100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Experimenteel onderzoek samenvatting $4.35   Add to cart

Summary

Experimenteel onderzoek samenvatting

1 review
 64 views  3 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Een samenvatting van Experimenteel onderzoek een gedeelte uit de cursus Basis van onderzoeksmethoden en statistiek. Er wordt ingegaan op verschillende toetsingsmethoden: Enkelvoudige ANOVA, meervoudige ANOVA en onafhankelijke t-toets op verschillende manieren.

Preview 3 out of 18  pages

  • No
  • Hoofdstukken rondom experimenteel onderzoek
  • October 29, 2020
  • 18
  • 2020/2021
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: lauvanw • 3 year ago

avatar-seller
Samenvatting Experimenteel onderzoek Stuvia
Experimenteel onderzoek: Hierbij manipuleren onderzoekers ten minste één variabele en meten
de andere variabele.

Variabelen binnen experimenteel onderzoek:
1. Gemanipuleerde variabele (onafhankelijke variabele): De variabele die wordt gecontroleerd door

onderzoekers. Deze wordt weergeven op de x-as.
- Alle onafhankelijke variabelen hebben ten minste twee niveaus/levels.
2. Gemeten variabele (afhankelijke variabele): De variabele die wordt gemeten en beïnvloed wordt.

Deze wordt weergeven op de y-as.
3. Gecontroleerde variabele: De variabele die de onderzoeker constant houdt om de afhankelijke
variabele te kunnen meten. Op deze manier wordt controle gehouden over potentiële derde
variabelen  Geven de mogelijkheid om alternatieve verklaringen (confounds) uit te sluiten.

Variabele: Te meten kenmerken die twee kanten bevatten.

Manieren waarop een onafhankelijke variabele samenhang kan vaststellen:
1. Control group: Een level van een onafhankelijke variabele die ‘geen behandeling’ of neutrale
conditie vertegenwoordigt. De andere niveaus van de onafhankelijke variabele worden
treatment
groups genoemd; de groep die medicatie inneemt. Control group neemt juist geen medicatie.
 Alle experimenten hebben een vergelijkingsgroep nodig om een conditie met een andere
conditie te vergelijken, maar de vergelijkingsgroep hoeft geen controle groep te zijn.
2. Placebo group: Wanneer de control group wordt blootgesteld aan een ‘nep’ behandeling
(placebo).

Doel experimenteel onderzoek:
- Onderzoeken of er sprake is van causaliteit; oorzaak-gevolg.
- Het wordt ingezet bij causal claims; Dit zijn beweringen waarbij wordt gesteld dat de ene
variabele de oorzaak is van de andere variabele.

Voorwaarden/criteria bij causaliteit:
1. Covariance: Is er sprake van samenhang tussen de variabelen? Tonen de resultaten aan dat de
onafhankelijke variabele samenhangt met de afhankelijke variabele?
2. Temporal precedence: Verzekert het onderzoek dat de onafhankelijke variabele in tijd voor de
afhankelijke variabele komt? Komt de oorzaak in tijd voor het gevolg?
3. Internal validity: Alternatieve verklaringen (confounds) voor de samenhang zijn uitgesloten.
Sluit het onderzoeksontwerp alternatieve verklaringen van de resultaten uit?

Interne validiteit bij experimenteel onderzoek: Is de onafhankelijke variabele wel echt de oorzaak
van het geobserveerde verschil?

Bedreigingen van de interne validiteit bij experimenten:
1. Design confounds: Wanneer de gemanipuleerde variabele niet het enige verschil tussen de twee
groepen is. Er is een tweede variabele aanwezig die varieert met de bedoelde onafhankelijke
variabele. Dit geeft alternatieve verklaringen voor de resultaten.
- Systematic variability: Sprake van systematische variabiliteit met de onafhankelijke variabele.
- Unsystematic variability: De tweede variabele laat geen systematische variabiliteit zien in
beide groepen.
2. Selection effects: Selectie treedt op wanneer de groepen bij aanvang van het experiment niet
vergelijkbaar zijn. De soorten participanten in de ene groep verschillen systematisch van de
participanten in de andere groep.
- Voorkomen door random assignment: Willekeurig toewijzen van participanten aan een bepaald
level/groep. Alle participanten hebben een gelijke kans om in een bepaalde groep te komen.
3. Order effects: Bij herhaalde metingen (twee of meer keer bij dezelfde participanten meten) kan
het zo zijn dat de volgorde van de interventie/behandeling invloed heeft op de afhankelijke
variabele.

