorde).
- Existence needs = fysiologische behoeften
- Relatedness = relaties, gehechtheid
- Growth = vaardigheden ontwikkelen, zelfactualisatie
1. Honger & eten
Eten zorgt voor brandstof en zorgt ervoor dat de homeostase weer hersteld.
Hunger = staat van het willen eten
Satiation = bevrediging van een behoefte zoals honger
Satiety = staat waarin je niet meer hoeft te eten (je zit vol)
- De dunne darm geeft seintjes wanneer je moet eten, in de wand zitten allemaal cellen.
- Het belangrijkste seintje wat je krijgt komt van je bloed, zij sturen 'n seintje naar je hersenen zij over de voedingswaarden
in je bloed
Obesitas:
Obesitas = een aandoening waarbij iemand veel overgewicht heeft (BMI > 30), vaak zijn het arme en mensen van een
minderheidsgroep die het hebben. Obesitas veroorzaakt hogere kans op dood (diabetes, hoge bloeddruk, beroertes etc.
Obesitas komt vaak voor met depressie en angstaanvallen. Vaak is het een combinatie van te veel (vet) eten en te weinig
bewegen.
Oorzaken:
Deel 2 Pagina 2
, Oorzaken:
- aandoening/aanleg
- soms: veroorzaakt door genetische belasting. Brein reageert traag op/ is ongevoelig voor hormoon dat signaleert dat het
lijf verzadigd is. (drive reduction theory)
- aangeboren gevoeliger voor fysieke beloning die eten geeft: geeft goed/positief gevoel (verschilt per persoon) (incentive
theory)
- ouders; zij eten ook heel veel, of ze hebben het eetgedrag van hun kind niet onder controle
Evolutionaire psychologie (gerelateerd aan instict theorie): komt door onze voorouders
- pas sinds laatste decennia overvloed (vroeger was er schaarste in voedsel)
- daarvoor juist vaak schaarste: individuen met goede vetopslag overleefden
Soms: eten = manier om met problemen om te gaan
- emotional eten (eten vanuit emoties/frustraties)
- aangeleerd gevoeliger voor fysieke beloning die eten geeft: geeft goed/positief gevoel ((incentive theory)
Behandelmogelijkheden:
- streng dieten averechts: lijf leert calorieën langzamer te verbranden -> jojo-effect (komt weer heel snel aan en soms weer
meer)
- medische middelen om vet sneller te verbranden/eetlust te onderdukken (onderdrukken home)
- maagverkleining (in extreme gevallen)
Beste behandeling:
- geleidelijke verandering in leefstijl die vol te houden zijn
- gezonder dieet, kleinere porties
- sporten, zodat verbranding hoog blijft.
Overgewicht is een enorm groot probleem, oplossing: preventie vanaf jonge leeftijd wordt als beste zien. Genoeg bewegen,
water geen limonade.
Anorexia Nervosa
Anorexia = een stoornis waarbij mensen zich uithongeren
Het zijn vaak meisjes die kampen met perfectie, psychische problemen, sociale influences en meer.
Bulimia
Dit is de tegenstrijder van anorexia, bulimia = een stoornis waarbij je meestal een normaal gewicht hebt maar vele hebben
wel de wens om af te vallen. Aankomen vind je verschrikkelijk, terwijl je toch regelmatig flinke eetbuien hebt. Om
vervolgens zichzelf te straffen geven ze over, of gebruiken ze laxeermiddelen. Vaak gaat dit samen met laag
zelfvertrouwen, stress, emotionele problemen, perfectie etc. Ze vervangen/fantaseren vaak over eten
Binge eating disorder
Mensen eten enorme hoeveel heden eten (vreetbui) maar zuiveren zich daarna niet (bij bulimia doen ze dat wel). Ze
fantaseren niet over het eten, maar eten het gewoon. Deze stoornis gaat vaak samen met depressie, angststoornis en
drugsmisbruik.
2. Seksuele gerichtheid
Biologie van seks:
- Sexual response cycle = het patroon van arousal voor, tijdens en na seks. Als eerst heb je excitement, intense stimulatie
leidt tot plateau en daarna heb je het orgasme. Als laatste heb je staat van relaxen en dat is resolution, mannen kunnen
niet gelijk nog een keer: refractory period.
- Sexual arousal = physiological arousal that arises form sexual contact or erotic thoughts
- Mensen motivatie tot seksuele activiteiten wordt beïnvloed door seks hormones (chemicalen in het bloed dat seksuel
gedrag organiseren en motiveren). Er zijn 3 soorten hormonen die gerelateerd zijn met seksual gedrag: estrogens,
pprogestational hormones (progestins) en androgens.
Seks hormonen hebben organizing en activating effecten op het brein. De organizing effecten zijn permanenten
veranderen in het brein en beïnvloeden hoe de hersenen reageren op hormonen. De activating effect zijn tijdelijke gedrags
veranderingen die zolang duren als het seks hormoon is verhoogd, bijv. menstruatie of de overgang
Seksuele voorkeur:
- Heteroseksualiteit: andere geslacht
- Homoseksualiteit: hetzelfde geslacht
- Biseksualiteit: allebei
- In veel culturen wordt homoseksualiteit gezien als een ziekte, mentale ziekte of zelfs een crime.
- valt niet 'af te leren' behandelingen (therapie, medicatie, elektrische schokken) helpen niet.
Wat bepaald of je houdt van mannen, vrouwen of allebei?
Nature of nurture?
Biologische factoren: 2lingenonderzoek
Eeneiige tweeling vaker homoseksueel dan twee-eiige tweelingen
- hormonale verschillen tijdens zwangerschap (meer blootgesteld aan …)
- geboortevolgorde (mannen) als vrouwen vaker zwanger zijn dat het dan een beetje verandert. Als moeders vaker zwanger
zijn geweest van jongetjes dan het jongetje wat later geboren wordt, een grotere kans heeft om homoseksueel te worden
Aangeleerd?
- onwaarschijnlijk: kinderen van lesbische moeders/vaker niet zelf vaker lesbisch/homoseksueel
Casus
Broer en zus vechten om een stuk speelgoed
- instinct doctrine: instinct om bezit te verdedigen
- drive reduction theory: need om speeltje te claimen, geeft drive om te ruziën (secondary drive). Claimen vd dominantie
- Arousal theory: iets minder waarschijnlijk, miss houdt hij/zij van conflicten
- incentive theory: heeft geleerd dat vechten werkt en getolereerd wordt -> leidt tot positieve beloningen.
Deel 2 Pagina 3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller pascallevandenberge. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.