Doe jij ook altijd alles op het laatste moment? Dan kun je nu vast een lichtpuntje gebruiken voor jouw eerste tentamen Inleiding Communicatie!
Mijn samenvatting bestaande uit:
De Communicatieprofessional: H1, H2, H3, H10.1, H12, H13, H18.1, H23 en kader 26.2 (pp. 378-380)
Helpt je hier graag aan...
Deel 1.1. Communicatie in de sociale wetenschappen
Er heerst soms een fundamentele twijfel die ook in andere sociale wetenschappen te vinden
zijn die ook van invloed zijn op communicatie als wetenschap, zoals in de;
Economie; beïnvloedt de communicatiewetenschap met de theorie over de verdeling
van informatie zoals in signalling-theory (over het afgeven van signalen tussen
concurrenten) en pricipal-agent-theory (over informatie tussen management en
aandeelhouders).
Sociologie; beïnvloedt de communicatiewetenschap met een theorie over hoe
machthebbers communicatie inzetten om de massa te manipuleren.
Bedrijfskunde; de strategievorming is van groot belang. Bedrijfskunde raakt
communicatiewetenschap in de vraag hoe corporate communicatiemanagement en
reputatiemanagement een organisatie van dienst kunnen zijn.
Psychologie; is sterk verweven aan de communicatiewetenschap, onder meer in de
besturing van (consumenten) gedrag en de rol van communicatie.
Kader 1.1 De zeven scholen van Littlejohn en Foss
1. Retorica; (sinds de klassieke oudheid): de kunst van de welsprekendheid en het
overtuigen.
2. Semiotiek; (sinds de klassieke oudheid); analyseert welke benadering individuen aan
een woord of beeld geven.
- Dit kan zowel denotatief: (de betekenis die het woordenboek aan een woord geeft)
als connotatief: (het gevoel dat iemand bij een woord heeft). Bijvoorbeeld hond.
Denotatief : dier
Connotatief: lief of eng
3. De kritische school; (sinds de 19e eeuw); legt drijfveren en machtsverhoudingen
bloot en verklaart de communicatie van individuen en organisaties vaak vanuit
drijfveren als machtswellust, frustratie of angst.
4. Fenomenologie; (sinds begin 20e eeuw); analyseert hoe mensen
fenomenen(verschijnselen) interpreteren en percipiëren waarbij ieder zijn eigen
waarheid heeft.
5. Sociocultureel; (sinds begin 20e eeuw); omgangsvormen en communicatie
ontwikkelen volgens deze benadering niet vanuit het individu maar vanuit interacties
binnen groepen.
, 6. Cybernetica; (sinds de tweede helft 20e eeuw); Analyseert de besturing van
biologische en mechanische systemen met behulp van terugkoppeling (feedback) In
Nederland noemen we dat begrip de (ZBMO) namelijk; (zender, boodschap, medium,
ontvanger).
7. Sociaalpsychologische; (sinds de tweede helft van de 20e eeuw); verklaart en
voorspelt verschillen in gedrag (communicatie) door determinanten (bepalende
factoren) zoals kennis (cognitie) en aanleg (genetica), met het idee dat cognitie en
genetica te beïnvloeden zijn.
Deel 1.2. Communicatiemanagement: het werk van de communicatieprofessional.
Communicatie is een proces waarbij informatie wordt overgedragen. De
Communicatieprofessional is iemand die werk maakt van aantoonbare kennis en ervaring in
communicatiemanagement en die bedreven is in het sturen van hoe, en waar en wanneer
organisaties communiceren. Communicatiemanagement is de specialistische functie binnen
of ten behoeve van een publiek of een private organisatie, die zich bezighoudt met het
initiëren, sturen en ondersteunen van communicatie- en informatieprocessen binnen een
bepaald beleidskader en vanuit de optiek van het functioneren van die organisatie.
Communicatiemanagement is te onderscheiden in verschillende richtingen;
De informationele benadering (via het informatiemodel); gericht op het informeren
door een overdracht van kennis en informatie aan een luisterend publiek via een
heldere boodschap
De persuasieve benadering (via het overredingsmodel); gericht op het overtuigen
van een gewillige doelgroep via een verkoopbare boodschap.
De rationele benadering (via het interactiemodel); gericht op gedeelde meningen
(consensus en belangen.
De interpretatieve benadering (via het relatiemodel); gericht op gedeelde meningen
(consensus) en belangen.
De kritische benadering (via het reflectief en overkoepelend model); gericht op
maatschappelijke legitimatie door benutting van bovenstaande vier benaderingen.
, Hoofdstuk 2
Deel 2.1 Verzoenen in plaats van kiezen
Een dilemma is een keuze tussen twee gelijkwaardige ideeën die ogenschijnlijk
onverenigbaar zijn denk hierbij aan ‘’standaardisering vs maatwerk, winstgevendheid vs
duurzaamheid en strategische vasthoudendheid vs tactische beweeglijkheid’’.
Transparantie betekent letterlijk doorschijnend maar we geven er meestal figuurlijk
betekenis aan als zicht geven op de kern van de zaak.
Globalisering is een van de krachten die de wereld steeds transparanter maakt.
Globalisering is een continu proces van wereldwijde economische, politieke en culturele
integratie, mogelijk gemaakt door het wegvallen van allerlei grenzen. Transparantie is
juridisch verzekerd als recht op het geven of verkrijgen van informatie of een mening.
Het is aan de communicatieprofessional om kennis te nemen van de uiteenlopende
standpunten ober hoe het internet onze wereld in het algemeen, en communicatie in het
bijzonder, beïnvloedt.
De schuivende grenen aan transparantie leiden tot diverse dilemma’s waarvan dit boek er
drie uitlicht.
1. Open versus gesloten; De vraag voor communicatieprofessionals en organisaties is
‘’Hoe open moet je zijn?’’
2. Monoloog versus dialoog; De vraag voor communicatieprofessionals en organisaties
is ‘’In welke situatie past een monoloog (alleen zenden en ontvangen) dan wel een
dialoog (een constructief gesprek)?’’
3. Feit versus boodschap; De vraag voor communicatieprofessionals en organisaties is
‘’Wat is het verschil in communicatie van feit (objectief vast te stellen informatie) en
boodschap (in betekenis van wat de zender wil dat de ontvanger doet of laat met de
informatie)?
In Nederland worden communicatieprofessionals geacht te beschikken over een moreel
kompas en gezond verstand dat functioneert zonder beroepscodes. Zo hebben de
professionals soms te maken met ethische dilemma’s.
Deel 2.2 Open versus gesloten.
Volledige transparantie bestaat niet; je kan nooit alles tegelijk weten en communiceren. Dat
is ook niet wenselijk: transparantie gaat immers over de essentie van een zaak, niet over alle
beschikbare informatie. Omgekeerd is ook volledige afwezige transparantie onhaalbaar-
geen communicatie is immers ook een vorm van communicatie. De meningen over
transparantie zijn in drie groepen in te delen;
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller s113044248. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.90. You're not tied to anything after your purchase.