,4. Maturation threats: De verschillen die geobserveerd worden tussen voor- en nametingen kunnen

ontstaan door natuurlijke ontwikkeling van de participanten.
5. History threats: Invloed van gebeurtenissen van buitenaf - gebeurtenissen die niet specifiek iets

te maken hebben met het experiment.
6. Regression threats: We spreken van Regression to the mean wanneer de participanten bij
aanvang van de studie (gemiddeld) redelijk extreme waarden laat zien. Bij de vervolgmeting
zijn de waarden hoogstwaarschijnlijk minder extreem; dichter bij de 'normale' gemiddelde
waarde.
7. Attrition threats: Wanneer participanten tijdens een experiment of studie uitvallen, kan dat de
resultaten beïnvloeden. Dit is vooral een probleem als de mensen die uitvallen anders zijn dan
de mensen die wel blijven meedoen.
8. Testing threats: Wanneer participanten beter worden in het invullen van testen/vragenlijsten,
speelt volgorde een rol. De tweede keer dat de test wordt gemaakt, is dan automatisch beter.
9. Instrumentation threats: Wanneer het meetinstrument wat de afhankelijke variabele beoogt te
meten tijdens het experiment verandert, kan dit invloed hebben op de resultaten van de studie.

Bedreigingen van interne validiteit bij alle soorten onderzoek:
1. Observer bias: Wanneer de onderzoeker bepaalde verwachtingen heeft en daardoor beïnvloed
wordt in het beoordelen van de participanten.
2. Demand characteristics: Wanneer de participanten doorhebben waar de studie voor is en zich
daardoor anders gaan gedragen.
3. Placebo effect: Wanneer participanten vooruitgang boeken doordat ze geloven dat ze een
effectieve behandeling krijgen.

Het vermijden/voorkomen van observer bias en demand characteristics:
- Double-blind study: De participanten en de onderzoekers weten beide niet wie er in de
treatment groep zitten en wie in de comparison group.
- Masked design: Hierbij weten de participanten in welke groep ze zitten, maar de onderzoekers
weten dit niet (blind design).

Soorten unsystematic variability:
1. Measurement error: Treedt op wannneer variabelen worden gemeten met een minder precies
meetinstrument of wanneer de codering niet volledig klopt.
2. Irrelevant individual differences: Individuele verschillen tussen participanten kunnen zorgen voor
verschillen binnen twee participantgroepen.
- Voorkomen door: Repeated-measures design.
3. Situation noise: Externe bronnen/verschil in situationele omstandigheden, die variatie in de
resultaten opleveren.
- Voorkomen door: Het opzetten van onderzoeken in gecontroleerde condities.

Onderzoeksvraag bij experimenteel onderzoek – PICO:
Population: De groep mensen die de onderzoeker wil onderzoeken.
Intervention: Gaat over de onafhankelijke variabele;
Comparison: Het vergelijken van de groepen
Outcome: De gemeten of afhankelijke variabele.

Vormen van experimenten:
1. Between subjects design (Independent-groups design): Verschillende groepen participanten
worden geplaatst in verschillende niveaus van de onafhankelijke variabele. De verschillen tussen

de groepen worden dan geanalyseerd. Analyseert de verschillen tussen twee groepen.
- Posttest-only design: Participanten zijn random toegewezen aan een onafhankelijke variabele
groep en zijn één keer getest/gemeten gericht op de afhankelijke variabele.
2. Within subjects design (Within-groups design): Er is maar een groep participanten en elke
persoon wordt blootgesteld aan alle niveaus van de onafhankelijke variabele. Dezelfde groep
wordt gedurende de tijd vaker onderzocht. Het verschil tussen voor- en nametingen wordt
onderzocht.
- Pretest/posttest design: Participanten zijn minstens toegewezen aan twee verschillende

, groepen (bijv. experimentele en controlegroep) en worden twee keer getest op de afhankelijke

variabele. Een keer voor de blootstelling en een keer erna, om het verschil te analyseren.
 Klassiek experimenteel design.




