100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Alle leerdoelen Burgerlijk Procesrecht P2 $4.84
Add to cart

Summary

Samenvatting Alle leerdoelen Burgerlijk Procesrecht P2

1 review
 56 views  4 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Alle leerdoelen, week 1 t/m 6, van Burgerlijk Procesrecht P2 zijn uitgewerkt

Preview 2 out of 8  pages

  • Unknown
  • November 1, 2020
  • 8
  • 2019/2020
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: maudkuppennn • 3 year ago

avatar-seller
Leerdoelen P2 Burgerlijk Procesrecht
Leerdoelen week 1:

Onderscheid maken tussen materiele en het formele privaatrecht:

 Het materiele privaatrecht omvat inhoudelijke rechten en plichten: rechtsregels om
situaties, rechtsverhoudingen en handelingen juridisch te definiëren en kwalificeren.
 Het formele privaatrecht= procedureregels, omvat hoe de inhoudelijke rechten en plichten
(materiele regels) bij de rechter kunnen worden afgedwongen. Regels waaraan betrokken
partijen zich moeten houden. Dit is opgenomen in respectievelijk het Wetboek van
Burgerlijke Rechtsvordering (RV) en de Wet op de Rechtelijke Organisatie (Wet RO).

Samenvattend: het burgerlijk procesrecht omvat vormvoorschriften en procedureregels waarmee
een persoon in een civiele procedure zijn materiele rechten en plichten kan effectueren, vast laten
stellen, tot stand laten brengen, wijzigen of beëindigen.

De rol en functie van het burgerlijk procesrecht uitleggen en beschrijven:

 Het burgerlijk procesrecht heeft verschillende functies, namelijk:
1. Het handhaven en beïnvloeden van materiele burgerlijke rechten en plichten
> Burgerlijk procesrecht verschaft een persoon bepaalde middelen om zijn burgerlijke
rechten en plichten te handhaven en beïnvloeden.
2. Het voorkomen van gerechtelijke procedures
> Ook wel ‘preventiefunctie’. Middelen die het burgerlijk procesrecht biedt, kunnen een
preventieve werking hebben. Veel partijen willen een kostbare en tijdrovende procedure
voorkomen.
3. Het voorkomen van eigenrichting
> Eigenrichting= een persoon gaat zelf en met eigen middelen zijn recht halen zonder
hulp van de overheid en zonder wettelijke bevoegdheid. Burgerlijk procesrecht stelt
middelen tot handhaving van de civiele rechtsorde ter beschikking > hierdoor wordt
eigenrichting zoveel mogelijk voorkomen.


De beginselen van en begrippen uit het burgerlijk procesrecht benoemen, uitleggen en verklaren:

 Recht op rechtspraak en rechtsbijstand (art. 17, 8 en 112 GW)
> Rechtspraak= iedereen moet een geschil kunnen voorleggen aan een overheidsrechter
> Rechtsbijstand= Eenieder heeft recht op juridische bijstand in een procedure
Iedereen moet toegang hebben tot een rechter en een rechtsbijstandverlener, zoals een
advocaat.
 Onafhankelijke en onpartijdige rechter (art. 36 Rv en art. 40 Rv)
Onafhankelijk > de rechter is geen verantwoording verschuldigd aan de overheid of aan
andere collega-rechters.
Onpartijdig> de rechter oordeelt zonder zich te laten leiden door de personen van de
procesrechten. De rechter moet objectief en onbevooroordeeld oordelen.
- Wrakingsverzoek= partij twijfelt op gerechtvaardigde gronden aan de
onpartijdigheid van een rechter en doet een verzoek tot wraking van die rechter.
- Verschoningsverzoek= rechter die zelf van mening dat hij in bepaalde zaak niet
onpartijdig kan zijn en verzoekt zich te laten vervangen door een andere rechter

,  Hoor en wederhoor (art. 19 Rv)
> Beide partijen moeten in de gelegenheid worden gesteld om hun standpunten in een zaak
naar voren te brengen > ook wel ‘gelijkheidsbeginsel’. Door het horen kunnen partijen hun
standpunten in de zaak naar voren brengen.
 Behandeling en beslissing binnen redelijke termijn (art. 20 lid 1 en 2 Rv)
> De rechter en partijen waken tegen onredelijke vertraging van de procedure.
 Openbaarheid zitting en uitspraak (art. 27 lid 1 Rv en art. 29 lid 1 Rv)
> In beginsel zijn alle zittingen openbaar (art. 27 Rv) en de uitspraak (art. 28 lid 1 Rv) ook. Er
zijn een aantal uitzonderingen, waarbij de zittingen niet openbaar zijn: wanneer de goede
zeden, de openbare orde, nationale veiligheid in een democratische samenleving, de
belangen van minderjarigen of de bescherming van het privéleven van procespartijen.
 Motiveringsbeginsel (art. 30 Rv, art. 121 GW, art. 5 lid 1 Wet RO, art. 6 EVRM)
> De rechter dient zijn uitspraak te motiveren. In de uitspraak moeten de grondslagen voor
de uitspraak staan.
 Geen rechtsweigering en volledige beslissing (art. 26 Rv en art. 23 Rv)
> De rechter mag niet weigeren om een uitspraak te doen. Hij dient in alle gevallen een
beslissing te geven over het geschil. Daarnaast moet de eindbeslissing volledig zijn (art. 23
Rv)
 Beginsel van partijautonomie (art. 24 Rv)
> Partijen bepalen de omvang van de gerechtelijke procedure.
 Ambtshalve en aanvulling rechtsgronden (art. 25 Rv)
> Baseert een procespartij zijn vordering of verweer op een onjuiste rechtsgrondslag? > dan
moet de rechter de procespartij te hulp schieten door de juiste rechtsgrond aan te vullen.

Belangrijke begrippen in het burgerlijk procesrecht:

 Dagvaarding= oproep om voor de rechter te komen (= exploot)
 Exploot= schriftelijke aanzegging of mededeling van de ene partij aan de andere partij. Een
exploot wordt door een deurwaarder ondertekend en uitgebracht.
 Conclusie van antwoord= eerste verweer van de gedaagde tegen hetgeen eiser stelt in de
civiele procedure.
 Gerechten= rechtbanken, gerechtshof en Hoge Raad.
 Kostenvergoeding= de partij die bij vonnis in ongelijk wordt gesteld, wordt in kosten
veroordeeld > de partij de ongelijk krijgt moet kosten betalen.

Aangeven hoe het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en de Wet op de Rechterlijke
Organisatie zijn opgebouwd:

 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering: beschrijft concrete regel voor het voeren van een
procedure bij een burgerlijke rechter.
Opbouw:
- Boek 1: wijze van procederen
- Boek 2: tenuitvoerlegging van akten
- Boek 3: rechtsplegingen van onderscheiden aard (bijzondere procedures)
- Boek 4: arbitrage
 De Wet op de Rechterlijke Organisatie:
- Internationale regelgeving
- Jurisprudentie

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tessaderechtenstudent. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.84. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.84  4x  sold
  • (1)
Add to cart
Added