Redenen achter het niet vinden van een (behandel)effect?
1. Weak manipulations: Het kan zijn dat de interventie slecht wordt uitgevoerd.
2. Power problem: Het kan zijn dat er wel degelijk een effect is, maar er zijn te weinig
participanten gebruikt om het effect te vinden.
3. No effect: Het kan zijn dat er daadwerkelijk geen effect is.

Om belangrijk te zijn en van toegevoegde waarde, moet een onderzoek herhaalbaar zijn! Oftewel
bij herhaling van hetzelfde onderzoek komen dezelfde resultaten naar voren (replicable).

Replicatie van onderzoek (= replication study)
Replicatie: Een onderzoek dat eerder is uitgevoerd opnieuw uitvoeren om te kijken of resultaten
hetzelfde zijn en dus worden bevestigd. Dit kan op verschillende manieren:
1. Directe replicatie (direct replication): De onderzoeksopzet wordt hierbij exact herhaald. Hierbij
proberen de onderzoekers zo dicht mogelijk bij het originele onderzoek te blijven om te zien of
het effect/verschil hetzelfde is bij de nieuwe verzamelde gegevens.
- Voordeel: De resultaten zijn goed te vergelijken.
- Nadeel: Wanneer er in het originele onderzoek bedreigingen aanwezig waren voor de interne
validiteit of constuct validiteit, dan worden deze fouten ook herhaald.
2. Conceptuele replicatie (conceptual replication): Onderzoekers onderzoeken dezelfde
onderzoeksvraag, maar gebruiken andere methoden. De conceptuele variabelen zijn hetzelfde,
maar de operationalisatie van de variabelen is anders.
- Voordeel: De mogelijkheid om het onderzoek te verbeteren.
- Nadeel: Resultaten zijn minder goed te vergelijken.
3. Replicatie met uitbereiding (replicated-plus-extension): Onderzoekers herhalen hun originele
onderzoek en voegen variabele toe om nieuwe bijkomende vragen te testen. Er kunnen nieuwe
condities, maar ook nieuwe onafhankelijke variabelen worden toegevoegd.
- Voordeel: Er kunnen aanvullende onderzoeksvragen/variabelen worden onderzocht.
- Nadeel: Resultaten zijn minder goed te vergelijken.

Problemen rondom de herhaalbaarheid van onderzoeken:
= Replicatiecrisis: Een periode waarin resultaten van onderzoek niet gerepliceerd konden worden.
- Publication bias: Er werden alleen onderzoeken gepubliceerd die significant waren, daardoor werd

er meer gebruik gemaakt van questionable research practices zoals het verwijderen van
uitschieters en aanpassen van gegevens om aan de eisen van publicatie te voldoen.
- Sommige pogingen tot replicatie van een onderzoek waren niet gelijk genoeg aan de context van
het originele onderzoek. Hierdoor hebben sommige metingen en manipulaties niet dezelfde
betekenis als in het originele onderzoek.
- Het uitvoeren van maar een herhalingspoging voor elk origineel onderzoek. Één onderzoek heeft
altijd de kans om een echt verschil te missen, wat leidt tot een gefaalde herhaling.
- In sommige gevallen was de steekproefgrootte van het originele onderzoek te klein, waardoor
het eerder kan leiden tot significante resultaten. Hierdoor kan het onderzoek niet of moeilijk
worden herhaald, doordat er in eerste instantie al geen sprake was van een verschil/effect.
- Onderzoekers rapporteren mogelijk een significant effect, terwijl de variabelen die niet
werkte, niet worden genoemd.
- p-hacking: Het doel om een p-waarde te vinden onder 0.05 (alpha).
 Voorkomen door; Preregistratie: Onderzoekers kunnen hun methode, hypothese en statistische
analyse al online delen voordat ze zijn begonnen aan het verzamelen van gegevens. Op deze
manier krijgen onderzoekers ook waardering voor hun voorspellingen.
 Open science: Het delen van gegevens en materialen zodat anderen het kunnen gebruiken,
vergelijken en kunnen samenwerken. Gegevens delen zorgt ervoor dat andere onderzoekers
dit in hun eigen analyse kunnen gebruiken. Materialen/meetinstrumenten delen zorgt ervoor

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller chinoukswinkels. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.35. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62491 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.35  3x  sold
  • (1)
  Add to cart